Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de nadere regels voor de werking van de examencommissies samengesteld in uitvoering van artikel 24 van het decreet van 4 januari 1999 betreffende de bevorderingsambten en de selectieambten en tot wijziging van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 18 juli 2002 houdende organisatie van de vormingen van de verscheidene sessies betreffende de in de artikelen 19, 20 en 21 bedoelde bevorderings- en selectieambten, tot toekenning van vrijstellingen en tot organisatie van de proeven die de vormingen bekrachtigen, bij toepassing van de artikelen 23, 24 en 25 van het decreet van 4 januari 1999 betreffende de bevorderingsambten en de selectieambten en tot oprichting van de verschillende examencommissies belast met het uitreiken van de betrokken brevetten | Arrêté du Gouvernement de la Communauté française fixant les modalités de fonctionnement des jurys constitués en application de l'article 24 du décret du 4 janvier 1999 relatif aux fonctions de promotion et de sélection et modifiant l'arrêté du Gouvernement de la Communauté française du 18 juillet 2002 organisant les formations des diverses sessions relatives aux fonctions de promotion et de sélection visées aux articles 19, 20 et 21, accordant des dispenses et organisant les épreuves sanctionnant les formations, en application des articles 23, 24 et 25 du décret du 4 janvier 1999 relatif aux fonctions de promotion et de sélection et constituant les différents jurys chargés de délivrer les brevets y afférents |
---|---|
MINISTERIE VAN DE FRANSE GEMEENSCHAP | MINISTERE DE LA COMMUNAUTE FRANÇAISE |
3 APRIL 2003. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot | 3 AVRIL 2003. - Arrêté du Gouvernement de la Communauté française |
vaststelling van de nadere regels voor de werking van de | fixant les modalités de fonctionnement des jurys constitués en |
examencommissies samengesteld in uitvoering van artikel 24 van het | |
decreet van 4 januari 1999 betreffende de bevorderingsambten en de | application de l'article 24 du décret du 4 janvier 1999 relatif aux |
selectieambten en tot wijziging van het besluit van de Regering van de | fonctions de promotion et de sélection et modifiant l'arrêté du |
Franse Gemeenschap van 18 juli 2002 houdende organisatie van de | Gouvernement de la Communauté française du 18 juillet 2002 organisant |
vormingen van de verscheidene sessies betreffende de in de artikelen | les formations des diverses sessions relatives aux fonctions de |
19, 20 en 21 bedoelde bevorderings- en selectieambten, tot toekenning | promotion et de sélection visées aux articles 19, 20 et 21, accordant |
van vrijstellingen en tot organisatie van de proeven die de vormingen | des dispenses et organisant les épreuves sanctionnant les formations, |
bekrachtigen, bij toepassing van de artikelen 23, 24 en 25 van het | en application des articles 23, 24 et 25 du décret du 4 janvier 1999 |
decreet van 4 januari 1999 betreffende de bevorderingsambten en de | relatif aux fonctions de promotion et de sélection et constituant les |
selectieambten en tot oprichting van de verschillende examencommissies | |
belast met het uitreiken van de betrokken brevetten | différents jurys chargés de délivrer les brevets y afférents |
De Regering van de Franse Gemeenschap, | Le Gouvernement de la Communauté française, |
Gelet op het decreet van 4 januari 1999 betreffende de | Vu le décret du 4 janvier 1999 relatif aux fonctions de promotion et |
bevorderingsambten en de selectieambten, inzonderheid op de artikelen 23 en 24; | de sélection, notamment les articles 23 et 24; |
Gelet op het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 18 | Vu l'arrêté du Gouvernement de la Communauté française du 18 juillet |
juli 2002 houdende organisatie van de vormingen van de verscheidene | 2002 organisant les formations des diverses sessions relatives aux |
sessies betreffende de in de artikelen 19, 20 en 21 bedoelde | fonctions de promotion et de sélection visées aux articles 19, 20 et |
bevorderings- en selectieambten, tot toekenning van vrijstellingen en | 21, accordant des dispenses et organisant les épreuves sanctionnant |
tot organisatie van de proeven die de vormingen bekrachtigen, bij | |
toepassing van de artikelen 23, 24 en 25 van het decreet van 4 januari | les formations, en application des articles 23, 24 et 25 du décret du |
1999 betreffende de bevorderingsambten en de selectieambten en tot | 4 janvier 1999 relatif aux fonctions de promotion et de sélection et |
oprichting van de verschillende examencommissies belast met het | constituant les différents jurys chargés de délivrer les brevets y |
uitreiken van de betrokken brevetten; | afférents; |
Gelet op de voordracht van de Bestendige commissie voor bevordering en | Vu la proposition de la Commission permanente de la promotion et de la |
selectie; | sélection; |
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 3 | Vu l'avis de l'Inspecteur des Finances, donné le 3 février 2003; |
februari 2003; | |
Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 6 | Vu l'accord du Ministre du Budget, donné le 6 février 2003; |
februari 2003; | |
Gelet op het advies het Hoger overlegcomité van sector IX, gegeven op | Vu l'avis du Comité supérieur de concertation du secteur IX, donné le |
20 februari 2003; | 20 février 2003; |
Gelet op de beraadslaging van de Regering van 6 februari 2003 omtrent | Vu la délibération du Gouvernement du 6 février 2003 sur la demande |
de aanvraag om advies te verlenen door de Raad van State binnen een | d'avis à donner par le Conseil d'Etat dans un délai ne dépassant pas |
termijn van hoogstens één maand; | un mois; |
Gelet op het advies 34.951/2 van de Raad van State, gegeven op 20 | Vu l'avis 34.951/2 du Conseil d'Etat, donné le 20 mars 2003 en |
maart 2003, met toepassing van artikel 84, lid 1, 1°, van de | application de l'article 84, alinéa 1er, 1°, des lois coordonnées sur |
le Conseil d'Etat; | |
gecoördineerde wetten op de Raad van State; | Sur la proposition du Ministre de la Culture, du Budget, de la |
Op de voordracht van de Minister van Cultuur, Begroting, | Fonction publique, de la Jeunesse et des Sports, du Ministre de |
Ambtenarenzaken, Jeugd en Sport, van de Minister van Kinderwelzijn, | l'Enfance, chargé de l'enseignement fondamental, de l'accueil et des |
belast met het basisonderwijs, de opvang en de opdrachten toegewezen | missions confiées à l'O.N.E., du Ministre de l'Enseignement secondaire |
aan de ONE, van de Minister van Secundair Onderwijs en Buitengewoon | et de l'Enseignement spécial et de la Ministre de l'Enseignement |
Onderwijs en van de Minister van Hoger Onderwijs, Onderwijs voor | supérieur, de l'Enseignement de Promotion sociale et de la Recherche |
Sociale Promotie en Wetenschappelijk Onderzoek; | scientifique; |
Na beraadslaging, | Après délibération, |
Besluit : | Arrête : |
Artikel 1.De kandidaten worden opgeroepen per aangetekende brief |
Article 1er.Les candidats sont convoqués à l'épreuve par lettre |
minstens acht dagen vóór de proef. Worden enkel opgeroepen de | |
kandidaten die aan de voorwaarde voldoen inzake regelmatig | recommandée au moins 8 jours avant la date de l'épreuve. Sont seuls |
schoolbezoek zoals bedoeld bij het besluit van de Regering van de | convoqués les candidats qui remplissent la condition d'assiduité tel |
Franse Gemeenschap van 18 juli 2002 houdende organisatie van de | que précisé par l'arrêté du Gouvernement du 18 juillet 2002 organisant |
vormingen van de verscheidene sessies betreffende de in de artikelen | les formations des diverses sessions relatives aux fonctions de |
19, 20 en 21 bedoelde bevorderings- en selectieambten, tot toekenning | promotion et de sélection visées aux articles 19, 20 et 21, accordant |
van vrijstellingen en tot organisatie van de proeven die de vormingen | des dispenses et organisant les épreuves sanctionnant les formations, |
