← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 78/2020 van 28 mei 2020 Rolnummer 7349 In zake: de prejudiciële
vragen betreffende artikel 120, § 2, eerste lid, 1°, a) en b), van de programmawet van 27
december 2006, gesteld door het Arbeidshof te Antwerp(...) Het Grondwettelijk
Hof, samengesteld uit de voorzitters A. Alen en F. Daoût, en de rechters T. M(...)"
Uittreksel uit arrest nr. 78/2020 van 28 mei 2020 Rolnummer 7349 In zake: de prejudiciële vragen betreffende artikel 120, § 2, eerste lid, 1°, a) en b), van de programmawet van 27 december 2006, gesteld door het Arbeidshof te Antwerp(...) Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters A. Alen en F. Daoût, en de rechters T. M(...) | Extrait de l'arrêt n° 78/2020 du 28 mai 2020 Numéro du rôle : 7349 En cause: les questions préjudicielles relatives à l'article 120, § 2, alinéa 1 er , 1°, a) et b), de la loi-programme du 27 décembre 2006, posées par la Cou(...) La Cour constitutionnelle, composée des présidents A. Alen et F. Daoût, et des juges T. Merckx-V(...) |
---|---|
GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
Uittreksel uit arrest nr. 78/2020 van 28 mei 2020 | Extrait de l'arrêt n° 78/2020 du 28 mai 2020 |
Rolnummer 7349 | Numéro du rôle : 7349 |
In zake: de prejudiciële vragen betreffende artikel 120, § 2, eerste | En cause: les questions préjudicielles relatives à l'article 120, § 2, |
lid, 1°, a) en b), van de programmawet (I) van 27 december 2006, | alinéa 1er, 1°, a) et b), de la loi-programme (I) du 27 décembre 2006, |
gesteld door het Arbeidshof te Antwerpen, afdeling Antwerpen. | posées par la Cour du travail d'Anvers, division Anvers. |
Het Grondwettelijk Hof, | La Cour constitutionnelle, |
samengesteld uit de voorzitters A. Alen en F. Daoût, en de rechters T. | composée des présidents A. Alen et F. Daoût, et des juges T. |
Merckx-Van Goey, P. Nihoul, T. Giet, J. Moerman en M. Pâques, | Merckx-Van Goey, P. Nihoul, T. Giet, J. Moerman et M. Pâques, assistée |
bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter A. Alen, | du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président A. Alen, |
wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging | I. Objet des questions préjudicielles et procédure |
Bij arrest van 20 januari 2020, waarvan de expeditie ter griffie van | Par arrêt du 20 janvier 2020, dont l'expédition est parvenue au greffe |
het Hof is ingekomen op 27 januari 2020, heeft het Arbeidshof te | de la Cour le 27 janvier 2020, la Cour du travail d'Anvers, division |
Antwerpen, afdeling Antwerpen, de volgende prejudiciële vragen gesteld : | Anvers, a posé les questions préjudicielles suivantes : |
« Schendt artikel 120, § 2, eerste lid, 1°, b), Programmawet (I) van | « L'article 120, § 2, alinéa 1er, 1°, b), de la loi-programme (I) du |
27 december 2006 de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het | 27 décembre 2006 viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution, |
het voordeel van de schadeloosstelling toekent aan de langstlevende | en ce qu'il octroie le bénéfice de la réparation au conjoint survivant |
echtgenoot die gehuwd was na het tijdstip waarop het slachtoffer | qui était marié après le moment où la victime a été admise au bénéfice |
aanspraak is beginnen te maken op de bij deze wet georganiseerde | de la réparation organisée par cette loi et qui était marié au moins |
schadeloosstelling en die ten minste 365 dagen gehuwd was vóór het | 365 jours avant le décès de la victime et en ce qu'il exclut du |
overlijden van het slachtoffer en de langstlevende echtgenoot in deze | bénéfice de la réparation, dans cette hypothèse (être marié après le |
hypothese (gehuwd na het tijdstip waarop het slachtoffer aanspraak is | moment où la victime a été admise au bénéfice de la réparation |
beginnen te maken op de bij deze wet georganiseerde | organisée par cette loi), le conjoint survivant qui était marié moins |
