← Terug naar "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij
vonnis van 30 november 2000 in zake het Ministerie van Financiën en het openbaar ministerie tegen P.
Crijnen en anderen, waarvan de expeditie «
1. Is het zo dat de bepalingen van het Koninklijk Besluit van 18 juli 1977 tot coördinatie van de(...)"
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 30 november 2000 in zake het Ministerie van Financiën en het openbaar ministerie tegen P. Crijnen en anderen, waarvan de expeditie « 1. Is het zo dat de bepalingen van het Koninklijk Besluit van 18 juli 1977 tot coördinatie van de(...) | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage Par jugement du 30 novembre 2000 en cause du ministère des Finances et du ministère public contre P. Crijnen et autres, dont l'expédition est parvenue au « 1. Les dispositions de l'arrêté royal du 18 juillet 1977 portant coordination des dispositions gé(...) |
---|---|
ARBITRAGEHOF | COUR D'ARBITRAGE |
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 |
januari 1989 op het Arbitragehof | sur la Cour d'arbitrage |
Bij vonnis van 30 november 2000 in zake het Ministerie van Financiën | Par jugement du 30 novembre 2000 en cause du ministère des Finances et |
en het openbaar ministerie tegen P. Crijnen en anderen, waarvan de | du ministère public contre P. Crijnen et autres, dont l'expédition est |
expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 18 december | parvenue au greffe de la Cour d'arbitrage le 18 décembre 2000, le |
2000, heeft de Correctionele Rechtbank te Antwerpen de volgende | Tribunal correctionnel d'Anvers a posé les questions préjudicielles |
prejudiciële vragen gesteld : | suivantes : |
« 1. Is het zo dat de bepalingen van het Koninklijk Besluit van 18 | « 1. Les dispositions de l'arrêté royal du 18 juillet 1977 portant |
juli 1977 tot coördinatie van de algemene bepalingen inzake douane en | coordination des dispositions générales en matière de douanes et |
accijnzen (A.W.D.A.), zijnde onder meer doch niet uitsluitend de | accises (L.G.D.A.), c'est-à-dire notamment mais pas exclusivement les |
hoofdstukken XVIII (` Bewaking en verzegeling '), XIX (` Tolkring '), | chapitres XVIII (« Garde et scellement »), XIX (« Rayon des douanes |
XX (` Visitatie en peiling '), XXI (` Bijzondere bepalingen | »), XX (« Visites et recensements »), XXI (« Dispositions |
betreffende visitatie en peiling inzake de accijnzen '), XXII (` | particulières concernant les visites et recensements en matière |
Controlemaatregelen '), XXIII (` Recht van administratief beroep '), | d'accises »), XXII (« Mesures de contrôle »), XXIII (« Droit de |
XXIV (` Boeten en straffen in het algemeen '), XXV (` | recours administratif »), XXIV (« Amendes et peines en général »), XXV |
(« Procès-verbaux, déclarations en contravention, saisies et | |
Processen-verbaal, bekeuringen, aanhalingen en vervolgingen '), XXVII | poursuites »), XXVII (« Exécution parée, privilège et hypothèque |
(` Dadelijke uitwinning, voorrecht en hypotheek ') en XXVIII (` | légale ») et XXVIII (« Obligations et droits des agents Protection à |
Plichten en rechten der ambtenaren en hun bescherming ') van de | leur accorder ») de la loi générale relative aux douanes et accises, |
Algemene Wet inzake Douane en Accijnzen, de artikelen 10 en 11 van de | violent-elles les articles 10 et 11 de la Constitution au motif que |
Grondwet schenden, omdat de strafvordering en de strafrechtspleging | l'action publique et la procédure pénale en matière de douanes et |
inzake douane en accijnzen op een aantal cruciale punten verschilt en | accises diffèrent et s'écartent sur un certain nombre de points |
afwijkt van de strafvordering en de strafrechtspleging in het algemeen | essentiels de l'action publique et de la procédure pénale en général |
en aldus twee categorieën van vervolgde personen tot stand brengt (met | et créent ainsi deux catégories de personnes poursuivies (à savoir, |
name enerzijds degenen die worden verdacht van misdrijven inzake | d'une part, celles qui sont inculpées d'infractions en matière de |
douane en accijnzen en anderzijds degenen die verdacht worden van | douanes et accises et, d'autre part, celles qui sont inculpées |
misdrijven van gemeen recht), waardoor een grondwettelijk | d'infractions de droit commun), ce qui a pour effet de créer une |
niet-toelaatbare discriminatie ten nadele van degenen die worden | discrimination constitutionnellement inadmissible au détriment de |