bekrachtigen, bij toepassing van de artikelen 23, 24 en 25 van het decreet van 4 januari 1999 betreffende de bevorderingsambten en de selectieambten en tot oprichting van de verschillende examencommissies belast met het uitreiken van de betrokken brevetten. De kandidaten worden opgeroepen in de door de voorzitter van de examencommissie bepaalde orde. De afwezige kandidaten worden uitgesloten. Art. 2.De examencommissie kan enkel zetelen indien minstens twee derde van haar leden aanwezig zijn. Mag niet zetelen een lid van de examencommissie van wie ofwel de echtegenoot ofwel een bloed- of aanverwante tot de vierde graad inbegrepen kandidaat is. Art. 3.In afwezigheid van de voorzitter, wordt het voorzitterschap waargenomen door een lid van de examencommissie aangesteld door zijn gelijken. Het kan in geval gaan om een lid bedoeld bij artikel 24, lid 3, 3°, van het voornoemd decreet van 4 januari 1999. Art. 4.De examencommissie vergewist zich ervan dat de kandidaat over de nodige bekwaamheden inzake relaties, pedagogie en bestuur beschikt zoals die bepaald zijn in het voornoemd besluit van de Regering van 18 juli 2002. Te dien einde, beschikken de leden van de examencommissie over al de documentatie die aan de kandidaten werd medegedeeld. Art. 5.De beslissingen van een examencommissie tot goedkeuring of weigering van een kandidaat worden genomen bij de meerderheid van de aanwezige leden. Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend. De beslissingen vermelden de redenen waarom de examencommissie kandidaatstellingen heeft goedgekeurd of geweigerd en worden medegedeeld aan de Directeur-generaal van het personeel van het onderwijs van de Franse Gemeenschap, die er kennis van geeft aan de kandidaten per aangetekende brief. De leden van de examencommissie worden tot de grootste discretie gehouden inzake verloop en inhoud van de beraadslaging. |
en application des articles 23, 24 et 25 du décret du 4 janvier 1999 relatif aux fonctions de promotion et de sélection et constituant les différents jurys chargés de délivrer les brevets y afférents. Les candidats sont appelés dans l'ordre déterminé par le président du jury. Les candidats absents sont exclus. Art. 2.Les jurys ne peuvent siéger que si deux tiers au moins de leurs membres sont présents. Un membre d'un jury ne peut siéger lorsque le candidat est soit son conjoint soit un parent ou allié jusqu'au quatrième degré inclus. Art. 3.En cas d'absence du président, la présidence est assurée par un membre du jury désigné par ses pairs. Il ne peut s'agir d'un membre visé à l'article 24, alinéa 3, 3°, du décret du 4 janvier 1999 précité. Art. 4.Le jury s'assure que le candidat possède les aptitudes relationnelles, pédagogiques et administratives tel que précisé dans l'arrêté du Gouvernement du 18 juillet 2002 précité. A cette fin, les membres du jury disposent de toute la documentation qui a été communiquée aux candidats. Art. 5.Les décisions d'un jury d'admettre ou de refuser un candidat sont prises à la majorité des membres présents. En cas de parité des voix, la voix du président est prépondérante. Les décisions indiquent les motifs qui ont conduit le jury à admettre ou refuser les candidatures et sont communiquées au Directeur général des personnels de l'enseignement de la Communauté française qui les notifie par recommandé aux candidats. Les membres du jury sont tenus à la plus grande discrétion quant au déroulement et à la teneur des délibérations. |
Art. 6.Wanneer de proef schriftelijk gebeurt : 1° wordt de kandidaat die de orde verstoort, die fraudeert of die probeert te frauderen, uitgesloten; 2° mogen de kandidaten, op straffe van onmiddellijke uitsluiting, noch met elkaar of met iemand buiten communiceren, noch nota's of boeken raadplegen, met uitsluiting van de toegestane documentatie. Ze kunnen geen ander papier gebruiken dan hetgeen dat hun ter beschikking wordt gesteld; 3° mag een kandidaat enkel de zaal verlaten als hij alle documenten hem ter beschikking gesteld, ingediend heeft bij de te dien einde aangewezen opzichter, behoudens andersluidende bepaling; 4° er wordt geen rekening gehouden met het klad bij de verbetering; |
