Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende koelinstallaties | Arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale relatif aux installations de réfrigération |
---|---|
MINISTERIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST | MINISTERE DE LA REGION DE BRUXELLES-CAPITALE |
20 NOVEMBER 2003. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering | 20 NOVEMBRE 2003. - Arrêté du Gouvernement de la Région de |
betreffende koelinstallaties | Bruxelles-Capitale relatif aux installations de réfrigération |
De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, | Le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale, |
Gelet op de ordonnantie van 25 maart 1999 betreffende de beoordeling | Vu l'ordonnance du 25 mars 1999 relative à l'évaluation et à |
en de verbetering van de luchtkwaliteit, inzonderheid op de artikelen | l'amélioration de la qualité de l'air ambiant, notamment les articles |
4, 6 en 13; | 4, 6 et 13; |
Gelet op de ordonnantie van 25 maart 1999 betreffende de opsporing, de | Vu l'ordonnance du 25 mars 1999 relative à la recherche, la |
vaststelling de vervolging en de bestraffing van misdrijven inzake | constatation, la poursuite et la répression des infractions en matière |
leefmilieu, gewijzigd bij ordonnantie van 28 juni 2001, inzonderheid | d'environnement, modifiée par l'ordonnance du 28 juin 2001, notamment |
op artikel 2; | l'article 2; |
Gelet op verordening (EG) Nr. 2037/2000 van het Europees Parlement en | Vu le règlement (CE) n° 2037/2000 du Parlement européen et du Conseil |
de Raad van 29 juni 2000 betreffende de ozonlaag afbrekende stoffen; | du 29 juin 2000 relatif à des substances qui appauvrissent la couche d'ozone; |
Gelet op de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de | Vu l'ordonnance du 5 juin 1997 relative aux permis d'environnement, |
milieuvergunningen, inzonderheid op artikel 6; | notamment l'article 6; |
Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 4 | Vu l'arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 4 |
maart 1999 tot vaststelling van de ingedeelde inrichtingen van klasse | mars 1999 fixant la liste des installations de classes IB, II et III |
IB, II en III met toepassing van artikel 4 van de ordonnantie van 5 | en exécution de l'article 4 de l'ordonnance du 5 juin 1997 relative |
juni 1997 betreffende de milieuvergunningen; | aux permis d'environnement; |
Gelet op de ordonnantie van 7 maart 1991 betreffende de preventie en | Vu l'ordonnance du 7 mars 1991 relative à la prévention et à la |
het beheer van afvalstoffen, inzonderheid op artikel 13; | gestion des déchets, notamment l'article 13; |
Gelet op het besluit van 19 september 1991 houdende regeling van de | Vu l'arrêté du 19 septembre 1991 relatif à l'élimination des déchets |
verwijdering van gevaarlijke afvalstoffen zoals gewijzigd bij besluit van 16 september 1999; | dangereux, tel que modifié par l'arrêté du 16 septembre 1999; |
Gelet op het advies van de Raad voor het Leefmilieu voor het Brussels | Vu l'avis du Conseil de l'Environnement de la Région de |
Hoofdstedelijk Gewest, gegeven op 8 oktober 2003; | Bruxelles-Capitale, émis le 8 octobre 2003; |
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari | Vu les lois sur le Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973, |
1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996; | notamment l'article 3, § 1er, remplacé par la loi du 4 juillet 1989 et |
Gelet op de dringende noodzaak; | modifié par la loi du 4 août 1996; |
Vu l'urgence; | |
Overwegende dat artikel 6, 4°, van het ontworpen besluit een | Considérant que l'article 6, 4°, de l'arrêté en projet prévoit un |
tijdsschema vaststelt dat betrekking heeft op het onderhoud, het | calendrier pour l'entretien, la surveillance et les contrôles des |
toezicht en nazien van de installaties; dat met dit tijdsschema | |
bedoeld wordt de toegelaten hoeveelheid van lekverlies bij de | installations; que le but de ce calendrier est de diminuer |
overschrijding waarvan de installatie buiten dienst wordt gesteld, | progressivement le pourcentage admis de pertes par fuite au-delà |
geleidelijk aan te verlagen en dat dit tijdsschema ingang heeft vanaf | duquel une installation doit être mise hors service et que ce |
1 januari 2004; | calendrier prend cours le 1er janvier 2004; |
Op voorstel van de Minister van Leefmilieu, | Sur proposition du Ministre de l'Environnement; |
Na beraadslaging, | Après délibération, |
Besluit : | Arrête : |
Artikel 1.Dit besluit bepaalt de exploitatievoorwaarden van |
Article 1er.Le présent arrêté fixe les conditions d'exploiter des |
koelinstallaties als bedoeld bij rubriek 132 van de bijlage van het | installations de réfrigération visées par la rubrique 132 de l'annexe |
besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 4 maart 1999 tot | de l'arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 4 |
vaststelling van de ingedeelde inrichtingen van klasse IB, II en III | mars 1999 fixant la liste des installations de classes I B, II et III |
met toepassing van artikel 4 van de ordonnantie van 5 juni 1997 | en exécution de l'article 4 de l'ordonnance du 5 juin 1997 relative |
betreffende de milieuvergunningen. | aux permis d'environnement. |
Art. 2.Definities |
Art. 2.Définitions |
1. Koelvloeistof : vloeistof die in een koelinstallatie wordt gebruikt | 1. Fluide frigorigène : Fluide utilisé pour le transfert de chaleur |
voor warmtetransport, die warmte absorbeert bij een lage temperatuur | dans un système de réfrigération qui absorbe la chaleur à basse |
en druk en die warmte afstaat bij een hogere temperatuur en druk | température et basse pression et rejette de la chaleur à haute |
waarbij de aggregatietoestand van de vloeistof doorgaans verandert. De | température et haute pression impliquant un changement d'état de ce |
vloeistoffen zijn in bijlage 1 ingedeeld op grond van giftigheid, | fluide. Ces fluides sont classés dans l'annexe I selon leur toxicité, |
risico voor het vormen van ontplofbare mengsels en factor van | leur risque à former des mélanges explosifs ou inflammables et leur |
vermindering van de ozonlaag. | facteur de déplétion de la couche d'ozone. |
2. Ontvlambare koelvloeistof: koelvloeistof samengesteld uit | 2. Fluide frigorigène inflammable : fluide frigorigène constitué |
koolwaterstof, ammoniak of andere ontvlambare vloeistoffen en gassen | d'hydrocarbures, d'ammoniac ou de tout autre gaz ou liquide |
(richtlijst: groep 1, bijlage 1). | inflammable (liste indicative : groupe 1 de l'annexe Ire). |
3. CFK: chloorfluorkoolstof, volledig gehalogeneerd (richtlijst: groep | 3. CFC : Chlorofluorocarbone, entièrement halogéné (liste indicative : |
