← Terug naar "Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de ontwikkelingsdoelen voor opleidingsvorm 1 en opleidingsvorm 2 in het buitengewoon secundair onderwijs "
Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de ontwikkelingsdoelen voor opleidingsvorm 1 en opleidingsvorm 2 in het buitengewoon secundair onderwijs | Arrêté du Gouvernement flamand relatif aux objectifs de développement pour la forme d'enseignement 1 et la forme d'enseignement 2 dans l'enseignement secondaire spécial |
---|---|
VLAAMSE OVERHEID 5 SEPTEMBER 2014. - Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de ontwikkelingsdoelen voor opleidingsvorm 1 en opleidingsvorm 2 in het buitengewoon secundair onderwijs De Vlaamse Regering, Gelet op de Codex Secundair Onderwijs, artikel 262, gewijzigd bij het | AUTORITE FLAMANDE 5 SEPTEMBRE 2014. - Arrêté du Gouvernement flamand relatif aux objectifs de développement pour la forme d'enseignement 1 et la forme d'enseignement 2 dans l'enseignement secondaire spécial Le Gouvernement flamand, Vu le Code de l'Enseignement secondaire du 17 décembre 2010, notamment |
decreet van 1 juli 2011, en artikel 263, gewijzigd bij het decreet van | l'article 262, modifié par le décret du 1er juillet 2011, et l'article |
21 maart 2014 betreffende maatregelen voor leerlingen met specifieke | 263, modifié par le décret du 21 mars 2014 relatif aux élèves à |
onderwijsbehoeften; | besoins éducatifs spécifiques ; |
Gelet op het advies van de Vlaamse Onderwijsraad, gegeven op 23 | Vu l'avis du « Vlaamse Onderwijsraad » (Conseil flamand de |
september 2008; | |
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 14 mei 2014; | l'Enseignement), émis le 23 septembre 2008 ; |
Gelet op de adviezen 56.450/1 en 56.451/1 van de Raad van State, | Vu l'avis de l'Inspection des Finances, rendu le 14 mai 2014 ; |
gegeven op 3 juli 2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste | Vu les avis n° 56.450/1 et n° 56.451/1 du Conseil d'Etat, donnés le 3 |
lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 | juillet 2014, en application de l'article 84, § 1er, alinéa 1er, 2°, |
januari 1973; | des lois coordonnées sur le Conseil d'Etat du 12 janvier 1973 ; |
Op voorstel van de viceminister-president van de Vlaamse Regering en | Sur la proposition du Vice-Ministre-Président du Gouvernement flamand |
Vlaams minister van Onderwijs; | et de la Ministre flamande de l'Enseignement ; |
Na beraadslaging, | Après délibération, |
Besluit : | Arrête : |
Artikel 1.De ontwikkelingsdoelen van opleidingsvorm 1 en |
Article 1er.Les objectifs de développement de la forme d'enseignement |
opleidingsvorm 2 van het buitengewoon secundair onderwijs zijn | 1 et de la forme d'enseignement 2 de l'enseignement secondaire spécial |
opgenomen in de bijlage die bij dit besluit is gevoegd. | sont repris dans l'annexe au présent arrêté. |
Art. 2.De Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, is belast met |
Art. 2.La Ministre flamande qui a l'enseignement dans ses |
de uitvoering van dit besluit. | attributions est chargée de l'exécution du présent arrêté. |
Brussel, 5 september 2014. | Bruxelles, le 5 septembre 2014. |
De minister-president van de Vlaamse Regering, | Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, |
G. BOURGEOIS | G. BOURGEOIS |
De viceminister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister | La Vice-Ministre-Présidente du Gouvernement flamand et Ministre |
van Onderwijs, | flamande de l'Enseignement, |
H. CREVITS | H. CREVITS |
Bijlage | Annexe |
De ontwikkelingsdoelen van opleidingsvorm 1 en opleidingsvorm 2 van | |
