← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 129/2022 van 13 oktober 2022 Rolnummer 7820 In zake : het
beroep tot vernietiging van artikel 46 van het Vlaamse decreet van 22 december 2017 « over het lokaal
bestuur », ingesteld door Renaat Decorte. Het Grondwe samengesteld
uit voorzitter L. Lavrysen en de rechters-verslaggevers Y. Kherbache en M. Pâques, bij(...)"
Uittreksel uit arrest nr. 129/2022 van 13 oktober 2022 Rolnummer 7820 In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 46 van het Vlaamse decreet van 22 december 2017 « over het lokaal bestuur », ingesteld door Renaat Decorte. Het Grondwe samengesteld uit voorzitter L. Lavrysen en de rechters-verslaggevers Y. Kherbache en M. Pâques, bij(...) | Extrait de l'arrêt n° 129/2022 du 13 octobre 2022 Numéro du rôle : 7820 En cause : le recours en annulation de l'article 46 du décret flamand du 22 décembre 2017 « sur l'administration locale », introduit par Renaat Decorte. La Cour cons composée du président L. Lavrysen et des juges-rapporteurs Y. Kherbache et M. Pâques, assistée du g(...) |
---|---|
GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
Uittreksel uit arrest nr. 129/2022 van 13 oktober 2022 | Extrait de l'arrêt n° 129/2022 du 13 octobre 2022 |
Rolnummer 7820 | Numéro du rôle : 7820 |
In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 46 van het Vlaamse | En cause : le recours en annulation de l'article 46 du décret flamand |
decreet van 22 december 2017 « over het lokaal bestuur », ingesteld | du 22 décembre 2017 « sur l'administration locale », introduit par |
door Renaat Decorte. | Renaat Decorte. |
Het Grondwettelijk Hof, beperkte kamer, | La Cour constitutionnelle, chambre restreinte, |
samengesteld uit voorzitter L. Lavrysen en de rechters-verslaggevers | composée du président L. Lavrysen et des juges-rapporteurs Y. |
Y. Kherbache en M. Pâques, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, | Kherbache et M. Pâques, assistée du greffier F. Meersschaut, |
wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
I. Onderwerp van het beroep en rechtspleging | I. Objet du recours et procédure |
Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 22 juni 2022 | Par requête adressée à la Cour par lettre recommandée à la poste le 22 |
ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 23 juni | juin 2022 et parvenue au greffe le 23 juin 2022, Renaat Decorte a |
2022, heeft Renaat Decorte beroep tot vernietiging ingesteld van | introduit un recours en annulation de l'article 46 du décret flamand |
artikel 46 van het Vlaamse decreet van 22 december 2017 « over het | du 22 décembre 2017 « sur l'administration locale » (publié au |
lokaal bestuur » (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 15 | Moniteur belge du 15 février 2018). |
februari 2018). | |
Op 28 juni 2022 hebben de rechters-verslaggevers Y. Kherbache en M. | Le 28 juin 2022, en application de l'article 71, alinéa 1er, de la loi |
Pâques, met toepassing van artikel 71, eerste lid, van de bijzondere | |
wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, de voorzitter ervan | spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour constitutionnelle, les |
in kennis gesteld dat zij ertoe zouden kunnen worden gebracht aan het | juges-rapporteurs Y. Kherbache et M. Pâques ont informé le président |
Hof, zitting houdende in beperkte kamer, voor te stellen een arrest te | qu'ils pourraient être amenés à proposer à la Cour, siégeant en |
wijzen waarin wordt vastgesteld dat het beroep tot vernietiging | chambre restreinte, de rendre un arrêt constatant que le recours en |
klaarblijkelijk niet ontvankelijk is. | annulation n'est manifestement pas recevable. |
(...) | (...) |
II. In rechte | II. En droit |
(...) | (...) |
B.1. De verzoekende partij vraagt de vernietiging van artikel 46 van | B.1. La partie requérante demande l'annulation de l'article 46 du |
het Vlaamse decreet van 22 december 2017 « over het lokaal bestuur », | décret flamand du 22 décembre 2017 « sur l'administration locale », |
zoals vervangen bij artikel 37 van het Vlaamse decreet van 16 juli | tel qu'il a été remplacé par l'article 37 du décret flamand du 16 |
2021 « tot wijziging van diverse decreten, wat betreft versterking van | juillet 2021 « modifiant divers décrets, en ce qui concerne le |
de lokale democratie » (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 4 | renforcement de la démocratie locale » (publié au Moniteur belge du 4 |
augustus 2021). | août 2021). |
B.2.1. Het Grondwettelijk Hof is bevoegd om uitspraak te doen over | B.2.1. La Cour constitutionnelle est compétente pour statuer sur les |
beroepen tot vernietiging van wetten, decreten en ordonnanties | recours en annulation de lois, décrets ou ordonnances (article 1er de |
