← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 124/2012 van 18 oktober 2012 Rolnummer 5346 In zake : de
prejudiciële vraag betreffende de artikelen 50, tweede lid, 1034 en 1419 van het Gerechtelijk Wetboek,
gesteld door de beslagrechter te Gent. Het Grondwett samengesteld uit de
voorzitters M. Bossuyt en R. Henneuse, en de rechters E. De Groot, L. Lavrysen,(...)"
Uittreksel uit arrest nr. 124/2012 van 18 oktober 2012 Rolnummer 5346 In zake : de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 50, tweede lid, 1034 en 1419 van het Gerechtelijk Wetboek, gesteld door de beslagrechter te Gent. Het Grondwett samengesteld uit de voorzitters M. Bossuyt en R. Henneuse, en de rechters E. De Groot, L. Lavrysen,(...) | Extrait de l'arrêt n° 124/2012 du 18 octobre 2012 Numéro du rôle : 5346 En cause : la question préjudicielle relative aux articles 50, alinéa 2, 1034 et 1419 du Code judiciaire, posée par le juge des saisies de Gand. La Cour constitutionn composée des présidents M. Bossuyt et R. Henneuse, et des juges E. De Groot, L. Lavrysen, J.-P. Moe(...) |
---|---|
GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
Uittreksel uit arrest nr. 124/2012 van 18 oktober 2012 | Extrait de l'arrêt n° 124/2012 du 18 octobre 2012 |
Rolnummer 5346 | Numéro du rôle : 5346 |
In zake : de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 50, tweede | En cause : la question préjudicielle relative aux articles 50, alinéa |
lid, 1034 en 1419 van het Gerechtelijk Wetboek, gesteld door de | 2, 1034 et 1419 du Code judiciaire, posée par le juge des saisies de |
beslagrechter te Gent. | Gand. |
Het Grondwettelijk Hof, | La Cour constitutionnelle, |
samengesteld uit de voorzitters M. Bossuyt en R. Henneuse, en de | composée des présidents M. Bossuyt et R. Henneuse, et des juges E. De |
rechters E. De Groot, L. Lavrysen, J.-P. Moerman, P. Nihoul en F. | Groot, L. Lavrysen, J.-P. Moerman, P. Nihoul et F. Daoût, assistée du |
Daoût, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter M. Bossuyt, | greffier F. Meersschaut, présidée par le président M. Bossuyt, |
wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging | I. Objet de la question préjudicielle et procédure |
Bij vonnis van 28 februari 2012 in zake Horacio Muniz en Carmen | Par jugement du 28 février 2012 en cause de Horacio Muniz et Carmen |
Martinez Varela, tegen de bvba « Strak Gent », waarvan de expeditie | Martinez Varela, contre la SPRL « Strak Gent », dont l'expédition est |
ter griffie van het Hof is ingekomen op 8 maart 2012, heeft de | parvenue au greffe de la Cour le 8 mars 2012, le juge des saisies de |
beslagrechter te Gent de volgende prejudiciële vraag gesteld : | Gand a posé la question préjudicielle suivante : |
« Schenden de artikelen 50, tweede lid, 1034 en 1419 van het | « Les articles 50, alinéa 2, 1034 et 1419 du Code judiciaire |
Gerechtelijk Wetboek de artikelen 10 en 11 van de Grondwet doordat de | violent-ils les articles 10 et 11 de la Constitution en ce que le |
termijn voor het instellen van het (derden-)verzet tegen de | |
beschikking van de beslagrechter op eenzijdig verzoekschrift waarbij | délai pour former (tierce) opposition contre l'ordonnance du juge des |
aan de verzoeker de toelating tot bewarend beslag wordt verleend, | saisies sur requête unilatérale autorisant le requérant à pratiquer |
zoals bepaald in de artikelen 1034 en 1419 van het Gerechtelijk | une saisie conservatoire, comme prévu aux articles 1034 et 1419 du |
Wetboek, niet wordt verlengd in het in artikel 50, tweede lid, van het | Code judiciaire, n'est pas prorogé dans le cas visé à l'article 50, |
Gerechtelijk Wetboek bedoelde geval terwijl artikel 50, tweede lid, | alinéa 2, du Code judiciaire, alors que l'article 50, alinéa 2, du |
van het Gerechtelijk Wetboek wel voorziet in een verlenging van de | Code judiciaire prévoit une prorogation du délai pour la partie qui |