het buitengewoon secundair onderwijs, vermeld in artikel 1 | Les objectifs de développement de la forme d'enseignement 1 et de la |
forme d'enseignement 2 de l'enseignement secondaire spécial, visés à l'article 1er | |
1. Wonen | 1. Habiter |
1.1 Persoonlijk dagelijks leven | 1.1 Vie personnelle journalière |
1.1.1 Lichamelijke aspecten | 1.1.1 Aspects physiques |
De jongere | Le jeune |
1 geeft honger en dorst aan | 1 signale qu'il a faim et soif |
2 neemt verschillende vormen van voeding op | 2 consomme différentes formes d'alimentation |
3 neemt gezonde en evenwichtige voeding op | 3 consomme une alimentation saine et équilibrée |
4 geeft nood aan verzorging aan | 4 indique le besoin de soins |
5 verzorgt zich hygiënisch | 5 se soigne de façon hygiénique |
6 geeft behoefte aan rust aan | 6 signale le besoin de repos |
7 houdt zich aan het dag-nachtritme | 7 respecte le rythme de jour et de nuit |
8 beweegt gezond en evenwichtig | 8 est capable de se mouvoir d'une manière saine et équilibrée |
9 vult rustmomenten op een sociaal aanvaardbare manier in | 9 utilise les moments de repos d'une manière socialement acceptable |
1.1.2 Mentale aspecten | 1.1.2 Aspects mentaux |
De jongere | Le jeune |
10 gaat op een gepaste wijze om met genots- en geneesmiddelen | 10 sait se servir d'une manière appropriée des médicaments et des |
11 beoordeelt wat zijn aandeel is in successen en mislukkingen | produits de luxe. 11 évalue sa part tant dans les succès que dans les échecs. |
12 houdt rekening met gedachten, gevoelens en wensen van anderen | 12 tient compte des pensées, desiderata ou sentiments de l'autre |
13 ontwikkelt lichaamsbesef | 13 développe sa conscience du corps |
14 ontwikkelt een seksuele identiteit | 14 développe une identité sexuelle |
15 ontwikkelt een positief realistisch zelfbeeld | 15 développe une image de soi réaliste et positive |
16 stelt zichzelf realistische doelen en stuurt ze indien nodig bij | 16 se fixe des objectifs réalistes et les corrige au besoin |
17 staat open voor uitdagingen en heeft zin in initiatief | 17 se montre ouvert aux défis et a l'esprit d'initiative |
18 gaat om met emoties | 18 gère les émotions |
19 gaat om met intimiteitsniveaus | 19 gère les niveaux d'intimité |
20 gaat om met stress | 20 gère le stress |
21 bezorgt zichzelf een goed gevoel | 21 se crée un sentiment agréable |
22 bouwt veerkracht op | 22 développe de la résilience |
23 ervaart zichzelf en de wereld door middel van muzisch creatieve | 23 se perçoit et perçoit le monde grâce à des expériences artistiques |
ervaringen | et créatives |
24 schat zijn mogelijkheden en zijn beperkingen in | 24 évalue ses possibilités et ses restrictions |
25 geniet van een activiteit of situatie | 25 jouit d'une activité ou d'une situation |
26 gaat om met onvoorspelbaarheid | 26 gère l'imprévisibilité |
27 stelt zich weerbaar op | 27 fait preuve d'un ressort moral |
28 bouwt zijn eigen identiteit uit | 28 développe sa propre identité |
1.1.3 Sociale aspecten | 1.1.3 Aspects sociaux |
De jongere | Le jeune |
29 bouwt persoonlijke relaties op | 29 établit des relations personnelles |
30 onderhoudt persoonlijke relaties | 30 maintient des relations personnelles |
31 stelt zich weerbaar op in persoonlijke relaties | 31 fait preuve d'un ressort moral dans des relations personnelles |
32 gaat om met kritiek | 32 sait gérer la critique |
33 stelt bij eten of drinken sociaal aanvaardbaar gedrag | 33 fait preuve d'un comportement socialement admissible lorsqu'il boit ou mange |
34 stelt bij verzorging sociaal aanvaardbaar gedrag | 34 fait preuve d'un comportement socialement admissible lorsqu'il est |