2, bijlage 1). | groupe 2 de l'annexe Ire). |
4. HCFC : Hydrochlorofluorocarbone, substance organique comprenant au | |
4. HCFK: chloorfluorkoolwaterstof, organische stof die minstens 1 | moins 1 atome de chlore, un atome de fluor et un atome d'hydrogène |
chlooratoom, 1 fluoratoom en 1 waterstofatoom bevat (richtlijst : | (liste indicative : groupe 3 de l'annexe Ire). |
groep 3, bijlage 1). | |
5. Halon : broomfluorkoolstof, volledig gehalogeneerd. | 5. Halon : Fluorobromocarbone, entièrement halogéné. |
6. Bevoegd koeltechnicus : koeltechnicus die werd geregistreerd door | 6. Technicien frigoriste qualifié : technicien frigoriste enregistré |
de Minister van Leefmilieu van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest | par le Ministre de l'Environnement en Région de Bruxelles-Capitale |
(artikel 78 van de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de | (article 78 de l'ordonnance du 5 juin 1997 relative aux permis |
milieuvergunningen) of, indien er nog geen wetgeving terzake bestaat, | d'environnement) ou à défaut, en l'absence de législation en la |
die een diploma heeft gehaald of over beroepservaring beschikt die hem | matière, ayant obtenu un diplôme ou ayant une expérience |
de technische bevoegdheid verleent voor het in dienst stellen, | professionnelle lui conférant des qualités techniques pour la mise en |
onderhouden, controleren en herstellen van koelinstallaties en het | service, l'entretien, le contrôle et la réparation d'installations |
terugwinnen van de koelvloeistof. | frigorifiques ainsi que la récupération du fluide frigorigène. |
7. Ozonafbrekende stoffen: de stoffen opgesomd in de tabel in bijlage | 7. Substances qui appauvrissent la couche d'ozone : les substances |
I van Verordening (EG) Nr. 2037/2000 van het Europees Parlement en de | énumérées dans le tableau à l'annexe Ire du Règlement (CE) n° |
Raad van 29 juni 2000 betreffende de ozonlaag afbrekende stoffen en | 2037/2000 du Parlement européen et du Conseil du 29 juin 2000 relatif |
à des substances qui appauvrissent la couche d'ozone et ses | |
haar latere wijzigingen. | modifications ultérieures. |
8. Gefluoreerde broeikasgassen : fluorkoolwaterstoffen, | 8. Gaz à effet de serre fluorés : hydrocarbures fluorés, hydrocarbures |
perfluorkoolstoffen, zwavelhexafluoride, afzonderlijk of in een mengsel. | perfluorés, hexafluorure de soufre, présents isolément ou en mélange. |
9. Machinekamer : ruimte die speciaal bestemd is om er compressoren en | 9. Salle de machines : espace spécialement destiné à accueillir les |
de circulatiepompen voor de koelvloeistof in te plaatsen. | compresseurs frigorifiques et les pompes de circulation de fluide |
10. Koelsysteem (inclusief de warmtepompen) : geheel van delen die | frigorigène. 10. Système de réfrigération (incluant les pompes à chaleur) : |
koelmiddel bevatten en die met elkaar verbonden zijn in een gesloten | ensemble des parties qui contiennent un fluide frigorigène et sont |
systeem waarin het koelmiddel circuleert met als oogmerk het | reliées entre elles dans un système clos, dans lequel circule le |
onttrekken of het toevoegen van warmte. | fluide frigorigène dans le but d'extraire ou d'ajouter la chaleur. |
11. Koelinstallatie : alle apparatuur en toebehoren die nodig zijn | 11. Installation de réfrigération : tout appareillage et accessoire |
voor de werking van een koelsysteem. Luchtconditioneringsinstallaties | nécessaire au fonctionnement du système de réfrigération. Les |
installations d'air conditionné et les pompes à chaleur contenant un | |
en warmtepompen die een koelsysteem bevatten vallen eveneens onder de | système de réfrigération font également partie des installations de |
noemer koelinstallaties. | réfrigération. |
12. Nominale koelmiddelinhoud : de massa koelmiddel waarmee een | 12. Capacité nominale de fluide frigorigène : masse de fluide |
koelsysteem is gevuld om te functioneren onder de voorwaarden waarvoor | frigorigène que contient un système de réfrigération pour fonctionner |
het is ontworpen; dat is normaliter de hoeveelheid die is ingebracht | dans les conditions pour lesquelles il est conçu; c'est normalement la |
bij de eerste indienststelling. | quantité qui est introduite lors de la première mise en service. |
13. Relatief lekverlies : de fractie van de nominale koelmiddelinhoud | 13. Perte relative par fuite : fraction de la capacité nominale de |
die ten gevolge van emissies over een periode herleid tot 1 jaar werd | fluide frigorigène perdue sur une période ramenée à 1 an suite aux |
verloren, in verhouding tot de nominale koelmiddelinhoud. De | émissions, par rapport à la capacité nominale de fluide frigorigène. |
berekening van het relatief lekverlies gebeurt aan de hand van de | La perte relative par fuite est calculée sur base des quantités de |
hoeveelheden koelmiddel die aan een systeem worden toegevoegd of | fluide frigorigène qui sont ajoutées ou enlevées d'un système. Les |
afgetapt. Hierbij kunnen de hoeveelheden die in de twee voorgaande | quantités qui ont été ajoutées ou enlevées les deux années précédentes |
jaren zijn bijgevoegd of afgetapt in rekening worden gebracht, als die | peuvent être prises en compte, si elles sont connues. |
bekend zijn. 14. Laag detectieniveau : concentratie van de koelvloeistof in de | 14. Niveau de détection bas : concentration du fluide frigorigène dans |
lucht waarbij de detector reageert door het inschakelen van het | l'air à laquelle le détecteur réagit en enclenchant le système |
alarmsysteem met geluids- en lichtmelding geplaatst op het elektrisch | d'alarme lumineux et sonore placé sur le tableau électrique de |
bord van de installatie en verbonden met een toezichtlokaal of met een | l'installation et relié à un local de surveillance ou à un local |
lokaal dat voortdurend wordt gebruikt of met een telebeheersysteem en | occupé en permanence ou à un système de télésurveillance et en |
door het inschakelen van de mechanische ventilatie. | enclenchant le mécanisme de ventilation. |
15. Hoog detectieniveau : concentratie van de koelvloeistof in de | 15. Niveau de détection élevé : concentration de fluide frigorigène |
lucht waarbij de detector reageert door de koelinstallatie uit te | dans l'air à laquelle le détecteur réagit en désactivant |
schakelen, met uitzondering van de elektrische uitrusting van de | l'installation de réfrigération, à l'exception de l'équipement des |
detectoren zelf en van de schakelaars met drukknop (ventilatie, | détecteurs même et des interrupteurs à bouton-poussoir (ventilation, |
alarmsystemen en noodverlichting). | systèmes d'alarme et éclairage de secours). |