schadeloosstelling) die minder dan 365 dagen was gehuwd vóór het | de 365 jours avant le décès de la victime, bien que les conjoints |
overlijden van het slachtoffer van het voordeel ervan uitsluit, hoewel | aient, immédiatement avant, cohabité légalement après une déclaration |
de echtgenoten onmiddellijk voordien wettelijk samenwoonden na een | |
verklaring van samenwoning overeenkomstig artikel 1476 van het | de cohabitation, conformément à l'article 1476 du Code civil, la durée |
Burgerlijk Wetboek en waarbij de gezamenlijke duur van het huwelijk en | totale du mariage et de la cohabitation légale représentant au moins |
de wettelijke samenwoning minstens 365 dagen bedraagt ? »; | 365 jours ? »; |
« Schendt artikel 120, § 2, eerste lid, 1°, a), Programmawet (I) van | « L'article 120, § 2, alinéa 1er, 1°, a), de la loi-programme (I) du |
27 december 2006 de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het | 27 décembre 2006 viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution, |
het voordeel van de schadeloosstelling toekent aan de langstlevende | en ce qu'il octroie le bénéfice de la réparation au conjoint survivant |
echtgenoot die gehuwd was vóór het tijdstip waarop het slachtoffer | qui était marié avant le moment où la victime a été admise au bénéfice |
aanspraak is beginnen te maken op de bij deze wet georganiseerde | de la réparation organisée par cette loi et en ce qu'il exclut du |
schadeloosstelling en het de langstlevende echtgenoot die op het | bénéfice de la réparation le conjoint survivant qui, au moment où la |
tijdstip waarop het slachtoffer aanspraak is beginnen te maken op deze | victime a été admise au bénéfice de cette réparation, cohabitait |
schadeloosstelling wettelijk samenwoonde (na een verklaring van | légalement (après une déclaration de cohabitation, conformément à |
samenwoning overeenkomstig artikel 1476 van het Burgerlijk Wetboek) | l'article 1476 du Code civil) sans contrat de cohabitation, comme le |
zonder een samenlevingsovereenkomst zoals bepaald door artikel 120, § | |
2 van de Programmawet, van het voordeel ervan uitsluit ? ». | prévoit l'article 120, § 2, de la loi-programme ? ». |
Op 12 februari 2020 hebben de rechters-verslaggevers T. Merckx-Van | |
Goey en P. Nihoul, met toepassing van artikel 72, eerste lid, van de | Le 12 février 2020, en application de l'article 72, alinéa 1er, de la |
bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, het Hof | loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour constitutionnelle, les |
ervan in kennis gesteld dat zij ertoe zouden kunnen worden gebracht | juges-rapporteurs T. Merckx-Van Goey et P. Nihoul ont informé la Cour |
voor te stellen het onderzoek van de zaak af te doen met een arrest | qu'ils pourraient être amenés à proposer de mettre fin à l'examen de |
gewezen op voorafgaande rechtspleging. | l'affaire par un arrêt rendu sur procédure préliminaire. |
(...) | (...) |
III. In rechte | III. En droit |
(...) | (...) |
B.1. De prejudiciële vragen hebben betrekking op artikel 120, § 2, | B.1. Les questions préjudicielles portent sur l'article 120, § 2, |
eerste lid, van de programmawet (I) van 27 december 2006, dat bepaalt | alinéa 1er, de la loi-programme (I) du 27 décembre 2006, qui dispose : |
: « Indien het slachtoffer overlijdt ingevolge de in artikel 118 | « Si la victime meurt des suites de la maladie visée à l'article 118, |
bedoelde ziekte, komt het Asbestfonds tegemoet ten voordele van de | le Fonds amiante intervient en faveur des ayants droit de la victime à |
rechthebbenden van het slachtoffer die op het tijdstip van zijn | |
overlijden te zijnen laste zijn. Onder rechthebbende ten laste van het | charge de celle-ci au moment de son décès. Par ayant droit à charge de |
slachtoffer moet worden verstaan : | la victime, il y a lieu d'entendre : |