35 uit gedachten, gevoelens en wensen op een sociaal aanvaardbare | soigné 35 exprime des idées, sentiments et desiderata d'une manière |
manier | socialement acceptable |
36 gaat om met conflicten | 36 gère les conflits |
37 komt los van persoonlijke relaties | 37 se libère de relations personnelles |
38 gebruikt sociaal aanvaardbare taal m.b.t. seksualiteit | 38 utilise un langage socialement acceptable relatif à la sexualité |
39 beleeft zijn seksualiteit op een aangepaste en veilige wijze | 39 vit sa sexualité d'une manière sûre et appropriée |
40 stelt en aanvaardt regels en grenzen in relaties | 40 pose et accepte des règles et des limites dans des relations |
41 stemt zijn voorkomen af op de situatie | 41 adapte son apparence à la situation |
42 aanvaardt verschillende stijlen van leiding geven | 42 accepte les différents styles de direction |
1.2 Huishoudelijke dagelijks leven | 1.2 Vie domestique journalière |
De jongere | Le jeune |
43 bereidt een maaltijd | 43 prépare un repas |
44 onderhoudt zijn omgeving | 44 entretient son environnement |
45 onderhoudt zijn kleding | 45 entretient ses vêtements |
46 doet boodschappen | 46 fait des courses |
47 beheert zijn budget | 47 gère son budget |
48 beheert zijn administratie en zijn correspondentie | 48 gère son administration et sa correspondance |
49 voert huishoudelijke activiteiten uit rekening houdend met | 49 exécute des tâches ménagères en tenant compte de la sécurité, de |
veiligheid, hygiëne en milieu | l'hygiène et de l'environnement |
50 zorgt voor huisgenoten | 50 prend soin des membres du ménage |
51 richt zijn omgeving in | 51 décore son environnement |
52 vindt een gepaste woonvorm | 52 trouve une forme d'habitation appropriée |
53 gebruikt ICT in functie van huishoudelijke activiteiten | 53 utilise les TIC en fonction des activités ménagères |
1.3 Maatschappelijk dagelijks leven | 1.3 Vie sociale journalière |
De jongere | Le jeune |
54 maakt gebruik van dienstverlenende instanties | 54 fait usage d'instances prestataires de services |
55 maakt gebruik van hulpverlenende voorzieningen | 55 fait usage de prestataires d'assistance |
56 maakt gebruik van commerciële instanties | 56 fait usage d'instances commerciales |
57 participeert aan groepsactiviteiten. | 57 participe aux activités de groupe |
58 engageert zich in groepsactiviteiten | 58 s'engage dans des activités de groupe |
59 formuleert een mening over maatschappelijke vraagstukken met | 59 formule une opinion sur les problèmes sociétaux tout en tenant |
respect voor waarden en normen | compte des valeurs et des normes |
60 past geldende rechten en plichten toe | 60 respecte les droits et devoirs en vigueur |
61 maakt afspraken en houdt zich aan afspraken | 61 conclut et respecte des arrangements |
2. Werken | 2. Travailler |
2.2 Oriëntatie naar de job | 2.1 Orientation vers un emploi |
De jongere | Le jeune |
62 verkent de verschillende mogelijkheden van arbeidsgerichte | 62 explore les différentes possibilités professionnelles |
activiteiten 63 kiest een haalbare arbeidsgerichte activiteit | 63 choisit une activité professionnelle réalisable |
64 schat mogelijkheden en beperkingen i.v.m. arbeidsgerichte | 64 connaît les possibilités et les limitations des activités |
activiteiten in | professionnelles |
65 toont in een arbeidssituatie leer- en veranderingsbereidheid | 65 montre dans une situation professionnelle sa disponibilité à |
l'apprentissage et au changement | |
66 maakt eigen wensen en verwachtingen in verband met werk kenbaar | 66 fait connaître ses souhaits et attentes relatifs à sa vie |
67 plaatst de eigen arbeid in een zinvol maatschappelijk geheel | professionnelle 67 situe son travail dans un ensemble social cohérent |
68 stemt zijn voorkomen af op de aard van de opdracht en op de | 68 adapte son apparence à la nature de la charge et à l'environnement |
werkomgeving | du travail |
2.2 Proces en uitvoering | 2.2 Procès et exécution |
De jongere | Le jeune |
69 beheerst en coördineert de nodige grove motoriek bij het uitvoeren | 69 gère et coordonne la motricité globale nécessaire lors de |
van een opdracht | l'exercice d'une mission |
70 beheerst en coördineert de nodige fijne motoriek bij het uitvoeren | 70 gère et coordonne la motricité fine nécessaire lors de l'exercice |
van een opdracht | d'une mission |
71 coördineert zijn bewegingen bij het uitvoeren van een opdracht | 71 coordonne ses mouvements pour de l'exercice d'une mission |
72 beheerst de nodige kracht voor het uitvoeren van een opdracht | 72 gère la force nécessaire pour de l'exercice d'une mission |
73 doseert de nodige kracht voor het uitvoeren van een opdracht | 73 dose la force nécessaire pour de l'exercice d'une mission |
74 voert volgens de opgelegde werkvolgorde de opeenvolgende | 74 entreprend les actions successives en respectant bien l'ordre |
handelingen uit | chronologique imposé des opérations |
75 werkt gedurende een opgelegde tijd aan een opgelegde taak | 75 travaille à une tâche imposée pendant le temps imposé |
76 past het eigen werkritme aan het opgelegd ritme aan | 76 adapte son rythme de travail au rythme imposé |
77 behaalt vooropgestelde kwaliteitseisen | 77 atteint les exigences de qualité fixées |
78 werkt resultaatgericht | 78 travaille en se concentrant sur les résultats |
79 voert het werk met volle en volgehouden aandacht uit | 79 exécute le travail tout en faisant preuve d'une attention totale et soutenue |
80 handelt in een arbeidssituatie naar eigen mogelijkheden en | 80 entreprend des actions dans un contexte de travail selon ses |
beperkingen | possibilités et limitations |
81 houdt zich aan regels, afspraken en procedures van de | 81 respecte les règles, arrangements et procédures du contexte |
arbeidssituatie | professionnel |
82 zet door bij moeilijkheden in de arbeidssituatie | 82 persiste dans des conditions professionnelles difficiles |
83 past zich aan wijzigende omstandigheden in een arbeidssituatie aan | 83 s'adapte aux conditions professionnelles changeantes |
84 organiseert zijn eigen werkzaamheden in functie van de werkopdracht | 84 organise ses propres activités en fonction de la mission de travail |
85 reageert adequaat op problemen bij het productieproces of bij de | 85 réagit de façon adéquate aux problèmes surgissant lors du processus |
dienstverlening | de production ou lors de la prestation de services |
86 werkt samen als een schakel in een werkketen | 86 collabore comme maillon de la chaîne professionnelle |
87 toont initiatief passend bij de arbeidswerksituatie | 87 montre de l'initiative dans la situation de travail |
88 verwerkt arbeidsgerelateerde formulieren | 88 traite des formulaires liés au travail |
89 gebruikt arbeidsgerelateerde taal | 89 utilise un langage lié au travail |
2.3 Relaties op de werkvloer | 2.3 Relations sur le lieu de travail |
De jongere | Le jeune |
90 draagt bij tot het algemeen welzijn en een goede werksfeer | 90 contribue au bien-être général et à une bonne ambiance de travail |
91 gebruikt zijn rechten en leeft plichten in een arbeidsengagement na | 91 utilise ses droits et respecte les devoirs d'un engagement de travail |
92 aanvaardt gezag van leidinggevenden | 92 accepte l'autorité des dirigeants |
