← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 105/2003 van 22 juli 2003 Rolnummers : 2420 tot 2428, 2435, 2436
tot 2439, 2441, 2442 en 2444 In zake : de prejudiciële vragen betreffende artikel 131 van
de programmawet van 30 december 2001 Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts,
en de rechters L. Fran(...)"
Uittreksel uit arrest nr. 105/2003 van 22 juli 2003 Rolnummers : 2420 tot 2428, 2435, 2436 tot 2439, 2441, 2442 en 2444 In zake : de prejudiciële vragen betreffende artikel 131 van de programmawet van 30 december 2001 Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts, en de rechters L. Fran(...) | Extrait de l'arrêt n° 105/2003 du 22 juillet 2003 Numéro du rôle : 2420 à 2428, 2435, 2436, à 2439, 2441, 2442 et 2444 En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 131 de la loi-programme du 30 décembre 2001 La Cour d'arbitrage, composée des présidents M. Melchior et A. Arts, et des juges L. François, (...) |
---|---|
ARBITRAGEHOF | COUR D'ARBITRAGE |
Uittreksel uit arrest nr. 105/2003 van 22 juli 2003 | Extrait de l'arrêt n° 105/2003 du 22 juillet 2003 |
Rolnummers : 2420 tot 2428, 2435, 2436 tot 2439, 2441, 2442 en 2444 | Numéro du rôle : 2420 à 2428, 2435, 2436, à 2439, 2441, 2442 et 2444 |
In zake : de prejudiciële vragen betreffende artikel 131 van de | En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 131 de |
programmawet van 30 december 2001 (bekrachtiging van deel XII van het | la loi-programme du 30 décembre 2001 (confirmation de la partie XII de |
koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie | l'arrêté royal du 30 mars 2001 portant la position juridique du |
van het personeel van de politiediensten), gesteld door de Raad van State. | personnel des services de police), posées par le Conseil d'Etat. |
Het Arbitragehof, | La Cour d'arbitrage, |
samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts, en de rechters | composée des présidents M. Melchior et A. Arts, et des juges L. |
L. François, R. Henneuse, L. Lavrysen, J.-P. Snappe en E. Derycke, | François, R. Henneuse, L. Lavrysen, J.-P. Snappe et E. Derycke, |
bijgestaan door de griffier L. Potoms, onder voorzitterschap van voorzitter M. Melchior, | assistée du greffier L. Potoms, présidée par le président M. Melchior, |
wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging | I. Objet des questions préjudicielles et procédure |
a. Bij negen arresten nrs. 105.389, 105.395, 105.392, 105.398, | a. Par neuf arrêts nos 105.389, 105.395, 105.392, 105.398, 105.390, |
105.390, 105.393, 105.394, 105.388 en 105.391 van 5 april 2002 in zake | 105.393, 105.394, 105.388 et 105.391 du 5 avril 2002 en cause |
respectievelijk J.-M. Rocks en A. Massin, S. Debras en anderen, F. De | respectivement de J.-M. Rocks et A. Massin, S. Debras et autres, F. De |
Corte, M. Wilen, L. Doyen, J.-P. Delval, S. Vanhaeren, S. Guisse, en | Corte, M. Wilen, L. Doyen, J.-P. Delval, S. Vanhaeren, S. Guisse, et |
F. Arce en anderen tegen de Belgische Staat, waarvan de expedities ter | F. Arce et autres contre l'Etat belge, dont les expéditions sont |
griffie van het Arbitragehof zijn ingekomen op 30 april 2002, heeft de | parvenues au greffe de la Cour d'arbitrage le 30 avril 2002, le |
Raad van State de volgende prejudiciële vraag gesteld : | Conseil d'Etat a posé la question préjudicielle suivante : |
« Houdt artikel 131 van de programmawet van 30 december 2001, waarbij | « L'article 131 de la loi-programme du 30 décembre 2001 décidant de la |
besloten wordt tot bekrachtiging van deel XII van het koninklijk | |
besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het | confirmation de la partie XII de l'arrêté royal du 30 mars 2001 |
personeel van de politiediensten, een schending in van de artikelen 10 | portant la position juridique du personnel des services de police, |
en 11 van de Grondwet, doordat die bepaling ertoe zou strekken en tot | viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution en ce qu'il aurait |
gevolg zou hebben dat verzoeker de mogelijkheid verliest om de | pour but et pour effet de priver le requérant de la possibilité de |
geldigheid van dat deel XII nog langer te betwisten voor de | continuer à contester la validité de cette partie XII devant les |
rechtscolleges, met inbegrip van de Raad van State, terwijl nog zowat | juridictions, en ce compris le Conseil d'Etat, et alors qu'une |
dertig beroepen tot nietigverklaring en/of vorderingen tot schorsing | trentaine de recours en annulation et/ou suspension sont toujours |
van die bepalingen van dat deel XII bij dat rechtscollege aanhangig | pendants contre les dispositions de cette partie XII devant cette |