Art. 3.Gebruik van producten bedoeld bij het Protocol van Montreal |
Art. 3.Utilisation de produits visés par le Protocole de Montréal |
Het gebruik of de opslag van CFK's en van halon als koelvloeistof in koelinstallaties is verboden. Het gebruik van HCFK's in koelinstallaties is verboden, tenzij ze vóór 31 december 1999 werden geplaatst en vergund. Art. 4.Ontwerp, constructie en plaatsing van de machines Het ontwerp van de apparaten en de gekozen materialen moeten borg staan voor een aanvaardbaar veiligheidsniveau bij toevallige emissies van koelvloeistoffen veroorzaakt door lekken, leidingbreuken en andere installatiegebreken. De installatie moet zo zijn ontworpen dat ze bestand is tegen voorspelbare belastingen en trillingen. Bij het ontwerpen moet reeds worden gedacht aan het vergemakkelijken van onderhoud, herstelling en controle van de installatie. Rond de leidingen moet een voldoende ruimte worden voorzien zodat een regelmatig onderhoud van de onderdelen, het nakijken van de verbindingstukken en het herstellen van de lekken mogelijk zijn. De milieuvergunning kan een afwijking van dit voorschrift toestaan voor bepaalde installaties (vb. geprefabriceerde installaties). De exploitant of zijn aangestelde moet de plaats van de voornaamste ventielen en algemene schakelaars van de installatie goed kennen. Voor de fabricage en de plaatsing moet elke nieuwe koelinstallatie beantwoorden aan de geldende normen van de Europese Commissie ((project)norm CEN.EN.378, of elke norm die haar vervolledigt of |
L'utilisation ou le stockage de CFC et de halon comme liquide frigorigène dans les installations de réfrigération est interdit. L'utilisation de HCFC dans les installations de réfrigération est interdite, sauf si elles ont été mises en place et autorisées avant le 31 décembre 1999. Art. 4.Conception, construction et installation des machines La conception des appareils et les matériaux choisis doivent être tels qu'un niveau de sécurité acceptable soit atteint en ce qui concerne les émissions accidentelles de fluides frigorigènes, causées par des fuites, des ruptures de tuyaux et d'autres défauts de l'installation. L'installation doit être conçue de manière à résister aux contraintes et vibrations prévisibles. La conception doit permettre l'entretien, la réparation et le contrôle de l'installation. Autour des tuyaux, il faut prévoir un espace suffisant de sorte qu'un entretien régulier des composants, la vérification des raccords et la réparation des fuites soient possibles. Pour certaines installations (p.ex. des installations préfabriquées), le permis d'environnement peut accorder une dérogation à cette prescription. L'exploitant ou son préposé devra connaître l'emplacement des vannes principales et des interrupteurs généraux de l'installation. Pour leur fabrication et leur placement, toute nouvelle installation de réfrigération doit répondre aux normes en vigueur de la Commission européenne ((projet de) norme CEN.EN.378 ou toute norme la complétant ou la remplaçant) et à la directive européenne « Appareils à pression ». |
vervangt) en de Europese richtlijn « Drukapparaten ». | Après leur installation, mais avant leur première mise en service, les |
Installaties met een nominaal elektrisch vermogen van meer dan 10 kW | installations ayant une capacité électrique nominale de plus de 10 kW |
worden na de plaatsing, maar vóór hun ingebruikname, conform de hoger | seront vérifiées conformément aux normes susmentionnées et un |
vermelde normen nagezien en een conformiteitsattest moet worden | certificat de conformité devra être délivré. Ce document sera conservé |
afgegeven. Dit document wordt gedurende de hele gebruiksduur van de | et maintenu à la disposition du fonctionnaire chargé de la |
installatie bewaard en ter beschikking van de toezichthoudende | surveillance en la matière durant toute la durée de fonctionnement de |
ambtenaar gehouden. | l'installation. |
Voor Installaties die 2 kg of meer ozonafbrekende stoffen en/of | Pour les installations contenant 2 kg ou plus de matières qui |
appauvrissent la couche d'ozone et/ou les gaz à effet de serre | |
gefluoreerde broeikasgassen bevatten, gebeurt deze controle door een | fluorés, ce contrôle sera effectué par un technicien frigoriste |
bevoegd koeltechnicus. | qualifié. |
Op de machines of in de nabijheid ervan moet een duidelijk zichtbare | Une plaque signalétique clairement visible doit être placée à |
identificatieplaat worden aangebracht. | proximité des machines ou sur celles-ci. |
Deze plaat draagt minstens de volgende gegevens : | Elle porte au moins les indications suivantes : |
1. Naam en adres van de installateur of de constructeur; | 1. Nom et adresse de l'installateur ou du fabricant. |
2. Nummer van het model of van de reeks; | 2. N° de modèle ou de série. |
3. Constructie- of installatiejaar; | 3. Année de fabrication ou d'installation. |
4. ISO-nummer van de koelvloeistof; | 4. N° ISO du fluide frigorigène. |
5. Massa van de lading koelvloeistof; | 5. Masse de la charge de fluide frigorigène. |
6. Nominaal elektrisch vermogen van de koelinstallatie in kW. | 6. Capacité électrique nominale de l'installation de réfrigération en |
Op koelinstallaties met een nominaal elektrisch vermogen van meer dan | kW. A proximité des installations frigorifiques d'une capacité électrique |
100 kW dient een zichtbare, leesbare en gemakkelijk bereikbare | nominale supérieure à 100 kW doit être placé un tableau d'information |
instructieplaat aangebracht te zijn, met vermelding van de volgende | visible, lisible et facilement accessible, portant les indications |
gegevens : | suivantes : |
1. naam en adres van de onderhoudsdienst; | 1. nom et adresse du service de maintenance; |
2. instructies over de wijze waarop de koelinstallatie in of buiten | 2. instructions sur la façon dont les installations de refroidissement |
bedrijf kan worden gesteld. | peuvent être mises en ou hors service. |
Art. 5.Technische voorschriften voor de lokalen |
Art. 5.Prescriptions techniques des locaux |
5.1. Algemene voorschriften | 5.1. Prescriptions générales |
Voor installaties met een nominaal elektrisch vermogen van meer dan | Une salle de machines est obligatoire pour les installations d'une |
100 kW is een machinekamer verplicht. | capacité électrique nominale de plus de 100 kW. |
De milieuvergunning kan een afwijking van dit voorschrift toestaan | Pour certaines installations, le permis d'environnement peut accorder |
voor bepaalde installaties. | une dérogation à cette prescription. |
De machinekamer moet voldoende groot zijn om een vlotte plaatsing van | La salle des machines doit être de dimension suffisante pour permettre |
