Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van sommige aspecten van de regelgeving betreffende de bezoldiging van sommige personeelsleden in het onderwijs | Arrêté du Gouvernement flamand modifiant certains aspects du statut pécuniaire de certains membres du personnel dans l'enseignement |
---|---|
MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP 26 SEPTEMBER 2003. - Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van sommige aspecten van de regelgeving betreffende de bezoldiging van sommige personeelsleden in het onderwijs De Vlaamse regering, | MINISTERE DE LA COMMUNAUTE FLAMANDE 26 SEPTEMBRE 2003. - Arrêté du Gouvernement flamand modifiant certains aspects du statut pécuniaire de certains membres du personnel dans l'enseignement Le Gouvernement flamand, |
Gelet op het decreet van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de | Vu le décret du 13 juillet 1994 relatif aux instituts supérieurs en |
Vlaamse Gemeenschap, inzonderheid op artikel 135; | Communauté flamande, notamment l'article 135; |
Gelet op het decreet van 13 juli 2001 betreffende het onderwijs XIII - | Vu le décret du 13 juillet 2001 relatif à l'enseignement XIII - |
Mozaïek, inzonderheid op artikel IX.9; | Mosaïque, notamment l'article IX.9; |
Gelet op het koninklijk besluit van 15 april 1958 houdende | Vu l'arrêté royal du 15 avril 1958 portant statut pécuniaire du |
bezoldigings-regeling van het onderwijzend, wetenschappelijk en | |
daarmee gelijkgesteld personeel van het Ministerie van Openbaar | personnel enseignant, scientifique et assimilé du Ministère de |
Onderwijs, inzonderheid op artikel 16, gewijzigd bij de koninklijke | l'Instruction publique, notamment l'article 16, modifié par les |
besluiten van 21 juni 1962, 30 november 1966, 15 maart 1967, 24 maart | arrêtés royaux des 21 juin 1962, 30 novembre 1966, 15 mars 1967, 24 |
1967, 22 januari 1970, 1 juni 1970, 20 juli 1970, 29 oktober 1971, 9 | mars 1967, 22 janvier 1970, 1er juin 1970, 20 juillet 1970, 29 octobre |
december 1971, 18 februari 1974, 15 januari 1975, 10 juni 1976, 9 juli | 1971, 9 décembre 1971, 18 février 1974, 15 janvier 1975, 10 juin 1976, |
1976, 8 maart 1979, 14 oktober 1985 en bij de besluiten van de Vlaamse | 9 juillet 1976, 8 mars 1979, 14 octobre 1985 et par les arrêtés du |
regering van 24 juli 1991, 19 december 1991, 25 januari 1995, 7 | Gouvernement flamand des 24 juillet 1991, 19 décembre 1991, 25 janvier |
september 2001 en 19 juli 2002, en op artikel 18, gewijzigd bij de | 1995, 7 septembre 2001 et 19 juillet 2002, et vu l'article 18, modifié |
koninklijke besluiten van 10 maart 1965, 15 maart 1967, 22 januari | par les arrêtés royaux des 10 mars 1965, 15 mars 1967, 22 janvier |
1970, 1 juni 1970, 9 december 1971, bij de wet van 8 februari 1974, | 1970, 1er juin 1970, 9 décembre 1971, par la loi du 8 février 1974, |
bij de koninklijke besluiten van 10 juni 1976, 18 april 1977, 20 juli | par les arrêtés royaux des 10 juin 1976, 18 avril 1977, 20 juillet |
1982 en bij de besluiten van de Vlaamse regering van 19 december 1991, | 1982 et par les arrêtés du Gouvernement flamand des 19 décembre 1991, |
22 juli 1993 en 19 juli 2002; | 22 juillet 1993 et 19 juillet 2002; |
Gelet op het koninklijk besluit van 10 maart 1965 houdende | Vu l'arrêté royal du 10 mars 1965 portant statut pécuniaire du |
bezoldigings-regeling van het personeel der leergangen met beperkt | |
leerplan afhangend van het Ministerie van Nationale Opvoeding en | personnel des cours à horaire réduit relevant du Ministère de |
Cultuur, inzonderheid op artikel 13, gewijzigd bij het koninklijk | l'Education nationale et de la Culture, notamment l'article 13, |
besluit van 4 november 1976 en bij de besluiten van de Vlaamse | modifié par l'arrêté royal du 4 novembre 1976 et par les arrêtés du |
regering van 18 december 1991 en 19 juli 1995, en op artikel 13bis , | Gouvernement flamand des 18 décembre 1991 et 19 juillet 1995, et |
ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse regering van 18 december | l'article 13bis , inséré par l'arrêté du Gouvernement flamand du 18 |
1991, en op artikel 13ter , ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse | décembre 1991, et l'article 13ter, inséré par l'arrêté du Gouvernement |
regering van 19 juli 1995; | flamand du 19 juillet 1995; |
Gelet op het koninklijk besluit van 29 augustus 1985 houdende | Vu l'arrêté royal du 29 août 1985 portant harmonisation des |
harmonisering van de bezoldigingsregels van toepassing op het | dispositions des statuts pécuniaires applicables au personnel |
onderwijzend en daarmee gelijkgesteld personeel van het onderwijs met | enseignant et assimilé de l'enseignement de plein exercice et de |
volledig leerplan en van het onderwijs voor sociale promotie of met | l'enseignement de promotion sociale ou à horaire réduit, notamment |
beperkt leerplan, inzonderheid op artikel 2, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 9 februari 2001; | l'article 2, modifié par l'arrêté du Gouvernement flamand du 9 février |
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de | 2001; |
Begroting, gegeven op 19 juli 2002; | Vu l'accord du Ministre flamand chargé du Budget, donné le 19 juillet 2002; |
Gelet op het protocol nr. 479 van 6 december 2002 houdende de | Vu le protocole no 479 du 6 décembre 2002 portant les conclusions des |
conclusies van de onderhandelingen, gevoerd in de gemeenschappelijke | |
vergadering van Sectorcomité X en de onderafdeling Vlaamse Gemeenschap | négociations menées en réunion commune du Comité sectoriel X et de la |
van afdeling 2 van het comité voor de Provinciale en Plaatselijke | sous-section « Communauté flamande » de la section 2 du Comité des |
Overheidsdiensten; | services publics provinciaux et locaux; |
Gelet op het protocol nr. 247 van 6 december 2002 houdende de | Vu le protocole no 247 du 6 décembre 2002 portant les conclusions des |
conclusies van de onderhandelingen, gevoerd in het overkoepelende | négociations menées au sein du Comité coordinateur de négociation, |
onderhandelingscomité, bedoeld in het decreet van 5 april 1995 tot | visé au décret du 5 avril 1995, portant création de comités de |
oprichting van onderhandelingscomités in het vrije gesubsidieerde | négociation dans l'enseignement libre subventionné; |
onderwijs; Gelet op de beraadslaging van de Vlaamse regering, op 24 januari 2003, | Vu la délibération du Gouvernement flamand, le 24 janvier 2003, sur la |
betreffende de aanvraag om advies bij de Raad van State binnen een | demande d'avis à donner par le Conseil d'Etat dans un délai ne |
maand; | dépassant pas un mois; |
Gelet op het advies nr. 34.852/1 van de Raad van State, gegeven op 6 | Vu l'avis no 34 852/1 du Conseil d'Etat, donné le 6 mars 2003, en |
maart 2003, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1o, van de | application de l'article 84, alinéa 1er, 1o, des lois coordonnées sur |
gecoördineerde wetten op de Raad van State; | le Conseil d'Etat; |
Op voorstel van de Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming; | Sur la proposition de la Ministre flamande de l'Enseignement et de la Formation; |
Na beraadslaging, | Après délibération, |
Besluit : | Arrête : |
Artikel 1.In artikel 16, § 1, van het koninklijk besluit van 15 april |
Article 1er.A l'article 16, § 1er, de l'arrêté royal du 15 avril 1958 |
1958 houdende bezoldigingsregeling van het onderwijzend, | |
wetenschappelijk en daarmee gelijkgesteld personeel van het Ministerie | portant statut pécuniaire du personnel enseignant, scientifique et |
van Openbaar Onderwijs, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 21 | assimilé du Ministère de l'Instruction publique, modifié par les |
juni 1962, 30 november 1966, 15 maart 1967, 24 maart 1967, 22 januari | arrêtés royaux des 21 juin 1962, 30 novembre 1966, 15 mars 1967, 24 |
