← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 46/2023 van 16 maart 2023 Rolnummer 7826 In zake : het beroep
tot vernietiging van artikel 2, d), van de programmawet van 27 december 2021 , i(...) Het
Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters L. Lavrysen en P. Nihoul, en de rechters(...)"
| Uittreksel uit arrest nr. 46/2023 van 16 maart 2023 Rolnummer 7826 In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 2, d), van de programmawet van 27 december 2021 , i(...) Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters L. Lavrysen en P. Nihoul, en de rechters(...) | Extrait de l'arrêt n° 46/2023 du 16 mars 2023 Numéro du rôle : 7826 En cause : le recours en annulation de l'article 2, d), de la loi-programme du 27 décembre 2021 , introdui(...) La Cour constitutionnelle, composée des présidents L. Lavrysen et P. Nihoul, et des juges T. Gie(...) |
|---|---|
| GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
| Uittreksel uit arrest nr. 46/2023 van 16 maart 2023 | Extrait de l'arrêt n° 46/2023 du 16 mars 2023 |
| Rolnummer 7826 | Numéro du rôle : 7826 |
| In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 2, d), van de | En cause : le recours en annulation de l'article 2, d), de la |
| programmawet van 27 december 2021 (invoeging van een vierde lid in | loi-programme du 27 décembre 2021 (insertion d'un alinéa 4 dans |
| artikel 2756 van het WIB 1992), ingesteld door de vzw « Pro League » | l'article 2756 du CIR 1992), introduit par l'ASBL « Pro League » et |
| en anderen. | autres. |
| Het Grondwettelijk Hof, | La Cour constitutionnelle, |
| samengesteld uit de voorzitters L. Lavrysen en P. Nihoul, en de | composée des présidents L. Lavrysen et P. Nihoul, et des juges T. |
| rechters T. Giet, J. Moerman, M. Pâques, D. Pieters en E. Bribosia, | Giet, J. Moerman, M. Pâques, D. Pieters et E. Bribosia, assistée du |
| bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter L. Lavrysen, | greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président L. Lavrysen, |
| wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
| I. Onderwerp van het beroep en rechtspleging | I. Objet du recours et procédure |
| Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 30 juni 2022 | Par requête adressée à la Cour par lettre recommandée à la poste le 30 |
| ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 1 juli | juin 2022 et parvenue au greffe le 1er juillet 2022, un recours en |
| 2022, is beroep tot vernietiging ingesteld van artikel 2, d), van de | |
| programmawet van 27 december 2021 (invoeging van een vierde lid in | annulation de l'article 2, d), de la loi-programme du 27 décembre 2021 |
| artikel 2756 van het WIB 1992), bekendgemaakt in het Belgisch | (insertion d'un alinéa 4 dans l'article 2756 du CIR 1992), publiée au |
| Staatsblad van 31 december 2021, door de vzw « Pro League », de nv « | Moniteur belge du 31 décembre 2021, a été introduit par l'ASBL « Pro |
| Club Brugge », de nv « Koninklijke Beerschot Voetbalclub Antwerpen », | League », la SA « Club Brugge », la SA « Koninklijke Beerschot |
| de nv « Royal Antwerp Football Club », de cv « Cercle Brugge | Voetbalclub Antwerpen », la SA « Royal Antwerp Football Club », la SC |
| Koninklijke Sportvereniging », de cv « Koninklijke Atletiekassociatie | « Cercle Brugge Koninklijke Sportvereniging », la SC « Koninklijke |
| Gent-Voetbalafdeling », de vzw « K. Racing Club Genk 322 », de cvba « | Atletiekassociatie Gent-Voetbalafdeling », l'ASBL « K. Racing Club |
| OH Leuven », de nv « Koninklijke Lierse Sportkring », de nv « Royal | Genk 322 », la SCRL « OH Leuven », la SA « Koninklijke Lierse |
| Sporting Club Anderlecht », de nv « Sporting du pays de Charleroi », | Sportkring », la SA « Royal Sporting Club Anderlecht », la SA « |
| de nv « Standard de Liège », de nv « Grensverleggend » en de nv « | Sporting du pays de Charleroi », la SA « Standard de Liège », la SA « |
| Yellow-Red KV Mechelen », bijgestaan en vertegenwoordigd door Mr. M. | Grensverleggend » et la SA « Yellow-Red KV Mechelen », assistées et |