93 communiceert met collega's en leidinggevenden in functie van de | 93 communique avec des collègues et des dirigeants en fonction de la |
werksituatie | situation de travail |
94 maakt een onderscheid tussen privé en werk | 94 sait faire la distinction entre la vie professionnelle et la vie privée |
2.4 Technische competenties | 2.4 Compétences techniques |
De jongere | Le jeune |
95 past technieken toe die gebruikt worden in een assemblagewerkplaats | 95 applique des techniques qui sont utilisées dans un atelier d'assemblage |
96 past technieken toe die gebruikt worden in een | 96 applique des techniques qui sont utilisées dans un atelier |
verpakkingswerkplaats | d'emballage |
97 past technieken toe die gebruikt worden in een onderhoudsdienst | 97 applique des techniques qui sont utilisées dans un service d'entretien |
98 past technieken toe die gebruikt worden in een metaalwerkplaats | 98 applique des techniques qui sont utilisées dans un atelier pour le |
travail des métaux | |
99 past technieken toe die gebruikt worden in een houtwerkplaats | 99 applique des techniques qui sont utilisées dans un atelier pour le |
100 past technieken toe die gebruikt worden een verzendingsdienst | travail du bois 100 applique des techniques qui sont utilisées dans un service d'expédition |
101 past technieken toe die gebruikt worden in een groendienst | 101 applique des techniques qui sont utilisées dans un service vert |
102 past technieken toe die gebruikt worden in een textielwerkplaats | 102 applique des techniques qui sont utilisées dans un atelier textile |
103 past technieken toe die gebruikt worden in een keukenwerkplaats | 103 applique des techniques qui sont utilisées dans une cuisine professionnelle |
104 past technieken toe die gebruikt worden in een cateringsdienst | 104 applique des techniques qui sont utilisées dans un service de traiteur |
105 past technieken toe die gebruikt worden in een drukkerij | 105 applique des techniques qui sont utilisées dans une imprimerie |
106 past technieken toe die gebruikt worden in een logistieke dienst | 106 applique des techniques qui sont utilisées dans un service logistique |
107 past technieken toe die gebruikt worden in een ambachtelijke | 107 applique des techniques qui sont utilisées dans un atelier |
werkplaats | artisanal |
2.5 Veiligheid, hygiëne en welzijn op het werk | 2.5 Sécurité, hygiène et bien-être au travail |
De jongere | Le jeune |
108 houdt zich aan de geldende voorschriften inzake hygiëne | 108 respecte les prescriptions d'hygiène en vigueur |
109 past veiligheidsvoorschriften toe | 109 respecte les prescriptions de sécurité |
110 hanteert machines, gereedschappen, producten en grondstoffen op | 110 utilise les machines, outils, produits et matières premières d'une |
een correcte manier: veilig, ergonomische en efficiënt | façon correcte : en toute sécurité, de manière ergonomique et efficace |
111 gaat adequaat om met risico's | 111 gère de manière adéquate les risques |
112 houdt de werkplek op orde | 112 maintient un poste de travail ordonné |
113 past duurzaamheidsprincipes toe | 113 applique les principes de durabilité |
114 gaat om met werkdruk | 114 gère la pression du travail |
115 reageert adequaat op omgevingsfactoren van de arbeidsplaats | 115 réagit adéquatement aux facteurs environnementaux du lieu de |
116 neemt deel aan werkoverleg of een werkvergadering | travail 116 participe à la concertation de travail ou à une réunion de travail |
3. Vrije tijd | 3. Loisirs |
3.1 Invulling van de vrije tijd | 3.1 Occuper ses loisirs |
De jongere | Le jeune |