zijn ? » | juridiction ? » |
b. Bij twee arresten nrs. 105.396 en 105.397 van 5 april 2002 in zake | b. Par deux arrêts nos 105.396 et 105.397 du 5 avril 2002 en cause |
respectievelijk T. Leroy en J. Warnimont en R. Coulée tegen de | respectivement de T. Leroy et J. Warnimont et de R. Coulée contre |
Belgische Staat, waarvan de expedities ter griffie van het | l'Etat belge, dont les expéditions sont parvenues au greffe de la Cour |
Arbitragehof zijn ingekomen op 7 mei 2002, heeft de Raad van State de | d'arbitrage le 7 mai 2002, le Conseil d'Etat a posé la question |
voormelde prejudiciële vraag gesteld. | préjudicielle susmentionnée. |
c. Bij arrest nr. 105.404 van 5 april 2002 in zake V. Hendrick tegen | c. Par arrêt no 105.404 du 5 avril 2002 en cause de V. Hendrick contre |
de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het | l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour |
Arbitragehof is ingekomen op 15 mei 2002, heeft de Raad van State de | d'arbitrage le 15 mai 2002, le Conseil d'Etat a posé la question |
voormelde prejudiciële vraag gesteld. | préjudicielle susmentionnée. |
d. Bij arrest nr. 105.513 van 16 april 2002 in zake P. Liégeois tegen | d. Par arrêt n° 105.513 du 16 avril 2002 en cause de P. Liégeois |
de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het | contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la |
Arbitragehof is ingekomen op 3 mei 2002, heeft de Raad van State de | Cour d'arbitrage le 3 mai 2002, le Conseil d'Etat a posé la question |
volgende prejudiciële vraag gesteld : | préjudicielle suivante : |
« Houdt artikel 131 van de programmawet van 30 december 2001 een | « L'article 131 de la loi-programme du 30 décembre 2001 viole-t-il les |
schending in van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, gelezen in | articles 10 et 11 de la Constitution lus en combinaison avec les |
samenhang met de artikelen 13 en 146 van de Grondwet, alsook met de | articles 13 et 146 du même texte, de même qu'avec les principes |
algemene principes van het eerlijk proces, de rechtszekerheid en het | |
gewettigde vertrouwen van de bestuurden in de overheid, doordat die | généraux du procès équitable, de la sécurité juridique et de la |
bepaling ertoe zou strekken en/of tot gevolg zou hebben dat aan de | légitime confiance que les administrés doivent pouvoir escompter des |
lopende jurisdictionele procedures een beslissende wending wordt | pouvoirs publics, en tant qu'il a pour but et/ou pour effet d'influer, |
gegeven ten gunste van de openbare macht en ten nadele van de | de façon décisive, sur des procédures juridictionnelles en cours au |
bestuurden ? » | profit de la puissance publique et au détriment des administrés ? » |
e. Bij arrest nr. 105.685 van 22 april 2002 in zake P. Hubeau tegen de | e. Par arrêt no 105.685 du 22 avril 2002 en cause de P. Hubeau contre |
Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof | l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour |
is ingekomen op 6 mei 2002, heeft de Raad van State de volgende | d'arbitrage le 6 mai 2002, le Conseil d'Etat a posé la question |
prejudiciële vraag gesteld : | préjudicielle suivante : |
« Schendt artikel 131 van de programmawet van 30 december 2001 de | « L'article 131 de la loi-programme du 30 décembre 2001 viole-t-il les |
artikelen 10 en 11 van de Grondwet, gelezen in samenhang met de | articles 10 et 11 de la Constitution, lus en combinaison avec les |
artikelen 144 en 145 van de Grondwet en met de artikelen 14, § 1, en | articles 144 et 145 de la Constitution et avec les articles 14, § 1er, |
17, § § 1 en 2, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, | et 17, § § 1er et 2, des lois coordonnées sur le Conseil d'Etat, en |
doordat hij aan bepaalde categorieën van politieambtenaren een | tant qu'il prive certaines catégories de fonctionnaires de police d'un |
essentieel jurisdictioneel beroep en dito rechtsbescherming ontneemt, | recours juridictionnel et d'une protection juridique essentiels, dès |
nu deze bepaling eraan in de weg staat dat de Raad van State nog | lors que cette disposition empêche le Conseil d'Etat de statuer sur la |
uitspraak doet over de vordering tot schorsing die verzoekende partij | demande de suspension que la partie requérante a introduite contre |
heeft ingesteld tegen het koninklijk besluit van 30 maart 2001 dat | l'arrêté royal du 30 mars 2001, qui est ainsi confirmé par cette |
aldus door deze bepaling wordt bekrachtigd ? » | disposition ? » |
f. Bij drie arresten nrs. 105.689, 105.688 en 105.686 van 22 april | f. Par trois arrêts nos 105.689, 105.688 et 105.686 du 22 avril 2002 |