| Vera en Mr. D. Buylaert, advocaten bij de balie te Brussel. | représentées par Me M. Vera et Me D. Buylaert, avocats au barreau de Bruxelles. |
| (...) | (...) |
| II. In rechte | II. En droit |
| (...) | (...) |
| Ten aanzien van de bestreden bepaling | Quant à la disposition attaquée |
| B.1.1. De verzoekende partijen vorderen de vernietiging van artikel | B.1.1. Les parties requérantes demandent l'annulation de l'article 2756, |
| 2756, vierde lid, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 | alinéa 4, du Code des impôts sur les revenus 1992 (ci-après : le CIR |
| (hierna : het WIB 1992), zoals ingevoegd bij artikel 2, d), van de programmawet van 27 december 2021. | 1992), inséré par l'article 2, d), de la loi-programme du 27 décembre 2021. |
| B.1.2. Artikel 2756 van het WIB 1992 voorziet, onder bepaalde | B.1.2. L'article 2756 du CIR 1992 prévoit, sous certaines conditions, |
| voorwaarden, in een vrijstelling van het doorstorten van een deel van | une dispense du versement d'une partie du précompte professionnel au |
| de bedrijfsvoorheffing voor de schuldenaars ervan, voor de | profit des débiteurs de ce précompte, pour les rémunérations qu'ils |
| bezoldigingen die zij betalen of toekennen aan sportbeoefenaars. Die | paient ou octroient à des sportifs. Cette dispense a été instaurée à |
| vrijstelling werd oorspronkelijk ingevoerd in het kader van een | l'origine dans le cadre d'une réforme globale du régime fiscal pour |
| ruimere hervorming van het belastingstelsel voor sportbeoefenaars, en | |
| was voornamelijk bedoeld als compensatie voor de kosten die deze | les sportifs et devait essentiellement compenser les frais |
| hervorming zou meebrengen voor sportclubs : | qu'entraînerait cette réforme pour les clubs sportifs : |
| « Teneinde de clubs tot investeringen in de opleiding van hun spelers | « Dès lors, afin d'inciter les clubs à investir dans la formation de |
| aan te zetten en hun kas te stijven en ter compensatie van de toename | leurs joueurs, de soulager leur trésorerie et de compenser |
| van hun loonkosten (met name als gevolg van de regularisatie van | l'augmentation de leurs coûts salariaux (causée notamment par la |
| sommige niet-inwonende sportbeoefenaars), wordt voorzien in de | régularisation de certains sportifs non-résidents), il est prévu de |
| verlening van een vrijstelling van doorstorting van | leur octroyer une dispense de versement de précompte professionnel » |
| bedrijfsvoorheffing » (Parl. St., Kamer, 2006-2007, DOC 51-2787/001, | (Doc. parl., Chambre, 2006-2007, DOC 51-2787/001, p. 10). |
| p. 10). B.1.3. Met de programmawet van 27 december 2021 wil de wetgever het | B.1.3. Par la loi-programme du 27 décembre 2021, le législateur entend |
| fiscale stelsel voor de sportwereld aanpassen, als reactie op de | adapter le régime fiscal applicable au monde sportif, en réaction au |
| vaststelling dat het bestaande stelsel niet alleen niet de beoogde | constat que le régime existant non seulement n'atteint pas le but |
| doelstelling haalt, maar bovendien leidt tot misbruiken : | visé, mais aboutit en outre à des abus : |
| « De actoren binnen de sportwereld (spelers/sporterbeoefenaars, clubs, | « Les acteurs du monde sportif (joueurs/sportifs, clubs, agents de |
| sportmakelaars, ...) genieten in België momenteel van verschillende | sportifs, ...) bénéficient actuellement en Belgique de divers régimes |
| voordelige fiscale en parafiscale regelingen (gedeeltelijke | fiscaux et parafiscaux avantageux (dispense partielle du précompte |
| vrijstelling van de bedrijfsvoorheffing, gunstig belastingtarief voor | professionnel, taux d'imposition préférentiel pour les sportifs jeunes |
| jonge en buitenlandse sporterbeoefenaars, verminderde RSZ-bijdragen, | et étrangers, cotisations ONSS réduites, qui se limitent en outre, |
| die voor profvoetballers bovendien beperkt zijn tot de sectoren | pour les footballeurs professionnels, aux secteurs des soins de santé, |
| gezondheidszorg, pensioenen en kinderbijslag). | des pensions et des allocations familiales). |
