← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 160/2020 van 26 november 2020 Rolnummers 7256, 7258, 7265, 7274,
7275 en 7348 In zake: de prejudiciële vragen betreffende artikel 376, § § 1 en
2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, gesteld Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de
voorzitters L. Lavrysen en F. Daoût, en de rechters (...)"
| Uittreksel uit arrest nr. 160/2020 van 26 november 2020 Rolnummers 7256, 7258, 7265, 7274, 7275 en 7348 In zake: de prejudiciële vragen betreffende artikel 376, § § 1 en 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, gesteld Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters L. Lavrysen en F. Daoût, en de rechters (...) | Extrait de l'arrêt n° 160/2020 du 26 novembre 2020 Numéros du rôle : 7256, 7258, 7265, 7274, 7275 et 7348 En cause: les questions préjudicielles relatives à l'article 376, § § 1 er et 2, du Code des impôts sur les revenus La Cour constitutionnelle, composée des présidents L. Lavrysen et F. Daoût, et des juges T. Merc(...) |
|---|---|
| GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
| Uittreksel uit arrest nr. 160/2020 van 26 november 2020 | Extrait de l'arrêt n° 160/2020 du 26 novembre 2020 |
| Rolnummers 7256, 7258, 7265, 7274, 7275 en 7348 | Numéros du rôle : 7256, 7258, 7265, 7274, 7275 et 7348 |
| In zake: de prejudiciële vragen betreffende artikel 376, § § 1 en 2, | En cause: les questions préjudicielles relatives à l'article 376, § § |
| van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, gesteld door het Hof | 1er et 2, du Code des impôts sur les revenus 1992, posées par la Cour |
| van Beroep te Antwerpen, door de Nederlandstalige Rechtbank van eerste | d'appel d'Anvers, par le Tribunal de première instance néerlandophone |
| aanleg te Brussel, door het Hof van Beroep te Gent en door de | de Bruxelles, par la Cour d'appel de Gand et par le Tribunal de |
| Rechtbank van eerste aanleg te Leuven. | première instance de Louvain. |
| Het Grondwettelijk Hof, | La Cour constitutionnelle, |
| samengesteld uit de voorzitters L. Lavrysen en F. Daoût, en de | composée des présidents L. Lavrysen et F. Daoût, et des juges T. |
| rechters T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, T. Giet, R. Leysen, J. | Merckx-Van Goey, P. Nihoul, T. Giet, R. Leysen, J. Moerman, M. Pâques, |
| Moerman, M. Pâques, Y. Kherbache en T. Detienne, bijgestaan door de | Y. Kherbache et T. Detienne, assistée du greffier P.-Y. Dutilleux, |
| griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter L. Lavrysen, | présidée par le président L. Lavrysen, |
| wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
| I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging | I. Objet des questions préjudicielles et procédure |
| a. Bij arrest van 24 september 2019, waarvan de expeditie ter griffie | a. Par arrêt du 24 septembre 2019, dont l'expédition est parvenue au |
| van het Hof is ingekomen op 1 oktober 2019, en bij arrest van 7 | |
| oktober 2019, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is | greffe de la Cour le 1er octobre 2019, et par arrêt du 7 octobre 2019, |
| ingekomen op 15 oktober 2019, heeft het Hof van Beroep te Antwerpen de | dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 15 octobre |
| volgende prejudiciële vraag gesteld : | 2019, la Cour d'appel d'Anvers a posé la question préjudicielle suivante : |
| « Schendt artikel 376 § 1 en § 2 WIB 92 de artikelen 10, 11 en 172 van | « L'article 376, § § 1er et 2, du CIR 1992 viole-t-il les articles 10, |
| de Grondwet in zoverre het aldus moet worden uitgelegd dat : | 11 et 172 de la Constitution en ce que cette disposition doit être |
| interprétée en ce sens : | |
| - een arrest van het Grondwettelijk Hof op een prejudiciële vraag | - qu'un arrêt de la Cour constitutionnelle rendu sur question |
| gewezen, waarin een belastingnorm in haar geheel of in sommige | préjudicielle, par lequel une norme fiscale est déclarée |
| interpretaties ervan ongrondwettig wordt verklaard, wel als een nieuw | inconstitutionnelle dans son intégralité ou dans certaines de ses |
| feit wordt beschouwd (en dus niet beschouwd wordt als een nieuw | interprétations, est considéré comme un fait nouveau (et n'est donc |
| rechtsmiddel of een wijziging van jurisprudentie) en aldus aanleiding | pas considéré comme un nouveau moyen de droit ou un changement de |
| geeft/kan geven tot een ambtshalve ontheffing van de overbelasting die | jurisprudence) et donne donc lieu ou peut donc donner lieu à un |
| ingevolge deze ongrondwettelijke belastingnorm gevestigd werd in | dégrèvement d'office des surtaxes qui avaient été établies à charge du |
| hoofde van de belastingplichtige en | contribuable en vertu de cette norme fiscale inconstitutionnelle et |
| - een uitspraak van de gewone Belgische hoven en rechtbanken waarin | - qu'une décision des cours et tribunaux ordinaires belges par |
| laquelle une norme fiscale est déclarée inconstitutionnelle dans son | |
| een belastingnorm in haar geheel of in sommige interpretaties ervan | intégralité ou dans certaines de ses interprétations sur la base de |
| ongrondwettig wordt verklaard op basis van artikel 159 van de Grondwet | l'article 159 de la Constitution, décision que l'administration |
| en waarbij de belastingadministratie zich uitdrukkelijk heeft | fiscale a expressément admise ou à laquelle elle s'est expressément |
| neergelegd/aangesloten, niet als een nieuw feit wordt beschouwd (en | ralliée, n'est pas considérée comme un fait nouveau (et est donc |
| dus wel beschouwd wordt als een nieuw rechtsmiddel of een wijziging | considérée comme un nouveau moyen de droit ou un changement de |
| van jurisprudentie) en aldus geen aanleiding geeft/kan geven tot een | jurisprudence) et ne donne donc pas lieu ou ne saurait donc donner |
| ambtshalve ontheffing van de overbelasting die ingevolge deze | lieu à un dégrèvement d'office des surtaxes qui avaient été établies à |