alle apparaten toe te laten en de tussenruimten moeten voldoende zijn | l'installation aisée de tous les appareils et avoir un espacement |
voor de reiniging en het onderhoud. Ingrepen op de koelinstallatie door onbevoegd personeel moeten worden verhinderd door de toegang af te sluiten, tussenwanden te plaatsen en waarschuwingsborden aan te brengen. De toegang tot de machinekamer moet strikt voorbehouden blijven aan het personeel dat met het toezicht en het onderhoud is belast. De toegangsdeuren gaan in de vluchtzin naar buiten toe open en moeten steeds van binnenuit kunnen worden geopend. Stookketels, stookruimten, ontploffings- en verbrandingsmotoren, warmtegeneratoren, lucht-compressoren en andere apparaten met open vuur of vlammen of met brandhete oppervlakten mogen niet in de machinekamers staan. Hierop kan een uitzondering kan worden voorzien in het geval van een herstelling en indien de houder van de milieuvergunning of zijn aangestelde verwittigd is. De compressoren van de installatie moeten op een voldoende afstand van de gemene muur worden geplaatst en van antitrilsystemen worden voorzien. De machinekamer moet voorzien zijn van een hoge en lage verluchting. Deze verluchting moet rechtstreeks naar buiten uitgeven of via een vuurbestendige en aan bijlage 2 conforme leiding rechtstreeks naar de buitenlucht worden geleid. Een mechanische verluchting is nodig wanneer de koelvloeistof zwaarder is dan lucht. Elke te koelen ruimte moet over toegangsdeuren beschikken die naar buiten toe in de vluchtzin openen en steeds van binnenuit kunnen worden geopend. | suffisant entre ceux-ci en vue de leur entretien et de la maintenance. Toute manipulation des installations frigorifiques par des personnes non autorisées doit être empêchée, par la fermeture des accès, le cloisonnage ou la mise en place d'avertissements. L'accès à la salle des machines doit être strictement réservé au personnel chargé du contrôle et de l'entretien. Les portes d'accès s'ouvrent dans le sens de l'évacuation de la salle et doivent toujours pouvoir s'ouvrir de l'intérieur. Les chaudières, chaufferies, moteurs à explosion ou à combustion interne, générateurs de chaleur, compresseurs d'air ou autres appareils produisant des flammes nues ou présentant des surfaces brûlantes ne peuvent pas se trouver dans la salle des machines. Une exception peut être prévue dans le cas d'une réparation et si le titulaire du permis d'environnement ou son préposé a été averti. Les compresseurs de l'installation devront être placés à une distance suffisante des murs mitoyens et munis de systèmes anti-vibratoires. La salle des machines doit être munie d'une aération haute et basse. Cette aération doit se faire directement vers l'extérieur ou via une conduite débouchant directement à l'extérieur résistante au feu et conformément à l'annexe 2. Une ventilation mécanique est nécessaire lorsque le fluide frigorigène est plus lourd que l'air. Tout espace à réfrigérer devra disposer de portes d'accès qui s'ouvrent dans le sens de l'évacuation et qui doivent toujours pouvoir s'ouvrir de l'intérieur. |
5.2. Bijzondere voorschriften | 5.2. Prescriptions particulières |
5.2.1. Voor grote installaties die meer dan 500 kg koelvloeistof bevatten In machinekamers die zich in een kelderverdieping bevinden moet er minstens een rechtstreeks buiten het gebouw uitgevende verluchtingsopening zijn. De machinekamers moeten uitgerust zijn met een gasdetector. Deze detector moet uitgerust zijn met een laag en een hoog detectieniveau. Het lage detectieniveau moet ten minste een concentratie van 100 ppm kunnen waarnemen en het hoge detectieniveau minstens een concentratie van 1 000 ppm. Indien de koelvloeistof HCFK123 of HCFK124 is, moet het hoge detectieniveau de MAC-waarde van de koelvloeistof kunnen meten, | 5.2.1. Pour les grosses installations contenant plus de 500 kg de fluide frigorigène Les salles des machines situées au sous-sol doivent comporter au moins une bouche d'aération débouchant directement à l'extérieur du bâtiment. La salle des machines devra être munie d'un détecteur de gaz. Ce dernier devra être pourvu d'un niveau de détection bas et élevé. Les niveaux de détection bas et élevé devront respectivement pouvoir observer une concentration d'au moins 100 ppm et 1 000 ppm. Si le fluide frigorigène HCFC123 ou HCFC124 est présent, le niveau de détection élevé devra pouvoir mesurer la valeur MAC du fluide |
namelijk 30 ppm voor HCFK123 en 500 ppm voor HCFK124. Bijkomende uitzonderingen kunnen in de milieuvergunning worden bepaald. 5.2.2. Voor installaties die werken met ammoniak De machinekamers, de condensatoren, compressoren, vaten onder druk, pompen en wisselaars worden in van het gebouw afgescheiden lokalen geplaatst of in lokalen gelegen op de hoogste verdiepingen van het gebouw waarin ze staan. In de machinekamers moet er minstens een rechtstreeks naar buiten uitgevende verluchtingsopening zijn. De machinekamers moeten uitgerust zijn met een gasdetector. Deze detector moet voorzien zijn van een laag en een hoog detectieniveau. Het lage detectieniveau moet ten minste een concentratie van 500 ppm kunnen waarnemen en het hoge detectieniveau minstens een concentratie | frigorigène, à savoir 30 ppm pour le HCFC123 et 500 ppm pour le HCFC124. Le permis d'environnement peut définir des exceptions supplémentaires. 5.2.2. Pour les installations fonctionnant à l'ammoniac La salle des machines, les condenseurs, compresseurs, récipients sous pression, pompes et échangeurs seront placés dans des locaux à l'écart du bâtiment ou dans des parties situées aux étages supérieurs des immeubles qui les abritent. Les salles des machines doivent comporter au moins une bouche d'aération débouchant directement à l'extérieur du bâtiment. La salle des machines devra être munie d'un détecteur de gaz. Ce détecteur devra être pourvu d'un niveau de détection bas et élevé. Les niveaux de détection bas et élevé devront respectivement pouvoir |
van 1 000 ppm. | observer une concentration minimum de 500 ppm et de 1 000 ppm. |
In de machinekamers moet er een bijkomend beschermingssysteem worden | Dans les salles des machines, un système de protection supplémentaire |
sera prévu. Ce système sera constitué soit d'un absorbeur d'ammoniac | |
voorzien. Dit systeem moet bestaan uit een ammoniakabsorbeerder | (scrubber), soit d'un système d'extraction mécanique débouchant |
(scrubber) of uit een mechanisch afzuigsysteem dat rechtstreeks naar | immédiatement à l'extérieur, activés tous deux par un détecteur. Le |
buiten uitgeeft, beide in gang gezet door een detector. Deze detector | détecteur se déclenchera dès que la concentration en ammoniac atteint |