Art. 6.Lorsque l'épreuve est écrite : 1° le candidat qui trouble l'ordre, fraude ou tente de frauder, est exclu; 2° les candidats ne peuvent, sous peine d'exclusion immédiate, communiquer entre eux ou avec l'extérieur, ni consulter des notes ou des livres, à l'exclusion de la documentation autorisée. Ils ne peuvent faire usage que du papier mis à leur disposition; 3° un candidat ne peut quitter la salle sans avoir remis tous les documents mis à sa disposition au surveillant désigné à cet effet, sauf mention contraire; 4° il n'est pas tenu compte des brouillons lors de la correction; |
5° er wordt een stempel aangebracht op het werk van de kandidaat en op | 5° un cachet est apposé sur le travail du candidat et sur la lettre de |
diens oproepingsbrief. | convocation. |
Art. 7.Artikel 2 van het besluit van de Regering van de Franse |
Art. 7.L'article 2 de l'arrêté du 18 juillet 2002 organisant les |
Gemeenschap van 18 juli 2002 houdende organisatie van de vormingen van | formations des diverses sessions relatives aux fonctions de promotion |
de verscheidene sessies betreffende de in de artikelen 19, 20 en 21 | et de sélection visées aux articles 19, 20 et 21, accordant des |
bedoelde bevorderings- en selectieambten, tot toekenning van | dispenses et organisant les épreuves sanctionnant les formations, en |
vrijstellingen en tot organisatie van de proeven die de vormingen | |
bekrachtigen, bij toepassing van de artikelen 23, 24 en 25 van het | application des articles 23, 24 et 25 du décret du 4 janvier 1999 |
decreet van 4 januari 1999 betreffende de bevorderingsambten en de | relatif aux fonctions de promotion et de sélection et constituant les |
selectieambten en tot oprichting van de verschillende examencommissies | différents jurys chargés de délivrer les brevets y afférents est |
belast met het uitreiken van de betrokken brevetten, wordt door de | |
volgende bepaling vervangen : | remplacé par la disposition suivante : |
« Art. 2.De eerste vormingssessie bedoeld bij artikel 20 van het |
« Art. 2.La première session de la formation visée à l'article 20 du |
decreet van 4 januari 1999 betreffende de bevorderingsambten en de | décret du 4 janvier 1999 relatif aux fonctions de promotion et de |
selectieambten wordt verdeeld over drie modules van elk vier dagen. | sélection est répartie en 3 modules de 4 jours chacun. Ils sont |
Zij worden gezamenlijk georganiseerd voor het geheel van de ambten | organisés en commun pour l'ensemble des fonctions visées par l'article |
bedoeld in artikel 20 van het voornoemde decreet. | 20 du décret précité. |
De eerste module heeft tot doel : | Le premier module a pour objet : |
1° de interne en externe communicatie bestaande uit : | 1° la communication interne et externe qui comprend : |
a) het identificeren van de persoonlijke informatie- en | a) l'identification de ses pratiques d'information et de communication |
communicatiepraktijken; | personnelles; |
b) het differentiëren van de begrippen communicatie en informatie | b) la différenciation des notions de communication et d'information |
binnen een systeem; | dans un système; |
c) het identificeren van sommige interne communicatiewijzen eigen aan | c) l'identification de certains modes de communication interne propre |
de organisatie; | à l'organisation; |
2° in het openbaar het woord te voeren dat bestaat in het oefenen van | 2° la prise de parole en public qui consiste à s'entraîner à la prise |
het woord te voeren en de gevolgen ervan te evalueren; | de parole et à en mesurer l'impact; |
3° de leiding en de motivatie van de groepen bestaande uit : | 3° la conduite et la motivation des groupes qui comprend : |
a) het verstaan van de motivatiemechanismen; | a) la compréhension du mécanisme de la motivation; |
b) het beheersen van de communicatiekunst. | b) la maîtrise de l'art de communiquer. |