termijn voor de partij die de gewone rechtsmiddelen van verzet of | intente les voies de recours ordinaires de l'opposition ou de l'appel |
hoger beroep instelt ? ». | ? ». |
(...) | (...) |
III. In rechte | III. En droit |
(...) | (...) |
B.1. Artikel 50 van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt : | B.1. L'article 50 du Code judiciaire dispose : |
« De termijnen, op straffe van verval gesteld, mogen niet worden | « Les délais établis à peine de déchéance ne peuvent être abrégés, ni |
verkort of verlengd, zelfs met instemming van partijen, tenzij dat | prorogés, même de l'accord des parties, à moins que cette déchéance |
verval gedekt is onder de omstandigheden bij de wet bepaald. | n'ait été couverte dans les conditions prévues par la loi. |
Indien de termijn van hoger beroep of verzet voorzien in de artikelen | Néanmoins, si le délai d'appel ou d'opposition prévu aux articles 1048 |
1048, 1051 en 1253quater, c) en d) binnen de gerechtelijke vakantie | et 1051 et 1253quater, c) et d) prend cours et expire pendant les |
begint te lopen en ook verstrijkt, wordt hij verlengd tot de | vacances judiciaires, il est prorogé jusqu'au quinzième jour de |
vijftiende dag van het nieuw gerechtelijk jaar ». | l'année judiciaire nouvelle ». |
Artikel 1034 van hetzelfde Wetboek bepaalt : | L'article 1034 du même Code est libellé ainsi : |
« Artikel 1125 is mede van toepassing op het verzet dat krachtens | « L'article 1125 est applicable à l'opposition formée en vertu de |
artikel 1033 gedaan wordt. Dit verzet moet geschieden binnen een maand | l'article 1033. Celle-ci doit être formée dans le mois de la |
nadat de beslissing aan de eiser in verzet is betekend ». | signification de la décision qui aura été faite à l'opposant ». |
Artikel 1419 van hetzelfde Wetboek bepaalt : | L'article 1419 du même Code prévoit : |
« Tegen de beschikking waarbij toelating tot bewarend beslag wordt | « L'ordonnance accordant ou refusant l'autorisation de pratiquer une |
verleend of geweigerd, en tegen de beschikking waarbij de intrekking | saisie conservatoire et l'ordonnance accordant ou refusant la |
van die toelating wordt verleend of geweigerd, staat voorziening open, | rétractation de cette autorisation sont soumises aux recours prévus |
zoals bepaald in de artikelen 1031 tot 1034 van dit wetboek. | aux articles 1031 à 1034 du présent code. |
De beslagene kan in geval van veranderde omstandigheden de wijziging | Le saisi peut, en cas de changement de circonstances, requérir la |
of de intrekking van de beschikking vragen door dagvaarding hiertoe | modification ou la rétractation de l'ordonnance en citant à cette fin |
van alle partijen voor de beslagrechter. | toutes les parties devant le juge des saisies. |
De beschikking tot intrekking geldt als opheffing ». | L'ordonnance de rétractation vaut mainlevée ». |
B.2. Het Hof wordt gevraagd of de artikelen 50, tweede lid, 1034 en | B.2. Il est demandé à la Cour si les articles 50, alinéa 2, 1034 et |
1419 van het Gerechtelijk Wetboek bestaanbaar zijn met de artikelen 10 | 1419 du Code judiciaire violent les articles 10 et 11 de la |
en 11 van de Grondwet, doordat de termijn voor het instellen van | Constitution en ce que le délai pour former tierce opposition contre |
derdenverzet tegen een op eenzijdig verzoekschrift genomen beschikking | l'ordonnance du juge des saisies sur requête unilatérale autorisant le |
van de beslagrechter waarbij aan de verzoekende partij de toelating | requérant à pratiquer une saisie conservatoire, comme prévu aux |
tot het leggen van bewarend beslag wordt verleend, zoals bepaald in de | |
artikelen 1034 en 1419 van hetzelfde Wetboek, niet wordt verlengd in | articles 1034 et 1419 du Code judiciaire, n'est pas prorogé dans le |
cas visé à l'article 50, alinéa 2, du Code judiciaire, alors que | |
het in artikel 50, tweede lid, van hetzelfde Wetboek bedoelde geval, | l'article 50, alinéa 2, du Code judiciaire prévoit une prorogation du |