moet reageren zodra de ammoniakconcentratie 500 ppm bereikt. De | 500 ppm. Le scrubber sera constitué d'un laveur de gaz à bulles |
scrubber bestaat uit een gasbellenwasser die water en zuur bevat, of | comprenant de l'eau et un acide ou tout autre système équivalent. |
eender welk ander gelijkwaardig systeem. | |
In de machinekamer en in de nabijheid ervan, en in de omgeving van de | Dans la salle et à proximité de la salle des machines, ainsi qu'à |
verdampers, moet een affiche zijn aangebracht met vermelding van de | proximité de tous les évaporateurs devra se trouver une affiche |
maatregelen die moeten worden genomen in geval van een ammoniaklek en | reprenant les mesures à prendre en cas de fuite d'ammoniac, ainsi que |
van de eerste zorgen die moeten worden toegediend aan personen die met | les premiers soins à apporter aux personnes ayant été en contact avec |
de ammoniak in aanraking zijn gekomen. | de l'ammoniac. |
In de koelruimten waar koelvloeistoffen bevattende buizen doorlopen, | Des détecteurs seront également placés dans les espaces réfrigérés où |
worden er eveneens detectoren geplaatst. Deze detectoren moeten | passent les tuyaux contenant des fluides réfrigérants. Ces détecteurs |
reageren op een concentratie van 200 ppm door het inschakelen van een | doivent réagir à une concentration de 200 ppm en enclenchant une |
alarm onder toezicht en van de mechanische ventilatie. | alarme sous surveillance ainsi que la ventilation mécanique. |
5.2.3. Voor installaties die gebruik maken van een ontvlambare | 5.2.3. Pour des installations utilisant un fluide frigorigène |
koelvloeistof | inflammable |
De machinekamers moeten uitgerust zijn met een gasdetector. Deze | La salle des machines devra être munie d'un détecteur de gaz. Ce |
detector moet voorzien zijn van een laag en een hoog detectieniveau. | détecteur devra être pourvu d'un niveau de détection bas et élevé. Les |
Het lage detectieniveau moet ten minste een concentratie van 500 ppm | niveaux de détection bas et élevé devront respectivement pouvoir |
kunnen waarnemen en het hoge detectieniveau minstens een concentratie van 1 000 ppm. | observer une concentration minimum de 500 ppm et de 1 000 ppm. |
In de koelruimten worden er eveneens detectoren geplaatst. Deze | Des détecteurs seront également placés dans les espaces réfrigérés. |
detectoren moeten reageren op een concentratie van 200 ppm door het | Ces détecteurs doivent réagir à une concentration de 200 ppm en |
inschakelen van een alarm onder toezicht en van de mechanische | enclenchant une alarme sous surveillance ainsi que la ventilation |
ventilatie. | mécanique. |
De volledige elektrische veiligheidsuitrustingen (extractoren, | Tous les équipements électriques de sécurité (extracteurs, détecteurs, |
detectoren, alarmsystemen, noodverlichting) van de hoger vermelde | alarmes, éclairage de sécurité) situés dans les locaux précités |
lokalen moeten over een bescherming van het type Exe beschikken, | doivent posséder une protection de type Exe conformément à l'article |
conform artikel 105 van het AREI. | 105 du RGIE. |
5.2.4. Alle incidenten die kunnen leiden tot het lekken van | 5.2.4. Tous les cas d'incidents susceptibles de mener à des fuites de |
koelvloeistoffen worden onmiddellijk aan het BIM gemeld. | fluides frigorigènes doivent être déclarés immédiatement à l'IBGE. |
Art. 6.Onderhoud, toezicht en controle |
Art. 6.Entretien, surveillance et contrôles |
6.1. Maximale relatieve lekverliezen voor installaties die gebruik | 6.1. Pertes relatives maximales par fuite pour des installations |
maken van ozonafbrekende stoffen en/of gefluoreerde broeikasgassen | utilisant des substances qui appauvrissent l'ozone et/ou des gaz à |
Elke vrijwillige emissie/lozing van koelvloeistof in de atmosfeer is | effet de serre fluorés |
verboden. Indien er aan een koelsysteem werken moeten worden | Toute émission volontaire de fluide frigorigène dans l'atmosphère est |
uitgevoerd, moet de koelvloeistof eerst worden opgevangen. | interdite. Dans le cas de travaux à effectuer à un système |
1° Alle maatregelen die overeenkomstig de beste beschikbare technieken | frigorifique, le fluide frigorigène doit être recueilli. |
haalbaar zijn, moeten worden genomen om het relatief lekverlies zoveel | 1° Toutes les mesures possibles doivent être prises pour limiter les |
mogelijk en in elk geval tot maximaal 5 % te beperken. | pertes relatives par fuite autant que possible, et de toute façon à 5 |
% maximum et ce, conformément aux meilleures techniques disponibles. | |
2° Als het relatief lekverlies meer bedraagt dan 5 % moeten | 2° Si les pertes relatives par fuite sont supérieures à 5 %, les |
onmiddellijk de nodige maatregelen worden genomen om het lek op te | mesures nécessaires doivent être prises immédiatement pour détecter et |
sporen en te dichten. Nieuw koelmiddel mag pas worden bijgevuld nadat | colmater la fuite. Du fluide frigorigène ne peut être ajouté qu'une |
het defect is verholpen en een controle op lekdichtheid door een | fois la panne réparée et qu'un technicien frigoriste qualifié a |
bevoegd koeltechnicus is uitgevoerd. Een nieuwe controle op | contrôlé l'étanchéité. L'étanchéité doit être à nouveau contrôlée dans |
lekdichtheid moet worden uitgevoerd binnen drie maanden na de | les trois mois suivant la réparation. |
herstelling. 3° Voor koelinstallaties die na 1 januari 2003 in bedrijf zijn genomen | 3° Pour les installations frigorifiques mises en service après le 1er janvier 2003 |
Wanneer het relatief lekverlies meer dan 10 % bedraagt, moet zo snel mogelijk en uiterlijk binnen 30 dagen ofwel de installatie worden stilgelegd, het koelmiddel worden verwijderd en opgevangen, ofwel het koelmiddel worden verzameld in één of meer afsluitbare gedeelten van het koelsysteem. De lekkage moet worden opgespoord en gedicht. Het koelmiddel mag pas opnieuw in het gehele koelsysteem worden ingebracht nadat het defect is verholpen en een controle op lekdichtheid door een bevoegd koeltechnicus is uitgevoerd. Een nieuwe controle op lekdichtheid moet binnen drie maanden na de herstelling worden uitgevoerd. Als bij lekdichtheidscontroles en/of uit de in het logboek genoteerde hoeveelheden bijgevuld koelmiddel blijkt dat na herstellingen het | Si les pertes relatives par fuite sont supérieures à 10 %, il faut, le plus rapidement possible et au plus tard dans les trente jours, soit arrêter l'installation, vider le fluide frigorigène et le récolter, soit rassembler le fluide frigorigène dans une ou plusieurs parties du système de refroidissement isolable de façon étanche. La fuite doit être détectée et colmatée. Le fluide frigorigène ne peut être réintroduit dans l'ensemble du système de refroidissement qu'une fois la panne réparée et qu'un technicien frigoriste qualifié a contrôlé l'étanchéité. L'étanchéité doit à nouveau être contrôlée dans les trois mois suivant la réparation. S'il ressort des contrôles d'étanchéité et/ou des quantités de fluide frigorigène ajoutées et notées dans le livret de bord, qu'après réparation, les pertes par fuite ne peuvent pas être ramenées à moins |
