← Terug naar "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis
van 18 september 2009 in zake het openbaar ministerie tegen Sven Seynaeve en Michael Sorel, in aanwezigheid
van het Gemeenschappelijk Motorwaarborgfonds, « Schendt art. 162bis Sv, zoals ingevoegd
door de wet van 21 april 2007 [betreffende de verhaalbaa(...)"
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 18 september 2009 in zake het openbaar ministerie tegen Sven Seynaeve en Michael Sorel, in aanwezigheid van het Gemeenschappelijk Motorwaarborgfonds, « Schendt art. 162bis Sv, zoals ingevoegd door de wet van 21 april 2007 [betreffende de verhaalbaa(...) | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par jugement du 18 septembre 2009 en cause du ministère public contre Sven Seynaeve et Michael Sorel, en présence du Fonds commun de garantie automobile, partie intervenante fo « L'article 162bis du Code d'instruction criminelle, tel qu'il a été inséré par la loi du 21 avril(...) |
---|---|
GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 |
januari 1989 Bij vonnis van 18 september 2009 in zake het openbaar ministerie tegen | Par jugement du 18 septembre 2009 en cause du ministère public contre |
Sven Seynaeve en Michael Sorel, in aanwezigheid van het | Sven Seynaeve et Michael Sorel, en présence du Fonds commun de |
Gemeenschappelijk Motorwaarborgfonds, gedwongen tussenkomende partij, | garantie automobile, partie intervenante forcée, et de Maryse |
en Maryse François, burgerlijke partij, waarvan de expeditie ter | François, partie civile, dont l'expédition est parvenue au greffe de |
griffie van het Hof is ingekomen op 17 december 2009, heeft de | la Cour le 17 décembre 2009, le Tribunal de police de Bruges a posé la |
Politierechtbank te Brugge de volgende prejudiciële vraag gesteld : | question préjudicielle suivante : |
« Schendt art. 162bis Sv, zoals ingevoegd door de wet van 21 april | « L'article 162bis du Code d'instruction criminelle, tel qu'il a été |
2007 [betreffende de verhaalbaarheid van de erelonen en de kosten | inséré par la loi du 21 avril 2007 [relative à la répétibilité des |
verbonden aan de bijstand van een advocaat], het gelijkheidsbeginsel, | honoraires et des frais d'avocat], viole-t-il le principe d'égalité |
zoals vastgelegd in art. 10 en 11 van de Grondwet, doordat het | inscrit dans les articles 10 et 11 de la Constitution en ce qu'il |
voorziet dat in een vonnis uitgesproken door een strafrechtbank enkel | prévoit que, dans un jugement prononcé par un tribunal pénal, seuls le |
de beklaagde en de personen die voor het misdrijf burgerrechtelijk aansprakelijk zijn veroordeeld worden tot het betalen aan de burgerlijke partij van de rechtsplegingsvergoeding en dus niét het G.M.W.F., terwijl deze laatste in een vonnis uitgesproken door een burgerlijke rechtbank wel moet (minstens kan) veroordeeld worden tot het betalen van de rechtsplegingsvergoeding zodra ze wordt aangemerkt als ' in het ongelijk gestelde partij ', en dit alles in de hypothese dat de strafrechtbank enkel deze tussenkomende partij heeft veroordeeld tot het betalen van een schadevergoeding ? ». Die zaak is ingeschreven onder nummer 4834 van de rol van het Hof. De griffier, | prévenu et les personnes civilement responsables de l'infraction sont condamnés à payer à la partie civile l'indemnité de procédure, à l'exclusion donc du Fonds commun de garantie automobile, alors que ce dernier, dans un jugement prononcé par un tribunal civil, doit (ou tout au moins peut) être condamné à payer l'indemnité de procédure dès qu'il est considéré comme ' la partie ayant succombé ', et tout ceci dans l'hypothèse où le tribunal pénal a condamné cette partie intervenante seule à la réparation dommage ? ». Cette affaire est inscrite sous le numéro 4834 du rôle de la Cour. Le greffier, |
P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |