← Terug naar "Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 24 mei 1995 betreffende de ophaling en de verwerking van dierlijk afval en van het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne "
| Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 24 mei 1995 betreffende de ophaling en de verwerking van dierlijk afval en van het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne | Arrêté du Gouvernement flamand modifiant l'arrêté du Gouvernement flamand du 24 mai 1995 concernant la collecte et la transformation de déchets animaux et l'arrêté du Gouvernement flamand du 1er juin 1995 fixant les dispositions générales et sectorielles en matière d'hygiène de l'environnement |
|---|---|
| MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP | MINISTERE DE LA COMMUNAUTE FLAMANDE |
| 3 JUNI 1997. Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het | 3 JUIN 1997. Arrêté du Gouvernement flamand modifiant l'arrêté du |
| besluit van de Vlaamse regering van 24 mei 1995 betreffende de | Gouvernement flamand du 24 mai 1995 concernant la collecte et la |
| ophaling en de verwerking van dierlijk afval en van het besluit van de | transformation de déchets animaux et l'arrêté du Gouvernement flamand |
| Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale | du 1er juin 1995 fixant les dispositions générales et sectorielles en |
| bepalingen inzake milieuhygiëne | matière d'hygiène de l'environnement |
| De Vlaamse regering, | Le Gouvernement flamand, |
| Gelet op het decreet van 2 juli 1981 betreffende de voorkoming en het | Vu le décret du 2 juillet 1981 concernant la prévention et la gestion |
| beheer van afvalstoffen, inzonderheid op hoofdstuk IV, afdeling 5, | des déchets, notamment le chapitre IV, sec-tion 5, modifiée par le |
| gewijzigd bij het decreet van 20 april 1994; | décret du 20 avril 1994; |
| Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, | Vu le décret du 28 juin 1985 relatif à l'autorisation écologique, |
| gewijzigd bij de decreten van 7 februari 1990, 12 december 1990, 21 | modifié par les décrets des 7 février 1990, 12 décembre 1990, 21 |
| december 1990, 22 december 1993, 21 december 1994 en 8 juli 1996; | décembre 1990, 22 décembre 1993, 21 décembre 1994 et 8 juillet 1996; |
| Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 mei 1995 | Vu l'arrêté du Gouvernement flamand du 24 mai 1995 concernant la |
| betreffende de ophaling en de verwerking van dierlijk afval; | collecte et la transformation de déchets animaux; |
| Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende | Vu l'arrêté du Gouvernement flamand du 1er juin 1995 fixant les |
| algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, gewijzigd bij | dispositions générales et sectorielles en matière d'hygiène de |
| de besluiten van de Vlaamse regering van 6 september 1995 en 26 juni | l'environnement, modifié par les arrêtés du Gouvernement flamand des 6 |
| 1996; | septembre 1995 et 26 juin 1996; |
| Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 21 | Vu l'avis de l'Inspection des Finances, rendu le 21 avril 1997; |
| april 1997; Overwegende de Richtlijn 90/667/EEG van de Raad van 27 november 1990 | Vu la Directive 90/667/CEE du Conseil du 27 novembre 1990 arrêtant les |
| tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften voor de verwijdering en | règles sanitaires relatives à l'élimination et à la transformation de |
| verwerking van dierlijke afvallen, voor het in de handel brengen van | déchets animaux, à leur mise sur le marché et à la protection contre |
| dierlijke afvallen en ter voorkoming van de aanwezigheid van | |
| ziekteverwekkers in diervoeders van dierlijke oorsprong (vissen | les agents pathogènes des aliments pour animaux d'origine animale ou à |
| daaronder begrepen) en tot wijziging van Richtlijn 90/425/EEG; | base de poisson, et modifiant la Directive 90/425/CEE; |
| Overwegende de beschikking 96/449/EG van de commissie van 18 juli 1996 | Vu la Décision 96/449/CE de la Commission du 18 juillet 1996 relative |
| inzake de goedkeuring van alternatieve warmtebehandelingssystemen voor | à l'agrément de systèmes de traitement thermique de remplacement pour |
| de verwerking van dierlijke afvallen met het oog op de inactivering | la transformation de déchets animaux au regard de l'inactivation des |
| van de agentia van spongiforme encefalopathie; | agents de l'encéphalopathie spongiforme; |
| Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari | Vu les lois sur le Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973, |
| 1973, inzonderheid op artikel 3, 1, gewijzigd bij de wetten van 4 juli | notamment l'article 3, 1er, modifié par les lois des 4 juillet 1989 et 4 août 1996; |
| 1989 en 4 augustus 1996; | Vu l'urgence; |
| Gelet op de dringende noodzakelijkheid; | Considérant que les Etats membres sont tenus à transposer en droit |
| Overwegende dat de lidstaten de beschikking 96/449/EG inzake de | interne pour le 1er avril 1997 la déci-sion 96/449/CE relative à |
| goedkeuring van alternatieve warmtebehandelingssystemen voor de | l'agrément de systèmes de traitement thermique de remplacement pour la |
| verwerking van dierlijke afvallen met het oog op de inactivering van | transformation de déchets animaux au regard de l'inactivation des |
| de agentia van spongiforme encefalopathie in het interne recht dienen | agents de l'encéphalopathie spongiforme; |
| om te zetten tegen 1 april 1997; | |
| Overwegende dat de Raad van de Europese Unie in samenspraak met het | Considérant que le Conseil de l'Union européenne en concertation avec |
| Permanent Veterinair Comité tot de conclusie is gekomen dat al het | le Comité vétérinaire permanent est arrivé à la conclusion que les |
| dierlijk afval afkomstig van zoogdieren in de Europese Unie, moet | déchets animaux provenant de mammifères dans l'Union européenne |
| worden verwerkt volgens een methode waarvan is aangetoond dat deze | doivent être traités selon une méthode dont l'efficacité a été |
| voor de inactivering van de scrapie- en BSE-agentia de facto | démontrée aux fins de l'inactivation des agents de la tremblante et de |
| doeltreffend is gebleken; | l'ESB; |
| Op voorstel van de Vlaamse minister van Leefmilieu en Tewerkstelling; | Sur la proposition du Ministre flamand de l'Environnement et de l'Emploi; |
| Na beraadslaging, | Après en avoir délibéré, |
| Besluit | Arrete : |
Artikel 1.In artikel 19, 2, III, 5°, van het besluit van de Vlaamse |
Article 1er.Dans l'article 19, 2, III, 5° de l'arrêté du Gouvernement |
| regering van 24 mei 1995 betreffende de ophaling en de verwerking van | flamand du 24 mai 1995 concernant la collecte et la transformation de |
| dierlijk afval wordt het voorlaatste gedachtestreepje vervangen door | déchets animaux, l'avant-dernier tiret est remplacé par la disposition |
| wat volgt : | suivante : |
| « - een rapport om aan te tonen dat het verwerkingsproces van afval | « - un rapport faisant apparaître que le procédé de transformation de |
| afkomstig van zoogdieren verloopt, conform de hiertoe opgenomen | déchets provenant de mammifères s'effectue conformément aux |
| bepalingen in het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 | dispositions prévues à cet effet dans l'arrêté du Gouvernement flamand |
| houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, dat | du 1er juin 1995 fixant les dispositions générales et sectorielles en |
| rekening houdt met beschikking 96/449/EG van de commissie van 18 juli | matière d'hygiène de l'environnement, lequel tient compte de la |
| 1996 ». | déci-sion 96/449/CE de la Commission du 18 juillet 1996 ». |
Art. 2.Artikel 5.2.2.10.8. van het besluit van de Vlaamse regering |
Art. 2.L'article 5.2.2.10.8. de l'arrêté du Gouvernement flamand du |
| van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake | 1er juin 1995 fixant les dispositions générales et sectorielles en |
| milieuhygiëne wordt vervangen door wat volgt : | matière d'hygiène de l'environnement est remplacé par la disposition suivante : |
| « Art. 5.2.2.10.8. 1. Hoog- en laag-risicomateriaal afkomstig van | « Art. 5.2.2.10.8. 1er. Les matières à haut risque et les matières à |
| zoogdieren wordt gebroken of vermalen tot een deeltjesgrootte van | faible risque provenant de mammifères sont concassées ou moulues en |
| maximum 50 mm. De gebroken of vermalen deeltjes worden verwarmd tot de | particules de 50 mm au maximum. Les particules concassées ou moulues |
| deeltjes gedurende 20 minuten een inwendige temperatuur van ten minste | sont chauffées à une température à coeur d'au moins 133° C pendant 20 |
| 133 °C hebben bij een druk van 3 bar. | minutes à une pression de 3 bars. |
| Deze bepaling is niet van toepassing op : | La présente disposition ne s'applique pas : |
