Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Besluit Van De Vlaamse Regering van 20/04/2012
← Terug naar "Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de aanwijzing van een persoon die de minderjarige bijstaat bij de uitoefening van zijn rechten in de integrale jeugdhulp wanneer de minderjarige en zijn ouders tegenstrijdige belangen hebben en de minderjarige niet in staat is om zelf een bijstandspersoon aan te wijzen of niemand het ouderlijk gezag uitoefent "
Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de aanwijzing van een persoon die de minderjarige bijstaat bij de uitoefening van zijn rechten in de integrale jeugdhulp wanneer de minderjarige en zijn ouders tegenstrijdige belangen hebben en de minderjarige niet in staat is om zelf een bijstandspersoon aan te wijzen of niemand het ouderlijk gezag uitoefent Arrêté du Gouvernement flamand relatif à la désignation d'une personne qui assiste le mineur lors de l'exercice de ses droits dans l'aide intégrale à la jeunesse lorsque le mineur et ses parents ont des intérêts incompatibles et que le mineur n'est pas capable de désigner lui-même un intervenant ou lorsque personne n'exerce l'autorité parentale
VLAAMSE OVERHEID 20 APRIL 2012. - Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de aanwijzing van een persoon die de minderjarige bijstaat bij de uitoefening van zijn rechten in de integrale jeugdhulp wanneer de minderjarige en zijn ouders tegenstrijdige belangen hebben en de minderjarige niet in staat is om zelf een bijstandspersoon aan te wijzen of niemand het ouderlijk gezag uitoefent De Vlaamse Regering, Gelet op het decreet van 7 mei 2004 betreffende de rechtspositie van de minderjarige in de integrale jeugdhulp, artikel 24, § 2; Gelet op het akkoord van de minister bevoegd voor de begroting, AUTORITE FLAMANDE 20 AVRIL 2012. - Arrêté du Gouvernement flamand relatif à la désignation d'une personne qui assiste le mineur lors de l'exercice de ses droits dans l'aide intégrale à la jeunesse lorsque le mineur et ses parents ont des intérêts incompatibles et que le mineur n'est pas capable de désigner lui-même un intervenant ou lorsque personne n'exerce l'autorité parentale Le Gouvernement flamand, Vu le décret du 7 mai 2004 relatif au statut du mineur dans l'aide intégrale à la jeunesse, notamment l'article 24, § 2; Vu l'accord du Ministre flamand compétent pour le budget, donné le 1er
gegeven op 1 maart 2012; mars 2012;
Gelet op advies 51.063/3 van de Raad van State, gegeven op 27 maart Vu l' avis 51.063/3 du Conseil d' Etat, donné le 27 mars 2012, en
2012, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de application de l'article 84, § 1er, alinéa 1er, 1°, des lois sur le
wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; Conseil d' Etat, coordonnées le 12 janvier 1973;
Sur la proposition du Ministre flamand du Bien-être, de la Santé
Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en publique et de la Famille et du Ministre flamand de l' Enseignement,
Gezin en de Vlaamse minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke Kansen en Brussel; de la Jeunesse, de l'Egalité des Chances et des Affaires bruxelloises;
Na beraadslaging, Après délibération,
Besluit : Arrête :

Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder :

Article 1er.Dans le présent arrêté, on entend par :

1° bijstandspersoon : de persoon, vermeld in artikel 2, die is 1° intervenant : la personne visée à l'article 2, désignée pour
aangeduid om de minderjarige bij te staan bij de uitoefening van zijn l'assistance du mineur lors de l'exercice de ses droits, repris au
rechten, opgenomen in het decreet van 7 mei 2004; décret du 7 mai 2004;
2° decreet van 7 mei 2004 : het decreet van 7 mei 2004 betreffende de 2° décret du 7 mai 2004 : le décret du 7 mai 2004 relatif au statut du
rechtspositie van de minderjarige in de integrale jeugdhulp; mineur dans l'aide intégrale à la jeunesse;
3° directeur : de natuurlijke persoon die belast is met de dagelijkse 3° directeur : la personne physique chargée de la direction
leiding van een jeugdhulpvoorziening; journalière d'une structure d'aide à la jeunesse;
4° jeugdhulpverlener : een persoon die binnen een jeugdhulpvoorziening 4° prestataire d'aide à la jeunesse : une personne chargée de la
belast is met jeugdhulpverlening; prestation d'aide à la jeunesse au sein d'une structure d'aide à la
5° jeugdhulpvoorziening : een voorziening die jeugdhulpverlening jeunesse; 5° structure d'aide à la jeunesse : une structure offrant des services
aanbiedt als vermeld in artikel 4 van het decreet van 7 mei 2004 d'aide à la jeunesse tels que visés à l'article 4 du décret du 7 mai
betreffende de integrale jeugdhulp. 2004 relatif à l'aide intégrale à la jeunesse.