2002 in zake respectievelijk J.-M. Beirnaert, C. Neyrinck en anderen, | en cause respectivement de J.-M. Beirnaert, C. Neyrinck et autres, et |
en J. Devolder tegen de Belgische Staat, waarvan de expedities ter | J. Devolder contre l'Etat belge, dont les expéditions sont parvenues |
griffie van het Arbitragehof zijn ingekomen op 6 mei 2002, heeft de | au greffe de la Cour d'arbitrage le 6 mai 2002, le Conseil d'Etat a |
Raad van State de volgende prejudiciële vraag gesteld : | posé la question préjudicielle suivante : |
« Schendt artikel 131 van de programmawet van 30 december 2001 de | « L'article 131 de la loi-programme du 30 décembre 2001 viole-t-il les |
artikelen 10 en 11 van de Grondwet doordat hij aan een bepaalde | articles 10 et 11 de la Constitution en tant qu'il prive une catégorie |
categorie van personen de jurisdictionele waarborg ontneemt die | déterminée de personnes d'une garantie juridictionnelle que l'article |
artikel 14 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State aan alle | 14 des lois coordonnées sur le Conseil d'Etat offre de manière la plus |
burgers op de meest algemene wijze verzekert ? » | générale à tous les citoyens ? » |
Die zaken, ingeschreven onder de nummers 2420, 2421, 2422, 2423, 2424, | Ces affaires, inscrites sous les numéros 2420, 2421, 2422, 2423, 2424, |
2425, 2426, 2427 en 2428 (a.), 2441 en 2442 (b.), 2444 (c.), 2435 | 2425, 2426, 2427 et 2428 (a.), 2441 et 2442 (b.), 2444 (c.), 2435 |
(d.), 2436 (e.) en 2437, 2438 en 2439 (f.) van de rol van het Hof, | (d.), 2436 (e.) et 2437, 2438 et 2439 (f.) du rôle de la Cour, ont été |
werden samengevoegd bij beschikkingen van 8 mei en 6 juni 2002. | jointes par ordonnances des 8 mai et 6 juin 2002. |
(...) | (...) |
III. In rechte | III. En droit |
(...) | (...) |
B.1. De prejudiciële vragen hebben betrekking op de bestaanbaarheid | B.1. Les questions préjudicielles portent sur la compatibilité de |
van artikel 131 van de programmawet van 30 december 2001, houdende | l'article 131 de la loi-programme du 30 décembre 2001, portant |
bekrachtiging van deel XII van het koninklijk besluit van 30 maart | confirmation de la partie XII de l'arrêté royal du 30 mars 2001 |
2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de | portant la position juridique du personnel des services de police, |
politiediensten, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan | avec les articles 10 et 11 de la Constitution, lus isolément ou |
niet in samenhang gelezen met andere bepalingen van de Grondwet of met | combinés avec d'autres dispositions de la Constitution ou des |
algemene rechtsbeginselen, in zoverre dat artikel 131 tot doel of tot | principes généraux du droit, en ce que cet article 131 aurait pour |
gevolg zou hebben dat voor de Raad van State hangende geschillen op | objet ou pour effet d'influencer de manière décisive des litiges |
beslissende wijze worden beïnvloed. | pendants devant le Conseil d'Etat. |
B.2. Artikel 131 van de programmawet van 30 december 2001 bepaalt : | B.2. L'article 131 de la loi-programme du 30 décembre 2001 dispose : |
« Deel XII van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling | « La partie XII de l'arrêté royal du 30 mars 2001 portant la position |
van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten wordt | juridique du personnel des services de police est confirmée. » |
bekrachtigd. » Artikel 168 van de programmawet luidt : | Quant à l'article 168 de la loi-programme, il énonce : |
« Deze wet treedt in werking op 1 januari 2002, met uitzondering van : | « La présente loi entre en vigueur le 1er janvier 2002, à l'exception de : |
[...] | [...] |
- de artikelen 120, 129 et 130 die uitwerking hebben op 1 april 2001; | les articles 120, 129 et 130 qui produisent leurs effets le 1er avril 2001; |
[...]. » | [...]. » |
Artikel 129 van de wet van 26 april 2002 bepaalt : | L'article 129 de la loi du 26 avril 2002 dispose : |
« In artikel 168 van de programmawet van 30 december 2001 worden in | « A l'article 168, quinzième tiret, de la loi-programme du 30 décembre |
het vijftiende streepje, de woorden ' en 131 ' ingevoegd tussen het | 2001, les mots ' et 131 ' sont insérés entre le mot ' 130 ' et le mot |
woord ' 130 ' en het woord ' die '. » | ' qui '. » |
De artikelen 136 tot 138 van dezelfde wet luiden : | Les articles 136 à 138 de la même loi énoncent : |
« Art. 136.De artikelen I.I.1, II.I.11, II.II.1, II.II.2, II.III.1, |
« Art. 136.Les articles I.I.1er, II.I.11, II.II.1er, II.II.2, |
eerste, tweede en derde lid, II.III.2, III.III.1, III.III.2, III.V.1, | II.III.1er, alinéa 1er, 2 et 3, II.III.2, III.III.1er, III.III.2, |