| 1° de verwerking van laag-risicomateriaal voor de productie van voeder | 1° à la transformation de matières à faible risque pour la production |
| voor gezelschapsdieren; | d'aliments pour animaux de compagnie; |
| 2° voeder voor pelsdieren; | 2° aux aliments pour animaux à fourrure; |
| 3° gelatine; | 3° à la gélatine; |
| 4° huiden en vellen, hoeven, horens en haar; | 4° aux peaux, onglons, cornes et poils; |
| 5° klieren en organen voor farmaceutisch gebruik; | 5° aux glandes et organes à usage pharmaceutique; |
| 6° bloed en bloedproducten; | 6° au sang et aux produits sanguins; |
| 7° melk en zuivelproducten; | 7° au lait et aux produits laitiers; |
| 8° gesmolten vet; | 8° aux graisses fondues; |
| 9° voor menselijke consumptie geschikte beenderen; | 9° aux os propres à la consommation humaine; |
| 10° producten op basis van dierlijke afvallen van zoogdieren, waarvan kan worden gegarandeerd dat zij niet in enige voedselketen voor mens of dier zullen komen. 2. Als de in 1 genoemde parameters niet worden bereikt, kan de verwerking van hoog- en laag-risicomateriaal van zoogdieren enkel worden toegestaan, op voorwaarde dat die verwerking wordt voorafgegaan of gevolgd door een proces waarbij de parameters genoemd in 1 wel worden bereikt, of dat het resulterende eiwitmateriaal wordt vernietigd door het onder te graven, door het in een verbrandingsinstallatie of als brandstof te verbranden of door toepassing van een soortgelijke methode waarmee een veilige verwijdering wordt gegarandeerd. | 10° aux produits dérivés de déchets animaux de mammifères dont il peut être assuré qu'ils n'entreront pas dans la chaîne alimentaire humaine et animale. 2. En cas de non-observation des paramètres visés au 1er, la transformation de matières à haut risque et des matières à faible risque de mammifères ne peut être autorisée qu'à la condition que cette transformation soit précédée ou suivie d'un procédé répondant aux paramètres visés au 1er ou que le matériel protéique obtenu soit détruit par enfouissement, incinération dans un incinérateur, utilisation comme combustible ou une méthode similaire garantissant une destruction sûre. |
| 3. Hoog-risicomateriaal dat niet afkomstig is van zoogdieren wordt | 3. Les matières à haut risque qui ne proviennent pas de mammifères |
| gebroken of vermalen tot een deeltjesgrootte van maximum 50 mm. De | sont concassées ou moulues en particules de 50 mm au maximum. Les |
| gebroken of vermalen deeltjes worden verwarmd tot de deeltjes | particules concassées ou moulues sont chauffées à une température à |
| gedurende 20 minuten een inwendige temperatuur van ten minste 133 °C hebben bij een druk van 3 bar. Alternatieve warmtebehandelingssystemen die dezelfde garanties bieden als wat is bepaald in het eerste lid, zijn enkel toegestaan voor de verwerking van hoog-risicomateriaal dat niet afkomstig is van zoogdieren, en op voorwaarde dat zij beantwoorden aan een van de systemen of een combinatie van systemen als omschreven in bijlage 5.2.2.10. Bedrijven die hiervan gebruik maken, dienen aan te tonen dat de eindproducten gedurende een periode van één maand dagelijks werden bemonsterd, om na te gaan of aan de hygiëne-eisen, vermeld in artikel 5.2.2.10.11, wordt voldaan. | coeur d'au moins 133° C pendant 20 minutes à une pression de 3 bars. Les systèmes de traitement thermique de remplacement offrant les mêmes garanties que celles prévues au premier alinéa, ne sont autorisés que pour la transformation de matières à haut risque autres que celles provenant de mammifères et à la condition qu'ils répondent à l'un des systèmes ou à une combinaison de systèmes définis à l'annexe 5.2.2.10. Les entreprises appliquant de tels systèmes doivent démontrer que les produits finis font l'objet d'un échantillonnage quotidien pendant une période d'un mois pour vérifier que les exigences d'hygiènes prescrites à l'article 5.2.2.10.11., sont respectées. |
| 4. De warmtebehandeling van laag-risicomateriaal dat niet afkomstig is | 4. Le traitement thermique de matières à faible risque non provenant |
| van zoogdieren, biedt de garantie dat wordt voldaan aan de bepalingen | de mammifères offre la garantie que les conditions de l'article |
| van artikel 5.2.2.10.11. 2. | 5.2.2.10.11. 2 sont satisfaites. |
| 5. Voor de verwerking van dierlijk afval mogen zowel continu- als | 5. La transformation de déchets animaux peut être effectuée par lot ou |
| batch-systemen worden toegepast. » | en continu. » |