1° de echtgenoot die op het tijdstip van het overlijden noch uit de | 1° le conjoint ni divorcé ni séparé de corps au moment du décès ou le |
echt, noch van tafel en bed gescheiden is, dan wel de partner die op | partenaire qui cohabitait légalement avec la victime au moment du |
het tijdstip van het overlijden van het slachtoffer wettelijk met hem | décès de celui-ci [lire : celle-ci] et qui avait établi avec lui, |
samenwoonde en, overeenkomstig artikel 1478 van het Burgerlijk Wetboek, met hem een overeenkomst had gesloten die beide partijen tot wederzijdse bijstand verplicht en die, zelfs na een eventuele breuk, financiële gevolgen kan hebben, alsook op voorwaarde dat : a) het huwelijk werd gesloten of de wettelijke samenwoning is aangevangen op een tijdstip dat het slachtoffer nog geen aanspraak maakte op de bij deze wet georganiseerde schadeloosstelling, of b) het huwelijk werd gesloten of de wettelijke samenwoning aanving na het tijdstip waarop het slachtoffer aanspraak is beginnen te maken op de bij deze wet georganiseerde schadeloosstelling, voor zover dat huwelijk is gesloten of die wettelijke samenwoning is aangevangen ten | conformément à l'article 1478 du Code civil, un contrat obligeant les parties à un devoir de secours qui, même après une rupture éventuelle, peut avoir des conséquences financières, et à condition que : a) le mariage ait été contracté ou la cohabitation légale ait débuté à un moment où la victime n'était pas encore admise au bénéfice de la réparation organisée par la présente loi, ou b) le mariage ait été contracté ou la cohabitation légale ait débuté après le moment où la victime a été admise au bénéfice de la réparation organisée par la présente loi, pour autant que ce mariage |
minste 365 dagen vóór het overlijden van het slachtoffer, [...] | ait été contracté ou cette cohabitation légale ait débuté au moins 365 |
jours avant le décès de la victime, [...] | |
[...] ». | [...] ». |
Indien het asbestslachtoffer overlijdt, vloeit uit die bepaling voort | Il résulte de cette disposition que, si la victime de l'amiante |
dat de langstlevende echtgenoot als gerechtigde in aanmerking komt | décède, le conjoint survivant entre en ligne de compte pour bénéficier |
voor de tegemoetkoming van het Asbestfonds mits het huwelijk is | de l'intervention du Fonds amiante, à condition que le mariage ait été |
gesloten op een tijdstip waarop het slachtoffer nog geen aanspraak | contracté à un moment où la victime n'était pas encore admise au |
maakte op de schadeloosstelling of mits het huwelijk is gesloten na | bénéfice de la réparation ou à condition que le mariage ait été |
het tijdstip waarop het slachtoffer aanspraak is beginnen te maken op | |
de schadeloosstelling voor zover dat huwelijk is gesloten ten minste | contracté après le moment où la victime a été admise au bénéfice de la |
365 dagen vóór het overlijden van het slachtoffer. | réparation, pour autant que le mariage ait été contracté au moins 365 |
jours avant le décès de la victime. | |
B.2.1. Het Hof wordt gevraagd of artikel 120, § 2, eerste lid, b), van | B.2.1. La Cour est interrogée sur la compatibilité de l'article 120, § |
de programmawet (I) van 27 december 2006 bestaanbaar is met de | 2, alinéa 1er, b), de la loi-programme (I) du 27 décembre 2006 avec |
artikelen 10 en 11 van de Grondwet doordat het het voordeel van de | les articles 10 et 11 de la Constitution, en ce qu'il octroie le |
tegemoetkoming van het Asbestfonds toekent aan de langstlevende | bénéfice de l'intervention du Fonds amiante au conjoint survivant qui |
echtgenoot die gehuwd was na het tijdstip waarop het slachtoffer | |
aanspraak is beginnen te maken op de schadeloosstelling en die ten | était marié après le moment où la victime a été admise au bénéfice de |
minste 365 dagen gehuwd was vóór het overlijden van het slachtoffer | la réparation et qui était marié au moins 365 jours avant le décès de |