III.V.2, IV.I.4, IV.I.5, IV.I.6, IV.I.7, IV.I.8, IV.I.9, IV.I.10, | III.V.1er, III.V.2, IV.I.4, IV.I.5, IV.I.6, IV.I.7, IV.I.8, IV.I.9, |
IV.I.11, IV.I.15, tweede lid, IV.I.35, IV.I.41, IV.I.42, IV.I.43, | IV.I.10, IV.I.11, IV.I.15, alinéa 2, IV.I.35, IV.I.41, IV.I.42, |
IV.I.44, IV.I.45, IV.I.46, IV.I.49, VII.I.1, VII.I.2, VII.I.3, | IV.I.43, IV.I.44, IV.I.45, IV.I.46, IV.I.49, VII.I.1er, VII.I.2, |
VII.I.4, VII.I.5, VII.I.10, eerste lid, VII.I.13, VII.I.21, eerste en | VII.I.3, VII.I.4, VII.I.5, VII.I.10, alinéa 1er, VII.I.13, VII.I.21, |
tweede lid, VII.I.26, VII.I.27, tweede lid, VII.I.28, eerste lid, | alinéa 1er et 2, VII.I.26, VII.I.27, alinéa 2, VII.I.28, alinéa 1er, |
VII.I.29, VII.I.30, VII.I.40, eerste lid, VII.I.41, eerste lid, | VII.I.29, VII.I.30, VII.I.40, alinéa 1er, VII.I.41, alinéa 1er, |
VII.I.44, VII.II.1, § 2, VII.II.2, VII.II.4, VII.II.5, VII.II.6, | VII.I.44, VII.II.1er, § 2, VII.II.2, VII.II.4, VII.II.5, VII.II.6, |
VII.II.7, VII.II.8, VII.II.11, tweede lid, VII.II.12, tweede lid, | VII.II.7, VII.II.8, VII.II.11, alinéa 2, VII.II.12, alinéa 2, |
VII.II.28, VII.II.29, VII.III.1, VII.III.2, VII.III.3, eerste lid, | VII.II.28, VII.II.29, VII.III.1er, VII.III.2, VII.III.3, alinéa 1er, |
VII.III.4, eerste lid, VII.III.8, eerste lid, VII.III.16, eerste lid, | VII.III.4, alinéa 1er, VII.III.8, alinéa 1er, VII.III.16, alinéa 1er, |
VII.III.19, VII.III.20, eerste lid, VII.III.53, VII.III.86, | VII.III.19, VII.III.20, alinéa 1er, VII.III.53, VII.III.86, |
VII.III.87, VII.III.88, VII.III.124, VII.III.125, VII.III.129, | VII.III.87, VII.III.88, VII.III.124, VII.III.125, VII.III.129, |
VII.IV.2, VII.IV.4, VII.IV.5, VII.IV.6, VII.IV.7, VII.IV.8, VII.IV.9, | VII.IV.2, VII.IV.4, VII.IV.5, VII.IV.6, VII.IV.7, VII.IV.8, VII.IV.9, |
VII.IV.13, tweede lid, VII.IV.14, tweede lid, VII.IV.15, tweede lid, | VII.IV.13, alinéa 2, VII.IV.14, alinéa 2, VII.IV.15, alinéa 2, IX.I.1er, |
IX.I.1, IX.I.2, eerste en derde lid, IX.I.3, IX.I.4, IX.I.6, vierde | IX.I.2, alinéas 1er et 3, IX.I.3, IX.I.4, IX.I.6, alinéa 4, IX.I.7, |
lid, IX.I.7, eerste lid, IX.I.8, IX.I.10, IX.I.12, X.I.1, XI.II.1, | alinéa 1er, IX.I.8, IX.I.10, IX.I.12, X.I.1er, XI.II.1er, alinéa 1er, |
eerste lid, XI.II.2, XI.II.16, XI.II.23, § 1, XI.II.24, XI.II.25, | XI.II.2, XI.II.16, XI.II.23, § 1er, XI.II.24, XI.II.25, XI.II.26, |
XI.II.26, XI.II.27 en XI.II.28 van het koninklijk besluit van 30 maart | |
2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de | |
politiediensten, worden bevestigd. | |
Art. 137.Voor de toepassing van deel XII van het koninklijk besluit |
|
van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel | XI.II.27 et XI.II.28 de l'arrêté royal du 30 mars 2001 portant la |
van de politiediensten, bekrachtigd bij artikel 131 van de | position juridique du personnel des services de police, sont |
programmawet van 30 december 2001, moet dat deel XII worden | confirmés. Art. 137.Pour son application, la partie XII de l'arrêté royal du 30 |
samengelezen met de versie van voornoemd besluit van 30 maart 2001 | mars 2001 portant la position juridique du personnel des services de |
police, confirmée par l'article 131 de la loi-programme du 30 décembre | |
2001, doit être lue avec la version du même arrêté telle que fixée à | |
zoals vastgelegd op de datum van inwerkingtreding van deze wet. De | la date d'entrée en vigueur de la présente loi. Les modifications |
wijzigingen van voornoemd besluit van 30 maart 2001 na die datum van | apportées à l'arrêté royal du 30 mars 2001 précité après cette date |
inwerkingtreding zijn slechts van overeenkomstige toepassing op dat | d'entrée en vigueur sont d'application conforme à cette partie XII |
deel XII voor zover en in de mate dat daar uitdrukkelijk wordt in | dans la mesure et pour autant que ce soit explicitement prévu. |
voorzien. Art. 138.Deze wet treedt in werking de dag waarop zij in het Belgisch |
Art. 138.La présente loi entre en vigueur le jour de sa publication |
Staatsblad wordt bekendgemaakt, met uitzondering van : | au Moniteur belge , à l'exception de : |
1o artikel 97 dat uitwerking heeft met ingang van 1 januari 2001; | 1o l'article 97 qui produit ses effets le 1er janvier 2001; |
2o de artikelen 1 tot 96, 130, 131 en 136 die uitwerking hebben met | 2o les articles 1er à 96, 130, 131 et 136 qui produisent leurs effets |
ingang van 1 april 2001. » | le 1er avril 2001. » |
B.3. Wat betreft artikel 131 van de programmawet van 30 december 2001, | B.3. En ce qui concerne l'article 131 de la loi-programme du 30 |
betogen sommige verzoekende partijen voor de verwijzende rechter dat | décembre 2001, certaines parties requérantes devant le juge a quo |