1970, 1 juni 1970, 20 juli 1970, 29 oktober 1971, 9 december 1971, 18 | mars 1967, 22 janvier 1970, 1er juin 1970, 20 juillet 1970, 29 octobre |
februari 1974, 15 januari 1975, 10 juni 1976, 9 juli 1976, 8 maart | 1971, 9 décembre 1971, 18 février 1974, 15 janvier 1975, 10 juin 1976, |
1979, 14 oktober 1985 en bij de besluiten van de Vlaamse regering van | 9 juillet 1976, 8 mars 1979, 14 octobre 1985 et par les arrêtés du |
24 juli 1991, 19 december 1991, 25 januari 1995, 7 september 2001 en | Gouvernement flamand des 24 juillet 1991, 19 décembre 1991, 25 janvier |
19 juli 2002, worden de volgende wijzigingen aangebracht : | 1995, 7 septembre 2001 et 19 juillet 2002, les modifications suivantes |
sont apportées : | |
1o in A, s) worden de woorden « vanaf 1 september 2000 » en de zin « | 1o au littera A, s), les mots « à compter du 1er septembre 2000 » et |
Deze diensten komen in aanmerking voor zover ze niet worden | la phrase « Ces services sont admissibles pour autant qu'ils ne sont |
meegerekend voor het bepalen van de geldelijke anciënniteit in het | pas valorisés pour le calcul de l'ancienneté pécuniaire dans le cadre |
kader van het koninklijk besluit van 10 maart 1965 houdende | de l'arrêté royal du 10 mars 1965 portant statut pécuniaire du |
bezoldigingsregeling van het personeel der leergangen met beperkt | |
leerplan afhangend van het Ministerie van Nationale Opvoeding en | personnel des cours à horaire réduit relevant du Ministère de |
Cultuur. » geschrapt; | l'Education nationale et de la Culture. » sont supprimés; |
2o aan A, s) wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt : | 2o au littera A, s), il est ajouté un alinéa deux, rédigé comme suit : |
« Deze bepalingen gelden niet voor de vaststelling van de geldelijke | « Ces dispositions ne s'appliquent pas pour la fixation de |
anciënniteit van de personeelsleden, bedoeld in het decreet van 13 | l'ancienneté pécuniaire des membres du personnel visés au décret du 13 |
juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap. »; | juillet 1994 relatif aux instituts supérieurs en Communauté flamande. »; |
3o in B worden in het opschrift de woorden « Met beperking tot 10 jaar | 3o au littera B, les mots formant l'intitulé « Avec une limitation de |
: » vervangen door de woorden « Eveneens onbeperkt : »; | dix ans : » sont remplacés par les mots « Egalement sans limitation »; |
4o in B, a), eerste lid, worden tussen de woorden « geïnspecteerde of | 4o au littera B, a), premier alinéa, les mots « ou auprès d'une |
gesubsidieerde school » en de woorden « alsook de werkelijke diensten | université belge ou d'un établissement assimilé en vertu de la loi sur |
» de woorden « , of in een Belgische universiteit of in een krachtens | la collation des grades académiques, à condition d'y avoir fait partie |
de wet op het toekennen van de academische graden ermee gelijkgestelde | du personnel enseignant ou scientifique » sont insérés entre les mots |
inrichting, mits er behoord te hebben tot het onderwijzend of | « une école inspectée ou subventionnée par l'Etat » et les mots « |
wetenschappelijk personeel, » ingevoegd; | ainsi que les services effectifs »; |
5o in B, a) eerste lid, worden de woorden « vanaf 1 september 2000 » | 5o au littera B, a), premier alinéa, les mots « à partir du 1er |
en de zinsnede « en voor zover ze niet worden meegerekend voor het | septembre 2000 » et la phrase « et pour autant qu'ils ne sont pas |
bepalen van de geldelijke anciënniteit in het kader van het koninklijk | valorisés pour le calcul de l'ancienneté pécuniaire dans le cadre de |
besluit van 10 maart 1965 houdende bezoldigingsregeling van het | l'arrêté royal du 10 mars 1965 portant statut pécuniaire du personnel |
personeel der leergangen met beperkt leerplan afhangend van het | des cours à horaire réduit relevant du Ministère de l'Education |