terwijl het dat voordeel ontzegt aan de langstlevende echtgenoot die | la victime, alors qu'il prive de ce bénéfice le conjoint survivant qui |
gehuwd was na het tijdstip waarop het slachtoffer aanspraak is | était marié après le moment où la victime a été admise au bénéfice de |
beginnen te maken op schadeloosstelling en die minder dan 365 dagen | la réparation et qui était marié moins de 365 jours avant le décès de |
was gehuwd vóór het overlijden van het slachtoffer, doch waarbij de | |
gezamenlijke duur van de aan het huwelijk onmiddellijk voorafgaande | la victime, bien que la durée cumulée de la cohabitation légale entre |
wettelijke samenwoning tussen de langstlevende echtgenoot en de | le conjoint survivant et le conjoint décédé qui a immédiatement |
overleden echtgenoot en het huwelijk minstens 365 dagen bedraagt | précédé le mariage et du mariage atteigne au moins 365 jours (première |
(eerste prejudiciële vraag). | question préjudicielle). |
B.2.2. Het Hof wordt eveneens gevraagd of artikel 120, § 2, eerste | B.2.2. La Cour est aussi interrogée sur la compatibilité de l'article |
lid, a), van de programmawet (I) van 27 december 2006 bestaanbaar is | 120, § 2, alinéa 1er, a), de la loi-programme (I) du 27 décembre 2006 |
met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet doordat die bepaling het | avec les articles 10 et 11 de la Constitution, en ce que cette |
voordeel van de tegemoetkoming van het Asbestfonds toekent aan de | disposition octroie le bénéfice de l'intervention du Fonds amiante au |
langstlevende echtgenoot die gehuwd was vóór het tijdstip waarop het | conjoint survivant qui était marié avant le moment où la victime a été |
slachtoffer aanspraak is beginnen te maken op de schadeloosstelling | admise au bénéfice de la réparation, alors qu'il prive de ce bénéfice |
terwijl zij dat voordeel ontzegt aan de langstlevende echtgenoot die | le conjoint survivant qui, au moment où la victime a été admise au |
op het tijdstip waarop het slachtoffer aanspraak is beginnen te maken | bénéfice de la réparation, cohabitait légalement avec elle sans |
op de schadeloosstelling wettelijk samenwoonde zonder een | contrat de cohabitation (seconde question préjudicielle). |
samenlevingscontract (tweede prejudiciële vraag). | |
B.3. Uit de motivering van de feitelijke context in het verwijzende | B.3. Il ressort de la motivation du contexte factuel dans l'arrêt de |
arrest en de formulering van de prejudiciële vragen blijkt dat de | renvoi et de la formulation des questions préjudicielles que la femme |
vrouw die aanspraak maakt op de schadeloosstelling, op het ogenblik | qui sollicite la réparation était mariée à la victime de l'amiante au |
van het overlijden van het asbestslachtoffer gehuwd was (zijnde de | moment du décès de celle-ci (elle est donc le conjoint survivant) et |
langstlevende echtgenote) met het slachtoffer en zulks minder dan 365 | moins de 365 jours avant ce décès, que ce mariage a été contracté |
dagen vóór dat overlijden, dat dit huwelijk werd gesloten nadat het | |
asbestslachtoffer aanspraak maakte op de schadeloosstelling, en dat | après que la victime de l'amiante a été admise au bénéfice de la |
onmiddellijk aan dat huwelijk een wettelijke samenwoning voorafging | réparation, et que ce mariage était immédiatement précédé d'une |
die was aangevangen voordat het asbestslachtoffer aanspraak maakte op | cohabitation légale qui avait débuté avant que la victime de l'amiante |
de schadeloosstelling. Eveneens blijkt dat de gezamenlijke duur van | ne soit admise au bénéfice de la réparation. Il apparaît également que |
het huwelijk en de daaraan voorafgaande wettelijke samenwoning meer | la durée cumulée du mariage et de la cohabitation légale qui l'a |
dan 365 dagen vóór het overlijden bedroeg. | précédé atteignait plus de 365 jours avant le décès. |
B.4. Rekening houdend met hetgeen in B.3 is vermeld, hebben de | B.4. Compte tenu de ce qui est dit en B.3, les questions soumises à la |
