← Terug naar "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis
van 14 oktober 2009 in zake de nv « Entreprise de Montage du Centre » tegen de Belgische Staat, waarvan
de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen « Schendt artikel 219 van het WIB
1992, zoals het voor het aanslagjaar 1994 van toepassing was, de (...)"
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 14 oktober 2009 in zake de nv « Entreprise de Montage du Centre » tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen « Schendt artikel 219 van het WIB 1992, zoals het voor het aanslagjaar 1994 van toepassing was, de (...) | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par jugement du 14 octobre 2009 en cause de la SA « Entreprise de Montage du Centre » contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 30 novembre 20 « L'article 219 du CIR (1992), tel qu'il était applicable pour l'exercice d'imposition 1994, viole-(...) |
---|---|
GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 |
januari 1989 Bij vonnis van 14 oktober 2009 in zake de nv « Entreprise de Montage | Par jugement du 14 octobre 2009 en cause de la SA « Entreprise de |
du Centre » tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie | Montage du Centre » contre l'Etat belge, dont l'expédition est |
van het Hof is ingekomen op 30 november 2009, heeft de Rechtbank van | parvenue au greffe de la Cour le 30 novembre 2009, le Tribunal de |
eerste aanleg te Bergen de volgende prejudiciële vraag gesteld : | première instance de Mons a posé la question préjudicielle suivante : |
« Schendt artikel 219 van het WIB 1992, zoals het voor het aanslagjaar | « L'article 219 du CIR (1992), tel qu'il était applicable pour |
1994 van toepassing was, de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet in | l'exercice d'imposition 1994, viole-t-il les articles 10, 11 et 172 de |
zoverre het in geen enkele mogelijkheid voorziet om te ontsnappen aan | la Constitution en tant qu'il ne prévoit aucune possibilité d'échapper |
de betaling van de afzonderlijke aanslag wanneer het gaat om kosten | au paiement de la cotisation distincte lorsqu'il s'agit de dépenses |
die zijn toegekend als terugbetaling van kosten eigen aan de | octroyées en remboursement de frais propres à l'employeur alors que |
werkgever, terwijl de aanslag voor de andere in artikel 57 van het WIB | pour les autres dépenses visées à l'article 57 du CIR (1992), la |
1992 bedoelde kosten niet verschuldigd is indien de belastingplichtige | cotisation n'est pas due si le contribuable démontre que ces dépenses |
aantoont dat die kosten zijn begrepen in een door de genieter | ont été comprises dans une déclaration introduite par le bénéficiaire |
overeenkomstig artikel 305 van het WIB 1992 ingediende aangifte ? Is | conformément à l'article 305 du CIR (1992) ? La sanction de l'article |
de sanctie van artikel 219 van het WIB 1992 niet onevenredig in | 219 du CIR n'est-elle pas disproportionnée dans la mesure où le but de |
zoverre het doel van de wet erin bestaat te vermijden dat | la loi est d'éviter que des rémunérations échappent à l'impôt alors |
bezoldigingen niet worden belast terwijl de vergoedingen die de | que les indemnités constituant le remboursement de dépenses propres à |
terugbetaling van kosten eigen aan de werkgever zijn, krachtens | l'employeur ne sont, précisément, pas imposables dans le chef de leur |
artikel 31 van het WIB 1992 net niet belastbaar zijn ten aanzien van de genieter ervan ? ». | bénéficiaire en vertu de l'article 31 du CIR ? ». |
Die zaak is ingeschreven onder nummer 4818 van de rol van het Hof. | Cette affaire est inscrite sous le numéro 4818 du rôle de la Cour. |
De griffier, | Le greffier, |
P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |