Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Arrest van --
← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 129/2003 van 1 oktober 2003 Rolnummer 2731 In zake : de prejudiciële vraag over artikel 57, § 2, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, gesteld door Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts, en de rechters R. Henn(...)"
Uittreksel uit arrest nr. 129/2003 van 1 oktober 2003 Rolnummer 2731 In zake : de prejudiciële vraag over artikel 57, § 2, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, gesteld door Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts, en de rechters R. Henn(...) Extrait de l'arrêt n° 129/2003 du 1er octobre 2003 Numéro du rôle : 2731 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 57, § 2, de la loi du 8 juillet 1976 organique des centres publics d'aide sociale, posée par le Tribuna La Cour d'arbitrage, composée des présidents M. Melchior et A. Arts, et des juges R. Henneuse, E(...)
ARBITRAGEHOF COUR D'ARBITRAGE
Uittreksel uit arrest nr. 129/2003 van 1 oktober 2003 Extrait de l'arrêt n° 129/2003 du 1er octobre 2003
Rolnummer 2731 Numéro du rôle : 2731
In zake : de prejudiciële vraag over artikel 57, § 2, van de organieke En cause : la question préjudicielle relative à l'article 57, § 2, de
wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor la loi du 8 juillet 1976 organique des centres publics d'aide sociale,
maatschappelijk welzijn, gesteld door de Arbeidsrechtbank te Brussel. posée par le Tribunal du travail de Bruxelles.
Het Arbitragehof, La Cour d'arbitrage,
samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts, en de rechters composée des présidents M. Melchior et A. Arts, et des juges R.
R. Henneuse, E. De Groot, L. Lavrysen, J.-P. Snappe en E. Derycke, Henneuse, E. De Groot, L. Lavrysen, J.-P. Snappe et E. Derycke,
bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van assistée du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président M.
voorzitter M. Melchior, Melchior,
wijst na beraad het volgende arrest : après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant :
I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging I. Objet de la question préjudicielle et procédure
Bij vonnis van 17 juni 2003 in zake A. Stefan tegen het openbaar Par jugement du 17 juin 2003 en cause de A. Stefan contre le centre
centrum voor maatschappelijk welzijn van Sint-Jans-Molenbeek, en in public d'aide sociale de Molenbeek-Saint-Jean, et en présence de
aanwezigheid van de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour
van het Arbitragehof is ingekomen op 26 juni 2003, heeft de d'arbitrage le 26 juin 2003, le Tribunal du travail de Bruxelles a
Arbeidsrechtbank te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : posé la question préjudicielle suivante :
« Met toevoeging van een aanvulling op de vraag die door deze « Ajoutant un complément à la question posée par ce Tribunal dans le
Rechtbank is gesteld in het vonnis van de 15e kamer van de jugement de la 15e Chambre du Tribunal du Travail de Bruxelles du 10
Arbeidsrechtbank te Brussel van 10 oktober 2002 (vraag die letterlijk octobre 2002 (question reprise textuellement dans le Moniteur belge du
is weergegeven in het Belgisch Staatsblad van 28 december 2002, p. 28 décembre 2002, p. 58630) formulée ainsi :
58630) : ' - Dient geen rekening te worden gehouden met het eventuele ' - n'y a t-il pas lieu de tenir compte de l'effet de Stand Still
standstill -effect dat zou kunnen worden toegekend aan de bepalingen éventuel que [lire : qui] pourrait être reconnu aux dispositions de la
van het Verdrag van New York inzake de rechten van het kind, vanwege Convention de New-York relative aux droits des enfants, en raison du
het feit dat dit Verdrag in werking is getreden op 15 januari 1992, fait que celle-ci est entrée en vigueur le 15 janvier 1992, soit avant
zijnde vóór de aanneming van artikel 57, § 2, dat in de wet van 8 juli l'adoption de l'article 57, § 2, inséré dans la loi du 8 juillet 1976
1976 werd ingevoegd bij artikel 151 van de wet van 30 december 1992 ? par l'article 151 de la loi du 30 décembre 1992.