Art. 2.In de gevallen, vermeld in artikel 24, § 2, van het decreet van 7 mei 2004, kan de directeur van een jeugdhulpvoorziening die betrokken is bij de jeugdhulpverlening, ongeacht of de jeugdhulpvoorziening op dat ogenblik jeugdhulpverlening verstrekt aan de minderjarige, één persoon aanwijzen om de minderjarige bij te staan bij de uitoefening van de rechten die in het voormelde decreet zijn opgesomd. De directeur, vermeld in het eerste lid, 1°, kan een personeelslid van de jeugdhulpvoorziening mandateren om de opdrachten opgenomen in artikel 2 tot 5 uit te voeren. De bijstandspersoon moet beantwoorden aan de vereisten, vermeld in artikel 24, § 2, van voormeld decreet, en moet de directeur een

Art. 2.Dans les cas visés à l'article 24, § 2, du décret du 7 mai 2004, le directeur d'une structure d'aide à la jeunesse associée à la prestation d'aide à la jeunesse, que la structure d'aide à la jeunesse fournisse ou non à ce moment des services d'aide au mineur, peut désigner une personne pour assister le mineur lors de l'exercice des droits énumérés au décret précité. Le directeur visé au premier alinéa, 1°, peut mandater un membre du personnel de la structure d'aide à la jeunesse pour l'exécution des

uittreksel uit het strafregister bezorgen, dat een model 2 omvat. tâches reprises aux articles 2 à 5. L'intervenant doit répondre aux exigences mentionnées à l'article 24,
§ 2, du décret précité, et remettre au directeur un extrait du casier
judiciaire, comprenant un modèle 2.

Art. 3.§ 1. De directeur, vermeld in artikelen 2, wijst de

Art. 3.§ 1er. Le directeur, visé à l'article 2, désigne l'intervenant

bijstandspersoon aan bij een gemotiveerde beslissing. sur la base d'une décision motivée.
Hij pleegt vooraf overleg met : Il se concerte au préalable avec :
1° de ouders of de opvoedingsverantwoordelijken van de minderjarige, 1° les parents ou les responsables de l'éducation du mineur, selon le
naargelang het geval, tenzij ze aan de uitnodiging tot overleg geen gevolg geven; cas, à moins qu'ils n'acceptent pas l'invitation à une concertation;
2° ten minste twee jeugdhulpverleners die betrokken zijn bij de 2° au moins deux prestataires d'aide à la jeunesse associés à la
jeugdhulpverlening aan de minderjarige; prestation d'aide au mineur;
3° de aan te wijzen persoon. 3° la personne à désigner.
Hij hoort de minderjarige vooraf, rekening houdend met de Il entend préalablement le mineur, en tenant compte de ses
mogelijkheden van de minderjarige. possibilités.
§ 2. De ouders, vermeld in § 1, tweede lid, van dit artikel zijn de § 2. Les parents visés au § 1er, deuxième alinéa, du présent article,
personen die titularis zijn van het ouderlijk gezag of, bij sont les titulaires de l'autorité parentale ou, à défaut de ces
ontstentenis van die personen, de wettelijke vertegenwoordiger. personnes, le représentant légal.
§ 3. De opvoedingsverantwoordelijken, vermeld in § 1, tweede lid, van § 3. Les responsables de l'éducation visés au § 1er, deuxième alinéa,
dit artikel zijn de andere natuurlijke personen dan de ouders, die de du présent article, sont les personnes physiques autres que les
minderjarige op duurzame wijze in feite onder hun bewaring hebben of parents, ayant en permanence et de fait la garde du mineur ou les
bij wie de minderjarige geplaatst is door bemiddeling of ten laste van personnes auprès desquelles le mineur a été placé par l'intermédiaire
een openbaar bestuur. ou à charge d'une administration publique.

