← Terug naar "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis
van 15 september 2021, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 20 september 2021,
heeft de Vrederechter van het kanton Andenne de vol « Schendt
artikel 4, tweede lid, van afdeling 3 ' Regels betreffende de pacht in het bijzonder ' va(...)"
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 15 september 2021, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 20 september 2021, heeft de Vrederechter van het kanton Andenne de vol « Schendt artikel 4, tweede lid, van afdeling 3 ' Regels betreffende de pacht in het bijzonder ' va(...) | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par jugement du 15 septembre 2021, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 20 septembre 2021, le Juge de paix du canton d'Andenne a posé les questions préjudiciel « L'article 4, alinéa 2, de la section 3 'Des règles particulières aux baux à ferme' du livre III, (...) |
---|---|
GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 |
januari 1989 Bij vonnis van 15 september 2021, waarvan de expeditie ter griffie van | Par jugement du 15 septembre 2021, dont l'expédition est parvenue au |
het Hof is ingekomen op 20 september 2021, heeft de Vrederechter van | greffe de la Cour le 20 septembre 2021, le Juge de paix du canton |
het kanton Andenne de volgende prejudiciële vragen gesteld : | d'Andenne a posé les questions préjudicielles suivantes : |
« Schendt artikel 4, tweede lid, van afdeling 3 ' Regels betreffende | « L'article 4, alinéa 2, de la section 3 'Des règles particulières aux |
de pacht in het bijzonder ' van boek III, titel VIII, hoofdstuk II, | baux à ferme' du livre III, titre VIII, chapitre II, du Code civil, |
tel que modifié par l'article 5 du décret du Parlement wallon du 2 mai | |
2019 modifiant diverses législations en matière de bail à ferme, lu | |
van het Burgerlijk Wetboek, zoals gewijzigd bij artikel 5 van het | isolément ou en combinaison avec l'article 52, alinéa 5 du décret du |
decreet van het Waalse Parlement van 2 mei 2019 tot wijziging van | |
verscheidene wetgevingen inzake pacht, al dan niet in samenhang | |
gelezen met artikel 52, vijfde lid, van het decreet van het Waalse | |
Parlement van 2 mei 2019 tot wijziging van verscheidene wetgevingen | Parlement wallon du 2 mai 2019 modifiant diverses législations en |
inzake pacht, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in de | matière de bail à ferme, viole-t-il les articles 10 et 11 de la |
interpretatie volgens welke het een verpachter, in het geval van een | Constitution dans l'interprétation selon laquelle il permet à un |
schriftelijke pachtovereenkomst, de mogelijkheid biedt om, bij het | bailleur, en présence d'un contrat de bail écrit, de mettre fin au |
verstrijken van drie verlengingen, van rechtswege en onmiddellijk een | |
einde te maken aan de pacht, terwijl een dergelijke mogelijkheid niet | bail de plein droit et immédiatement à l'expiration de trois |
bestaat voor de verpachter, in het geval van een mondelinge | prolongations, alors qu'une telle faculté n'est pas possible pour le |
pachtovereenkomst, aangezien de genoemde mondelinge pachtovereenkomst | bailleur, en présence d'un bail verbal, ledit bail verbal étant |
geacht wordt een derde periode van negen jaar te zijn ingegaan op de | présumé avoir commencé une troisième période de neuf ans à la date |
datum van inwerkingtreding van het decreet van het Waalse Parlement | |
van 2 mei 2019 tot wijziging van verscheidene wetgevingen inzake pacht | d'entrée en vigueur du décret du Parlement wallon du 2 mai 2019 |
? »; | modifiant diverses législations en matière de bail à ferme ? »; |
« Schenden de artikelen 4, tweede lid, van afdeling 3 ' Regels | « Les articles 4, alinéa 2, de la section 3 'Des règles particulières |
betreffende de pacht in het bijzonder ' van boek III, titel VIII, | aux baux à ferme' du livre III, titre VIII, chapitre II, du Code civil |