(artikel 1 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour constitutionnelle). |
Grondwettelijk Hof). Een dergelijk beroep kan met name worden | Pareil recours peut notamment être introduit par toute personne |
ingesteld door iedere natuurlijke of rechtspersoon die doet blijken | |
van een belang (artikel 2) en dit binnen een termijn van zes maanden | physique ou morale qui justifie d'un intérêt (article 2) et ce, dans |
of, indien het gaat om een akte houdende instemming met een verdrag, | un délai de six mois ou, s'il s'agit d'un acte d'assentiment à un |
binnen een termijn van zestig dagen na de bekendmaking van de | traité, dans un délai de soixante jours suivant la publication de la |
betrokken wettelijke norm (artikel 3). Het beroep tot vernietiging | norme législative en question (article 3). Le recours en annulation |
wordt bij het Hof aanhangig gemaakt door middel van een verzoekschrift | doit être introduit auprès de la Cour au moyen d'une requête (article |
(artikel 5), dat het onderwerp van het beroep vermeldt en een | 5), qui indique l'objet du recours et contient un exposé des faits et |
uiteenzetting van de feiten en middelen bevat (artikel 6). | moyens (article 6). |
B.2.2. Krachtens artikel 3, § 1, van de bijzondere wet van 6 januari | B.2.2. En vertu de l'article 3, § 1er, de la loi spéciale du 6 janvier |
1989 op het Grondwettelijk Hof moet een beroep tot vernietiging in | 1989 sur la Cour constitutionnelle, un recours en annulation doit en |
beginsel worden ingesteld binnen een termijn van zes maanden na de | principe être introduit dans un délai de six mois suivant la |
bekendmaking van de bestreden norm. De termijn om een beroep tot | publication de la norme attaquée. Le délai pour introduire un recours |
vernietiging in te stellen was dus verstreken op het ogenblik dat het | en annulation était donc expiré au moment de l'introduction du recours. |
beroep tot vernietiging werd ingesteld. | |
B.3. In haar memorie met verantwoording voert de verzoekende partij | B.3. Dans son mémoire justificatif, la partie requérante fait valoir |
aan dat « eigenlijk [...] het artikel 37 van het Vlaams Decreet van 16 juli 2021 vernietigd [zou] moeten worden » en dat « wij [...] maar weet [krijgen] van dat artikel wanneer wij er mee geconfronteerd worden », waardoor de termijn van zes maanden pas zou moeten beginnen te lopen na kennisname van de bestreden norm en niet na bekendmaking in het Belgisch Staatsblad. B.4. Die redenering kan niet worden aangenomen. De principiële termijn van zes maanden om een beroep tot vernietiging in te stellen, begint te lopen na de bekendmaking van de bestreden norm in het Belgisch Staatsblad en niet na kennisname van die norm. Voor het overige toont de verzoekende partij niet het bestaan aan van een geval van overmacht, dat een onvoorziene, toevallige of uitzonderlijke gebeurtenis moet zijn die de verzoekende partij heeft belet haar beroep in te stellen binnen de door de bijzondere wet van 6 januari 1989 opgelegde termijn. B.5. Het beroep tot vernietiging is klaarblijkelijk niet ontvankelijk. Om die redenen, het Hof, beperkte kamer, met eenparigheid van stemmen uitspraak doende, verwerpt het beroep. Aldus gewezen in het Nederlands, het Frans en het Duits, overeenkomstig artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, op 13 oktober 2022. De griffier, F. Meersschaut De voorzitter, | que « c'est en réalité l'article 37 du décret flamand du 16 juillet 2021 qui devrait être annulé » et que « nous n'avons connaissance de cet article que lorsque nous y sommes confrontés », de sorte que le délai de six mois ne devrait prendre cours qu'à partir de la prise de connaissance de la norme attaquée, et non à partir de la publication au Moniteur belge. B.4. Ce raisonnement ne peut être suivi. Le délai de principe de six mois pour introduire un recours en annulation prend cours à partir de la publication de la norme attaquée au Moniteur belge, et non à partir de la prise de connaissance de cette norme. Au surplus, la partie requérante n'établit pas l'existence d'un cas de force majeure, qui doit être un événement imprévu, fortuit ou exceptionnel ayant empêché la partie requérante d'introduire son recours dans le délai imparti par la loi spéciale du 6 janvier 1989. B.5. Le recours en annulation est manifestement irrecevable. Par ces motifs, la Cour, chambre restreinte, statuant à l'unanimité des voix, rejette le recours. Ainsi rendu en langue néerlandaise, en langue française et en langue allemande, conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour constitutionnelle, le 13 octobre 2022. Le greffier, F. Meersschaut Le président, |
L. Lavrysen | L. Lavrysen |