terwijl dat wel gebeurt met de termijn die geldt voor het instellen | délai pour la partie qui intente les voies de recours ordinaires de |
van de gewone rechtsmiddelen van verzet en hoger beroep. | l'opposition ou de l'appel. |
B.3.1. Krachtens artikel 1413 van het Gerechtelijk Wetboek kan iedere | B.3.1. En vertu de l'article 1413 du Code judiciaire, tout créancier |
schuldeiser in spoedeisende gevallen aan de rechter toelating vragen | peut, dans les cas qui requièrent célérité, demander au juge |
om op de voor beslag vatbare goederen van zijn schuldenaar bewarend | l'autorisation de saisir conservatoirement les biens saisissables qui |
beslag te leggen. Die toelating dient te worden gevraagd bij een | |
eenzijdig verzoekschrift dat aan de rechter wordt gericht (artikel | appartiennent à son débiteur. Cette autorisation doit être demandée |
1417 van hetzelfde Wetboek), waarover die laatste dient te beschikken | par requête unilatérale adressée au juge (article 1417 du même Code), |
sur laquelle ce dernier doit statuer au plus tard dans les huit jours | |
uiterlijk binnen acht dagen na de neerlegging ervan (artikel 1418 van | de son dépôt (article 1418 du même Code). Le juge ne peut accorder |
hetzelfde Wetboek). De rechter kan de toelating slechts verlenen | l'autorisation que lorsque la créance du créancier est certaine, |
wanneer de schuldvordering van de schuldeiser zeker, opeisbaar en | exigible et liquide ou susceptible d'une estimation provisoire |
vaststaand of vatbaar voor een voorlopige raming is (artikel 1415 van | (article 1415 du même Code). |
hetzelfde Wetboek). B.3.2. Tegen de beschikking waarbij toelating tot het leggen van | B.3.2. L'ordonnance accordant ou refusant l'autorisation de pratiquer |
bewarend beslag wordt verleend of geweigerd, staat voorziening open | une saisie conservatoire est soumise aux recours prévus aux articles |
zoals bepaald in de artikelen 1031 tot 1034 van het Gerechtelijk | 1031 à 1034 du Code judiciaire (article 1419, alinéa 1er, du même |
Wetboek (artikel 1419, eerste lid, van hetzelfde Wetboek). De | |
artikelen 1031 tot 1034 van het Gerechtelijk Wetboek hebben betrekking | Code). Les articles 1031 à 1034 du Code judiciaire concernent les |
op de rechtsmiddelen die kunnen worden aangewend tegen een beschikking | voies de recours qui peuvent être intentées contre une ordonnance du |
van de rechter waarbij uitspraak wordt gedaan over een vordering op | juge statuant sur une action introduite par requête unilatérale. En |
eenzijdig verzoekschrift. Krachtens artikel 1033 kan al wie niet in | vertu de l'article 1033, toute personne qui n'est pas intervenue à la |
dezelfde hoedanigheid in de zaak is tussengekomen, « verzet » doen | cause, en la même qualité, peut former « opposition » à la décision |
tegen de beslissing die zijn rechten benadeelt. Dat « verzet » is in | qui préjudicie à ses droits. Cette « opposition » constitue en réalité |
werkelijkheid een « derdenverzet ». Krachtens artikel 1034 is artikel | |
1125 mede van toepassing op dit « verzet » en moet dit geschieden | une « tierce opposition ». En vertu de l'article 1034, l'article 1125 |
binnen een maand nadat de beslissing aan de eiser in « verzet » is | s'applique également à cette « opposition » et celle-ci doit être |
formée dans le mois de la signification de la décision qui aura été | |
betekend. Krachtens artikel 1125 van het Gerechtelijk Wetboek wordt | faite à l'opposant. En vertu de l'article 1125 du Code judiciaire, la |
derdenverzet, met dagvaarding aan alle partijen, gebracht voor de | tierce opposition est portée par citation, donnée à toutes les |
rechter die de bestreden beslissing heeft gewezen of kan het | parties, devant le juge qui a rendu la décision attaquée ou elle peut |
incidenteel bij schriftelijke conclusie worden gebracht voor de | être formée à titre incident, par conclusions écrites, devant le juge |
rechter bij wie het geschil aanhangig is, indien deze de gelijke of de | saisi de la contestation, s'il est égal ou supérieur à celui qui a |
meerdere is van de rechter die de bestreden beslissing heeft gewezen, | rendu la décision attaquée, pour autant que toutes les parties en |
voor zover alle partijen tussen wie deze beslissing is gevallen, in | présence lors de celle-ci soient en cause. |
het geding zijn. | |
In geval van veranderde omstandigheden kan de beslagene bovendien de | En cas de changement de circonstances, le saisi peut requérir la |
wijziging of de intrekking van de beschikking vragen door dagvaarding | modification ou la rétractation de l'ordonnance en citant à cette fin |
hiertoe van alle partijen voor de beslagrechter (artikel 1419, tweede | toutes les parties devant le juge des saisies (article 1419, alinéa 2, |
lid, van hetzelfde Wetboek), zonder daarbij gebonden te zijn door een | du même Code), sans être lié à cet égard par un délai (Doc. parl., |
termijn (Parl. St., Kamer, B.Z. 1977, nr. 14/2, p. 2). | Chambre, S.E., 1977, n° 14/2, p. 2). |
B.4. Artikel 50, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt dat | B.4. L'article 50, alinéa 2, du Code judiciaire dispose que le délai |
de termijn van hoger beroep of verzet waarin is voorzien in de | |
artikelen 1048, 1051 en 1253quater, c) en d), wordt verlengd tot de | d'appel ou d'opposition prévu aux articles 1048, 1051 et 1253quater, |
vijftiende dag van het nieuwe gerechtelijke jaar indien hij binnen de | c) et d), est prorogé jusqu'au quinzième jour de l'année judiciaire |
nouvelle s'il prend cours et expire pendant les vacances judiciaires. | |
gerechtelijke vakantie begint te lopen en ook verstrijkt. | Etant donné que cette disposition ne mentionne pas le délai prévu à |
Vermits die bepaling de in artikel 1034 van het Gerechtelijk Wetboek voorgeschreven termijn niet vermeldt, geldt de bedoelde termijnverlenging niet voor de termijn waarbinnen het derdenverzet tegen een beschikking van de beslagrechter waarbij toelating tot het leggen van bewarend beslag wordt verleend, moet worden ingediend. B.5. In tegenstelling tot wat de Ministerraad beweert, bevinden de personen die derdenverzet aantekenen tegen een beschikking van de beslagrechter waarbij toelating wordt verleend tot het leggen van bewarend beslag, enerzijds, en de personen die hoger beroep of verzet instellen tegen een beslissing die in een andere procedure is gewezen, anderzijds, zich in situaties die voldoende vergelijkbaar zijn, wat het begin- en eindpunt van de termijnen voor het aanwenden van de rechtsmiddelen betreft. B.6. Het verschil in behandeling tussen bepaalde categorieën van personen dat voortvloeit uit de toepassing van verschillende procedureregels in verschillende omstandigheden, houdt op zich geen discriminatie in. Van discriminatie zou slechts sprake zijn indien het verschil in behandeling dat voortvloeit uit de toepassing van die procedureregels, een onevenredige beperking van de rechten van de daarbij betrokken personen met zich zou meebrengen. B.7. Met een bewarend beslag beoogt de schuldeiser zijn schuldenaar te beletten één of meer bestanddelen van zijn vermogen aan het onderpand van de schuldeisers te onttrekken, zonder dat de schuldenaar het eigendomsrecht over die bestanddelen verliest, en dit in afwachting van een uitspraak ten gronde over het geschil dat bestaat tussen de schuldeiser en de schuldenaar. De desbetreffende artikelen van het Gerechtelijk Wetboek regelen aldus een specifieke situatie, op grond waarvan specifieke procedureregels in beginsel zijn verantwoord. B.8.1. De parlementaire voorbereiding van het Gerechtelijk Wetboek van | l'article 1034 du Code judiciaire, la prorogation de délai visée ne s'applique pas au délai dans lequel la tierce opposition à une ordonnance du juge des saisies autorisant