| ongrondwettelijke belastingnorm gevestigd werd in hoofde van de | charge du contribuable en vertu de cette norme fiscale |
| belastingplichtige ? ». | inconstitutionnelle ? ». |
| b. Bij vonnis van 30 september 2019, waarvan de expeditie ter griffie | b. Par jugement du 30 septembre 2019, dont l'expédition est parvenue |
| van het Hof is ingekomen op 8 oktober 2019, heeft de Nederlandstalige | au greffe de la Cour le 8 octobre 2019, le Tribunal de première |
| Rechtbank van eerste aanleg te Brussel de volgende prejudiciële vraag | instance néerlandophone de Bruxelles a posé la question préjudicielle |
| gesteld : | suivante : |
| « Schendt artikel 376, § § 1 en 2 van het Wetboek van | « L'article 376, § § 1er et 2, du Code des impôts sur les revenus 1992 |
| Inkomstenbelastingen 1992 de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in | viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution dans des |
| omstandigheden als in het onderhavige geding, doordat ambtshalve | circonstances telles que celles du présent litige, en ce qu'il prive |
| ontheffing in de zin van deze wetsbepaling wordt ontzegd aan | du dégrèvement d'office, au sens de cette disposition législative, les |
| schuldenaars van de personenbelasting ten aanzien van wie | redevables de l'impôt des personnes physiques à l'égard desquels des |
| overbelastingen blijken uit één of meerdere arresten van de hoven van | surtaxes apparaissent à la lumière d'un ou de plusieurs arrêts des |
| beroep, in kracht van gewijde getreden en gewezen ten aanzien van | cours d'appel, passés en force de chose jugée et rendus envers |
| andere schuldenaars van de personenbelasting, waarin inter partes werd | d'autres redevables de l'impôt des personnes physiques, dans lesquels |
| geoordeeld dat een fiscale rechtsnorm, vervat in een besluit van de | il a été jugé inter partes qu'une norme juridique fiscale prévue par |
| uitvoerende macht, het grondwettelijk gelijkheidsbeginsel schendt, | un arrêté du pouvoir exécutif viole le principe constitutionnel |
| schending die door de administratie werd erkend in een circulaire en | d'égalité, violation ayant été reconnue par l'administration dans une |
| aanleiding heeft gegeven tot een wijziging van die rechtsnorm naar de | circulaire et ayant donné lieu à une modification de cette norme |
| toekomst toe bij Koninklijk Besluit, terwijl ambtshalve ontheffing in | juridique pour l'avenir, par voie d'arrêté royal, alors que le |
| de zin van de voormelde wetsbepaling wel wordt toegekend aan | dégrèvement d'office, au sens de la disposition législative précitée, |
| schuldenaars van de personenbelasting ten aanzien van wie de | est accordé aux redevables de l'impôt des personnes physiques à |
| overbelastingen blijken uit een prejudicieel arrest van het | l'égard desquels les surtaxes apparaissent à la lumière d'un arrêt |
| Grondwettelijk Hof, dat de ongrondwettigheid vaststelt van een | préjudiciel de la Cour constitutionnelle, qui constate |
| wettelijke (fiscale) bepaling ? ». | l'inconstitutionnalité d'une disposition législative (fiscale) ? ». |
| c. Bij twee arresten van 22 oktober 2019, waarvan de expedities ter | c. Par deux arrêts du 22 octobre 2019, dont les expéditions sont |
| griffie van het Hof zijn ingekomen op 4 november 2019, heeft het Hof | parvenues au greffe de la Cour le 4 novembre 2019, la Cour d'appel de |
| van Beroep te Gent de volgende prejudiciële vraag gesteld : | Gand a posé la question préjudicielle suivante : |
| « Schendt artikel 376, § 2 WIB 1992 de artikelen 10 en 11 van de | « L'article 376, § 2, du Code des impôts sur les revenus 1992 |
| viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution, dans | |
| Grondwet wanneer de bepaling zo wordt geïnterpreteerd dat : | l'interprétation selon laquelle cette disposition : |
| - het de directeur der belastingen of de door hem gedelegeerde | - interdit au directeur des contributions ou au fonctionnaire délégué |
| ambtenaar verbiedt ambtshalve ontheffing te verlenen van een | par lui d'accorder d'office le dégrèvement d'une surtaxe qui |
| overbelasting die zou blijken uit een in kracht van gewijsde gegane | apparaîtrait à la lumière d'une décision des cours et tribunaux passée |
| uitspraak van de hoven en rechtbanken waarmee op grond van artikel 159 | en force de chose jugée qui, sur la base de l'article 159 de la |
| van de Grondwet wordt geoordeeld dat een algemeen, provinciaal of | Constitution, écarte l'application d'un arrêté ou d'un règlement |
| plaatselijk besluit of verordening buiten toepassing wordt verklaard | |
| wegens schending van het beginsel van gelijkheid en | général, provincial ou local en raison de la violation du principe |
| niet-discriminatie, | d'égalité et de non-discrimination, |
| - terwijl dit artikel de directeur der belastingen of de door hem | - alors que cet article n'interdit pas au directeur des contributions |
| gedelegeerde ambtenaar niet verbiedt ambtshalve ontheffing te verlenen | ou au fonctionnaire délégué par lui d'accorder d'office le dégrèvement |
| van een overbelasting die zou blijken uit een arrest van het | d'une surtaxe qui apparaîtrait à la lumière d'un arrêt de la Cour |
| Grondwettelijk Hof waarmee, in antwoord op een prejudiciële vraag, | constitutionnelle jugeant, en réponse à une question préjudicielle, |
| wordt geoordeeld dat een wetsbepaling niet bestaanbaar is met het | qu'une disposition législative est incompatible avec le principe |
| beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie ? ». | d'égalité et de non-discrimination ? ». |
| d. Bij vonnis van 17 januari 2020, waarvan de expeditie ter griffie | d. Par jugement du 17 janvier 2020, dont l'expédition est parvenue au |
| van het Hof is ingekomen op 23 januari 2020, heeft de Rechtbank van | greffe de la Cour le 23 janvier 2020, le Tribunal de première instance |
| eerste aanleg te Leuven de volgende prejudiciële vraag gesteld : | de Louvain a posé la question préjudicielle suivante : |