verdacht van misdrijven inzake douane en accijnzen tot stand wordt | celles qui sont inculpées d'infractions en matière de douanes et |
gebracht ? | accises ? |
2. Schenden artikel 11 van de algemene wetgeving van Douane en | 2. Les articles 11 de la législation générale en matière de douanes et |
Accijnzen alsook artikel 32 van de wet van 7 januari 1998 betreffende | accises et 32 de la loi du 7 janvier 1998 concernant la structure et |
de structuur en de accijnsrechttarieven op alcohol en alcoholische | les taux des droits d'accise sur l'alcool et les boissons alcoolisées |
dranken de artikelen 10 en 11 gelezen in betrekking met de artikelen | violent-ils les articles 10 et 11 de la Constitution, combinés avec |
170, § 1, en 171 van de Grondwet doordat zij de categorie van | les articles 170, § 1er, et 171 de la Constitution, en ce qu'ils |
accijnsrechtplichtigen grondwettelijke garanties ontneemt zoals | privent la catégorie des redevables de droits d'accises de garanties |
geboden aan alle burgers, zonder enige uitzondering, in de artikelen | constitutionnelles offertes à tous les citoyens, sans aucune |
170, § 1, en 172 ? | exception, aux articles 170, § 1er, et 172 ? |
3. Schenden de artikelen 197 en 198, § 3, van de A.W.D.A., met | 3. Les articles 197 et 198, § 3, de la L.G.D.A., qui concernent les |
betrekking tot de huiszoekingen, de artikelen 10 en 11 van de | perquisitions, violent-ils les articles 10 et 11 de la Constitution, |
Grondwet, op zichzelf gelezen of in samenlezing met het artikel 8 van | combinés avec l'article 8 de la C.E.D.H., eu égard au fait que les |
het E.V.R.M., gelet op het feit dat de waarborgen die zij bieden | garanties qu'ils offrent sont sensiblement réduites par rapport à |
gevoelig zijn verminderd ten opzichte van deze waarvan elke burger | celles dont bénéficie tout citoyen du chef du droit pénal commun |
geniet uit hoofde van het gemeen strafrecht (artikelen 87, 88 en 89bis | (articles 87, 88 et 89bis du Code d'instruction criminelle) ? |
van het Wetboek van strafvordering) ? | |
4. Schenden de artikelen 85 en 100 van het Strafwetboek de artikelen | 4. Les articles 85 et 100 du Code pénal violent-ils les articles 10 et |
10 en 11 van de Grondwet, daar waar de Strafrechter, die fictieve | 11 de la Constitution en ce que le juge pénal, qui doit reconnaître |
uitvoer van goederen onderworpen aan accijnzen moet herkennen, geen | l'exportation fictive de marchandises soumises à accises, ne pourrait |
verzachtende omstandigheden zou toestaan voor de boetes verschuldigd | accorder des circonstances atténuantes pour les amendes dues sur la |
op basis van de Wet der Douane en Accijnzen, terwijl hij anders het | base de la loi relative aux douanes et accises, alors qu'autrement il |
vonnis zou kunnen opschorten in toepassing van de wet van 29 juni 1964 | pourrait suspendre le jugement en application de la loi du 29 juin |
betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie ? | 1964 concernant la suspension, le sursis et la probation ? |
5. Schenden de artikelen 85 en 100 van het Strafwetboek en het artikel | 5. Les articles 85 et 100 du Code pénal et l'article 73quinquies du |
73quinquies van het BTW-wetboek de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, daar waar de strafrechter, die fictieve uitvoer van goederen onderworpen aan accijnzen moet herkennen, verzachtende omstandigheden zou toestaan voor de boetes verschuldigd op basis van het BTW-wetboek, waar dit niet zou kunnen voor de boetes verschuldigd volgens de Wet der Douane en Accijnzen, terwijl deze uitvoeringen [lees : uitvoer], welke de ontdoken belastingen ook zijn, niet eenvoudiger of minder eenvoudig te ontdekken zijn [lees : is] ? » Die zaak is ingeschreven onder nummer 2097 van de rol van het Hof. De griffier, | Code de la T.V.A. violent-ils les articles 10 et 11 de la Constitution en ce que le juge pénal, qui doit reconnaître l'exportation fictive de marchandises soumises à accises, pourrait accorder des circonstances atténuantes pour les amendes dues sur la base du Code de la T.V.A. mais ne le pourrait pas pour les amendes dues en vertu de la loi relative aux douanes et accises, alors que ces réalisations [lire : cette exportation] ne sont pas susceptibles d'être découvertes [lire : n'est pas susceptible d'être découverte] plus facilement ou moins facilement ? » Cette affaire est inscrite sous le numéro 2097 du rôle de la Cour. Le greffier, |
L. Potoms. | L. Potoms. |