une saisie conservatoire doit être formée. B.5. Contrairement à ce que prétend le Conseil des ministres, les personnes qui forment tierce opposition contre une ordonnance du juge des saisies autorisant une saisie conservatoire, d'une part, et les personnes qui font appel ou forment opposition d'une décision rendue dans une autre procédure, d'autre part, se trouvent dans des situations suffisamment comparables en ce qui concerne les points de départ et d'expiration des délais fixés pour exercer les voies de recours. B.6. La différence de traitement entre certaines catégories de personnes qui découle de l'application de règles procédurales différentes dans des circonstances différentes n'est pas discriminatoire en soi. Il ne pourrait être question de discrimination que si la différence de traitement qui découle de l'application de ces règles de procédure entraînait une limitation disproportionnée des droits des personnes concernées. B.7. En recourant à une saisie conservatoire, le créancier a pour objectif d'empêcher son débiteur de soustraire au gage commun des créanciers un ou plusieurs éléments constitutifs de son patrimoine, sans que le débiteur perde le droit de propriété sur ces éléments constitutifs, et ce dans l'attente d'une décision quant au fond du litige qui existe entre le créancier et le débiteur. Les articles visés du Code judiciaire règlent ainsi une situation spécifique, en vertu de laquelle des règles procédurales spécifiques sont en principe justifiées. |
10 oktober 1967 vermeldt met betrekking tot het derdenverzet het | B.8.1. Les travaux préparatoires du Code judiciaire du 10 octobre 1967 |
volgende : | mentionnent, en ce qui concerne la tierce opposition, ce qui suit : |
« Ten slotte maakt de praktische inrichting van het derdenverzet, een | « Enfin, l'organisation pratique de la tierce opposition, procédure |
rechtspleging die eveneens toepasselijk is op de procedures op | pareillement applicable aux procédures sur requête, permet d'éviter |
verzoekschrift, het mogelijk het ongemak van een langdurige | l'inconvénient d'une longue incertitude. Le délai pour introduire le |
onzekerheid te vermijden. De termijn om het rechtsmiddel aan te wenden | recours est abrégé lorsque la décision est signifiée au tiers qui |
wordt ingekort wanneer de beslissing betekend wordt aan een derde die | pourrait être opposant. Ainsi, si une personne a lieu de craindre une |
verzet zou kunnen doen. Zo kan een persoon die reden heeft verzet te | |
vrezen van een derde die niet voor de rechter is opgeroepen, deze | tierce opposition de la part d'une autre personne, qui n'a pas été |
ertoe verplichten op korte termijn partij te kiezen door hem de | appelée devant le juge, elle peut la contraindre à prendre parti dans |
beslissing te betekenen (art. 1034) » (Parl. St., Senaat, 1963-1964, | un bref délai, en lui signifiant la décision (art. 1034) » (Doc. |
nr. 60, p. 239). | parl., Sénat, 1963-1964, n° 60, p. 239). |
B.8.2. Daaruit blijkt dat de wetgever bij het bepalen van de nadere | B.8.2. Il ressort de ceci que le législateur, lorsqu'il a fixé les |
regelgeving betreffende het derdenverzet heeft gestreefd naar een | règles relatives à la tierce opposition, a tenté d'établir un système |
systeem waarbij op relatief korte termijn rechtszekerheid kan worden | offrant à relativement court terme une sécurité juridique à la |
geboden aan de persoon die de procedure op eenzijdig verzoekschrift | personne qui a intenté la procédure sur requête unilatérale, en |
heeft ingeleid, te dezen de persoon die om de toelating tot het leggen | l'espèce la personne qui requiert l'autorisation de pratiquer une |
van bewarend beslag heeft verzocht. | saisie conservatoire. |
B.9. In de oorspronkelijke redactie ervan bepaalde artikel 50 van het | B.9. Dans sa rédaction initiale, l'article 50 du Code judiciaire |
Gerechtelijk Wetboek dat indien « de termijn van hoger beroep of | prévoyait que « si le délai d'appel ou d'opposition expire pendant les |
verzet [verstrijkt] gedurende de gerechtelijke vakantie of binnen acht | vacances judiciaires ou dans les huit jours qui suivent, il est |
dagen daarna, [hij] dan wordt [...] verlengd tot de vijftiende dag van | prorogé jusqu'au quinzième jour de l'année judiciaire ». Cette |
het gerechtelijk jaar ». Die bepaling was een nieuwigheid vermits de | disposition était une innovation, les dispositions législatives |
vorige wetsbepalingen niet in dergelijke verlenging voorzagen (Parl. | antérieures ne prévoyant pas une telle prorogation (Doc. parl., Sénat, |
St., Senaat, 1969-1970, nr. 11, p. 3). | 1969-1970, n° 11, p. 3). |
Die bepaling werd gewijzigd bij de wet van 24 juni 1970 (waaruit het | Ladite disposition fut modifiée par la loi du 24 juin 1970 (dont est |
in het geding zijnde artikel 50, tweede lid, is voortgekomen), | issu l'article 50, alinéa 2, en cause), compte tenu de ce qu'elle |
rekening houdend met het feit dat zij leidde tot « het invoeren van | |
een gerechtelijk verwijl van twee en een halve maand, waarbij alle | |
tenuitvoerleggingen worden vertraagd, terwijl de gerechtelijke | aboutissait « à organiser un moratoire judiciaire de deux mois et demi |
hervorming de vluggere afwikkeling van de zaken tot doel had » (ibid., | et à retarder ainsi toutes les exécutions, alors que la réforme |
pp. 2 en 3). Sommigen merkten in dat verband op dat « een vonnis | judiciaire tend à accélérer le cours des affaires » (ibid., pp. 2 et |
3). Certains firent observer à cet égard « qu'un arrêt signifié, par | |
betekend, bv. op 3 juni, slechts na 15 september in kracht van | exemple, le 3 juin, ne sera réputé coulé en force de chose jugée |
gewijsde kan worden geacht » (Parl. St., Senaat, 1969-1970, nr. 138, | qu'après le 15 septembre » (Doc. parl., Sénat, 1969-1970, n° 138, p. |
p. 2). | 2). |
Er werd beslist niet naar de vroegere situatie terug te keren, maar te | Il fut décidé, non pas de revenir à la situation antérieure, mais de |
voorzien in een verlenging die niet tot een dergelijke vertraging in | prévoir une prorogation n'aboutissant pas à de tels retards dans le |
de afwikkeling van de rechtsplegingen zou leiden (Parl. St., Kamer, | déroulement des procédures (Doc. parl., Chambre, 1969-1970, n° 582/3, |
1969-1970, nr. 582/3, p. 3). | p. 3). |
Met betrekking tot dringende zaken werd in de parlementaire | Concernant les affaires urgentes, il a en outre été observé dans les |
voorbereiding bovendien opgemerkt : | travaux préparatoires : |
« In sommige spoedeisende gevallen kan de verlenging van de termijnen | « Dans certains cas urgents, ces prorogations de délais pourront |
ernstige bezwaren opleveren, inzonderheid ter zake van de middelen tot | donner lieu à de très graves difficultés, notamment en matière de |
tenuitvoerlegging en de bewarende maatregelen » (Parl. St., Senaat, | voies d'exécution et de mesures conservatoires » (Doc. parl., Sénat, |
1969-1970, nr. 11, p. 3). | 1969-1970, n° 11, p. 3). |
B.10. De wetgever heeft aldus de bekommernis om de rechtzoekende in | B.10. Le législateur a ainsi entendu concilier, d'une part, le souci |
staat te stellen zich te verdedigen, en daarbij te vermijden dat een | de permettre au justiciable de se défendre, en évitant qu'une |
betekening tijdens de gerechtelijke vakantie hem zou overvallen omdat | signification faite au cours des vacances judiciaires ne prenne le |
zij onvoldoende bekend zou zijn, enerzijds, (Parl. St., Senaat, | justiciable au dépourvu en raison d'un caractère de notoriété |
1969-1970, nr. 138, p. 2), willen verenigen met de bekommernis om de | insuffisant (Doc. parl., Sénat, 1969-1970, n° 138, p. 2), et, d'autre |
gerechtelijke procedures, en meer in het bijzonder de procedures die | part, le souci de ne pas retarder les procédures judiciaires, et plus |