voorgelegde vragen alleen betrekking op het geval waarbij op het | Cour ne concernent que le cas où, au moment du décès de la victime de |
ogenblik van het overlijden van het asbestslachtoffer dat slachtoffer | l'amiante, celle-ci était mariée, faisant de son conjoint survivant un |
was gehuwd waardoor een langstlevende echtgenoot als potentieel | bénéficiaire potentiel. Dans cette optique, les questions |
gerechtigde achterblijft. De prejudiciële vragen zijn in dat opzicht | préjudicielles doivent être interprétées comme invitant la Cour à |
te begrijpen als vragen naar de gevolgen, voor de ontvankelijkheid van | examiner les effets, sur la recevabilité de la demande de réparation, |
de aanvraag tot schadeloosstelling, van verschillende opeenvolgende | de différentes formes de vie commune successives du conjoint |
samenlevingsvormen in hoofde van de langstlevende echtgenoot. Het Hof | survivant. La Cour limite son examen à cette question. |
beperkt zijn onderzoek daartoe. | |
Uit het voorgaande volgt dat het Hof in wezen wordt gevraagd of | Il résulte de ce qui précède que la Cour est en substance interrogée |
artikel 120, § 2, eerste lid, 1°, a) en b), van de programmawet (I) | sur la compatibilité de l'article 120, § 2, alinéa 1er, a) et b), de |
van 27 december 2006 bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de | la loi-programme (I) du 27 décembre 2006 avec les articles 10 et 11 de |
la Constitution, en ce qu'il prive du bénéfice de l'intervention du | |
Grondwet, in zoverre het de langstlevende echtgenoot die minder dan | Fonds amiante le conjoint survivant qui était marié depuis moins de |
365 dagen met het slachtoffer was gehuwd, met wie hij eerder een | 365 jours avec la victime, avec laquelle il avait antérieurement fait |
verklaring van wettelijke samenwoning had afgelegd, of de | une déclaration de cohabitation légale, ou le conjoint survivant qui, |
langstlevende echtgenoot die, voordat het asbestslachtoffer aanspraak | |
is beginnen te maken op een tegemoetkoming, met hem een verklaring van | avant que la victime de l'amiante fût admise au bénéfice d'une |
wettelijk samenwonen had afgelegd en vervolgens met hem is gehuwd | intervention, avait fait avec elle une déclaration de cohabitation |
gedurende minder dan 365 dagen vóór zijn overlijden, waarbij, in beide | légale et s'est ensuite marié avec elle moins de 365 jours avant son |
gevallen, de gezamenlijke duur van het huwelijk en het daaraan | décès, la durée cumulée du mariage et de la cohabitation légale qui a |
voorafgaande wettelijk samenwonen minstens 365 dagen bedraagt, het | précédé celui-ci atteignant dans les deux cas au moins 365 jours. |
voordeel van de tegemoetkoming van het Asbestfonds ontzegt. | B.5. Soucieux de lutter contre les abus, le législateur pouvait |
B.5. De bekommernis om misbruiken tegen te gaan, vermocht de wetgever | raisonnablement considérer qu'il était nécessaire de soumettre le |
redelijkerwijs ertoe te brengen voorwaarden op te leggen om als | bénéfice d'une intervention du Fonds amiante à des conditions, |
gerechtigde van een tegemoetkoming van het Asbestfonds in aanmerking | notamment en ce qui concerne la forme de vie commune, ses modalités, |
te kunnen komen, onder meer wat betreft de samenlevingsvorm, de nadere regels ervan, het ogenblik van het aangaan en de duur ervan, en het tijdstip waarop het slachtoffer aanspraak is beginnen te maken op die tegemoetkoming. Die voorwaarden zijn, wat de langstlevende echtgenoot betreft, louter gebaseerd op de hypothese van een huwelijk dat aan het overlijden voorafgaat. De opgelegde voorwaarden gaan uit van de idee dat zij het risico op misbruiken beperken, daar wordt opgelegd dat op bepaalde ogenblikken, of tijdens een bepaalde duur voorafgaand aan het overlijden een duurzame, nauwe en intieme band tussen de gerechtigde en het slachtoffer