← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 73/2015 van 28 mei 2015 Rolnummer : 5876 In zake : de prejudiciële
vraag betreffende artikel 26 van de voorafgaande titel van het Wetboek van strafvordering, gesteld door
de Vrederechter van het kanton Florennes-Walc Het Grondwettelijk Hof, samengesteld
uit de voorzitters J. Spreutels en A. Alen, en de rechters (...)"
Uittreksel uit arrest nr. 73/2015 van 28 mei 2015 Rolnummer : 5876 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 26 van de voorafgaande titel van het Wetboek van strafvordering, gesteld door de Vrederechter van het kanton Florennes-Walc Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en A. Alen, en de rechters (...) | Extrait de l'arrêt n° 73/2015 du 28 mai 2015 Numéro du rôle : 5876 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 26 du titre préliminaire du Code de procédure pénale, posée par le Juge de paix du canton de Florennes-Walcourt. L composée des présidents J. Spreutels et A. Alen, et des juges E. De Groot, L. Lavrysen, J.-P. Snapp(...) |
---|---|
GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
Uittreksel uit arrest nr. 73/2015 van 28 mei 2015 | Extrait de l'arrêt n° 73/2015 du 28 mai 2015 |
Rolnummer : 5876 | Numéro du rôle : 5876 |
In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 26 van de | En cause : la question préjudicielle relative à l'article 26 du titre |
voorafgaande titel van het Wetboek van strafvordering, gesteld door de | préliminaire du Code de procédure pénale, posée par le Juge de paix du |
Vrederechter van het kanton Florennes-Walcourt. | canton de Florennes-Walcourt. |
Het Grondwettelijk Hof, | La Cour constitutionnelle, |
samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en A. Alen, en de | composée des présidents J. Spreutels et A. Alen, et des juges E. De |
rechters E. De Groot, L. Lavrysen, J.-P. Snappe, E. Derycke, T. | Groot, L. Lavrysen, J.-P. Snappe, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. |
Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût en T. Giet, bijgestaan door de | Nihoul, F. Daoût et T. Giet, assistée du greffier P.-Y. Dutilleux, |
griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, | présidée par le président J. Spreutels, |
wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging | I. Objet de la question préjudicielle et procédure |
Bij vonnis van 12 maart 2014 in zake de Franse Gemeenschap tegen J.-M. | Par jugement du 12 mars 2014 en cause de la Communauté française |
G., in zijn hoedanigheid van wettelijk bewindvoerder over de goederen | contre J.-M. G., en sa qualité d'administrateur légal des biens et de |
en de persoon van zijn minderjarige zoon D.G., en D.G., waarvan de | la personne de son fils mineur D.G., et D.G., dont l'expédition est |
expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 17 maart 2014, heeft | parvenue au greffe de la Cour le 17 mars 2014, le Juge de paix du |
de Vrederechter van het kanton Florennes-Walcourt de volgende | canton de Florennes-Walcourt a posé la question préjudicielle suivante |
prejudiciële vraag gesteld : | : |
« Schendt artikel 26 van de voorafgaande titel van het Wetboek van | « L'article 26 du titre préliminaire du Code de procédure pénale, |
strafvordering, in die zin geïnterpreteerd dat enkel diegenen die | interprété en ce sens que seuls ceux qui agissent comme victimes |
optreden als slachtoffers van als misdrijf omschreven daden die zijn | d'actes qualifiés infractions et commis par des personnes ayant |
gepleegd door personen die de strafrechtelijke meerderjarigheid hebben | |
bereikt, het voordeel genieten van de bepaling volgens welke de | atteint la majorité pénale bénéficient de la disposition selon |
burgerlijke rechtsvordering niet kan verjaren vóór de strafvordering, | laquelle l'action civile ne peut se prescrire avant l'action publique, |
de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre het tussen twee | viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution en ce qu'il crée |