| « Schendt artikel 376, § 1 en § 2 van het Wetboek van | « L'article 376, § § 1er et 2, du Code des impôts sur les revenus |
| Inkomstenbelastingen de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet in | viole-t-il les articles 10, 11 et 172 de la Constitution, en ce que |
| zoverre dit artikel wordt uitgelegd dat : | cet article est interprété en ce sens : |
| 1) een ambtshalve ontheffing wordt ontzegd aan een belastingplichtige | 1) qu'un dégrèvement d'office est refusé au contribuable à l'égard |
| ten aanzien van wie overbelastingen werden gevestigd die blijken uit | duquel ont été établies des surtaxes qui apparaissent de décisions des |
| in kracht van gewijsde beslissingen van gewone hoven en rechtbanken | cours et tribunaux ordinaires passées en force de chose jugée qui |
| die de ongrondwettigheid vaststellen van niet-wetskrachtige fiscale | constatent l'inconstitutionnalité de normes fiscales non législatives |
| normen, en deze ongrondwettigheid door de belastingadministratie wordt | et que cette inconstitutionnalité a été reconnue par l'administration |
| erkend in een circulaire en de fiscale norm wordt aangepast voor | fiscale dans une circulaire et que la norme fiscale a été adaptée pour |
| latere aanslagjaren; | les exercices d'imposition ultérieurs; |
| 2) een ambtshalve ontheffing wordt verleend aan een belastingplichtige | 2) qu'un dégrèvement d'office est accordé au contribuable à l'égard |
| ten aanzien van wie overbelastingen werden gevestigd die blijken uit | duquel ont été établies des surtaxes qui apparaissent d'un arrêt |
| een prejudicieel arrest van het Grondwettelijk Hof dat de | préjudiciel de la Cour constitutionnelle qui constate |
| ongrondwettigheid vaststelt van een wetskrachtige fiscale norm ? ». | l'inconstitutionnalité d'une norme fiscale législative ? ». |
| Die zaken, ingeschreven onder de nummers 7256, 7258, 7265, 7274, 7275 | Ces affaires, inscrites sous les numéros 7256, 7258, 7265, 7274, 7275 |
| en 7348 van de rol van het Hof, werden samengevoegd. | et 7348 du rôle de la Cour, ont été jointes. |
| (...) | (...) |
| III. In rechte | III. En droit |
| (...) | (...) |
| B.1.1. De prejudiciële vragen hebben betrekking op artikel 376, § § 1 | B.1.1. Les questions préjudicielles portent sur l'article 376, § § 1er |
| en 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (hierna : het | et 2, du Code des impôts sur les revenus 1992 (ci-après : le CIR |
| WIB 1992), die de ambtshalve ontheffing van overbelastingen regelen en | 1992), qui règle le dégrèvement d'office de surtaxes et qui dispose : |
| die bepalen : « § 1. De adviseur-generaal van de administratie belast met de vestiging van de inkomstenbelastingen of de door hem gedelegeerde ambtenaar verleent ambtshalve ontheffing van de overbelastingen die voortvloeien uit materiële vergissingen, uit dubbele belasting, alsmede van die welke zouden blijken uit afdoende bevonden nieuwe bescheiden of feiten waarvan het laattijdig overleggen of inroepen door de belastingschuldige wordt verantwoord door gewettigde redenen en op voorwaarde dat : 1° die overbelastingen door de administratie werden vastgesteld of door de belastingschuldige of door zijn echtgenoot op wiens goederen de aanslag wordt ingevorderd of door de medeschuldenaar bedoeld in | « § 1. Le conseiller général de l'administration en charge de l'établissement des impôts sur les revenus ou le fonctionnaire délégué par lui, accorde d'office le dégrèvement des surtaxes résultant d'erreurs matérielles, de doubles emplois, ainsi que de celles qui apparaîtraient à la lumière de documents ou faits nouveaux probants, dont la production ou l'allégation tardive par le redevable est justifiée par de justes motifs, à condition que : 1° ces surtaxes aient été constatées par l'administration ou signalées à celle-ci par le redevable, par son conjoint sur les biens duquel l'imposition est mise en recouvrement ou par le codébiteur visé à |
| artikel 2 van het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering | l'article 2 du Code du recouvrement amiable et forcé des créances |
| van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen, aan de administratie | fiscales et non fiscales, dans les cinq ans à partir du 1er janvier de |
| werden bekendgemaakt binnen vijf jaar vanaf 1 januari van het jaar | |
| waarin de belasting is gevestigd; | l'année au cours de laquelle l'impôt a été établi; |
| 2° de aanslag niet reeds het voorwerp is geweest van een | 2° la taxation n'ait pas déjà fait l'objet d'une réclamation ayant |
| bezwaarschrift, dat aanleiding heeft gegeven tot een definitieve | donné lieu à une décision définitive sur le fond. |
| beslissing nopens de grond. | |
| § 2. Als nieuw gegeven wordt niet beschouwd een nieuw rechtsmiddel of | § 2. N'est pas considéré comme constituant un élément nouveau, un |
| een wijziging van de jurisprudentie ». | nouveau moyen de droit ni un changement de jurisprudence ». |
| B.1.2. Artikel 376, § 1, van het WIB 1992 maakt onder meer een | B.1.2. L'article 376, § 1er, du CIR 1992 permet notamment un |
| ambtshalve ontheffing mogelijk van overbelastingen die zouden blijken | dégrèvement d'office de surtaxes « qui apparaîtraient à la lumière de |
| « uit afdoende bevonden nieuwe bescheiden of feiten waarvan het | documents ou faits nouveaux probants, dont la production ou |
| laattijdig overleggen of inroepen door de belastingschuldige wordt | l'allégation tardive par le redevable est justifiée par de justes |
| verantwoord door gewettigde redenen ». Volgens artikel 376, § 2 wordt | motifs ». Selon l'article 376, § 2, « un nouveau moyen de droit [ou] |
| « een nieuw rechtsmiddel of een wijziging van de jurisprudentie » | un changement de jurisprudence » n'est toutefois pas considéré comme |
| evenwel niet als een nieuw gegeven beschouwd en is in een dergelijk | constituant un élément nouveau et, dans un tel cas, un dégrèvement |
| geval geen ambtshalve ontheffing mogelijk. | d'office n'est pas possible. |