- Is de Belgische Staat niet op zijn minst gehouden aan de - L'Etat belge n'est-il pas tenu au minimum à l'obligation de ne pas
verplichting geen maatregelen te nemen die zouden ingaan tegen de prendre de mesures qui iraient à l'encontre des objectifs fixés par la
doelstellingen die bij het Verdrag zijn vastgelegd ? ' » Convention. ' »
(...) (...)
III. In rechte III. En droit
(...) (...)
B.1. In hun conclusies opgesteld met toepassing van artikel 72 van de B.1. Dans leurs conclusions établies en application de l'article 72 de
bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, hebben de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, les
rechters-verslaggevers geoordeeld dat zij ertoe zouden kunnen worden juges-rapporteurs ont estimé qu'ils pourraient être amenés à proposer
gebracht het Hof voor te stellen op de bovenvermelde prejudiciële à la Cour de répondre par un arrêt de réponse immédiate à la question
vraag te antwoorden met een arrest van onmiddellijk antwoord. préjudicielle exposée ci-dessus.
Zoals de verwijzende rechter uitdrukkelijk opmerkt, is die En effet, comme le relève de façon expresse le juge a quo, cette
prejudiciële vraag immers een aanvulling op een vraag die reeds op 10 question préjudicielle complète une question déjà posée, en date du 10
oktober 2002 aan het Hof werd gesteld door dezelfde kamer van dezelfde octobre 2002, à la Cour par la même chambre du même Tribunal, inscrite
Rechtbank en die werd ingeschreven onder het nr. 2548 van de rol van sous le no 2548 du rôle de la Cour. A cette affaire a été jointe la
het Hof. Bij die zaak is de prejudiciële vraag gevoegd die is
ingeschreven onder het nr. 2549 van dezelfde rol en waarvan de question préjudicielle inscrite sous le no 2549 du même rôle, question
bewoordingen, de auteur en de datum identiek zijn. préjudicielle ayant la même teneur, le même auteur et la même date que la première.
Die twee prejudiciële vragen luidden als volgt : Ces deux questions préjudicielles étaient libellées comme suit :
« Schendt artikel 57, § 2, van de organieke wet van 8 juli 1976 « L'article 57, § 2, de la loi du 8 juillet 1976 organique des centres
betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn de
artikelen 10 en 11 van de Grondwet, afzonderlijk of in samenhang publics d'aide sociale viole-t-il les articles 10 et 11 de la
gelezen met : Constitution, lus isolément ou conjointement avec :
- de artikelen 23 en 191 van de Grondwet - les articles 23 et 191 de la Constitution
- de artikelen 2, 3, 24, 26 en 27 van het Verdrag inzake de rechten - les articles 2, 3, 24, 26 et 27 de la Convention relative aux droits
van het kind, gesloten te New York op 20 november 1989, afzonderlijk de l'enfant adoptée à New York le 20 novembre 1989, lus isolément ou
of in samenhang gelezen met artikel 4 van datzelfde Verdrag en combinaison avec l'article 4 de la même Convention
- artikel 11.1 van het Internationaal Verdrag inzake economische, - l'article 11.1 du Pacte international relatif aux droits
sociale en culturele rechten, opgemaakt te New York op 19 december économiques, sociaux et culturels fait à New York le 19 décembre 1966,
1966, afzonderlijk of in samenhang gelezen met artikel 2.1 van lu isolément ou en combinaison avec l'article 2.1 du même Pacte
datzelfde Verdrag - artikel 3 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten - l'article 3 de la Convention européenne de sauvegarde des droits de
van de mens en de fundamentele vrijheden, ondertekend te Rome op 4 l'homme et des libertés fondamentales signée à Rome le 4 novembre
november 1950, 1950,