Ministerie van Nationale Opvoeding en Cultuur » geschrapt; | nationale et de la Culture » sont supprimés; |
6o in B, a) worden het tweede en het derde lid opgeheven. | 6o au littera B, a), les deuxième et troisième alinéas sont supprimés. |
Art. 2.Artikel 18 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke |
Art. 2.L'article 18 du même arrêté, modifié par les arrêtés royaux |
besluiten van 10 maart 1965, 15 maart 1967, 22 januari 1970, 1 juni | des 10 mars 1965, 15 mars 1967, 22 janvier 1970, 1er juin 1970, 9 |
1970, 9 december 1971, bij de wet van 8 februari 1974, bij de | décembre 1971, par la loi du 8 février 1974, par les arrêtés royaux |
koninklijke besluiten van 10 juni 1976, 18 april 1977, 20 juli 1982, | des 10 juin 1976, 18 avril 1977, 20 juillet 1982, par les arrêtés du |
bij de besluiten van de Vlaamse regering van 19 december 1991, 22 juli | Gouvernement flamand des 19 décembre 1991, 22 juillet 1993 et 19 |
1993 en 19 juli 2002, wordt vervangen door wat volgt : | juillet 2002, est remplacé par ce qui suit : |
« Art. 18.§ 1. In afwijking van artikel 16 en 17 worden nooit de |
« Art. 18.§ 1er. Par dérogation aux articles 16 et 17, sont toujours |
diensten meegeteld die het personeelslid heeft verstrekt : | rejetés les services que l'agent a prestés : |
1o als titularis van een bijbetrekking; | 1o comme titulaire d'une fonction accessoire; |
2o a) vóór het schooljaar 1982-1983, als titularis van een ambt | 2o a) avant l'année scolaire 1982-1983, comme titulaire d'une fonction |
waarvan de brutobezoldiging minder bedroeg dan die welke hetzelfde | dont la rémunération brute était inférieure à celle dont il |
personeelslid genoot uit hoofde van elke andere bezigheid of wegens | bénéficiait du chef de toute autre occupation ou du chef de la |
het genot van een pensioen ten laste van de Openbare Schatkist; | jouissance d'une pension à charge du Trésor public; |
b) vanaf het schooljaar 1982-1983, als titularis van een ambt waarvan | b) à partir de l'année scolaire 1982-1983, comme titulaire d'une |
de brutobezoldiging die het personeelslid verkregen zou hebben, als | fonction dont la rémunération brute que le membre du personnel aurait |
het zijn ambt met volledige prestaties had uitgeoefend, maar berekend | obtenue s'il avait exercé sa fonction à prestations complètes, mais |
op het minimum van de salarisschaal, gelijk is aan of lager is dan die | calculée au minimum de l'échelle de traitement, est égale ou |
welke hetzelfde personeelslid genoot uit hoofde van elke andere bezigheid of wegens het genot van een pensioen ten laste van de Openbare Schatkist; 3o als titularis van een ambt, uitgeoefend aan een school of instelling voor sociale promotie of met beperkt leerplan. Voorzover ze niet meer worden verstrekt, komen de werkelijke diensten niettemin in aanmerking die het personeelslid heeft verstrekt in een door de Staat georganiseerde of gesubsidieerde leergang met beperkt leerplan, of in een door de Gemeenschap gefinancierde of gesubsidieerde leergang met beperkt leerplan, als titularis van een bezoldigd ambt dat beschouwd zou zijn geworden als "hoofdambt" | inférieure à celle dont il bénéficiait du chef de toute autre occupation ou du chef de la jouissance d'une pension à charge du Trésor public; 3o comme titulaire d'une fonction exercée dans une école ou un établissement de promotion sociale ou à horaire réduit. Dans la mesure où ils ne sont plus prestés, sont néanmoins admissibles les services effectifs prestés par le membre du personnel dans un cours à horaire réduit organisé ou subventionné par l'Etat, ou dans un cours à horaire réduit organisé ou subventionné par la Communauté, |