lekverlies niet kan worden teruggebracht tot minder dan 5 %, moet de installatie binnen twaalf maanden buiten gebruik worden gesteld. 4° Voor koelinstallaties die vóór 1 januari 2003 in dienst zijn genomen Als, na 1 januari 2004, het relatief lekverlies meer dan 15 % bedraagt, moet zo snel mogelijk en uiterlijk binnen dertig dagen ofwel de installatie worden stilgelegd, het koelmiddel worden verwijderd en opgevangen, ofwel het koelmiddel worden verzameld in een of meer afsluitbare gedeelten van het koelsysteem en de lekkage worden opgespoord en gedicht. Het koelmiddel mag pas opnieuw in het gehele koelsysteem worden ingebracht nadat het defect is verholpen en een controle op lekdichtheid door een bevoegd koeltechnicus is uitgevoerd. Een nieuwe controle op lekdichtheid moet binnen drie maanden na de herstelling worden uitgevoerd. Als na 1 januari 2004 bij lekdichtheidscontroles en/of uit de in het logboek genoteerde hoeveelheden bijgevuld koelmiddel blijkt dat na | de 5 %, l'installation doit être mise hors service dans les douze mois. 4° Pour les installations frigorifiques mises en service avant le 1er janvier 2003 Si après le 1er janvier 2004, les pertes relatives par fuite sont supérieures à 15 %, il faut, le plus rapidement possible et au plus tard dans les trente jours, soit arrêter l'installation, vider le fluide frigorigène et le collecter, soit rassembler le fluide frigorigène dans une ou plusieurs parties du système de refroidissement isolable de façon étanche, puis détecter et colmater la fuite. Le fluide frigorigène ne peut être réintroduit dans l'ensemble du système de refroidissement qu'une fois la panne réparée et qu'un technicien frigoriste qualifié a contrôlé l'étanchéité. L'étanchéité doit à nouveau être contrôlée dans les trois mois suivant la réparation. Si après le 1er janvier 2004, il ressort des contrôles d'étanchéité et/ou des quantités de fluide frigorigène ajoutées et notées dans le livret de bord, qu'après réparation, les pertes par fuite ne peuvent |
herstellingen het lekverlies niet kan worden teruggebracht tot 15 % of minder, moet de installatie binnen twaalf maanden buiten gebruik worden gesteld. Als, om redenen van technische complexiteit, die vervanging binnen twaalf maanden niet mogelijk is, moet de termijn voor vervanging zo kort mogelijk worden gehouden en moet dat aan het BIM worden gemeld. Als op 1 januari 2005 het relatief lekverlies meer dan 10 % bedraagt moet zo snel mogelijk en uiterlijk binnen dertig dagen ofwel de installatie worden stilgelegd, het koelmiddel worden verwijderd en opgevangen, ofwel het koelmiddel worden verzameld in een of meer afsluitbare gedeelten van het koelsysteem en de lekkage worden opgespoord en gedicht. Het koelmiddel mag pas opnieuw in het gehele koelsysteem worden ingebracht nadat het defect is verholpen en een controle op lekdichtheid door een bevoegd koeltechnicus is uitgevoerd. Een nieuwe controle op lekdichtheid moet binnen drie maanden na de herstelling worden uitgevoerd. Als na 1 januari 2005 bij lekdichtheidscontroles en/of uit de in het logboek genoteerde hoeveelheden bijgevuld koelmiddel blijkt dat na | pas être ramenées à 15 %, l'installation doit être mise hors service dans les douze mois. Si pour des raisons de complexité technique, il est impossible de procéder à ce remplacement dans les douze mois, le délai de remplacement doit être le plus court possible et il convient de le signaler à l'IBGE. Si au 1er janvier 2005, les pertes relatives par fuite sont supérieures à 10 %, il faut, le plus rapidement possible et au plus tard dans les trente jours, soit arrêter l'installation, vider le fluide frigorigène et le collecter, soit rassembler le fluide frigorigène dans une ou plusieurs parties du système de refroidissement isolable de façon étanche, puis détecter et colmater la fuite. Le fluide frigorigène ne peut être réintroduit dans l'ensemble du système de refroidissement qu'une fois la panne réparée et qu'un technicien frigoriste qualifié a contrôlé l'étanchéité. L'étanchéité doit à nouveau être contrôlée dans les trois mois suivant la réparation. Si après le 1er janvier 2005, il ressort des contrôles d'étanchéité et/ou des quantités de fluide frigorigène ajoutées et notées dans le livret de bord, qu'après réparation, les pertes par fuite ne peuvent |
herstellingen het lekverlies niet kan worden teruggebracht tot 10 % of | pas être ramenées à 10 % ou moins, l'installation doit être mise hors |
minder, moet de installatie binnen twaalf maanden buiten gebruik | service dans les douze mois. Si pour des raisons de complexité |
worden gesteld. Als om redenen van technische complexiteit die | technique, il est impossible de procéder à ce remplacement dans les |
vervanging binnen twaalf maanden niet mogelijk is, moet de termijn | douze mois, le délai de remplacement doit être le plus court possible |
et il convient de le signaler à l 'IBGE. | |
voor vervanging zo kort mogelijk worden gehouden en moet dat aan het | Si après le 1er janvier 2006, il ressort des contrôles d'étanchéité |
BIM worden gemeld. | |
Als na 1 januari 2006 bij lekdichtheidscontroles en/of uit de in het | et/ou des quantités de fluide frigorigène ajoutées et notées dans le |
logboek genoteerde hoeveelheden bijgevuld koelmiddel blijkt dat na | livre de bord, qu'après réparation, les pertes par fuite ne peuvent |
herstellingen het lekverlies niet kan worden teruggebracht tot 5 % of | pas être ramenées à 5 % ou moins, l'installation doit être mise hors |
minder, moet de installatie binnen twaalf maanden buiten gebruik | service dans les douze mois. Si pour des raisons de complexité |
worden gesteld. Indien om redenen van technische complexiteit die | technique, il est impossible de procéder à ce remplacement dans les |
vervanging binnen twaalf maanden niet mogelijk is, moet de termijn | douze mois, le délai de remplacement doit être le plus court possible |
voor vervanging zo kort mogelijk worden gehouden en moet dat aan het | et il convient de le signaler à l'IBGE. |
BIM worden gemeld. | |
6.2. Controle | 6.2. Contrôle |
Installaties die gebruik maken van ozonafbrekende stoffen en/of | Les installations utilisant des substances qui appauvrissent l'ozone |