hoofdstuk II, van het Burgerlijk Wetboek, zoals gewijzigd bij artikel | tel que modifié par l'article 5 du décret du Parlement wallon du 2 mai |
2019 modifiant diverses législations en matière de bail à ferme et | |
5 van het decreet van het Waalse Parlement van 2 mei 2019 tot | l'article 52, alinéa 5 du décret du Parlement wallon du 2 mai 2019 |
wijziging van verscheidene wetgevingen inzake pacht, en artikel 52, | |
vijfde lid, van het decreet van het Waalse Parlement van 2 mei 2019 | |
tot wijziging van verscheidene wetgevingen inzake pacht, de artikelen | modifiant diverses législations en matière de bail à ferme violent-ils |
10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel | les articles 10 et 11 de la Constitution, lus isolément ou en |
2 van het Burgerlijk Wetboek en het algemeen beginsel van de | combinaison avec l'article 2 du Code civil et le principe général de |
niet-retroactiviteit van de wetten en het algemeen rechtsbeginsel van | |
de rechtszekerheid, in de interpretatie volgens welke de pachter die | la non-rétroactivité des lois et le principe général de droit de la |
een schriftelijke pachtovereenkomst heeft gesloten, blootgesteld is | sécurité juridique, dans l'interprétation selon laquelle le preneur |
aan de beëindiging van rechtswege van de pachtovereenkomst, die zich onmiddellijk en van rechtswege kan voordoen vanaf de inwerkingtreding van het decreet, dat wil zeggen vanaf 1 januari 2020, en na een termijn van zesendertig jaar die overeenstemt met een eerste periode en drie verlengingen, zodanig dat de pachter die een schriftelijke pachtovereenkomst heeft gesloten, niet het voordeel van enige overgangsregeling geniet en terwijl de pachter die een mondelinge pachtovereenkomst heeft gesloten, in een vergelijkbare situatie dat voordeel wel geniet krachtens een, voor het overige onweerlegbaar vermoeden, lijkt het, volgens hetwelk een lopende mondelinge pachtovereenkomst geacht wordt een derde periode van negen jaar te zijn ingegaan op de datum van inwerkingtreding van het decreet van het | d'un bail écrit est exposé à la fin de plein droit du bail laquelle est susceptible d'intervenir immédiatement et de plein droit dès l'entrée en vigueur du décret, soit à partir du 1er janvier 2020, et après une durée de trente-six ans correspondant à une première période et trois prolongations en manière telle que le preneur d'un bail écrit ne bénéficie d'aucun régime de transition et alors que le preneur d'un bail verbal dans une situation comparable en bénéficie en vertu d'une présomption, semble-t-il irréfragable par ailleurs, selon laquelle un bail verbal en cours est présumé avoir commencé une troisième période de neuf ans à la date d'entrée en vigueur du décret du Parlement |
Waalse Parlement van 2 mei 2019 tot wijziging van verscheidene | wallon du 2 mai 2019 modifiant diverses législations en matière de |
wetgevingen inzake pacht, zodanig dat een dergelijke pachtovereenkomst | bail à ferme en manière telle qu'un tel bail ne pourra pas prendre fin |
niet vóór 31 december 2037 van rechtswege zal kunnen eindigen ? ». | de plein droit avant le 31 décembre 2037 ? ». |
Die zaak, ingeschreven onder nummer 7636 van de rol van het Hof, werd | Cette affaire, inscrite sous le numéro 7636 du rôle de la Cour, a été |
samengevoegd met de zaken met rolnummers 7570 en 7571. | jointe aux affaires portant les numéros 7570 et 7571 du rôle. |
Met toepassing van artikel 89bis van de bijzondere wet van 6 januari | En application de l'article 89bis de la loi spéciale du 6 janvier 1989 |
1989 op het Grondwettelijk Hof werd in die zaak de bij artikel 87, § | sur la Cour constitutionnelle, le délai prévu à l'article 87, § 1er, |
1, van dezelfde bijzondere wet bepaalde termijn voor het indienen van | de la même loi spéciale pour l'introduction d'un mémoire a été abrégé |
een memorie verkort tot twintig dagen. | à vingt jours dans cette affaire. |
De griffier, | Le greffier, |
P.-Y. Dutilleux | P.-Y. Dutilleux |