| Op fiscaal vlak kosten deze verschillende voordelen geld aan de | En matière fiscale, ces différents avantages coûtent de l'argent à la |
| gemeenschap en bereiken ze in de huidige stand van zaken niet altijd | collectivité, et, dans l'état actuel de la situation, n'atteignent pas |
| de nagestreefde doelstellingen, zoals bijvoorbeeld de opleiding van | toujours les objectifs poursuivis, comme par exemple la formation de |
| jonge Belgische sporterbeoefenaars » (Parl. St., Kamer, 2021-2022, DOC | jeunes sportifs belges » (Doc. parl., Chambre, 2021-2022, DOC |
| 55-2349/001, p. 3). | 55-2349/001, p. 3). |
| B.1.4. Artikel 2, d), van de programmawet van 27 december 2021 voegt | B.1.4. L'article 2, d), de la loi-programme du 27 décembre 2021 insère |
| aan artikel 2756 van het WIB 1992 een vierde lid toe, dat bepaalt : | dans l'article 2756 du CIR 1992 un alinéa 4, qui dispose : |
| « De in het eerste en tweede lid bedoelde bezoldigingen komen enkel in aanmerking in de mate dat gedurende de periode waarop de vrijstelling betrekking heeft, de sportbeoefenaars aan wie deze bezoldigingen werden betaald of toegekend sportprestaties hebben geleverd voor de in het eerste lid bedoelde schuldenaar ». Uit de parlementaire voorbereiding blijkt dat de aldus toegevoegde voorwaarde, die bij amendement opnieuw werd ingevoegd in het wetsontwerp, bedoeld is om constructies waarbij spelers worden verhuurd aan andere sportclubs, terwijl de oorspronkelijke sportclub nog steeds het voordeel van de vrijstelling blijft genieten, tegen te gaan : « Daarnaast bevatte het voorontwerp een beperking om detacheringsmisbruik tegen te gaan. Dit amendement wil deze beperking opnieuw integreren in het ontwerp. Hierdoor wordt ervoor gekozen om voortaan enkel de bezoldigingen van sportbeoefenaars in aanmerking te laten komen indien deze daadwerkelijk sportprestaties leveren voor de werkgever zelf. Indien dus de sportbeoefenaar wordt gedetacheerd naar een andere sportclub, zal de bedrijfsvoorheffing die werd ingehouden op de door deze sportbeoefenaar verkregen bezoldiging niet meer in aanmerking komen | « Les rémunérations visées aux [...] alinéas 1er et 2 entrent uniquement en considération dans la mesure où les sportifs auxquels ces rémunérations ont été payées ou attribuées, ont fourni des prestations sportives pour le redevable visé à l'alinéa 1er, durant la période à laquelle se rapporte la dispense ». Il ressort des travaux préparatoires que la condition ainsi ajoutée, qui a, par la voie d'un amendement, été réinsérée dans le projet de loi, entend lutter contre les mécanismes par lesquels des joueurs sont loués à d'autres clubs sportifs, alors que le club sportif d'origine continue de bénéficier de la dispense : « De plus, l'avant-projet prévoyait une limitation afin de contrer des abus de détachement. Le présent amendement vise à réintégrer cette limitation dans le projet. Pour cela, il a été choisi de désormais prendre uniquement en considération les rémunérations des sportifs si ces derniers prestent effectivement des prestations sportives pour l'employeur lui-même. Si le sportif est donc détaché vers un autre club sportif, le précompte professionnel qui a été retenu sur la rémunération perçue par ce |
| voor de toepassing van deze maatregel » (Parl. St., Kamer, 2021-2022, | sportif n'entrera plus en considération pour l'application de cette |
| DOC 55-2349/004, p. 3). | mesure » (Doc. parl., Chambre, 2021-2022, DOC 55-2349/004, p. 3). |
| Ten gronde | Quant au fond |
| B.2. Het enige middel is afgeleid uit de schending, door artikel 2, | B.2. Le moyen unique est pris de la violation, par l'article 2, d), de |
| d), van de programmawet van 27 december 2021, van de artikelen 10, 11 | la loi-programme du 27 décembre 2021, des articles 10, 11 et 172 de la |
| en 172 van de Grondwet. In het eerste onderdeel van dat middel voeren | Constitution. Dans la première branche de ce moyen, les parties |
| de verzoekende partijen aan dat de bestreden bepaling ten onrechte | requérantes font valoir que la disposition attaquée traite à tort de |