spoedeisend zijn, niet te vertragen, anderzijds. | particulièrement les procédures qui sont urgentes. |
B.11. Rekening houdend met de door hem nagestreefde doelstelling om de | B.11. Compte tenu de l'objectif qu'il poursuivait, d'offrir à |
schuldeiser op relatief korte termijn rechtszekerheid te bieden, | relativement court terme une sécurité juridique aux créanciers, ainsi |
alsmede met het feit dat een rechterlijke toelating tot het leggen van | que du fait qu'une autorisation judiciaire de pratiquer une saisie |
bewarend beslag slechts in spoedeisende gevallen kan worden verleend, | conservatoire ne peut être accordée que dans des cas urgents, le |
vermocht de wetgever van oordeel te zijn dat een vertraging van de | législateur pouvait estimer qu'il fallait éviter de retarder la |
rechtspleging in geval van derdenverzet tegen een beschikking van de beslagrechter dient te worden voorkomen. De aldus gemaakte keuze is niet zonder redelijke verantwoording. B.12. Het verzoekschrift betreffende de toelating tot het leggen van bewarend beslag wordt bovendien doorgaans voorafgegaan door andere van de schuldeiser uitgaande handelingen, zoals aanmaningen en ingebrekestellingen, die de schuldenaar in de gelegenheid plaatsen om de nodige voorzorgsmaatregelen te nemen voor het geval dat de schuldeiser zou overgaan tot het leggen van een bewarend beslag en de rechterlijke beschikking tot toelating tijdens de gerechtelijke vakantie zou worden betekend. B.13. Gelet op de voormelde door de wetgever nagestreefde doelstellingen en op de bijzondere aard van de rechtspleging betreffende het bewarend beslag, en rekening houdend met het algemene rechtsbeginsel dat de strengheid van de wet in geval van overmacht of van onoverwinnelijke dwaling kan worden gemilderd, beginsel waarvan de in het geding zijnde bepalingen niet zijn afgeweken, doen die bepalingen niet op onevenredige wijze afbreuk aan de rechten van de schuldenaar. B.14. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. | procédure en cas de tierce opposition contre une ordonnance du juge des saisies. Le choix ainsi opéré n'est pas sans justification raisonnable. B.12. La requête relative à l'autorisation de pratiquer une saisie conservatoire est en outre souvent précédée par d'autres actes émanant du créancier, tels que des commandements et des mises en demeure, qui offrent au débiteur l'occasion de prendre les mesures préventives nécessaires pour le cas où le créancier procèderait à une saisie conservatoire et où l'ordonnance judiciaire d'autorisation serait signifiée pendant les vacances judiciaires. B.13. Eu égard aux objectifs précités poursuivis par le législateur et à la nature particulière de la procédure relative à la saisie conservatoire, et compte tenu du principe général de droit selon lequel la rigueur de la loi peut être tempérée en cas de force majeure ou d'erreur invincible, principe auquel les dispositions en cause n'ont pas dérogé, ces dispositions ne portent pas atteinte de manière disproportionnée aux droits du débiteur. B.14. La question préjudicielle appelle une réponse négative. |
Om die redenen, | Par ces motifs, |
het Hof | la Cour |
zegt voor recht : | dit pour droit : |
De artikelen 50, tweede lid, 1034 en 1419 van het Gerechtelijk Wetboek | Les articles 50, alinéa 2, 1034 et 1419 du Code judiciaire ne violent |
schenden de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet. | pas les articles 10 et 11 de la Constitution. |
Aldus uitgesproken in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig | Ainsi prononcé en langue néerlandaise et en langue française, |
artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
Grondwettelijk Hof, op de openbare terechtzitting van 18 oktober 2012. | la Cour constitutionnelle, à l'audience publique du 18 octobre 2012. |
De griffier, | Le greffier, |
F. Meersschaut | F. Meersschaut |
De voorzitter, | Le président, |
M. Bossuyt | M. Bossuyt |