bestond. Tegelijkertijd stelt het Hof vast dat die voorwaarden geen rekening houden met situaties waarbij onderscheiden samenlevingsvormen elkaar onmiddellijk opvolgen. B.6. Door voor het toekennen van een tegemoetkoming van het Asbestfonds aan de langstlevende echtgenoot of langstlevende partner | sa date de début et sa durée, ainsi que le moment où la victime a été admise au bénéfice de cette intervention. Ces conditions se basent uniquement, en ce qui concerne le conjoint survivant, sur l'hypothèse du mariage précédant le décès de la victime. Les conditions imposées procèdent de l'idée qu'elles limitent le risque d'abus dès lors qu'il est imposé que le bénéficiaire et la victime aient entretenu un lien durable, étroit et intime à certains moments ou pendant une durée déterminée précédant le décès. Dans le même temps, la Cour constate que ces conditions ne tiennent pas compte de situations dans lesquelles diverses formes de vie commune se succèdent immédiatement. |
de voorwaarde op te leggen van een minimumduur van 365 dagen huwelijk | B.6. En imposant une condition de durée minimale de 365 jours de |
mariage ou de cohabitation légale avec un contrat de cohabitation | |
of wettelijk samenwonen met een authentiek samenlevingscontract waarin | authentique comportant un devoir d'assistance mutuelle, pour l'octroi |
wederzijdse bijstandsplichten zijn opgenomen, heeft de wetgever | d'une intervention du Fonds amiante au conjoint survivant ou au |
bepaalde misbruiken willen ontmoedigen, zoals het huwelijk of het | partenaire survivant, le législateur a entendu décourager certains |
wettelijk samenwonen in extremis, waarvan de enige bedoeling is het de | abus, comme le mariage ou la cohabitation légale in extremis, |
langstlevende echtgenoot of partner mogelijk te maken de | contracté dans le seul but de permettre au conjoint ou au partenaire |
tegemoetkoming te genieten. De wetgever heeft evenwel | survivant de bénéficier de l'intervention. Le législateur a toutefois |
aanspraakmogelijkheden aanvaard die uitgaan van de idee dat in bepaalde situaties de omstandigheden aantonen dat, hoewel het overlijden minder dan één jaar na het huwelijk heeft plaatsgehad, dat huwelijk niet enkel is voltrokken om het voordeel te verkrijgen. B.7. Het Hof heeft bij zijn arrest nr. 60/2009 van 25 maart 2009 in dat verband geoordeeld dat, hoewel de wetgever bij het tegengaan van risico's op misbruiken inzake uitkeringen over een ruime beoordelingsbevoegdheid beschikt om de voorwaarden voor het verkrijgen van een tegemoetkoming of uitkering te bepalen, de voorwaarden rekening dienen te houden met bepaalde gevallen van opeenvolgende samenlevingsvormen waarvoor ook dient te worden aangenomen dat het risico op misbruik beperkt is. Dit geldt a fortiori voor de gevallen waarbij de opvolgende samenlevingsvormen zwaardere verplichtingen voor de betrokkenen met zich meebrengen. | admis des possibilités pour bénéficier de cette intervention qui partent de l'idée que, dans certaines situations, les circonstances démontrent que, bien que le décès ait eu lieu moins d'un an après le mariage, celui-ci n'avait pas été contracté dans le seul but de bénéficier de l'intervention. B.7. A cet égard, la Cour a jugé par son arrêt n° 60/2009 du 25 mars 2009 que, même si le législateur dispose d'un pouvoir d'appréciation étendu, dans la lutte contre les risques d'abus en matière d'allocations, pour déterminer les conditions d'obtention d'une intervention ou d'une allocation, les conditions doivent tenir compte de certains cas de formes de vie commune successives dans lesquels le risque d'abus doit aussi être réputé limité. Tel est a fortiori le cas lorsque les formes de vie commune successives entraînent des obligations plus contraignantes pour les intéressés. |
B.8. Het is derhalve niet redelijk verantwoord om de langstlevende | B.8. Il n'est dès lors pas raisonnablement justifié de priver du |