de bekrachtiging waarin dat artikel voorziet, volgens de wetgever | soutiennent que la confirmation qu'il prévoit ne serait, de l'aveu |
zelf, niet diegene zou zijn waarin bij artikel 184 van de Grondwet was | |
voorzien tegen 30 april 2002, aangezien zij geen betrekking heeft op | même du législateur, pas celle qu'avait prévue, pour le 30 avril 2002, |
de essentiële elementen van het statuut van de personeelsleden van de | l'article 184 de la Constitution, dès lors qu'elle ne porte pas sur |
geïntegreerde politiediensten. Aangezien niet in de bekritiseerde | les éléments essentiels du statut des membres du personnel des |
bekrachtiging was voorzien, zou zij een geldigverklaring vormen die | services de police intégrés. N'ayant pas été prévue, la confirmation |
strijdig is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre zij | critiquée constituerait une validation contraire aux articles 10 et 11 |
interfereert in een lopende jurisdictionele procedure, zonder | de la Constitution, en ce qu'elle interfère dans une procédure |
gemotiveerd te zijn door overwegingen van algemeen belang. | juridictionnelle en cours, sans être motivée par des considérations |
d'intérêt général. | |
Andere verzoekende partijen voor de verwijzende rechter zijn van | D'autres parties requérantes devant le juge a quo estiment que la |
mening dat de bekrachtiging bij artikel 131 van de programmawet van 30 | confirmation intervenue par l'article 131 de la loi-programme du 30 |
december 2001 weliswaar expliciet was voorgeschreven, maar dat zij, | décembre 2001, bien qu'elle ait été prescrite explicitement, serait, |
gelet op de omstandigheden, uitsluitend zou zijn toegepast met de | vu les circonstances, intervenue exclusivement dans le but et avec |
bedoeling bepaalde burgers een essentiële jurisdictionele waarborg te | pour objet de priver certains citoyens d'une garantie juridictionnelle |
ontzeggen, te dezen een beroep bij de Raad van State tegen deel XII | essentielle, en l'occurrence un recours au Conseil d'Etat contre la |
van het koninklijk besluit van 30 maart 2001. | partie XII de l'arrêté royal du 30 mars 2001. |
B.4.1. Er dient in herinnering te worden gebracht dat het vroegere artikel 184 van de Grondwet bepaalde : | B.4.1. Il y a lieu de rappeler que l'ancien article 184 de la Constitution disposait : |
« De organisatie en de bevoegdheid van de rijkswacht worden door een | « L'organisation et les attributions de la gendarmerie font l'objet |
wet geregeld. », | d'une loi. », |
en dat het Hof in zijn arrest nr. 134/99 van 22 december 1999, in | et que dans son arrêt no 134/99 du 22 décembre 1999, la Cour a dit |
B.6.1, voor recht heeft gezegd : | pour droit, en B.6.1 : |
« Door aan de wetgevende macht de bevoegdheid te verlenen om de | « En attribuant au pouvoir législatif la compétence de régler |
organisatie en de bevoegdheden van de rijkswacht te regelen, | |
garandeert artikel 184 van de Grondwet dat die aangelegenheid het | l'organisation et les attributions de la gendarmerie, l'article 184 de |
voorwerp zal uitmaken van beslissingen die door een democratisch | la Constitution garantit que cette matière fera l'objet de décisions |
verkozen beraadslagende vergadering zijn genomen. Ofschoon die | prises par une assemblée délibérante démocratiquement élue. Bien que |
bepaling aldus, in die aangelegenheid, de normatieve bevoegdheid | cette disposition réserve ainsi, en cette matière, la compétence |
voorbehoudt aan de federale wetgever - die zelf de essentiële | normative au législateur fédéral - lequel doit en régler lui-même les |
elementen ervan moet regelen -, sluit zij evenwel niet uit dat aan de | éléments essentiels -, elle n'exclut toutefois pas que soit laissé un |
Koning een beperkte uitvoeringsbevoegdheid wordt gelaten. » | pouvoir limité d'exécution au Roi. » |
B.4.2. Het bij de grondwetsbepaling van 30 maart 2001 ingevoegde | |
nieuwe artikel 184 van de Grondwet in verband met de geïntegreerde | B.4.2. Le nouvel article 184 de la Constitution, inséré par la |
politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, een dienst die het | disposition constitutionnelle du 30 mars 2001, relatif au service de |
resultaat is van de oprichting in één enkele eenheid van de voormalige | police intégré, structuré à deux niveaux, lequel service résulte de la |
rijkswacht, van de voormalige gemeentepolitie en van de voormalige | constitution en une seule unité de l'ancienne gendarmerie, des |
gerechtelijke politie bij de parketten, bepaalt : | anciennes polices communales et de la police judiciaire près les parquets, dispose : |