categorieën van slachtoffers een onderscheid teweegbrengt dat niet | une distinction qui n'est pas raisonnablement justifiée entre deux |
redelijk verantwoord is ? | catégories de victimes ? |
In het bevestigende geval [wordt het Grondwettelijk Hof verzocht] te | Dans l'affirmative, [il est demandé à la Cour constitutionnelle d'] |
onderzoeken of er een andere interpretatie bestaat die de in het | examiner s'il existe une autre interprétation qui rendrait la norme en |
geding zijnde norm bestaanbaar zou maken met die grondwetsbepalingen ». | cause compatible avec ces dispositions constitutionnelles ». |
(...) | (...) |
III. In rechte | III. En droit |
(...) | (...) |
B.1. De prejudiciële vraag heeft betrekking op artikel 26 van de | B.1. La question préjudicielle porte sur l'article 26 du titre |
voorafgaande titel van het Wetboek van strafvordering, dat bepaalt : | préliminaire du Code de procédure pénale, qui dispose : |
« De burgerlijke rechtsvordering volgend uit een misdrijf verjaart | « L'action civile résultant d'une infraction se prescrit selon les |
volgens de regels van het Burgerlijk Wetboek of van de bijzondere | règles du Code civil ou des lois particulières qui sont applicables à |
wetten die van toepassing zijn op de rechtsvordering tot vergoeding | l'action en dommages et intérêts. Toutefois, celle-ci ne peut se |
van schade. Zij kan echter niet verjaren vóór de strafvordering ». | prescrire avant l'action publique ». |
Het Hof wordt verzocht de bestaanbaarheid van het voormelde artikel 26 | La Cour est invitée à contrôler la compatibilité, avec les articles 10 |
met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet na te gaan in zoverre het | et 11 de la Constitution, de l'article 26 précité en ce qu'il créerait |
een verschil in behandeling tussen twee categorieën van slachtoffers | une différence de traitement entre deux catégories de victimes |
van misdrijven zou doen ontstaan. Aldus zouden enkel diegenen die | d'infractions. Ainsi, seuls ceux qui agissent comme victimes |
optreden als slachtoffers van misdrijven die zijn gepleegd door een | d'infractions commises par une personne ayant atteint la majorité |
persoon die de strafrechtelijke meerderjarigheid heeft bereikt, het | pénale bénéficieraient de la disposition selon laquelle l'action |
voordeel genieten van de bepaling volgens welke de burgerlijke | civile ne peut se prescrire avant l'action publique tandis que les |
rechtsvordering niet kan verjaren vóór de strafvordering, terwijl de | |
slachtoffers van misdrijven die door een minderjarige zijn gepleegd, | victimes d'infractions commises par un mineur ne pourraient bénéficier |
de toepassing van dat beginsel niet zouden kunnen genieten. | de l'application de ce principe. |
B.2. Volgens de Ministerraad zou de prejudiciële vraag op een | B.2. D'après le Conseil des ministres, la question préjudicielle |
verkeerde interpretatie van de in het geding zijnde bepaling berusten | reposerait sur une interprétation erronée de la disposition en cause |
aangezien artikel 26 van de voorafgaande titel van het Wetboek van | dès lors que l'article 26 du titre préliminaire du Code de procédure |
strafvordering ook van toepassing zou zijn op de vordering die | pénale serait également applicable à l'action à l'égard d'un mineur. |
betrekking heeft op een minderjarige. B.3. De door de verwijzende rechter in aanmerking genomen | B.3. L'interprétation retenue par le juge a quo des dispositions qu'il |
interpretatie van de bepalingen die hij ter toetsing aan het Hof | soumet au contrôle de la Cour est celle qui, en règle, est prise en |
voorlegt, wordt in de regel door het Hof in aanmerking genomen, tenzij | compte par la Cour, à moins qu'elle n'apparaisse comme manifestement |
zij kennelijk onjuist blijkt te zijn. | erronée. |
B.4. Artikel 28 van de voorafgaande titel van het Wetboek van | B.4. L'article 28 du titre préliminaire du Code de procédure pénale |