De tweede module heeft tot doel : | Le second module a pour objet : |
1° de besluitvorming bestaande uit : | 1° la prise de décision qui comprend : |
a) het verstaan van de wijzen van besluitvorming; | a) la compréhension des modes de prise de décisions; |
b) het oefenen voor het gebruiken van besluitvormingsprocessen als | b) l'exercice à utiliser les processus de prise de décisions comme |
aangepaste actiemiddelen; | moyens d'actions adaptés; |
2° het beheersen van de conflicten bestaande uit : | 2° la gestion des conflits qui comprend : |
a) het onderscheid tussen de niveaus en types conflicten; | a) la distinction entre les niveaux et les types de conflits; |
b) de identificatie van zijn actiewijzen in conflictgevallen; | b) l'identification de ses modes d'actions en situations conflictuelles; |
c) de ontdekking van en het experimenteren met andere reactiewijzen. | c) la découverte et l'expérimentation d'autres modes de réaction. |
De derde module heeft tot doel : | Le troisième module a pour objet : |
1° het animeren van de Participatieraad en, meer specifiek, het | 1° l'animation du Conseil de participation et en particulier la mise |
uitwerken van een democratische participatie; | en place d'une participation démocratique; |
2° het integreren van de educatieve actie van de partners buiten de | 2° l'intégration de l'action éducative des partenaires extérieurs à |
school, meer specifiek uit de wereld van de onderneming; | l'école, en particulier du monde de l'entreprise; |
3° het verwerven van een evaluatiemethode voor zijn eigen actie. | 3° l'acquisition d'une méthode d'évaluation de sa propre action. |
van het bedrijfsleven; | |
De vorming duurt in totaal twaalf dagen van 6 tot 8 uur. De vorming | La formation a une durée totale de 12 jours de 6 à 8 heures. Elle est |
wordt prioritair 's weekends en tijdens de ontspanningsverlofdagen en | organisée, en priorité, les week-ends et lors des congés de détente et |
de schoolvakantie georganiseerd. » | des vacances scolaires. » |
Art. 8.In artikel 9, 4° van het voornoemde besluit van 18 juli 2002 |
Art. 8.A l'article 9, 4° de l'arrêté du 18 juillet 2002 précité, les |
worden de woorden "pedagogische vaardigheden" vervangen door de | termes « aptitudes pédagogiques » sont remplacés par « aptitudes |
woorden "administratieve vaardigheden". | administratives ». |
Art. 9.De Ministers tot wier bevoegdheden het onderwijs en de |
Art. 9.Les Ministres ayant l'enseignement et les statuts des membres |
statuten van de personeelsleden van het onderwijs behoren, zijn | du personnel de l'enseignement dans leurs attributions sont chargés, |
belast, iedere wat hem betreft, met de uitvoering van dit besluit. | chacun pour ce qui les concerne, de l'exécution du présent arrêté. |
Art. 10.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 15 februari 2003. |
Art. 10.Le présent arrêté produit ses effets le 15 février 2003. |
Brussel, 3 april 2003. | Bruxelles, le 3 avril 2003. |
Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : | Pour le Gouvernement de la Communauté française : |
De Minister van Cultuur, Begroting, Ambtenarenzaken, Jeugd en Sport, | Le Ministre de la Culture, du Budget, de la Fonction publique, de la Jeunesse et des Sports, |
R. DEMOTTE | R. DEMOTTE |
De Minister van Kinderwelzijn, belast met het Basisonderwijs, de Opvang | Le Ministre de l'Enfance, chargé de l'Enseignement fondamental, de |
en de Opdrachten toegewezen aan de « O.N.E. », | l'Accueil et des Missions confiées à l'O.N.E., |
J.-M. NOLLET | J.-M. NOLLET |
De Minister van Secundair Onderwijs en Buitengewoon Onderwijs, | Le Ministre de l'Enseignement secondaire et de l'Enseignement spécial, |
P. HAZETTE | P. HAZETTE |
De Minister van Hoger Onderwijs, Onderwijs voor Sociale Promotie en | La Ministre de l'Enseignement supérieur, de l'Enseignement de |
Wetenschappelijk Onderzoek, | Promotion sociale et de la Recherche scientifique, |
Mevr. F. DUPUIS | Mme F. DUPUIS |