« De organisatie en de bevoegdheid van de geïntegreerde politiedienst, | « L'organisation et les attributions du service de police intégré, |
gestructureerd op twee niveaus, worden bij de wet geregeld. De | structuré à deux niveaux, sont réglées par la loi. Les éléments |
essentiële elementen van het statuut van de personeelsleden van de | essentiels du statut des membres du personnel du service de police |
geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, worden | intégré, structuré à deux niveaux, sont réglés par la loi. |
bij de wet geregeld. | |
Overgangsbepaling | Disposition transitoire |
De Koning kan echter de essentiële elementen van het statuut van de | Le Roi peut toutefois fixer et exécuter les éléments essentiels du |
personeelsleden van de geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op | statut des membres du personnel du service de police intégré, |
twee niveaus, vaststellen en uitvoeren, voor zover het besluit, met | structuré à deux niveaux, pour autant que cet arrêté soit confirmé, |
betrekking tot die elementen, bekrachtigd wordt bij de wet vóór 30 | quant à ces éléments, par la loi avant le 30 avril 2002. » |
april 2002. » B.4.3. Bij de totstandkoming van het nieuwe artikel 184 van de | B.4.3. Lors de l'élaboration du nouvel article 184 de la Constitution, |
Grondwet is uitdrukkelijk verwezen naar het arrest nr. 134/99 van het | il a été renvoyé explicitement à l'arrêt no 134/99 de la Cour (Doc. |
Hof (Parl. St., Senaat, 2000-2001, nr. 2-657/3, pp. 25-26). Om die | parl ., Sénat, 2000-2001, no 2-657/3, pp. 25-26). C'est du reste pour |
reden is overigens ook de overgangsbepaling bij dat nieuwe artikel | cette raison que la disposition transitoire de ce nouvel article a |
aangenomen : | également été adoptée : |
« Op deze wijze wordt de politiehervorming niet op de helling gezet | « Cet amendement permet d'éviter de mettre en péril la réforme des |
polices, sans que l'on ne déroge pour autant au principe fondamental | |
maar wordt er ook niet afgeweken van het basisbeginsel dat de wet in | selon lequel c'est en principe la loi qui règle le statut de la |
beginsel het statuut van de politie regelt. » (ibid. , p. 14; zie ook | police. » (ibid ., p. 14; voy. également Doc. parl ., Chambre, |
Parl. St. , Kamer, 2000-2001, DOC 50 1169/003, p. 26) | 2000-2001, DOC 50 1169/003, p. 26) |
Voordien had immers artikel 121 van de wet van 7 december 1998 tot | En effet, l'article 121 de la loi du 7 décembre 1998 organisant un |
organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op | service de police intégré, structuré à deux niveaux, avait |
twee niveaus, de Koning gemachtigd « het statuut van het personeel » | précédemment habilité le Roi « à fixer les modalités du statut des |
te bepalen, ter uitvoering waarvan het koninklijk besluit van 30 maart | membres du personnel »; en exécution de cette disposition a été pris |
2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de | l'arrêté royal du 30 mars 2001 portant la position juridique du |
politiediensten werd genomen. Bij het voorstel van wet dat heeft | personnel des services de police. Dans le prolongement de la |
geleid tot voormelde wet heeft de afdeling wetgeving van de Raad van | jurisprudence de la Cour, la section de législation du Conseil d'Etat |
State, in aansluiting bij de rechtspraak van het Hof, opgemerkt dat | a observé au sujet de la proposition de loi qui est devenue la loi précitée : |
« hoewel artikel 184 van de Grondwet niet uitsluit dat aan de Koning | « Si l'article 184 de la Constitution n'exclut pas que certaines |
bepaalde delegaties worden verleend, [het] de federale wetgever de | délégations soient conférées au Roi, il réserve au législateur fédéral |
bevoegdheid voor [behoudt] om de essentiële regelen [...] vast te | la compétence d'établir les règles essentielles. » (Doc. parl ., |
stellen » (Parl. St. , Kamer, 1997-1998, nr. 1676/5, p. 2). | Chambre, 1997-1998, no 1676/5, p. 2) La disposition transitoire du nouvel article 184 de la Constitution a |
Om tegemoet te komen aan het bezwaar dat « de rechtspositie van de | été adoptée afin de répondre à l'objection selon laquelle « [le] |
personeelsleden van [die] geïntegreerde politie [deel uitmaakt] van de | statut des membres du personnel de [la] police intégrée relève de |
organisatie ervan, [en de] essentiële elementen van dat statuut [...] | l'organisation de celle-ci et les éléments essentiels de ce statut |
derhalve bij wet [moeten] worden geregeld » (advies van de Raad van | doivent, dès lors, être réglés par la loi elle-même » (avis du Conseil |
State, Belgisch Staatsblad , 31 maart 2001, derde uitgave, p. 10867), | d'Etat, Moniteur belge , 31 mars 2001, troisième édition, p. 10867) |