in zoverre het het recht op maatschappelijke dienstverlening beperkt tot de dringende medische hulp voor minderjarige buitenlanders die illegaal op het grondgebied van het Rijk verblijven, en het zodoende : 1o enerzijds, de minderjarige buitenlanders die illegaal op het grondgebied verblijven en, anderzijds, de minderjarige Belgen, alsook de minderjarige buitenlanders die legaal op het grondgebied verblijven, op verschillende wijze behandelt, waarbij het doel van dat verschil in behandeling erin bestaat de buitenlanders die illegaal op het grondgebied verblijven, ertoe aan te zetten vrijwillig dat grondgebied te verlaten, wat minderjarigen in principe onmogelijk kunnen doen, gelet op hun jonge leeftijd; 2o personen die zich in verschillende situaties bevinden, namelijk, enerzijds, meerderjarige buitenlanders die in principe het grondgebied van het Rijk vrijwillig kunnen verlaten en, anderzijds, minderjarige buitenlanders die dat in principe onmogelijk kunnen doen, gelet op hun en ce qu'il limite le droit à l'aide sociale à l'aide médicale urgente à l'égard d'étrangers mineurs séjournant illégalement sur le territoire du Royaume, et que ce faisant : 1o il traite différemment d'une part les étrangers mineurs séjournant illégalement sur le territoire, et d'autre part les Belges mineurs ainsi que les étrangers mineurs séjournant légalement sur le territoire, l'objectif poursuivi par cette différence de traitement étant d'inciter les étrangers séjournant illégalement sur le territoire à quitter volontairement celui-ci, ce que des mineurs se trouvent en principe dans l'impossibilité de faire en raison de leur jeune âge; 2o il traite de la même manière des personnes qui se trouvent dans des situations différentes, à savoir d'une part, des étrangers majeurs qui peuvent en principe quitter volontairement le territoire du Royaume et, d'autre part, des étrangers mineurs qui se trouvent en principe
jonge leeftijd, op gelijke wijze behandelt ? » dans l'impossibilité de le faire en raison de leur jeune âge ? »
B.2. In zijn arrest nr. 106/2003 van 22 juli 2003, waarbij op die twee B.2. Dans son arrêt no 106/2003 du 22 juillet 2003, par lequel elle a
vragen is geantwoord, heeft het Hof voor recht gezegd : répondu à ces deux questions, la Cour a dit pour droit :
« Artikel 57, § 2, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de « L'article 57, § 2, de la loi du 8 juillet 1976 organique des centres
openbare centra voor maatschappelijk welzijn schendt de artikelen 10 publics d'aide sociale viole les articles 10 et 11 de la Constitution,
en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met de artikelen 2, 3,
24.1, 26 en 27 van het Verdrag inzake de rechten van het kind, in combinés avec les articles 2, 3, 24.1, 26 et 27 de la Convention
zoverre het, ten aanzien van minderjarigen wier ouders illegaal op het relative aux droits de l'enfant, en ce que, à l'égard de mineurs dont
grondgebied van het Rijk verblijven, zelfs de maatschappelijke les parents séjournent illégalement sur le territoire du Royaume, il
dienstverlening die zou voldoen aan de in B.7.7 vermelde voorwaarden, exclut même l'aide sociale qui satisferait aux conditions exprimées en
uitsluit. » B.7.7. »
De overweging B.7.7 waarnaar in dat dictum wordt verwezen, luidt als Le considérant B.7.7 auquel se réfère ce dispositif est libellé comme
volgt : suit :
« Maatschappelijke dienstverlening moet kunnen worden toegekend onder de drievoudige voorwaarde dat de bevoegde overheden hebben vastgesteld dat de ouders hun onderhoudsplicht niet nakomen of niet in staat zijn die na te komen, dat vaststaat dat de aanvraag betrekking heeft op onontbeerlijke uitgaven voor de ontwikkeling van het kind ten voordele van wie die dienstverlening wordt aangevraagd en dat het centrum zich ervan vergewist dat de dienstverlening uitsluitend zal dienen om die uitgaven te dekken. Het staat dus aan het centrum - onder voorbehoud van een optreden van de wetgever die een andere