gefluoreerde broeikasgassen vereisen: - een periodieke lekdichtheidscontrole - eenmaal per twaalf maanden - voor koelinstallaties met een nominale koelmiddelinhoud van dertig kilogram of meer bedraagt die frequentie eenmaal per zes maanden. - voor koelinstallaties met een nominale koelmiddelinhoud van driehonderd kilogram of meer bedraagt die frequentie eenmaal per drie maanden. Als er tijdens de vermelde controles lekkage wordt vermoed, moet die controle plaatsvinden met lekdetectieapparatuur die geschikt is voor | et/ou des gaz à effet de serre fluorés, requièrent: - Un contrôle d'étanchéité périodique - Une fois tous les douze mois - Pour les installations frigorifiques avec une capacité nominale de fluide frigorigène de trente kilogrammes ou plus, cette fréquence est d'une fois tous les six mois. - Pour les installations frigorifiques avec une capacité nominale de fluide frigorigène de trois cents kilogrammes ou plus, cette fréquence est d'une fois tous les trois mois. Si lors des contrôles mentionnés, il y a une présomption de fuite, ce contrôle doit être effectué en légère surpression par rapport à la pression normale de fonctionnement avec un appareil de détection approprié au liquide frigorigène en question et avec une limite de |
het betreffende koelmiddel en met een detectiegrens van ten minste 5 | détection d'au moins 5 ppm ou à l'aide d'une méthode équivalente. |
ppm, onder een lichte overdruk ten opzichte van de normale | Toute installation de réfrigération requiert : |
bedrijfsdruk. Of met een gelijkwaardige methode. | |
Voor elke koelinstallatie is vereist : | |
- een maandelijkse visuele controle | - un contrôle mensuel visuel |
- een jaarlijks onderhoud | - un entretien annuel |
In de milieuvergunning kunnen de wijze en de frequentie van die | Le permis d'environnement peut définir plus précisément les modalités |
controle en dat onderhoud nader worden bepaald. | et la fréquence de ce contrôle et de cet entretien. |
De volgende handelingen moeten minstens na elke herstelling en tijdens | Les opérations suivantes doivent au minimum être exécutées après |
elke dichtheidscontrole worden uitgevoerd: | chaque réparation ainsi que lors de chaque contrôle d'étanchéité : |
a. nazicht van de goede staat en van de juiste werking van de hele | a. vérification du bon état et du fonctionnement correct de tout |
bescherming-, afstellings- en bedieningsapparatuur en van de | l'appareillage de protection, de réglage et de commande ainsi que des |
alarmsystemen; | systèmes d'alarme. |
b. dichtheidstest van de volledige installatie; | b. essai d'étanchéité de l'ensemble de l'installation |
c. controle op de aanwezigheid van corrosie. | c. présence de corrosion Ces contrôles d'étanchéité périodiques, les travaux d'entretien |
Deze periodieke lekdichtheidscontroles, de volledige | complets et les éventuelles réparations touchant à des parties de |
onderhoudswerkzaamheden en de eventuele herstellingen aan delen van de | l'installation dans lesquelles peuvent se trouver des fluides |
installatie met koelvloeistoffen die tot de ozonafbrekende stoffen | frigorifiques, qui font partie des substances appauvrissant la couche |
en/of gefluoreerde broeikasgassen behoren, moeten door een bevoegd | d'ozone et/ou des gaz à effet de serre fluorés, doivent être effectués |
koeltechnicus worden uitgevoerd. | par un technicien frigoriste qualifié. |
6.3. Register | 6.3. Registre |
De uitbater moet een onderhoudsboekje van de installatie bijhouden en | Un livret d'entretien de l'installation doit être tenu à jour par |
bijwerken. Dat boekje moet zich in de nabijheid van de koelinstallatie | l'exploitant, qui le laisse à proximité des installations |
bevinden. Het moet worden ingevuld door de technicus die het onderhoud | frigorifiques. Il doit être rempli par le technicien chargé de |
van de machine uitvoert en de volgende gegevens moeten er omstandig in | l'entretien de la machine et doit mentionner en détail les indications |
vermeld worden : | suivantes : |
a) de datum van ingebruikname van de koelinstallatie met vermelding | a) la date de mise en service de l'installation de réfrigération, avec |
van het type van koelmiddel en de nominale koelmiddelinhoud; | indication du type de fluide frigorigène et de la capacité nominale de |
fluide frigorigène; | |
b) iedere tussenkomst, onderhoud en herstelling; | b) chaque intervention, entretien ou réparation; |
c) alle storingen en alarmeringen met betrekking tot de | c) toutes les pannes et alarmes relatives à l'installation de |
koelinstallatie die mogelijk aanleiding kunnen geven tot lekverliezen; | réfrigération, pouvant donner lieu à des pertes par fuite; |
d) de aard, het type en de hoeveelheid koelvloeistof die bij iedere | d) la nature, le type et les quantités de fluide frigorigène enlevé ou |
tussenkomst wordt afgetapt of toegevoegd; | ajouté lors de chaque intervention; |
e) de beschrijving en de resultaten van de lekdichtheidscontroles; | e) une description et les résultats des contrôles d'étanchéité; |
f) de naam van de persoon die de handeling heeft uitgevoerd; | f) le nom de la personne ayant procédé à l'opération; |
g) desgevallend het attest afgegeven door de onder f) bedoelde persoon | g) le cas échéant, une attestation délivrée par la personne visée au |
en betreffende de door hem verrichte handelingen; | point f), concernant les opérations qu'elle a effectuées; |
h) ignificante periodes van buitenbedrijfstelling. | h) les périodes importantes de mise hors service. |
Om controle over de toegevoegde en afgetapte koelmiddelen mogelijk te | Pour permettre le contrôle des quantités de fluide frigorigène |
maken, moet de exploitant de facturen met betrekking tot de | ajoutées ou enlevées, l'exploitant doit garder les factures relatives |
aangekochte hoeveelheden koelmiddelen bewaren. | aux quantités de fluide frigorigène achetées. |
Art. 7.Gebruikte koelmiddelen 7.1. Terugwinning van koelmiddelen (geldt enkel voor ozonafbrekende stoffen en/of gefluoreerde broeikasgassen) Bij definitieve buitenbedrijfstelling moet het koelmiddel binnen een maand worden afgetapt. Bij buitenbedrijfstelling of bij herstellingen waarbij het koelmiddel moet worden afgetapt, moet het koelmiddel met doelmatige apparatuur door de bevoegde koeltechnicus worden opgevangen in speciaal daarvoor bestemde en gemarkeerde recipiënten. Dat koelmiddel mag, nadat het goed bevonden is, terug in dezelfde installatie worden gebruikt. 7.2. Gebruikte vloeistoffen De gebruikte vloeistoffen afkomstig uit koelsystemen die op de lijst van gevaarlijke afvalstoffen voorkomen, moeten als zodanig worden behandeld. Elke houder van gevaarlijke afvalstoffen is verplicht dit gevaarlijk afval zelf te verwerken, overeenkomstig de ordonnantie van 7 maart 1991 betreffende de preventie en het beheer van afvalstoffen en de uitvoeringsbesluiten, of het over te dragen aan een erkend ophaler, |