| B.2.1. In antwoord op een prejudiciële vraag betreffende artikel 376, | B.2.1. En réponse à une question préjudicielle relative à l'article |
| § 2, van het WIB 1992 heeft het Hof bij zijn arrest nr. 160/2006 van 8 | 376, § 2, du CIR 1992, la Cour a jugé, par son arrêt n° 160/2006 du 8 |
| november 2006 geoordeeld : | novembre 2006 : |
| « - In die zin geïnterpreteerd dat het de directeur der belastingen of | « - Interprété comme interdisant au directeur des contributions ou au |
| de door hem gedelegeerde ambtenaar verbiedt ambtshalve ontheffing te | fonctionnaire délégué par lui d'accorder le dégrèvement d'office d'une |
| verlenen van een overbelasting die zou blijken uit een arrest van het | surtaxe qui apparaîtrait à la lumière d'un arrêt de la Cour |
| Arbitragehof waarmee, in antwoord op een prejudiciële vraag, wordt | d'arbitrage considérant, en réponse à une question préjudicielle, |
| geoordeeld dat een wetsbepaling niet bestaanbaar is met het beginsel | qu'une disposition législative est incompatible avec le principe |
| van gelijkheid en niet-discriminatie, schendt artikel 376, § 2, van | d'égalité et de non-discrimination, l'article 376, § 2, du Code des |
| het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, zoals vervangen bij | impôts sur les revenus 1992, tel qu'il a été remplacé par l'article 33 |
| artikel 33 van de wet van 15 maart 1999 betreffende de beslechting van | de la loi du 15 mars 1999 relative au contentieux en matière fiscale, |
| fiscale geschillen, de artikelen 10, 11 en 172, eerste lid, van de | viole les articles 10, 11 et 172, alinéa 1er, de la Constitution. |
| Grondwet. - In die zin geïnterpreteerd dat het de directeur der belastingen of | - Interprété comme n'interdisant pas au directeur des contributions ou |
| de door hem gedelegeerde ambtenaar niet verbiedt ambtshalve ontheffing | au fonctionnaire délégué par lui d'accorder le dégrèvement d'office |
| te verlenen van een overbelasting die zou blijken uit een arrest van | d'une surtaxe qui apparaîtrait à la lumière d'un arrêt de la Cour |
| het Arbitragehof waarmee, in antwoord op een prejudiciële vraag, wordt | d'arbitrage considérant, en réponse à une question préjudicielle, |
| geoordeeld dat een wetsbepaling niet bestaanbaar is met het beginsel | qu'une disposition législative est incompatible avec le principe |
| van gelijkheid en niet-discriminatie, schendt hetzelfde artikel 376, § | d'égalité et de non-discrimination, le même article 376, § 2, du Code |
| 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 de artikelen 10, | des impôts sur les revenus 1992 ne viole pas les articles 10, 11 et |
| 11 en 172, eerste lid, van de Grondwet niet ». | 172, alinéa 1er, de la Constitution ». |
| B.2.2. Bij hetzelfde arrest heeft het Hof eveneens geoordeeld dat een | B.2.2. Par le même arrêt, la Cour a également jugé qu'un arrêt |
| arrest dat op een prejudiciële vraag uitspraak doet noch een « nieuw | |
| rechtsmiddel », noch een « wijziging van de jurisprudentie » is en dat | statuant sur question préjudicielle n'est ni « un nouveau moyen de |
| het kan worden beschouwd als een « nieuw gegeven » in de zin van | droit », ni un « changement de jurisprudence » et qu'il peut être |
| artikel 376 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992. | considéré comme un « fait nouveau » au sens de l'article 376 du Code |
| des impôts sur les revenus 1992. | |
| B.3.1. De verwijzende rechters ondervragen het Hof over de | B.3.1. Les juridictions a quo interrogent la Cour sur la compatibilité |
| bestaanbaarheid van de in het geding zijnde bepaling met de artikelen | de la disposition en cause avec les articles 10 et 11 de la |
| 10 en 11 van de Grondwet. In de zaken nrs. 7256, 7265 en 7348 wordt | Constitution. Dans les affaires nos 7256, 7265 et 7348, la Cour est |
| het Hof bovendien ook ondervraagd over de bestaanbaarheid van die | également interrogée sur la compatibilité de cette disposition avec |
| bepaling met artikel 172 van de Grondwet, dat het gelijkheidsbeginsel | l'article 172 de la Constitution, qui garantit le principe d'égalité |
| in fiscale zaken waarborgt. | en matière fiscale. |
| B.3.2. Met de prejudiciële vragen wordt beoogd te vernemen of artikel | B.3.2. Les questions préjudicielles visent à demander à la Cour si |
| 376 van het WIB 1992 een discriminatie inhoudt in de interpretatie dat | l'article 376 du CIR 1992 comporte une discrimination, dans |
| een arrest van het Grondwettelijk Hof, gewezen op een prejudiciële | l'interprétation selon laquelle un arrêt de la Cour constitutionnelle |
| vraag, waarbij de ongrondwettigheid van een wettelijke fiscale norm | rendu sur question préjudicielle qui constate l'inconstitutionnalité |
| wordt vastgesteld, als een nieuw feit wordt beschouwd dat aanleiding | d'une norme fiscale législative est considéré comme un fait nouveau |
| kan geven tot een ambtshalve ontheffing van overbelastingen, terwijl | susceptible de donner lieu à un dégrèvement d'office de surtaxes, |
| dat niet geval zou zijn voor : | alors que tel ne serait pas le cas pour : |
| - een uitspraak van de gewone hoven en rechtbanken waarbij een | - une décision des cours et tribunaux ordinaires par laquelle, sur la |
| uitvoerende belastingnorm in haar geheel of in een bepaalde | |
| interpretatie ongrondwettig wordt verklaard op basis van artikel 159 | base de l'article 159 de la Constitution, une norme fiscale |
| van de Grondwet en ten aanzien waarvan de fiscale administratie zich | d'exécution est déclarée inconstitutionnelle dans son intégralité ou |
| dans une certaine interprétation, décision à laquelle l'administration | |
| uitdrukkelijk heeft neergelegd (zaken nrs. 7256 en 7265); | fiscale s'est expressément ralliée (affaires nos 7256 et 7265); |
| - arresten van de hoven van beroep, in kracht van gewijsde getreden en | - des arrêts des cours d'appel, passés en force de chose jugée et |