gepaste regeling zou aannemen - een dergelijke dienstverlening toe te kennen, op voorwaarde evenwel dat die valt binnen de perken van de specifieke behoeften van het kind, dat zij wordt verleend in de vorm van een dienstverlening in natura of een tenlasteneming van uitgaven ten behoeve van derden die een dergelijke dienst verlenen, teneinde elk mogelijk misbruik in het voordeel van de ouders uit te sluiten en met dien verstande dat die dienstverlening niet belet dat de maatregel inzake de verwijdering van de ouders en hun kinderen wordt uitgevoerd. » B.3. Het Hof stelt vast dat de twee bijkomende vragen die te dezen door de verwijzende rechter zijn gesteld - in de veronderstelling dat zij bevestigend moeten worden beantwoord - niet kunnen leiden tot een ruimere ongrondwettigheidsverklaring dan die welke het Hof in zijn arrest nr. 106/2003 heeft uitgesproken. « Une aide sociale doit pouvoir être accordée à la triple condition que les autorités compétentes aient constaté que les parents n'assument pas ou ne sont pas en mesure d'assumer leur devoir d'entretien, qu'il soit établi que la demande concerne des dépenses indispensables au développement de l'enfant au bénéfice duquel elle est formulée et que le centre s'assure que l'aide sera exclusivement consacrée à couvrir ces dépenses. Il appartient donc au centre - sous réserve d'une intervention du législateur qui adopterait d'autres modalités appropriées - d'accorder une telle aide mais à la condition qu'elle le soit dans la limite des besoins propres à l'enfant, et sous la forme d'une aide en nature ou d'une prise en charge de dépenses au profit de tiers qui fournissent une telle aide afin d'exclure tout détournement éventuel au profit des parents, étant entendu que cette aide ne fait pas obstacle à ce que la mesure d'éloignement des parents et de leurs enfants soit exécutée. » B.3. La Cour constate que les deux questions complémentaires posées, en l'espèce, par le juge a quo - à supposer qu'elles doivent recevoir une réponse positive - ne sont pas de nature à conduire à une déclaration d'inconstitutionnalité plus large que celle prononcée par la Cour dans son arrêt no 106/2003.
Zij moeten bijgevolg hetzelfde antwoord krijgen als in het voormelde Il y a lieu en conséquence de leur donner la même réponse que celle
arrest van het Hof. donnée par la Cour dans son arrêt précité.
Om die redenen, Par ces motifs,
het Hof la Cour
zegt voor recht : dit pour droit :
Artikel 57, § 2, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de L'article 57, § 2, de la loi du 8 juillet 1976 organique des centres
openbare centra voor maatschappelijk welzijn schendt de artikelen 10 publics d'aide sociale viole les articles 10 et 11 de la Constitution,
en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met de artikelen 2, 3,
24.1, 26 en 27 van het Verdrag inzake de rechten van het kind, in combinés avec les articles 2, 3, 24.1, 26 et 27 de la Convention
zoverre het, ten aanzien van minderjarigen wier ouders illegaal op het relative aux droits de l'enfant, en ce que, à l'égard de mineurs dont
grondgebied van het Rijk verblijven, zelfs de maatschappelijke les parents séjournent illégalement sur le territoire du Royaume, il
dienstverlening die zou voldoen aan de in B.2, tweede alinea, vermelde exclut même l'aide sociale qui satisferait aux conditions exprimées au
voorwaarden, uitsluit. B.2, deuxième alinéa.
Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise,
artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur
Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 1 oktober 2003. la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 1er octobre 2003.
De griffier, Le greffier,
P.-Y. Dutilleux. P.-Y. Dutilleux.
De voorzitter, Le président,
M. Melchior. M. Melchior.
^