Art. 7.Fluides frigorigènes usés 7.1. Récupération de fluides frigorigènes (s'applique uniquement aux substances qui appauvrissent la couche d'ozone et/ou les gaz à effet de serre fluorés) En cas de mise hors service définitive, le fluide frigorigène doit être vidangé dans le mois. En cas de mise hors service provisoire ou de réparation nécessitant une vidange du fluide frigorigène, celui-ci doit être récolté par un technicien frigoriste qualifié au moyen d'un appareil approprié, et transvasé dans des récipients spécialement prévus à cet effet et étiquetés. S'il est déclaré bon, le fluide frigorigène peut être réutilisé dans la même installation. 7.2. Fluides usés Les fluides usés provenant de systèmes frigorifiques et repris sur la liste des déchets dangereux devront être traités comme tels. Tout détenteur de déchets dangereux est tenu de les traiter conformément à l'ordonnance du 7 mars 1991 relative à la gestion des déchets et à ses arrêtés d'exécution, ou de les confier à un |
overeenkomstig de bepalingen van het besluit van de Brusselse | éliminateur conformément aux prescriptions de l'arrêté de l'Exécutif |
Hoofdstedelijk Executieve van 19 september 1991 tot regeling van de | de la Région de Bruxelles-Capitale réglant l'élimination des déchets |
verwijdering van gevaarlijke afvalstoffen. | dangereux du 19 septembre 1991. |
Art. 8.De Minister van Leefmilieu is belast met de uitvoering van dit |
Art. 8.Le Ministre de l'Environnement est chargé de l'exécution du |
besluit. | présent arrêté. |
Brussel, 20 november 2003. | Bruxelles, le 20 novembre 2003. |
Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : | Pour le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale : |
De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering belast | Le Ministre-Président du Gouvernement de la Région de |
met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en | Bruxelles-Capitale chargé des Pouvoirs locaux, de l'Aménagement du |
Landschappen, Stadsvernieuwing en Wetenschappelijk Onderzoek, | Territoire, des Monuments et Sites, de la Rénovation urbaine et de la |
Recherche scientifique, | |
D. DUCARME | D. DUCARME |
De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering belast met | Le Ministre du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale chargé |
Leefmilieu en Waterbeleid, Natuurbehoud, Openbare Netheid en | de l'Environnement et de la Politique de l'Eau, de la Conservation de |
Buitenlandse Handel, | la Nature et de la Propreté publique et du Commerce extérieur, |
D. GOSUIN | D. GOSUIN |
Bijlage I | Annexe Ire |
TABEL 1 : Indeling van de koelvloeistoffen | TABLEAU 1 : Classification des Fluides frigorigènes |
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld | Pour la consultation du tableau, voir image |
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Brusselse | Vu pour être annexé à l'arrêté du Gouvernement de la Région de |
Hoofdstedelijke Regering betreffende koelinstallaties. | Bruxelles-Capitale relatif aux installations de réfrigération. |
Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : | Pour le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale : |
De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, | Le Ministre-Président de la Région de Bruxelles-Capitale, chargé des |
belast met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en | Pouvoirs locaux, de l'Aménagement du Territoire, des Monuments et |
Landschappen, Stadsvernieuwing en Wetenschappelijk Onderzoek, | Sites, de la Rénovation urbaine et de la Recherche scientifique, |
D. DUCARME | D. DUCARME |
De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met | Le Ministre du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale, chargé |
Leefmilieu en Waterbeleid, Natuurbehoud, Openbare Netheid en | de l'Environnement et de la Politique de l'Eau, de la Conservation de |
Buitenlandse Handel, | la Nature et de la Propreté publique et du Commerce extérieur, |
D. GOSUIN | D. GOSUIN |
Bijlage II | Annexe II |
Natuurlijke verluchting is toegelaten indien er rekening wordt | L'aération naturelle est permise si elle respecte les dimensions |
gehouden met de volgende afmetingen : | suivantes : |
De doorsnede van de verluchtingsopening moet minstens de volgende | La section libre de passage de l'ouverture d'aération atteint la |
waarde bereiken : | valeur minimale suivante : |
A = 0,14 x G 1/2 | A = 0,14 x G 1/2 |
In deze formule is | |
A = minimale oppervlakte van de vrije doorsnede in m2 | où A = aire minimale de la section libre en m2 |
en G = massa (in kg) van de hoeveelheid koelvloeistof van het grootste | et G = masse (en kg) de charge en fluide frigorigène du plus grand |
koelsysteem | système frigorifique |
Indien niet aan deze voorwaarde wordt voldaan, moet er een beroep | Si cette condition n'est pas remplie, il y a lieu de recourir à une |
worden gedaan op mechanische ventilatie/ verluchting. | ventilation ou à une aération mécanique. |
Mechanische ventilatie wordt verzekerd door elektrisch aangedreven | La ventilation mécanique doit être assurée par des ventilateurs mus |
ventilatoren die in staat zijn uit de machinekamer een luchtdebiet uit | électriquement, capables de refouler et d'évacuer hors de la salle des |
te stoten/af te zuigen dat minstens gelijk is aan: | machines un débit d'air au moins égal à : |
qv= 50x G2/3 | qv= 50 x G2/3 |
waarbij qv= luchtdebiet in m3/h | où qv= débit d'air en m3/h |
en G = massa (in kg) van de hoeveelheid koelvloeistof van het grootste koelsysteem Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende koelinstallaties. Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Stadsvernieuwing en Wetenschappelijk Onderzoek, D. DUCARME De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Leefmilieu en Waterbeleid, Natuurbehoud, Openbare Netheid en Buitenlandse Handel, | et G = masse (en kg) de charge en fluide frigorigène du plus grand système frigorifique. Vu pour être annexé à l'arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale relatif aux installations de réfrigération. Pour le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale : Le Ministre-Président de la Région de Bruxelles-Capitale, chargé des Pouvoirs locaux, de l'Aménagement du Territoire, des Monuments et Sites, de la Rénovation urbaine et de la Recherche scientifique, D. DUCARME Le Ministre du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale, chargé de l'Environnement et de la Politique de l'Eau, de la Conservation de la Nature et de la Propreté publique et du Commerce extérieur, |
D. GOSUIN | D. GOSUIN |