| gewezen ten aanzien van andere schuldenaars van de personenbelasting | rendus envers d'autres redevables de l'impôt des personnes physiques, |
| waarin inter partes werd geoordeeld dat een fiscale uitvoerende norm | dans lesquels il a été jugé inter partes qu'une norme fiscale |
| het gelijkheidsbeginsel schendt, schending die door de administratie | d'exécution viole le principe d'égalité, violation ayant été reconnue |
| werd erkend in een circulaire en aanleiding heeft gegeven tot een | par l'administration dans une circulaire et ayant donné lieu à une |
| wijziging van die rechtsnorm voor de toekomst (zaak nr. 7258); | modification de cette norme juridique pour l'avenir (affaire n° 7258); |
| - een in kracht van gewijsde gegane uitspraak van de hoven en | - une décision des cours et tribunaux passée en force de chose jugée |
| rechtbanken waarmee op grond van artikel 159 van de Grondwet wordt | qui, sur la base de l'article 159 de la Constitution, écarte |
| geoordeeld dat een algemeen, provinciaal of plaatselijk besluit of | l'application d'un arrêté ou d'un règlement général, provincial ou |
| verordening buiten toepassing wordt verklaard wegens schending van het | local en raison de la violation du principe d'égalité et de |
| beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie (zaken nrs. 7274 en | non-discrimination (affaires nos 7274 et 7275); |
| 7275); - in kracht van gewijsde getreden beslissingen van gewone hoven en | - des décisions des cours et tribunaux ordinaires passées en force de |
| rechtbanken die de ongrondwettigheid van uitvoerende fiscale normen | chose jugée qui constatent l'inconstitutionnalité de normes fiscales |
| vaststellen, ongrondwettigheid die door de administratie werd erkend | non législatives, inconstitutionnalité qui a été reconnue par |
| in een circulaire en aanleiding heeft gegeven tot een wijziging van | l'administration dans une circulaire et qui a donné lieu à une |
| die norm (zaak nr. 7348). | modification de cette norme (affaire n° 7348). |
| B.3.3. In de zaken voor de rechters ten gronde werden verzoeken | B.3.3. Dans les affaires soumises aux juges du fond, des demandes de |
| ingediend tot ambtshalve ontheffing van overbelastingen die, op basis | dégrèvement d'office ont été introduites par rapport à des surtaxes |
| van artikel 18, § 3, punt 2, tweede lid, van het koninklijk besluit | qui, sur la base de l'article 18, § 3, point 2, alinéa 2, de l'arrêté |
| tot uitvoering van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 | royal d'exécution du Code des impôts sur les revenus 1992 (ci-après : |
| (hierna : het KB/WIB 1992), in de personenbelasting werden geheven op | l'AR/CIR 1992), avaient été établies sur des avantages de toute |
| voordelen van alle aard, namelijk de terbeschikkingstelling van een | nature, à savoir la mise à disposition d'un bien immobilier par une |
| onroerend goed door een rechtspersoon. Nadat meerdere hoven van beroep | personne morale. Après que plusieurs cours d'appel ont écarté |
| de voormelde reglementaire bepaling buiten toepassing hadden gelaten | l'application de la disposition réglementaire précitée en raison de sa |
| wegens strijdigheid met het grondwettelijk gelijkheidsbeginsel, | contradiction avec le principe constitutionnel d'égalité, |
| besliste de belastingadministratie in de circulaire 2018/C/57 van 15 | l'administration fiscale a décidé dans la circulaire 2018/C/57 du 15 |
| mei 2018 dat de vastgestelde ongrondwettigheid moest worden weggewerkt | mai 2018 que l'inconstitutionnalité constatée devait disparaître et |
| en dat in afwachting van een aanpassing van de regelgeving de | qu'en attendant une modification réglementaire, elle se conformerait à |
| voormelde rechtspraak zou worden gevolgd. Bij koninklijk besluit van 7 | la jurisprudence précitée. L'arrêté royal du 7 décembre 2018 a modifié |
| december 2018 werd artikel 18, § 3, punt 2, tweede lid, van het KB/WIB | l'article 18, § 3, point 2, alinéa 2, de l'AR/CIR 1992, supprimant la |
| 1992 gewijzigd en werd de vastgestelde discriminatie ongedaan gemaakt. | discrimination constatée. |
| Met betrekking tot het instellen van een verzoek tot ontheffing van | En ce qui concerne l'introduction d'une demande de dégrèvement de |
| overbelastingen ingevolge de voormelde arresten van de hoven van | surtaxes à la suite des arrêts précités des cours d'appel, la |
| beroep vermeldt de circulaire 2018/C/57 : | circulaire 2018/C/57 mentionne : |
| « Vragen tot ontheffing van ambtswege van aanslagen die na het | « Les demandes de dégrèvement d'office introduites après l'expiration |
| verstrijken van de bezwaartermijn voorzien in artikel 371, WIB 92 | des délais de réclamation prévus par l'article 371, CIR 92 et les |
| worden ingediend en de daaruit voortgevloeide gerechtelijke | procédures judiciaires qui en découlent doivent en revanche être |
| procedures, moeten daarentegen worden afgewezen om reden dat niet | |
| voldaan is aan de voorwaarden voorzien in art. 376, § 1 en § 2, WIB | rejetées, étant donné qu'il n'est pas satisfait aux conditions de |
| 92. Art. 376, § 2, WIB 92 bepaalt immers dat een wijziging in de | l'article 376, § 1er et § 2, CIR 92. L'article 376, § 2, CIR 92 |
| jurisprudentie niet als nieuw gegeven wordt beschouwd » (punt V.8). | stipule qu'un changement de jurisprudence n'est jamais considéré comme un élément nouveau » (point V.8). |
| B.3.4. In de zaken voor de verwijzende rechters werden de verzoeken | B.3.4. Dans les affaires soumises aux juridictions a quo, les demandes |
| tot ambtshalve ontheffing van overbelastingen ingediend door | de dégrèvement d'office de surtaxes ont été introduites par des |
| belastingplichtigen die geen partij waren in de zaken voor de | redevables qui n'étaient pas parties aux affaires devant les cours |
| voormelde hoven van beroep, maar die aanvoeren dat de arresten van die | d'appel précitées, mais qui font valoir que les arrêts de ces |