117 verkent verschillende mogelijkheden om vrije tijd en vakantie in | 117 examine le large choix de possibilités pour occuper ses loisirs et |
te vullen | ses vacances |
118 maakt een evenwichtige en gevarieerde keuze voor vrije tijd en | 118 fait un choix équilibré et varié pour occuper ses loisirs et ses |
vakantie | vacances |
119 experimenteert met verschillende materialen en technieken | 119 expérimente avec un éventail de matériaux et de techniques différents |
120 experimenteert met klankbronnen en muziekinstrumenten | 120 expérimente avec des sources sonores et des instruments de musique |
121 experimenteert met de bewegingsmogelijkheden van het eigen lichaam | 121 expérimente avec la motricité de son corps |
122 experimenteert met dramatische expressie | 122 expérimente avec l'expression dramatique |
123 bouwt een hobby uit | 123 se lance dans un passe-temps |
3.2 Participeren in vrije tijd | 3.2 Participer aux loisirs |
De jongere | Le jeune |
124 vult lege tijd op een voor zichzelf zinvolle wijze in en houdt | 124 occupe son temps libre d'une façon utile tout en tenant compte de |
daarbij rekening met anderen | l'autre |
125 bouwt een persoonlijk netwerk op in kader van gekozen vrijetijdsbesteding | 125 développe un réseau personnel dans le cadre des loisirs choisis |
126 komt tot rust en ontspanning door vrijetijdsbesteding | 126 se repose et se détente grâce aux loisirs |
127 gedraagt zich als volwaardig lid van een gekozen vereniging | 127 se comporte comme un membre à part entière d'une association choisie |
128 respecteert spelregels en de regels van fairplay | 128 respecte les règles de jeu et les règles du fairplay |
129 schaft gepast materiaal en uitrusting aan | 129 achète le matériel et l'équipement adapté |
4. Overkoepelende ontwikkelingsdoelen | 4. Objectifs généraux de développement |
4.1 Ondersteuning | 4.1 Soutien |
De jongere | Le jeune |
130 kiest een adequaat hulpmiddel | 130 choisit une aide adéquate |
131 gaat om met hulpmiddelen | 131 sait comment gérer l'aide |
132 stelt een hulpvraag | 132 pose une question d'aide |
133 organiseert ondersteuning | 133 organise l'aide |
134 communiceert persoonlijke voorkeuren | 134 communique ses préférences personnelles |
135 gaat om met hulpverleners | 135 entretient des rapports avec les intervenants |
4.2 Zelfsturing | 4.2 Autonomie |
De jongere | Le jeune |
136 maakt realistische keuzes | 136 fait des choix réalistes |
137 neemt initiatief | 137 prend de l'initiative |
138 organiseert zijn activiteiten | 138 organise ses activités |
139 staat open voor nieuwe ervaringen | 139 est ouvert aux nouvelles expériences |
140 tekent een realistisch toekomstperspectief uit. | 140 esquisse une perspective d'avenir réaliste |
141 neemt actief deel aan het besluitvormingsproces | 141 participe activement au processus de décision |
142 is onderhandelingsvaardig | 142 est ouvert à la négociation |
143 lost problemen op | 143 résout des problèmes |
4.3 Veiligheid en mobiliteit | 4.3 Sécurité et mobilité |
De jongere | Le jeune |
144 signaleert gevaar | 144 signale le danger |
145 gaat om met gevaar | 145 gère le danger |
146 houdt zich aan veiligheidsvoorschriften | 146 respecte les prescriptions de sécurité |
147 reageert gepast in noodsituaties | 147 réagit de façon adéquate dans des situations d'urgence |
148 voert opdrachten met een goede coördinatie van bewegingen uit | 148 exécute des missions tout en veillant à une bonne coordination des mouvements |
149 is mobiel | 149 est mobile |
150 verplaatst zich veilig in het verkeer | 150 se déplace en toute sécurité dans la circulation |
