← Terug naar "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij beslissing
van 1 oktober 2014 in zake Henri Goldberg, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen
op 5 december 2014, heeft de Hogere Commissie van « Schendt artikel 1, § 4, a), van de wet van
15 maart 1954 betreffende de herstelpensioenen vo(...)"
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij beslissing van 1 oktober 2014 in zake Henri Goldberg, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 5 december 2014, heeft de Hogere Commissie van « Schendt artikel 1, § 4, a), van de wet van 15 maart 1954 betreffende de herstelpensioenen vo(...) | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par décision du 1 er octobre 2014 en cause de Henri Goldberg, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 5 décembre 2014, la Commission supérieure d'appel, « L'article 1 er , § 4, a), de la loi du 15 mars 1954 relative aux pensions de dédomm(...) |
---|---|
GRONDWETTELIJK HOF Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij beslissing van 1 oktober 2014 in zake Henri Goldberg, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 5 december 2014, heeft de Hogere Commissie van Beroep, ingesteld bij het koninklijk besluit van 25 maart 1954 tot regeling van de procedure voor de | COUR CONSTITUTIONNELLE Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par décision du 1er octobre 2014 en cause de Henri Goldberg, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 5 décembre 2014, la Commission supérieure d'appel, instituée par l'arrêté royal du 25 mars |
toepassing van de wet van 15 maart 1954 betreffende de | 1954 réglant la procédure pour l'application de la loi du 15 mars 1954 |
herstelpensioenen voor de burgerlijke slachtoffers van de oorlog | relative aux pensions de dédommagement des victimes civiles de la |
1940-1945 en hun rechthebbenden, de volgende prejudiciële vraag | guerre 1940-1945 et de leurs ayants droit, a posé la question |
gesteld : | préjudicielle suivante : |
« Schendt artikel 1, § 4, a), van de wet van 15 maart 1954 betreffende | « L'article 1er, § 4, a), de la loi du 15 mars 1954 relative aux |
de herstelpensioenen voor de burgerlijke slachtoffers van de oorlog | pensions de dédommagement des victimes civiles de la guerre 1940-1945 |
1940-1945 en hun rechthebbenden het beginsel van gelijkheid en | et de leurs ayants droits viole-t-il les principes d'égalité et de |
niet-discriminatie beoogd in de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al | non-discrimination visés aux articles 10 et 11 de la Constitution, lus |
dan niet in samenhang gelezen met artikel 45, lid 1, van het Handvest | seuls ou conjointement avec l'article 45.1 de la Charte des droits |
van de grondrechten van de Europese Unie, dat de vrijheid van verkeer | fondamentaux de l'Union européenne qui garantit la liberté de |
en van verblijf van de personen binnen de Unie waarborgt, in zoverre | circulation et de séjour des personnes au sein de l'Union, en ce que, |
het, teneinde een herstelpensioen te genieten, de burgerlijke | pour bénéficier d'une pension de dédommagement il impose aux personnes |
oorlogsslachtoffers die de Belgische nationaliteit hebben op het | victimes civiles de la guerre qui ont la nationalité belge au moment |
ogenblik van de pensioenaanvraag, maar die die nationaliteit niet | de la demande de pension mais qui n'avaient pas cette nationalité au |
hadden op het ogenblik van het schadeverwekkende feit of die geen | moment du fait dommageable ou qui n'avaient pas introduit une demande |
naturalisatieaanvraag hadden ingediend vóór 10 mei 1940, geen volle 22 | de naturalisation avant le 10 mai 1940, qui n'ont pas accompli leur |
jaar waren vóór 10 mei 1940, hun gewoonlijke verblijfplaats in België | 22ème année avant le 10 mai 1940, ont eu leur résidence habituelle en |
hebben gehad sinds 1 januari 1931 en de Belgische nationaliteit hebben | Belgique depuis le 1er janvier 1931 et ont acquis la nationalité belge |
verkregen vóór 1 januari 1960, een voorwaarde oplegt van ononderbroken | avant le 1er janvier 1960, une condition de résidence ininterrompue en |
verblijf in België sinds 1 januari 1931 tot de dag van de | Belgique depuis le 1er janvier 1931 jusqu'au jour de la demande de |
pensioenaanvraag, terwijl die voorwaarde niet geldt voor de | pension, alors que cette condition n'est pas exigée des personnes |
burgerlijke oorlogsslachtoffers die de Belgische nationaliteit hadden | victimes civiles de la guerre qui avaient la nationalité belge au |
op het ogenblik van het schadeverwekkende feit of die een | moment du fait dommageable ou qui avaient introduit une demande de |
naturalisatieaanvraag hadden ingediend vóór 10 mei 1940 ? ». | naturalisation avant le 10 mai 1940 ? ». |
Die zaak is ingeschreven onder nummer 6110 van de rol van het Hof. | Cette affaire est inscrite sous le numéro 6110 du rôle de la Cour. |
De griffier, | Le greffier, |
P.-Y. Dutilleux | P.-Y. Dutilleux |