krachtens artikel 5 van dit besluit, als het uitgeoefend was geweest in het onderwijs met volledig leerplan. Als de in het vorige lid bedoelde diensten verstrekt werden in een ambt met onvolledige prestaties, worden ze slechts in aanmerking genomen voor hun betrekkelijke duur. Die betrekkelijke duur wordt bepaald door een breuk, die tot teller heeft de werkelijke duur van de diensten, uitgedrukt in wekelijkse lesuren over het jaar, en tot noemer het minimumaantal lesuren dat voor dit ambt is vastgesteld. Als de in de voorgaande leden bedoelde diensten verstrekt werden in een leergang met beperkt leerplan die niet gedurende veertig weken was opengesteld, wordt de duur of, in voorkomend geval, de betrekkelijke duur van die diensten verminderd. Wanneer de lessen een normale duur hebben, bedraagt de vermindering : | comme titulaire d'une fonction rémunérée qui, en vertu de l'article 5 du présent arrêté, aurait été considérée comme « fonction principale » si elle avait été exercée dans l'enseignement de plein exercice. Si les services visés à l'alinéa précédent ont été dispensés dans une fonction à prestations incomplètes, ils ne sont admissibles que pour leur durée relative. Cette durée relative est déterminée par une fraction, dont le numérateur est la durée réelle des services, exprimée en heures de cours hebdomadaires sur l'année, et dont le dénominateur est égal au nombre minimum d'heures de cours fixé pour la fonction en question. Si les services visés aux alinéas précédents ont été prestés dans un cours à horaires réduits n'ayant pas été ouvert pendant quarante semaines, la durée ou, le cas échéant, la durée relative de ces services est diminuée. Si les cours ont une durée normale, cette diminution s'élève à : |
a) 10 procent als de leergang of de afdeling van de leergang gedurende | a) 10 pour cent si le cours ou la section du cours a été ouvert |
36 tot 39 weken was opengesteld; | pendant 36 à 39 semaines; |
b) 20 procent als de leergang of de afdeling van de leergang gedurende | a) 20 pour cent si le cours ou la section du cours a été ouvert |
32 tot 35 weken was opengesteld; | pendant 32 à 35 semaines; |
c) 30 procent als de leergang of de afdeling van de leergang gedurende | a) 30 pour cent si le cours ou la section du cours a été ouvert |
28 tot 31 weken was opengesteld; | pendant 28 à 31 semaines; |
d) 40 procent als de leergang of de afdeling van de leergang gedurende | a) 40 pour cent si le cours ou la section du cours a été ouvert |
24 tot 27 weken was opengesteld; | pendant 24 à 27 semaines; |
e) 50 procent als de leergang of de afdeling van de leergang minder | a) 50 pour cent si le cours ou la section du cours a été ouvert |
dan 24 weken was opengesteld. | pendant moins de 24 semaines. |
Het aantal weken dat in aanmerking moet worden genomen om het | Le nombre de semaines devant être pris en considération pour la |
percentage van de bovenbedoelde vermindering te bepalen wanneer de | fixation du pourcentage de la diminution susvisée si les cours n'ont |
lessen geen normale duur hebben, wordt vastgesteld door middel van de | pas une durée normale, est déterminé au moyen de la formule suivante : |
volgende formule : werkelijk aantal weken gedurende welke de leergang | le nombre réel de semaines pendant lesquelles le cours ou la section |
of de afdeling van de leergang was opengesteld, vermenigvuldigd met de | du cours a été ouvert, multiplié par le durée des cours en minutes, divisé par cinquante; |
duur van de lessen in minuten, gedeeld door vijftig; | 4o dans les périodes visées aux litteras j, k, l, n, o, p de l'article |
4o in de periodes, bedoeld in littera j, k, l, n, o, p van artikel 16 | 16 : |
: a) wanneer die perioden reeds in aanmerking zijn genomen voor de | a) si ces périodes sont déjà prises en considération pour la |
vaststelling van de wedde van het personeelslid; | détermination du traitement du membre du personnel; |
b) wanneer het personeelslid in de periode vóór 1 september 1955 niet | b) si, pendant la période avant le 1er septembre 1955, le membre du |
ten minste één maand dienst heeft die op grond van zijn | personnel n'a pas au moins un (1) mois de service entrant en ligne de |