151 maakt gebruik van openbaar of ander gemeenschappelijk vervoer | 151 utilise le transport public ou autre transport en commun |
4.4 Numerieke ontwikkeling | 4.4 Développement numérique |
De jongere | Le jeune |
152 plant zijn dag-, week, maand- en jaarritme | 152 planifie son emploi du temps par jour, par semaine, par mois et |
153 voert taken uit waarvoor rekenkundige vaardigheden nodig zijn | par année 153 exécute des tâches pour lesquelles des aptitudes arithmétiques |
154 voert taken uit waarvoor ruimtelijke richtingsbegrippen nodig zijn | sont nécessaires 154 exécute des tâches pour lesquelles les principes des directions |
spatiales sont nécessaires | |
155 gebruikt numerieke informatie | 155 utilise des informations numériques |
4.5 Talige ontwikkeling | 4.5 Développement langagier |
De jongere | Le jeune |
156 voert taken uit waarvoor talige vaardigheden nodig zijn | 156 exécute des tâches pour lesquelles des aptitudes linguistiques |
sont nécessaires | |
157 gebruikt het meest geschikte communicatiemiddel | 157 utilise le moyen de communication le plus approprié |
158 gebruikt de meest geschikte communicatievorm | 158 utilise la forme de communication la plus appropriée |
159 gebruikt talige informatie | 159 utilise des informations linguistiques |
4.6 Omgaan met ICT | 4.6 Manier les TIC |
De jongere | Le jeune |
160 gebruikt ICT op een veilige, verantwoorde en doelmatige manier | 160 utilise les TIC d'une manière justifiée, efficace et en toute sécurité |
161 oefent zelfstandig in een door ICT- ondersteunde leeromgeving | 161 s'exerce de façon autonome dans un environnement d'apprentissage |
soutenu par les TIC | |
162 leert zelfstandig in een door ICT-ondersteunde leeromgeving | 162 apprend de façon autonome dans un environnement d'apprentissage |
soutenu par les TIC | |
163 gebruikt ICT om eigen ideeën creatief vorm te geven | 163 utilise les TIC pour concrétiser ses propres idées d'une manière |
164 zoekt, verwerkt en bewaart digitale informatie met behulp van ICT | créative 164 recherche, traite et conserve l'information numérique au moyen des TIC |
165 gebruikt ICT bij het voorstellen van informatie aan anderen | 165 utilise les TIC pour la présentation d'informations à autrui |
166 gebruikt ICT om op een veilige, verantwoorde en doelmatige manier | 166 utilise les TIC pour communiquer d'une manière justifiée, efficace |
te communiceren | et en toute sécurité |
167 kiest afhankelijk van het te bereiken doel adequaat uit | 167 fait un choix adéquat parmi les différentes applications TIC en |
verschillende ICT-toepassingen | fonction de l'objectif à atteindre |
168 stuurt het handelen bij na reflectie over het eigen ICT-gebruik en | 168 adapte ses actions après réflexion sur l'utilisation des TIC par |
dat van anderen | lui-même et par les autres |
Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse Regering | Vu pour être annexé à l'arrêté du Gouvernement flamand du 5 septembre |
van 5 september 2014 betreffende de ontwikkelingsdoelen voor | 2014 relatif aux objectifs de développement pour la forme |
opleidingsvorm 1 en opleidingsvorm 2 in het buitengewoon secundair | d'enseignement 1 et la forme d'enseignement 2 dans l'enseignement |
onderwijs. | secondaire spécial |
Brussel, 5 september 2014. | Bruxelles, le 5 septembre 2014. |
De minister-president van de Vlaamse Regering, | Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, |
G. BOURGEOIS | G. BOURGEOIS |
De viceminister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister | La Vice-Ministre-Présidente du Gouvernement flamand et Ministre |
van Onderwijs, | flamande de l'Enseignement, |
H. CREVITS | H. CREVITS |