| verschillende situaties op identieke wijze behandelt. De bestreden | manière identique des situations différentes. En effet, la disposition |
| bepaling sluit de toepassing van de vrijstelling immers uit voor zowel | attaquée exclut l'application de la dispense tant pour les |
| binnenlandse als buitenlandse detacheringen, terwijl de doelstelling | détachements vers un club belge que pour les détachements vers un club |
| van de wetgever er enkel in bestaat misbruiken met buitenlandse | étranger, alors que le but du législateur consiste à lutter contre la |
| detacheringen tegen te gaan. In het tweede onderdeel van hun enig | fraude concernant les seuls détachements vers un club étranger. Dans |
| middel voeren de verzoekende partijen aan dat de bestreden bepaling | la seconde branche de leur moyen unique, les parties requérantes font |
| een onverantwoord verschil in behandeling doet ontstaan tussen een | valoir que la disposition attaquée établit une différence de |
| Belgische sportclub die een speler op eigen veld laat spelen, en een | traitement injustifiée entre un club sportif belge qui fait jouer un |
| Belgische sportclub die een speler op het veld van een andere | joueur sur son propre terrain et un club sportif belge qui fait jouer |
| Belgische club laat spelen. Het Hof behandelt beide onderdelen samen. | un joueur sur le terrain d'un autre club belge. La Cour examine les deux branches ensemble. |
| B.3. In hun memorie van antwoord ontwikkelen de verzoekende partijen | B.3. Dans leur mémoire en réponse, les parties requérantes soulèvent |
| een groot aantal nieuwe grieven, als reactie op het feit dat de | un grand nombre de nouveaux griefs, réagissant au fait que le Conseil |
| Ministerraad, in zijn memorie, stelt dat de vrijstelling niet van | des ministres affirme, dans son mémoire, que la dispense n'est pas |
| toepassing is als de sportbeoefenaar « op de bank » zit. Noch uit de | applicable lorsque le sportif « reste sur le banc ». Il ne peut se |
| tekst van de bestreden bepaling zelf, noch uit de parlementaire | déduire ni du texte de la disposition attaquée elle-même ni des |
| voorbereiding kan op enige wijze worden afgeleid dat het de bedoeling | travaux préparatoires que le législateur avait l'intention |
| was van de wetgever om de bestreden bepaling aldus te interpreteren. | d'interpréter la disposition attaquée de cette manière. Sans qu'il |
| Zonder dat moet worden nagegaan of de nieuwe grieven ontvankelijk zijn, moet worden vastgesteld dat zij op een verkeerd uitgangspunt zijn gebaseerd. B.4.1. Het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie sluit niet uit dat een verschil in behandeling tussen categorieën van personen wordt ingesteld, voor zover dat verschil op een objectief criterium berust en het redelijk verantwoord is. Dat beginsel verzet er zich overigens tegen dat categorieën van personen, die zich ten aanzien van de betwiste maatregel in wezenlijk verschillende situaties bevinden, op identieke wijze worden behandeld, zonder dat daarvoor een redelijke verantwoording bestaat. Het bestaan van een dergelijke verantwoording moet worden beoordeeld | faille examiner si les nouveaux griefs sont recevables, il convient de constater qu'ils procèdent d'une prémisse erronée. B.4.1. Le principe d'égalité et de non-discrimination n'exclut pas qu'une différence de traitement soit établie entre des catégories de personnes, pour autant qu'elle repose sur un critère objectif et qu'elle soit raisonnablement justifiée. Ce principe s'oppose, par ailleurs, à ce que soient traitées de manière identique, sans qu'apparaisse une justification raisonnable, des catégories de personnes se trouvant dans des situations qui, au regard de la mesure critiquée, sont essentiellement différentes. L'existence d'une telle justification doit s'apprécier en tenant |
| rekening houdend met het doel en de gevolgen van de betwiste maatregel | compte du but et des effets de la mesure critiquée ainsi que de la |
| en met de aard van de ter zake geldende beginselen; het beginsel van | nature des principes en cause; le principe d'égalité et de |