is de overgangsbepaling van het nieuwe artikel 184 van de Grondwet | |
aangenomen (zie ook Parl. St. , Senaat, 2000-2001, nr. 2-657/3, pp. 10 | (voy. également Doc. parl. , Sénat, 2000-2001, no 2-657/3, pp. 10 et |
en volgende). | suivantes). |
B.5.1. Zowel uit de tekst van het nieuwe artikel 184 van de Grondwet | B.5.1. Tant le texte du nouvel article 184 de la Constitution que sa |
als uit de ontstaansgeschiedenis ervan blijkt dat alleen de wetgever | genèse font apparaître que seul le législateur est compétent pour |
bevoegd is om « de essentiële elementen » van het statuut van de | régler « les éléments essentiels » du statut des membres du personnel |
personeelsleden van de geïntegreerde politiedienst te regelen, | du service de police intégré, sans préjudice de la compétence du Roi |
onverminderd de bevoegdheid van de Koning om, op grond van artikel 108 | d'exécuter ces dispositions législatives sur la base de l'article 108 |
van de Grondwet, die wetsbepalingen uit te voeren. De regeling van de | de la Constitution. La réglementation des éléments non essentiels du |
niet-essentiële elementen van het statuut behoort tot de residuaire | statut relève de la compétence résiduaire du législateur, lequel, par |
bevoegdheid van de wetgever, die deze, met toepassing van artikel 105 | application de l'article 105 de la Constitution, peut la confier au |
van de Grondwet, kan opdragen aan de Koning. | Roi. |
B.5.2. Op grond van de overgangsbepaling van het nieuwe artikel 184 | B.5.2. Sur la base de la disposition transitoire du nouvel article 184 |
van de Grondwet kon de Koning echter, bij wege van overgangsmaatregel, | de la Constitution, le Roi pouvait toutefois, à titre de mesure |
transitoire, fixer et exécuter lui-même les éléments essentiels du | |
zelf de essentiële elementen van het statuut van de personeelsleden | statut des membres du personnel du service de police intégré, sous |
van de geïntegreerde politiedienst vaststellen én uitvoeren, onder | réserve de confirmation de cette réglementation par le législateur |
voorbehoud van bekrachtiging van die regeling door de wetgever vóór 30 | avant le 30 avril 2002. |
april 2002. Bij artikel 131 van de programmawet van 30 december 2001 is de | En vertu de l'article 131 de la loi-programme du 30 décembre 2001, le |
wetgever overgegaan tot die bekrachtiging. Het gebruik in die | législateur a procédé à cette confirmation. L'utilisation par cette |
programmawet van de bewoordingen « Deel XII van het koninklijk besluit | loi-programme des termes « La partie XII de l'arrêté royal du 30 mars |
van 30 maart 2001 [...] wordt bekrachtigd » betekent dat die bepaling | 2001 [...] est confirmée » signifie que cette disposition a pour objet |
tot doel en als gevolg heeft dat ze een wetgevende kracht toekent aan | et pour effet de donner valeur législative à cette partie de l'arrêté |
dat deel van het koninklijk besluit op de datum van de | royal à la date de l'entrée en vigueur de celui-ci. La notion |
inwerkingtreding ervan. Het juridisch begrip « bekrachtiging » heeft | juridique de « confirmation » a cette portée. L'article 129 de la loi |
die draagwijdte. Artikel 129 van de wet van 26 april 2002 beoogt enkel | du 26 avril 2002 a pour seul objet de lever une éventuelle incertitude |
een eventuele twijfel hieromtrent weg te nemen. | à ce sujet. |
Artikel 137 van dezelfde wet strekt ertoe te bepalen dat de aldus | L'article 137 de la même loi a pour objet de prévoir que la norme |
bekrachtigde norm zal worden gelezen rekening houdend met de | ainsi confirmée sera lue en tenant compte des modifications qui lui |
wijzigingen die later erin zouden zijn aangebracht, zij het vóór of, | seraient apportées par la suite, que ce soit avant ou, moyennant |
mits een uitdrukkelijke bepaling, na de datum van inwerkingtreding van | disposition expresse, après la date d'entrée en vigueur de la loi |
de voormelde wet van 26 april 2002, en bijgevolg op analoge wijze een | précitée du 26 avril 2002 et, par conséquent, de lever, de manière |
eventuele onzekerheid hieromtrent weg te nemen. | analogue, une éventuelle incertitude. |
B.6. In de veronderstelling zelfs dat sommige bepalingen van dat deel | B.6. A supposer même que certaines dispositions de cette partie XII et |
XII en van de bijlagen ervan niet zouden kunnen worden beschouwd als « | de ses annexes puissent être considérées comme ne constituant pas des |
essentiële elementen » van het statuut, zou zulks niet wegnemen dat | « éléments essentiels » du statut, il n'en demeurerait pas moins que |