bénéfice de l'intervention du Fonds amiante le conjoint survivant qui | |
echtgenoot, die minder dan 365 dagen met het overleden slachtoffer was | était marié moins de 365 jours avec la victime décédée, avec laquelle |
gehuwd, met wie hij, voordat het slachtoffer aanspraak is beginnen te | il avait, avant que la victime fût admise au bénéfice de |
maken op de tegemoetkoming, een verklaring van wettelijk samenwonen | l'intervention, fait une déclaration de cohabitation légale, ou le |
had afgelegd, of de langstlevende echtgenoot die, voordat het | conjoint survivant qui, avant que la victime de l'amiante fût admise |
asbestslachtoffer aanspraak is beginnen te maken op de tegemoetkoming, | au bénéfice de l'intervention, avait fait avec elle une déclaration de |
met hem een verklaring van wettelijk samenwonen had afgelegd, waarna | cohabitation légale, à la suite de quoi ils ont été mariés moins de |
zij minder dan 365 dagen gehuwd waren, en waarbij de gezamenlijke en | 365 jours, la durée cumulée et ininterrompue du mariage et de la |
onafgebroken duur van het huwelijk en het daaraan voorafgaande | |
wettelijk samenwonen minstens 365 dagen bedraagt, het voordeel van de | cohabitation légale qui a précédé celui-ci atteignant au moins 365 |
tegemoetkoming van het Asbestfonds te ontzeggen. | jours. |
B.9. In die mate is artikel 120, § 2, eerste lid, 1°, a) en b), van de | B.9. Dans cette mesure, l'article 120, § 2, alinéa 1er, 1°, a) et b), |
programmawet (I) van 27 december 2006 niet bestaanbaar met de | de la loi-programme (I) du 27 décembre 2006 n'est pas compatible avec |
artikelen 10 en 11 van de Grondwet, en dienen de prejudiciële vragen | les articles 10 et 11 de la Constitution et les questions |
bevestigend te worden beantwoord. | préjudicielles appellent une réponse affirmative. |
Om die redenen, | Par ces motifs, |
het Hof | la Cour |
zegt voor recht : | dit pour droit : |
Artikel 120, § 2, eerste lid, 1°, a) en b), van de programmawet (I) | L'article 120, § 2, alinéa 1er, 1°, a) et b), de la loi-programme (I) |
van 27 december 2006 schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in | du 27 décembre 2006 viole les articles 10 et 11 de la Constitution, en |
ce qu'il prive du bénéfice de l'intervention du Fonds amiante le | |
zoverre het de langstlevende echtgenoot, die minder dan 365 dagen met | conjoint survivant qui était marié moins de 365 jours avec la victime |
het overleden slachtoffer was gehuwd, met wie hij, voordat het | décédée, avec laquelle il avait, avant que la victime fût admise au |
slachtoffer aanspraak is beginnen te maken op de tegemoetkoming, een | bénéfice de l'intervention, fait une déclaration de cohabitation |
verklaring van wettelijk samenwonen had afgelegd, of die, voordat het | légale, ou qui, avant que la victime de l'amiante fût admise au |
asbestslachtoffer aanspraak is beginnen te maken op de tegemoetkoming, | bénéfice de l'intervention, avait fait avec elle une déclaration de |
met hem een verklaring van wettelijk samenwonen had afgelegd, waarna | cohabitation légale, à la suite de quoi ils ont été mariés moins de |
zij minder dan 365 dagen gehuwd waren, en waarbij de gezamenlijke en | 365 jours, la durée cumulée et ininterrompue du mariage et de la |
onafgebroken duur van het huwelijk en het daaraan voorafgaande | |
wettelijk samenwonen minstens 365 dagen bedraagt, het voordeel van de | cohabitation légale qui a précédé celui-ci atteignant au moins 365 |
tegemoetkoming van het Asbestfonds ontzegt. | jours. |
Aldus gewezen in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig artikel | Ainsi rendu en langue néerlandaise et en langue française, |
65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
op 28 mei 2020. | la Cour constitutionnelle, le 28 mai 2020. |
De griffier, | Le greffier, |
P.-Y. Dutilleux | P.-Y. Dutilleux |
De voorzitter, | Le président, |
A. Alen | A. Alen |