| rechtscolleges waarbij de ongrondwettigheid van een reglementaire | juridictions constatant l'inconstitutionnalité d'un acte administratif |
| bestuurshandeling wordt vastgesteld, als een nieuw feit moeten worden | réglementaire doivent être considérés comme un fait nouveau. Les |
| beschouwd. De verzoeken werden evenwel door de belastingadministratie, | demandes ont toutefois essuyé un refus de l'administration fiscale, |
| overeenkomstig hetgeen is vermeld in de voormelde circulaire, | conformément à ce que prévoit la circulaire précitée, au motif que les |
| geweigerd omdat de beslissingen van de hoven van beroep over de | décisions des cours d'appel sur la constitutionnalité de la |
| grondwettigheid van de betwiste bepaling als een « wijziging van de | disposition contestée ont été considérées comme un « changement de |
| jurisprudentie » in de zin van artikel 376, § 2, van het WIB 1992 | jurisprudence », au sens de l'article 376, § 2, du CIR 1992, et non |
| werden beschouwd en niet als een nieuw feit in de zin van artikel 376, | comme un fait nouveau, au sens de l'article 376, § 1er, du CIR 1992. |
| § 1, van het WIB 1992. | |
| B.4.1. De mogelijkheid om de ambtshalve verleende ontheffing van een | B.4.1. La faculté de demander le dégrèvement d'office d'une surtaxe en |
| overbelasting te vragen door een nieuw feit aan te voeren, zoals | alléguant un fait nouveau, telle qu'elle est organisée par l'article |
| geregeld bij artikel 376, § § 1 en 2, van het WIB 1992, vindt haar | 376, § § 1er et 2, du CIR 1992, trouve ses origines dans l'article 61, |
| oorsprong in artikel 61, § 8, eerste lid, van de wetten betreffende de | § 8, alinéa 1er, des lois relatives aux impôts sur les revenus, |
| inkomstenbelastingen, gecoördineerd op 15 januari 1948. | coordonnées le 15 janvier 1948. |
| B.4.2. Artikel 61, § 8, eerste lid, van de op 15 januari 1948 | B.4.2. L'article 61, § 8, alinéa 1er, des lois coordonnées le 15 |
| gecoördineerde wetten moest het mogelijk maken « in zekere mate de | janvier 1948 devait permettre « d'accélérer dans une certaine mesure |
| vertraging in te halen welke op het gebied der betwiste zaken blijft | |
| bestaan en mede te werken tot [...] de aanzuivering der voor de | la résorption de l'arriéré en matière de contentieux et de contribuer |
| verstreken dienstjaren nog verschuldigde belastingen » (Parl. St., | à l'apurement des impôts restant dus pour les exercices écoulés » |
| Kamer, 1952-1953, nr. 277, p. 1). Die tekst stond toe om « in | (Doc. parl., Chambre, 1952-1953, n° 277, p. 1). Ce texte accordait « |
| werkelijk uitzonderlijke gevallen en in een humanitaire geest van | |
| ambtswege de ontlasting toe te staan van onbetwistbare overbelastingen | dans des cas réellement exceptionnels et dans un esprit d'humanité, le |
| die de belastingplichtige niet binnen de normale termijnen [had] | dégrèvement de surtaxes manifestes que le contribuable n'[avait] pu |
| kunnen doen vaststellen en ontlasten » (ibid., p. 6). | faire constater et dégrever dans les délais normaux » (ibid., p. 6). |
| De « nalatigheid of de onwetendheid » van de belastingschuldigen | La « négligence ou l'ignorance » des redevables ne pouvaient être « |
| konden niet « beschouwd worden als de wettige reden of de | considérées comme le juste motif ou la circonstance de force majeure » |
| omstandigheid van overmacht » waarin die bepaling voorziet (ibid., p. | visés par cette disposition (ibid., p. 11). Celle-ci fut présentée |
| 11). Die laatste werd voorgesteld als een « gelukkige nieuwigheid, | comme une « heureuse innovation qui permettra de redresser des |
| waardoor werkelijk onbillijke toestanden zullen kunnen worden | |
| goedgemaakt » of als een « billijkheidsbepaling » (Parl. St., Kamer, | situations véritablement iniques » ou comme une « disposition d'équité |
| 1952-1953, nr. 363, p. 5). | » (Doc. parl., Chambre, 1952-1953, n° 363, p. 5). |
| B.5. Voor de toepassing van artikel 376, § § 1 en 2, van het WIB 1992 | B.5. Aux fins de l'application de l'article 376, § § 1er et 2, du CIR |
| gelden alleen als nieuwe feiten of bescheiden, die welke een bewijs | 1992, seuls les faits ou documents de nature à apporter une preuve qui |
| kunnen opleveren dat voordien niet is geleverd en dat de | n'a pas été faite antérieurement et que le redevable n'était pas en |
| belastingschuldige niet kon voorleggen of aanvoeren voordat de | mesure de produire ou d'alléguer avant l'expiration des délais de |
| termijnen van bezwaar waren verstreken (Cass., 21 december 2017, | réclamation constituent des documents ou faits nouveaux (Cass., 21 |
| F.15.0098.N). Hoewel de ambtshalve ontheffing van overbelastingen als | décembre 2017, F.15.0098.N). Bien que le dégrèvement d'office de |
| een « billijkheidsbepaling » wordt aangemerkt, benadrukt de wetgever | surtaxes soit présenté comme une « disposition d'équité », le |
| ook dat ze slechts voor « werkelijk uitzonderlijke gevallen » is | législateur souligne également qu'il n'est destiné qu'à des « cas |
| bedoeld. Een belastingschuldige die niet akkoord gaat met een op zijn | réellement exceptionnels ». En effet, un redevable qui n'est pas |
| naam gevestigde aanslag beschikt immers over de mogelijkheid om, | d'accord avec une imposition établie à son nom peut, conformément aux |
| overeenkomstig de artikelen 366 en volgende van het WIB 1992, een | articles 366 et suivants du CIR 1992, introduire un recours |
| administratief beroep in te stellen bij de adviseur-generaal en kan in | administratif auprès du conseiller général et peut aussi, le cas |
| voorkomend geval ook een vordering instellen bij de rechtbank van | échéant, intenter une action devant le tribunal de première instance, |
| eerste aanleg, met de mogelijkheid van hoger beroep en cassatieberoep. | avec la possibilité d'interjeter appel et de se pourvoir en cassation. |
| Tegen een reglementaire fiscale bepaling die strijdig zou zijn met de | En outre, une disposition réglementaire en matière fiscale qui serait |