Art. 3.Artikel 5.2.2.10.9. van hetzelfde besluit wordt vervangen door |
Art. 3.L'article 5.2.2.10.9. du même arrêté est remplacé par les |
| wat volgt : | dispositions suivantes : |
| « Art. 5.2.2.10.9. 1. Op diverse plaatsen in de verwerkingslijn | « Art. 5.2.2.10.9. 1er. A divers endroits de la chaîne de |
| (warmtebehandelingsinstallatie) wordt geschikte meetapparatuur | transformation (installation de traitement thermique) est installé un |
| aangebracht om de temperatuur en de druk te controleren, om in alle stadia van de verwerking de temperatuur en de druk te kunnen registreren. De meetresultaten worden onafgebroken geregistreerd en de apparatuur moet regelmatig worden geijkt. 2. De deeltjesgrootte moet regelmatig worden gecontroleerd en de verkleiningsapparatuur moet worden bijgesteld wanneer slijtage of beschadiging wordt geconstateerd, waardoor deeltjes die groter zijn dan het vastgestelde maximum, in het proces kunnen terechtkomen. De vaststellingen betreffende de deeltjesgrootte worden geregistreerd. 3. Voor continusystemen wordt onder de normale omstandigheden een test uitgevoerd om na te gaan hoelang de grondstof in het systeem blijft. Merkers, bijvoorbeeld mangaandioxide (MnO2), worden in het continusysteem ingebracht (op tijdstip nul). Aan het einde van het proces worden de producten bemonsterd om te meten hoeveel onoplosbare merkstof wordt teruggewonnen. Voorts worden ook monsters genomen tussen het punt nul en het tijdstip waarop wordt aangenomen dat de hoeveelheid merkstof grotendeels door het systeem is gepasseerd. De vaststellingen betreffende de behandelingsduur worden geregistreerd. 4. De geregistreerde gegevens betreffende temperatuur, druk, deeltjesgrootte en behandelingsduur moeten worden bewaard gedurende | appareillage de mesurage adéquat pour vérifier la température et la pression afin d'enregistrer la température et la pression dans toutes les phases de la transformation. Les résultats du mesurage sont enregistrés en continu et l'appareillage doit être étalonné régulièrement. 2. La taille des particules doit être contrôlée à intervalles réguliers et l'installation de broyage doit être réglée en cas d'usure ou de dommages permettant le passage dans le processus de particules dont la taille est supérieure au maximum prescrit. Les résultats du contrôle de la taille des particules sont enregistrés. 3. Pour les systèmes en continu, un test est effectué dans des conditions normales pour vérifier la durée de séjour de la matière première dans le système. Des marqueurs tels que le dioxyde de manganèse (MnO2) sont introduits dans le système en continu (au point nul). A l'issue du processus les produits font l'objet d'un échantillonnage pour mesurer la récupération du marqueur insoluble. Des échantillons sont également prélevés entre le point nul et le moment où la quantité de marqueur est en majeure partie passée à travers le système. Les résultats concernant la durée de traitement sont enregistrés. 4. Les données enregistrées en matière de température, pression, taille des particules et durée de traitement doivent être conservées |
| ten minste 2 jaar. | pendant au moins 2 ans. |
| 5. Een adequaat veiligheidssysteem is vereist om te voorkomen dat de | 5. Un système de sécurité adéquat est requis pour garantir un |
| afvalstoffen onvoldoende worden verwarmd. | chauffement suffisant des déchets. |
| 6. De installaties en toestellen moeten goed worden onderhouden. | 6. Les installations et les appareils doivent être bien entretenus. » |
Art. 4.Hoofdstuk VIII van bijlage 5.2.2.10 van hetzelfde besluit |
Art. 4.Le chapitre VIII de l'annexe 5.2.2.10. du même arrêté est |
| wordt opgeheven. | abrogé. |
Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 april 1997. |
Art. 5.Le présent arrêté produit ses effets le 1er avril 1997. |
Art. 6.De Vlaamse minister, bevoegd voor het leefmilieu, is belast |
Art. 6.Le Ministre flamand qui a l'environnement dans ses |
| met de uitvoering van dit besluit. | attributions, est chargé de l'exécution du présent arrêté. |
| Brussel, 3 juni 1997. | Bruxelles, le 3 juin 1997. |
| De minister-president van de Vlaamse regering, | Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, |
| L. VAN DEN BRANDE | L. VAN DEN BRANDE |
| De Vlaamse minister van Leefmilieu en Tewerkstelling, | Le Ministre flamand de l'Environnement et de l'Emploi, |
| Th. KELCHTERMANS | Th. KELCHTERMANS |