dat deel XII een geheel vormt waarbij een essentiële fase van de | cette partie XII constitue un tout, réalisant une phase essentielle de |
oprichting van de nieuwe politie tot stand wordt gebracht, namelijk de | la constitution de la nouvelle police, à savoir l'intégration dans un |
integratie in een nieuw korps van politieambtenaren met zeer | |
uiteenlopende statuten. De wettelijke bekrachtiging van het geheel van | corps nouveau de fonctionnaires de police aux statuts très variés. La |
die bepalingen heeft de controle van de wetgever versterkt, | confirmation législative de l'ensemble de ces dispositions a renforcé |
onverminderd de toetsing waaraan het Hof de bekrachtigde koninklijke | le contrôle du législateur, sans préjudice de celui que la Cour doit |
besluiten moet onderwerpen. | opérer sur les arrêtés royaux confirmés. |
B.7. Het feit dat de wettelijke bekrachtiging van deel XII van het in | B.7. Le fait que la confirmation législative de la partie XII de |
het geding zijnde koninklijk besluit - koninklijk besluit dat op | l'arrêté royal en cause - arrêté royal intervenu au même moment que le |
hetzelfde ogenblik als het nieuwe artikel 184 van de Grondwet tot | nouvel article 184 de la Constitution - ait pour conséquence que des |
stand is gekomen - tot gevolg heeft dat beroepen voor de Raad van State tegen sommige bepalingen van dat deel XII van het voormelde besluit zonder voorwerp zijn geworden, is niet van dien aard dat het de grondwettigheid van de aangevochten bepalingen in het geding brengt. De verzoekers voor de Raad van State wisten immers dat de bepalingen het voorwerp konden uitmaken van een wettelijke bekrachtiging, die noodzakelijkerwijs dat gevolg zou hebben. Bovendien voerden die verzoekers voor de Raad van State hoofdzakelijk verschillen in behandeling aan die zij onverantwoord achtten. Die verschillen in behandeling konden voor het Hof worden aangeklaagd. De rechtsbescherming van voornoemde verzoekers wordt dus niet aangetast. B.8. Het onderzoek van de bestaanbaarheid van de in het geding zijnde | recours devant le Conseil d'Etat à l'encontre de certaines dispositions de cette partie XII dudit arrêté ont perdu leur objet, n'est pas de nature à mettre en cause la constitutionnalité des dispositions litigieuses. En effet, les requérants devant le Conseil d'Etat savaient que les dispositions étaient susceptibles d'une confirmation législative, qui aurait nécessairement cet effet. Par ailleurs, ces requérants alléguaient essentiellement devant le Conseil d'Etat des différences de traitement qu'ils estimaient injustifiées. Ces différences de traitement ont pu être dénoncées devant la Cour. La protection juridictionnelle desdits requérants n'est donc pas affectée. B.8. L'examen de la compatibilité de la disposition en cause avec les |
bepaling met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang | articles 10 et 11 de la Constitution combinés avec les articles 13, |
gelezen met de artikelen 13, 114, 145 en 146 van de Grondwet, rekening | 114, 145 et 146 de la Constitution, compte tenu des principes généraux |
houdende met de door de verwijzende rechter bedoelde algemene | |
beginselen en met de artikelen 14, § 1, en 17, § § 1 en 2, van de | visés par le juge a quo , et des articles 14, § 1er, et 17, § § 1er et |
gecoördineerde wetten op de Raad van State, kan tot geen andere | 2, des lois coordonnées sur le Conseil d'Etat, ne peut aboutir à |
conclusie leiden dan diegene die volgt uit het enkele onderzoek van de | d'autre conclusion que celle qui découle de l'examen de la |
bestaanbaarheid met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. | compatibilité avec les articles 10 et 11 de la Constitution considérés |
B.9. De prejudiciële vragen dienen ontkennend te worden beantwoord. | seuls. B.9. Les questions préjudicielles appellent une réponse négative. |
Om die redenen, | Par ces motifs, |
het Hof | la Cour |
zegt voor recht : | dit pour droit : |
Artikel 131 van de programmawet van 30 december 2001 schendt niet de | L'article 131 de la loi-programme du 30 décembre 2001 ne viole pas les |
artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen | articles 10 et 11 de la Constitution combinés ou non avec les articles |
met de artikelen 13, 114, 145 en 146 van de Grondwet. | 13, 114, 145 et 146 de la Constitution. |
Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig | Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, |
artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 22 juli 2003. | la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 22 juillet 2003. |
De griffier, | Le greffier, |
L. Potoms | L. Potoms |
De voorzitter, | Le président, |
M. Melchior | M. Melchior |