| Grondwet kan bovendien een beroep tot nietigverklaring worden | contraire à la Constitution peut faire l'objet d'un recours en |
| ingesteld bij de Raad van State. | annulation auprès du Conseil d'Etat. |
| B.6.1. Op grond van artikel 142 van de Grondwet en van artikel 26, § | B.6.1. En vertu de l'article 142 de la Constitution et de l'article |
| 1, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof | 26, § 1er, de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour |
| komt het uitsluitend aan het Grondwettelijk Hof toe om, bij wijze van | constitutionnelle, il appartient exclusivement à la Cour de statuer, à |
| prejudiciële beslissing en binnen de grenzen van de voormelde | titre préjudiciel et dans les limites des articles précités, sur la |
| artikelen, uitspraak te doen over de grondwettigheid van een | constitutionnalité d'une norme législative en matière fiscale. |
| wettelijke fiscale norm. | |
| B.6.2. Noch de voormelde bepalingen, noch enige andere grondwettelijke | B.6.2. Toutefois, ni les dispositions précitées ni aucune autre |
| of wettelijke bepaling verlenen het Hof evenwel de bevoegdheid om bij | disposition constitutionnelle ou législative ne confèrent à la Cour le |
| wijze van prejudiciële beslissing uitspraak te doen over de vraag of | pouvoir de statuer à titre préjudiciel sur la question de savoir si un |
| een akte van de uitvoerende macht in overeenstemming is met de | acte du pouvoir exécutif est conforme à la Constitution. Conformément |
| Grondwet. Overeenkomstig artikel 159 van de Grondwet komt het de | à l'article 159 de la Constitution, il appartient aux cours et |
| gewone hoven en rechtbanken toe de bepalingen van een besluit of een | tribunaux ordinaires de ne pas appliquer les dispositions d'un arrêté |
| verordening die niet in overeenstemming zouden zijn met de Grondwet, | ou d'un règlement qui ne seraient pas conformes à la Constitution. |
| niet toe te passen. | |
| B.6.3. Volgens artikel 28 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 | B.6.3. Selon l'article 28 de la loi spéciale du 6 janvier 1989, la |
| moet het rechtscollege dat een prejudiciële vraag heeft gesteld | juridiction qui a posé une question préjudicielle, ainsi que toute |
| evenals elk ander rechtscollege dat in dezelfde zaak uitspraak doet, | autre juridiction appelée à statuer dans la même affaire sont tenues, |
| zich voor de oplossing van het geschil naar aanleiding waarvan de | pour la solution du litige à l'occasion duquel a été posée la |
| vraag werd gesteld, voegen naar het arrest van het Grondwettelijk Hof. | question, de se conformer à l'arrêt rendu par la Cour constitutionnelle. |
| Voorts volgt uit artikel 26, § 2, 2°, van diezelfde bijzondere wet dat | De plus, il ressort de l'article 26, § 2, 2°, de la même loi spéciale |
| wanneer voor een rechtscollege een vraag wordt opgeworpen omtrent de | que, lorsqu'une question relative à la constitutionnalité d'une norme |
| grondwettigheid van een wettelijke norm, dat rechtscollege geen | législative est soulevée devant une juridiction, cette juridiction ne |
| prejudiciële vraag dient te stellen indien het Grondwettelijk reeds | doit pas poser de question préjudicielle si la Cour constitutionnelle |
| uitspraak heeft gedaan op een vraag met een identiek onderwerp, op | a déjà statué sur une question ayant un objet identique, à condition |
| voorwaarde dat het rechtscollege zich voegt naar het arrest van het | que la juridiction se conforme à l'arrêt rendu par la Cour. Ainsi, le |
| Hof. Aldus moet de rechter die wordt geconfronteerd met een wettelijke | juge qui est confronté à une norme législative ayant été déclarée |
| norm die ongrondwettig werd bevonden die norm buiten toepassing laten | inconstitutionnelle doit en écarter l'application ou poser une |
| of een nieuwe prejudiciële vraag stellen indient hij meent het arrest | nouvelle question préjudicielle s'il estime ne pas pouvoir se |
| niet te kunnen volgen. | conformer à l'arrêt. |
| B.6.4. Bovendien kan een norm die in antwoord op een prejudiciële | B.6.4. En outre, une norme déclarée inconstitutionnelle en réponse à |
| vraag ongrondwettig werd verklaard, het voorwerp uitmaken van een | une question préjudicielle peut faire l'objet d'un recours en |
| beroep tot vernietiging op grond van artikel 4, tweede lid, van de | annulation introduit sur la base de l'article 4, alinéa 2, de la loi |
| bijzondere wet van 6 januari 1989. Ten slotte kan het Grondwettelijk | spéciale du 6 janvier 1989. Enfin, tant dans un arrêt d'annulation que |
| Hof, zowel in een vernietigingsarrest als in een arrest gewezen op een | dans un arrêt rendu sur question préjudicielle, la Cour peut maintenir |
| prejudiciële vraag de gevolgen van de ongrondwettig bevonden | les effets de la norme législative déclarée inconstitutionnelle, ce |
| wettelijke norm handhaven, wat tot gevolg kan hebben dat een | |
| ambtshalve ontheffing van overbelastingen onmogelijk wordt gemaakt. | qui peut avoir pour effet de rendre impossible le dégrèvement d'office de surtaxes. |
| B.6.5. Een prejudicieel arrest van het Grondwettelijk Hof heeft | B.6.5. Partant, un arrêt préjudiciel de la Cour constitutionnelle, |
| derhalve, zonder de ongrondwettige bepaling uit de rechtsorde te doen | tout en ne faisant pas disparaître la disposition inconstitutionnelle |
| verdwijnen, een effect dat het geschil overstijgt dat hangende is voor | de l'ordre juridique, a un effet qui dépasse le seul litige pendant |
| de rechter die de prejudiciële vraag heeft gesteld. | devant le juge qui a posé la question préjudicielle. |
| B.7.1. Artikel 159 van de Grondwet bepaalt : | B.7.1. L'article 159 de la Constitution dispose : |
| « De hoven en rechtbanken passen de algemene, provinciale en | « Les cours et tribunaux n'appliqueront les arrêtés et règlements |
| plaatselijke besluiten en verordeningen alleen toe in zoverre zij met | généraux, provinciaux et locaux, qu'autant qu'ils seront conformes aux |