strafvordering bepaalt dat de artikelen die eraan voorafgaan, van | prévoit que les articles qui le précèdent sont applicables dans toutes |
toepassing zijn in alle door bijzondere wetten geregelde zaken. | les matières prévues par les lois particulières. |
Op grond van artikel 62 van de wet van 8 april 1965 betreffende de | Sur la base de l'article 62 de la loi du 8 avril 1965 relative à la |
protection de la jeunesse, à la prise en charge des mineurs ayant | |
jeugdbescherming, het ten laste nemen van minderjarigen die een als | commis un fait qualifié infraction et à la réparation du dommage causé |
misdrijf omschreven feit hebben gepleegd en het herstel van de door | par ce fait, les dispositions légales concernant les poursuites en |
dit feit veroorzaakte schade, gelden, behoudens afwijking, voor de in | matière correctionnelle s'appliquent, sauf dérogation, aux procédures |
titel II, hoofdstuk III, van die wet bedoelde procedures - namelijk de | visées au titre II, chapitre III, de cette loi - à savoir les mesures |
maatregelen ter bescherming van de minderjarigen -, de wetsbepalingen | de protection des mineurs -, sauf si cette application devait aller à |
betreffende de vervolgingen in correctionele zaken, behoudens wanneer | l'encontre des principes généraux qui régissent le droit de la |
die toepassing zou indruisen tegen de algemene beginselen die het | protection de la jeunesse. |
jeugdbeschermingsrecht beheersen. | |
B.5. Uit de voormelde bepalingen vloeit voort dat de prejudiciële | B.5. Il résulte des dispositions précitées que la question |
vraag op een kennelijk onjuiste interpretatie van de in het geding | préjudicielle se fonde sur une interprétation manifestement erronée de |
zijnde bepaling is gebaseerd. Artikel 26 van de voorafgaande titel is | la disposition en cause. En effet, l'article 26 du titre préliminaire |
immers ook van toepassing op de als misdrijf omschreven daden die door | est également applicable aux actes qualifiés d'infractions commis par |
minderjarigen zijn gepleegd, zodat het in het eerste deel van de vraag | des mineurs d'âge, de sorte que la différence de traitement entre les |
aangeklaagde verschil in behandeling tussen de slachtoffers | victimes dénoncée dans la première partie de la question est |
onbestaande is. | inexistante. |
B.6. Het eerste deel van de prejudiciële vraag behoeft dan ook geen | B.6. La première partie de la question préjudicielle n'appelle dès |
antwoord. | lors pas de réponse. |
B.7. De verwijzende rechter verzoekt het Hof eveneens, indien het | B.7. Le juge a quo demande encore à la Cour, s'il est répondu par |
eerste deel van de prejudiciële vraag bevestigend wordt beantwoord, te | l'affirmative à la première partie de la question préjudicielle, |
onderzoeken of er een andere interpretatie van artikel 26 van de | d'examiner s'il existe une autre interprétation de l'article 26 du |
voorafgaande titel van het Wetboek van strafvordering bestaat die het | titre préliminaire du Code de procédure pénale qui le rendrait |
bestaanbaar zou maken met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. | compatible avec les articles 10 et 11 de la Constitution. |
B.8. Rekening houdend met hetgeen in B.5 is vermeld, behoeft het | B.8. Compte tenu de ce qui est dit en B.5, la seconde partie de la |
tweede deel van de prejudiciële vraag geen antwoord. | question préjudicielle n'appelle pas de réponse. |
Om die redenen, | Par ces motifs, |
het Hof | la Cour |
zegt voor recht : | dit pour droit : |
De prejudiciële vraag behoeft geen antwoord. | La question préjudicielle n'appelle pas de réponse. |
Aldus gewezen in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig artikel | Ainsi rendu en langue française et en langue néerlandaise, |
65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
op 28 mei 2015. | la Cour constitutionnelle, le 28 mai 2015. |
De griffier, | Le greffier, |
P.-Y. Dutilleux | P.-Y. Dutilleux |
De voorzitter, | Le président, |
J. Spreutels | J. Spreutels |