bezoldigingsregeling in aanmerking komt voor de vaststelling van zijn | compte, en vertu de son statut pécuniaire, pour la fixation de son |
salaris in de schaal die hem toegekend is; | traitement dans l'échelle lui étant accordée; |
5o in een niet-uitsluitend ambt als de diensten als bijbetrekking | 5o dans une fonction non exclusive si les services auraient été |
beschouwd geweest zouden zijn, gesteld dat het begrip | considérés comme fonction accessoire, supposé que le concept « |
"niet-uitsluitend ambt" niet had bestaan. | fonction non exclusive » n'eût existé. |
§ 2. De bepalingen van § 1, 3o, treden in werking op 1 september 2000 | § 2. Les dispositions du § 1er, 3°, entrent en vigueur le 1er |
voor de vaststelling van de geldelijke anciënniteit van : | septembre 2000 pour la détermination de l'ancienneté pécuniaire : |
1o de personeelsleden, bedoeld in het decreet van 13 juli 1994 | 1o des membres du personnel visés au décret du 13 juillet 1994 relatif |
betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap; | aux universités en Communauté flamande; |
2o de niet onder 1o bedoelde personeelsleden voor wie deze | 2o des membres du personnel non visés au point 1o auxquels s'applique |
bezoldigingsregeling geldt, uitsluitend voor het in aanmerking nemen | ce statut pécuniaire, uniquement pour la prise en compte des services |
van de diensten die vóór 1 september 2000 werden gepresteerd. Voor | ayant été prestés avant le 1er septembre 2000. Pour ces membres du |
deze personeelsleden houden de bepalingen van § 1, 3o, op van kracht | personnel, les dispositions du § 1er, 3o, cessent d'être en vigueur le |
te zijn op 31 augustus 2002. » | 31 août 2002. » |
Art. 3.In artikel 13, § 1, van het koninklijk besluit van 10 maart |
Art. 3.Dans l'article 13, § 1er, de l'arrêté royal du 10 mars 1965 |
1965 houdende bezoldigingsregeling van het personeel der leergangen | portant statut pécuniaire du personnel des cours à horaire réduit |
met beperkt leerplan afhangend van het Ministerie van Nationale | relevant du Ministère de l'Education nationale et de la Culture, |
Opvoeding en Cultuur, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 4 | modifié par l'arrêté royal du 4 novembre 1976 et par les arrêtés du |
november 1976 en bij de besluiten van de Vlaamse regering van 18 | Gouvernement flamand des 18 décembre 1991 et 19 juillet 1995, les mots |
december 1991 en 19 juli 1995, worden de woorden « voor zover ze niet | « pour autant qu'ils ne sont pas valorisés pour le calcul de |
werden meegerekend voor het bepalen van de bezoldigingsanciënniteit in | l'ancienneté pécuniaire dans le cadre de l'arrêté royal du 15 avril |
het kader van het koninklijk besluit van 15 april 1958 houdende | 1958 portant statut pécuniaire du personnel enseignant, scientifique |
bezoldigingsregeling van het onderwijzend, wetenschappelijk en daarmee | |
gelijkgesteld personeel van het Ministerie van Openbaar Onderwijs » | et assimilé du Ministère de l'Instruction publique » sont supprimés. |
geschrapt. Art. 4.Artikel 13bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit |
Art. 4.L'article 13bis du même arrêté, inséré par l'arrêté du |
van de Vlaamse regering van 18 december 1991, wordt vervangen door wat | Gouvernement flamand du 18 décembre 1991, est remplacé par la |
volgt : | disposition suivante : |
« Art. 13bis.In afwijking van artikel 13 komen bovendien de diensten |
« Art. 13bis . Par dérogation à l'article 13, sont également |
en perioden in aanmerking, die vermeld worden in artikel 16 en 17 van | admissibles, les services et périodes mentionnés aux articles 16 et 17 |
het koninklijk besluit van 15 april 1958 houdende bezoldigingsregeling | de l'arrêté royal du 15 avril 1958 portant statut pécuniaire du |
van het onderwijzend, wetenschappelijk en daarmee gelijkgesteld | personnel enseignant, scientifique et assimilé du Ministère de |