| gelijkheid en niet-discriminatie is geschonden wanneer vaststaat dat | non-discrimination est violé lorsqu'il est établi qu'il n'existe pas |
| geen redelijk verband van evenredigheid bestaat tussen de aangewende | de rapport raisonnable de proportionnalité entre les moyens employés |
| middelen en het beoogde doel. | et le but visé. |
| B.4.2. Artikel 172, eerste lid, van de Grondwet vormt, in fiscale | B.4.2. L'article 172, alinéa 1er, de la Constitution est une |
| aangelegenheden, een bijzondere toepassing van het in de artikelen 10 | application particulière, en matière fiscale, du principe d'égalité et |
| en 11 van de Grondwet vervatte beginsel van gelijkheid en | de non-discrimination inscrit aux articles 10 et 11 de la |
| niet-discriminatie. | Constitution. |
| B.4.3. Het komt de wetgever toe de aanslagvoet van de belasting, | B.4.3. Il appartient au législateur d'établir le taux de l'impôt et |
| alsook de eventuele vrijstellingen, vast te stellen. Hij beschikt ter | les éventuelles exonérations. Il dispose en la matière d'une large |
| zake over een ruime beoordelingsbevoegdheid. Fiscale maatregelen maken | marge d'appréciation. En effet, les mesures fiscales constituent un |
| immers een wezenlijk onderdeel uit van het sociaaleconomische beleid. | élément essentiel de la politique socioéconomique. Elles assurent non |
| Zij zorgen niet alleen voor een substantieel deel van de inkomsten die | seulement une part substantielle des recettes qui doivent permettre la |
| de verwezenlijking van dat beleid mogelijk moeten maken, maar zij | réalisation de cette politique, mais elles permettent également au |
| laten de wetgever ook toe om sturend en corrigerend op te treden en op | législateur d'orienter certains comportements et d'adopter des mesures |
| die manier het sociale en economische beleid vorm te geven. | correctrices afin de donner corps à la politique sociale et |
| De maatschappelijke keuzen die bij het inzamelen en het inzetten van | économique. Les choix de société qui doivent être réalisés lors de la collecte et |
| middelen moeten worden gemaakt, behoren derhalve tot de | de l'affectation des ressources relèvent par conséquent du pouvoir |
| beoordelingsvrijheid van de wetgever. Het Hof vermag een dergelijke | d'appréciation du législateur. La Cour ne peut sanctionner un tel |
| beleidskeuze, alsook de motieven die daaraan ten grondslag liggen, slechts af te keuren indien zij op een manifeste vergissing zouden berusten of indien zij kennelijk onredelijk zouden zijn. De belastingwetgever kan daarenboven geen rekening houden met de bijzonderheden van elk gegeven geval. Hij vermag de diversiteit ervan benaderend en vereenvoudigend te omschrijven. B.5. Zoals is vermeld in B.1.2, werd de vrijstelling waarin is voorzien in artikel 2756 van het WIB 1992 oorspronkelijk ingevoerd als compensatie, voor de sportclubs, van de gevolgen van een ruimere hervorming van het fiscale stelsel voor sportbeoefenaars. Nu die hervorming reeds dateert van 2007, en in het licht van het gunstige fiscale stelsel dat sportclubs genieten, kan de wetgever redelijkerwijze oordelen dat op zijn minst de vrijstelling aan meer voorwaarden moet worden onderworpen. Dit geldt in het bijzonder wanneer eveneens wordt vastgesteld dat de andere oorspronkelijke doelstelling van de vrijstelling, namelijk het bevorderen van de jeugdwerking, onder de bestaande voorwaarden onvoldoende wordt gerealiseerd. Ongeacht de vraag of sportclubs die hun sportbeoefenaars naar het buitenland dan wel in België detacheren, zich in wezenlijk verschillende situaties bevinden, is het evenmin kennelijk onredelijk dat de wetgever oordeelt dat de vrijstelling in alle gevallen moet worden beperkt tot de bedrijfsvoorheffing op de bezoldiging van sportbeoefenaars die effectief sportprestaties leverden voor de sportclub-werkgever. Niet alleen draagt een dergelijke eenvormige aanpak bij tot de voorspelbaarheid, het beheer en de controle van de betrokken regeling, maar bovendien kan het de fiscale wetgever die bepaalt in welke omstandigheden een preferentieel belastingstelsel van toepassing is, niet worden verweten dat hij geen rekening houdt met elk mechanisme dat eigen is aan een bepaalde beroepsgroep, in dit geval het voetbal, a fortiori wanneer die technieken net erop gericht zijn met het oog op een fiscale optimalisatie af te wijken van die wettelijk geregelde stelsels, die op zich al zeer gunstig zijn. Dezelfde overwegingen gelden met betrekking tot het tweede onderdeel, waarin een verschil in behandeling wordt aangeklaagd tussen een Belgische sportclub-werkgever die een speler op eigen veld laat spelen, en een Belgische club-werkgever die een speler op het veld van een andere Belgische club laat spelen. Daarbij kan overigens worden opgemerkt dat niets de betrokken sportclubs verhindert om bij het bepalen van de vergoeding die de verhurende sportclub ontvangt, rekening te houden met het feit dat die sportclub niet langer de vrijstelling van doorstorting geniet. B.6. Het middel is niet gegrond. Om die redenen, het Hof verwerpt het beroep. Aldus gewezen in het Nederlands, het Frans en het Duits, overeenkomstig artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, op 16 maart 2023. De griffier, De voorzitter, | choix de politique et les motifs qui le fondent que s'ils reposent sur une erreur manifeste ou s'ils sont manifestement déraisonnables. En outre, le législateur fiscal ne peut pas prendre en compte les particularités de chaque cas d'espèce. Il peut appréhender leur diversité de manière approximative et simplificatrice. B.5. Ainsi qu'il est dit en B.1.2, la dispense instaurée par l'article 2756 du CIR 1992 était à l'origine prévue pour compenser, au profit des clubs sportifs, les effets d'une réforme globale du régime fiscal applicable aux sportifs. Cette réforme datant déjà de 2007, et à la lumière du régime fiscal favorable dont bénéficient les clubs sportifs, le législateur peut raisonnablement estimer qu'il convient à tout le moins de soumettre la dispense à davantage de conditions. Il en va en particulier ainsi lorsqu'il est également constaté que l'autre objectif originaire de la dispense, à savoir promouvoir les activités pour la jeunesse, n'est pas suffisamment rempli aux conditions existantes. Indépendamment de la question de savoir si les clubs sportifs qui détachent leurs sportifs vers un club étranger ou vers un club belge se trouvent dans des situations fondamentalement différentes, il n'est pas davantage manifestement déraisonnable que le législateur estime que la dispense doit en tout cas être limitée au précompte professionnel portant sur la rémunération des sportifs qui ont effectivement fourni des prestations sportives pour le club sportif employeur. Non seulement une telle approche uniforme contribue à la prévisibilité, à la gestion et au contrôle du régime concerné, mais en outre, il ne saurait être reproché au législateur fiscal qui fixe les conditions dans lesquelles s'applique un régime d'imposition préférentiel de ne pas tenir compte de chaque mécanisme propre à un secteur professionnel particulier, en l'espèce le football, a fortiori lorsque ces techniques visent précisément à déroger à ces régimes légaux en vue d'une optimisation fiscale, régimes légaux qui sont en soi déjà très avantageux. Ces mêmes motifs s'appliquent en ce qui concerne la seconde branche, qui critique une différence de traitement entre un club sportif employeur belge qui fait jouer un joueur sur son propre terrain et un club sportif employeur belge qui fait jouer un joueur sur le terrain d'un autre club belge. Du reste, il peut être observé à cet égard que rien n'empêche les clubs sportifs concernés de tenir compte, pour fixer l'indemnité perçue par le club sportif qui prête un joueur, du fait que ce club sportif ne bénéficie plus de la dispense relative au versement. B.6. Le moyen n'est pas fondé. Par ces motifs, la Cour rejette le recours. Ainsi rendu en langue néerlandaise, en langue française et en langue allemande, conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour constitutionnelle, le 16 mars 2023. Le greffier, Le président, |
| P.-Y. Dutilleux L. Lavrysen | P.-Y. Dutilleux L. Lavrysen |