Art. 4.De directeur, vermeld in artikel 2, reikt aan de

Art. 4.Le directeur, visé à l'article 2, délivre à l'intervenant une

bijstandspersoon een attest van zijn aanstelling uit, conform het attestation de sa désignation, conformément au modèle fixé par le
model dat de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, de Vlaamse Ministre flamand compétent pour l'enseignement, le Ministre flamand
minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, en de Vlaamse compétent pour l'assistance aux personnes et le Ministre flamand
minister, bevoegd voor het gezondheidsbeleid hebben vastgesteld. compétent pour la politique de la santé.

Art. 5.De directeur, vermeld in artikel 2, kan de aanstelling van de

Art. 5.Le directeur, visé à l'article 2, peut mettre fin à la

bijstandspersoon beëindigen. Behalve als de aanstelling wordt désignation de l'intervenant. Il entend préalablement l'intervenant et
beëindigd op verzoek van de bijstandspersoon, hoort hij vooraf de le mineur, en tenant compte de ses possibilités, sauf si la
bijstandspersoon en de minderjarige, rekening houdend met zijn désignation est terminée à la demande de l'intervenant.
mogelijkheden. Als aan zijn aanstelling een einde is gesteld, bezorgt de betrokkene Lorsqu'il est mis fin à sa désignation, la personne concernée restitue
het attest, vermeld in artikel 4, onmiddellijk terug aan de directeur immédiatement l'attestation visée à l'article 4 au directeur, qui
die het vernietigt. l'annule.

Art. 6.Als verschillende jeugdhulpvoorzieningen betrokken zijn bij de

Art. 6.Si plusieurs structures d'aide à la jeunesse sont associées à

jeugdhulpverlening aan de minderjarige, brengt de bijstandspersoon de la prestation de services d'aide au mineur, l'intervenant informe
andere jeugdhulpvoorzieningen onmiddellijk op de hoogte van zijn immédiatement les autres structures d'aide à la jeunesse de sa
aanstelling en, in voorkomend geval, van de beëindiging van zijn désignation et, le cas échéant, de la fin de sa désignation.
aanstelling.

Art. 7.De beslissingen, vermeld in artikel 3, eerste lid, en artikel

Art. 7.Les décisions mentionnées à l'article 3, premier alinéa, et à

5, eerste lid, worden toegevoegd aan het dossier van de minderjarige l'article 5, premier alinéa, sont ajoutées au dossier du mineur, tenu
dat de jeugdhulpvoorziening bijhoudt overeenkomstig artikel 20 van het à jour par la structure d'aide à la jeunesse conformément à l'article
decreet van 7 mei 2004 betreffende de rechtspositie van de 20 du décret du 7 mai 2004 relatif au statut du mineur dans l'aide
minderjarige in de integrale jeugdhulp. intégrale à la jeunesse.

Art. 8.Dit besluit treedt in werking op 1 juni 2012.

Art. 8.Le présent arrêté entre en vigueur le 1er juin 2012.

Art. 9.De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, de

Art. 9.Le Ministre flamand ayant l'assistance aux personnes dans ses

Vlaamse minister, bevoegd voor het gezondheidsbeleid, en de Vlaamse attributions, le Ministre flamand ayant la politique de la santé dans
minister, bevoegd voor het onderwijs, zijn, ieder wat hem of haar ses attributions et le Ministre flamand ayant l'enseignement dans ses
betreft, belast met de uitvoering van dit besluit. attributions sont chargés, chacun en ce qui le ou la concerne, de
l'exécution du présent arrêté.
Brussel, 20 april 2012. Bruxelles, le 20 avril 2012.
De minister-president van de Vlaamse Regering, Le Ministre-Président du Gouvernement flamand,
K. PEETERS K. PEETERS
De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, Le Ministre flamand du Bien-être, de la Santé publique et de la Famille,
J. VANDEURZEN J. VANDEURZEN
De Vlaamse minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke Kansen en Brussel, Le Ministre flamand de l'Enseignement, de la Jeunesse, de l'Egalité
des Chances et des Affaires bruxelloises,
P. SMET P. SMET
^