| de wetten overeenstemmen ». | lois ». |
| B.7.2. Die grondwetsbepaling kan alleen leiden tot een niet-toepassing | B.7.2. Cette disposition constitutionnelle peut uniquement entraîner |
| van een ongrondwettig bevonden besluit of verordening in het aan de | l'inapplication d'un arrêté ou règlement déclaré inconstitutionnel |
| rechter voorgelegde geschil en tussen de betrokken procespartijen. De | dans le litige soumis au juge et entre les parties au procès |
| ongrondwettig bevonden norm blijft verder bestaan en kan in een ander | concernées. La norme déclarée inconstitutionnelle continue d'exister |
| geding tussen andere partijen nog wel worden toegepast. De | et peut encore être appliquée dans un autre litige entre d'autres |
| rechterlijke uitspraak heeft dus een relatief gezag van gewijsde en | parties. La décision juridictionnelle a donc une autorité relative de |
| geldt inter partes. | chose jugée et s'applique inter partes. |
| B.7.3. Artikel 6 van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt : | B.7.3. L'article 6 du Code judiciaire dispose : |
| « De rechters mogen in de zaken die aan hun oordeel onderworpen zijn, | « Les juges ne peuvent prononcer par voie de disposition générale et |
| geen uitspraak doen bij wege van algemene en als regel geldende beschikking ». | réglementaire sur les causes qui leur sont soumises ». |
| B.8.1. Wanneer de hoven en rechtbanken in het kader van een geschil | B.8.1. Lorsque, dans le cadre du litige particulier dont ils sont |
| dat hun wordt voorgelegd de ongrondwettigheid vaststellen van een | saisis, les cours et tribunaux constatent l'inconstitutionnalité d'une |
| reglementaire fiscale bepaling, dan kunnen de in dat geschil betrokken | disposition réglementaire en matière fiscale, les redevables impliqués |
| belastingschuldigen niet worden belast met toepassing van die norm. | dans ce litige ne peuvent pas être imposés en application de cette norme. |
| B.8.2. Wanneer artikel 376 van het WIB 1992 zo zou moeten worden | B.8.2. Si l'article 376 du CIR 1992 devait être interprété en ce sens |
| geïnterpreteerd dat een dergelijke beslissing van de hoven en | qu'une telle décision des cours et tribunaux, en dehors du litige dans |
| rechtbanken, buiten het geschil waarin de ongrondwettigheid werd | lequel l'inconstitutionnalité a été constatée, doit être considérée |
| vastgesteld, door de belastingadministratie als een nieuw gegeven moet | par l'administration fiscale comme un élément nouveau susceptible de |
| worden beschouwd dat kan leiden tot een ambtshalve ontheffing van | donner lieu à un dégrèvement d'office de surtaxes, la décision |
| overbelastingen, dan zou aan de voormelde rechterlijke beslissing een | juridictionnelle précitée se verrait attribuer une autorité qui n'est |
| gezag worden toegekend dat niet in overeenstemming is met artikel 159 | pas conforme à l'article 159 de la Constitution. |
| van de Grondwet. B.8.3. Bijgevolg is het verschil in behandeling dat aan het Hof ter | B.8.3. Par conséquent, la différence de traitement qui est soumise au |
| toetsing wordt voorgelegd, een gevolg van een door de Grondwetgever | contrôle de la Cour résulte d'un choix effectué par le Constituant, au |
| gemaakte keuze, waarover het Hof zich niet vermag uit te spreken. | sujet duquel la Cour ne peut se prononcer. |
| Het feit dat de belastingadministratie in een circulaire zou beslissen | Le fait que l'administration fiscale déciderait, dans une circulaire, |
| om voor de toekomst de door de hoven en rechtbanken vastgestelde | de supprimer pour l'avenir la discrimination constatée par les cours |
| discriminatie ongedaan te maken of dat het bestuur de regelgeving voor | et tribunaux ou que les autorités adaptent la réglementation pour |
| de toekomst aanpast, wijzigt die vaststelling niet. | l'avenir ne modifie pas ce constat. |
| B.9. Artikel 376 van het WIB 1992 is derhalve niet onbestaanbaar met | B.9. L'article 376 du CIR 1992 n'est dès lors pas incompatible avec |
| de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet, in de interpretatie dat de | les articles 10, 11 et 172 de la Constitution, dans l'interprétation |
| selon laquelle les décisions des cours et tribunaux constatant | |
| beslissingen van de hoven en rechtbanken waarbij de ongrondwettigheid | l'inconstitutionnalité d'une disposition réglementaire en matière |
| van een reglementaire fiscale bepaling wordt vastgesteld, geen nieuw | fiscale ne constituent pas un élément nouveau qui entre en |
| gegeven zijn dat in aanmerking komt voor de ambtshalve ontheffing van | considération pour le dégrèvement d'office de surtaxes. |
| overbelastingen. | |
| Om die redenen, | Par ces motifs, |
| het Hof | la Cour |
| zegt voor recht : | dit pour droit : |
| Artikel 376 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 schendt | L'article 376 du Code des impôts sur les revenus 1992 ne viole pas les |
| de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet niet, in de interpretatie | articles 10, 11 et 172 de la Constitution, dans l'interprétation selon |
| laquelle les décisions des cours et tribunaux constatant | |
| dat de beslissingen van de hoven en rechtbanken waarbij de | l'inconstitutionnalité d'une disposition réglementaire en matière |
| ongrondwettigheid van een reglementaire fiscale bepaling wordt | fiscale ne constituent pas un élément nouveau qui entre en |
| vastgesteld, geen nieuw gegeven zijn dat in aanmerking komt voor de | considération pour le dégrèvement d'office de surtaxes. |
| ambtshalve ontheffing van overbelastingen. | |
| Aldus gewezen in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig artikel | Ainsi rendu en langue néerlandaise et en langue française, |
| 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
| op 26 november 2020. | la Cour constitutionnelle, le 26 novembre 2020. |
| De griffier, | Le greffier, |
| P.-Y. Dutilleux | P.-Y. Dutilleux |
| De voorzitter, | Le président, |
| L. Lavrysen | L. Lavrysen |