Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Bericht van --
← Terug naar "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 8 maart 2012 in zake S.M. tegen A. V.D.V. en anderen, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 16 maart 2012, heeft de Rechtbank v « Schendt artikel 330, § 1, van het Burgerlijk Wetboek artikel 22 van de Grondwet, eventueel s(...)"
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 8 maart 2012 in zake S.M. tegen A. V.D.V. en anderen, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 16 maart 2012, heeft de Rechtbank v « Schendt artikel 330, § 1, van het Burgerlijk Wetboek artikel 22 van de Grondwet, eventueel s(...) Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par jugement du 8 mars 2012 en cause de S.M. contre A. V.D.V. et autres, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 16 mars 2012, le Tribunal de première instance de « L'article 330, § 1 er , du Code civil viole-t-il l'article 22 de la Constitution, é(...)
GRONDWETTELIJK HOF COUR CONSTITUTIONNELLE
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989
januari 1989 Bij vonnis van 8 maart 2012 in zake S.M. tegen A. V.D.V. en anderen, Par jugement du 8 mars 2012 en cause de S.M. contre A. V.D.V. et
waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 16 maart autres, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 16 mars
2012, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te Gent de volgende 2012, le Tribunal de première instance de Gand a posé la question
prejudiciële vraag gesteld : préjudicielle suivante :
« Schendt artikel 330, § 1, van het Burgerlijk Wetboek artikel 22 van « L'article 330, § 1er, du Code civil viole-t-il l'article 22 de la
de Grondwet, eventueel samen gelezen met artikel 8 van het Europees Constitution, éventuellement combiné avec l'article 8 de la Convention
européenne des droits de l'homme et des libertés fondamentales, en ce
Verdrag voor de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, que l'action en contestation de la reconnaissance est irrecevable si
doordat de vordering tot betwisting van de erkenning niet ontvankelijk l'enfant a la possession d'état à l'égard de l'auteur de la
is als het kind bezit van staat heeft ten aanzien van de erkenner ? ». reconnaissance ? »
Die zaak is ingeschreven onder nummer 5367 van de rol van het Hof. Cette affaire est inscrite sous le numéro 5367 du rôle de la Cour.
De griffier, Le greffier,
F. Meersschaut F. Meersschaut
^