personeel van het Ministerie van Openbaar Onderwijs. | l'Instruction publique. |
Die diensten en perioden komen voor de vermelde personeelsleden in | Pour les membres du personnel susvisés, ces services et périodes sont |
aanmerking onder de voorwaarden, gesteld in voormeld koninklijk besluit van 15 april 1958. » | admissibles aux conditions prévues par l'arrêté royal précité du 15 avril 1958. » |
Art. 5.Artikel 13ter van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit |
Art. 5.L'article 13ter du même arrêté, modifié par l'arrêté du |
van de Vlaamse regering van 19 juli 1995, wordt opgeheven. | Gouvernement flamand du 19 juillet 1995, est supprimé. |
Art. 6.In artikel 2 van het koninklijk besluit van 29 augustus 1985 |
Art. 6.A l'article 2 de l'arrêté royal du 29 août 1985 portant |
houdende harmonisering van de bezoldigingsregels van toepassing op het | harmonisation des dispositions des statuts pécuniaires applicables au |
onderwijzend en daarmee gelijkgesteld personeel van het onderwijs met | personnel enseignant et assimilé de l'enseignement de plein exercice |
volledig leerplan en van het onderwijs voor sociale promotie of met | |
beperkt leerplan, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering | et de l'enseignement de promotion sociale ou à horaire réduit, modifié |
van 9 februari 2001, worden de volgende wijzigingen aangebracht : | par l'arrêté du Gouvernement flamand du 9 février 2001, les |
modifications suivantes sont apportées : | |
1o § 2 wordt vervangen door wat volgt : | 1o le § 2 est remplacé par la disposition suivante : |
« § 2. De bezoldiging van het in § 1 bedoelde personeelslid wordt als | « § 2. La rémunération du membre du personnel visé au § 1er est fixée |
volgt vastgesteld : | comme suit : |
1o volgens de bepalingen van titel III, « Hoofdambten met onvolledige | 1o selon les dispositions du titre III, « Des fonctions principales à |
prestaties », van voormeld koninklijk besluit van 15 april 1958, wat | prestations incomplètes », de l'arrêté royal du 15 avril 1958 précité, |
de prestaties betreft die verstrekt zijn in het onderwijs met volledig | pour ce qui est des prestations effectuées dans l'enseignement de |
leerplan; | plein exercice; |
2o volgens de bepalingen van titel IV, « Ambten met onvolledige | 2o selon les dispositions du titre IV, « Des fonctions à prestations |
prestaties », van voormeld koninklijk besluit van 10 maart 1965, wat | incomplètes », de l'arrêté royal du 10 mars 1965 précité, pour ce qui |
de prestaties betreft die verstrekt zijn in het onderwijs voor sociale | est des prestations effectuées dans l'enseignement de promotion |
promotie of met beperkt leerplan. »; | sociale ou à horaire réduit. »; |
2o §§ 4, 4bis en 5 worden opgeheven. | 2o les §§ 4, 4bis et 5 sont abrogés. |
Art. 7.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 september 2002, |
Art. 7.Le présent arrêté produit ses effets le 1er septembre 2002, à |
met uitzondering van : | l'exception : |
1o artikel 1, 3o, 4o en 6o, die uitwerking hebben met ingang van 1 | 1o de l'article 1er, 3o, 4o et 6o, qui produisent leurs effets le 1er |
november 1996; | novembre 1996; |
2o artikel 1, 2o, dat uitwerking heeft met ingang van 1 september 2000. | 2o de l'article 1er, 2o, qui produit ses effets le 1er septembre 2000. |
Art. 8.De Vlaamse minister, bevoegd voor het Onderwijs, is belast met |
Art. 8.La Ministre flamande qui a l'Enseignement dans ses |
de uitvoering van dit besluit. | attributions est chargée de l'exécution du présent arrêté. |
Brussel, 26 september 2003. | Bruxelles, le 26 septembre 2003. |
De minister-president van de Vlaamse regering, | Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, |
B. SOMERS | B. SOMERS |
De Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming, | La Ministre flamande de l'Enseignement et de la Formation, |
M. VANDERPOORTEN | M. VANDERPOORTEN |