← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 184/2002 van 11 december 2002 Rolnummer 2320 In zake :
de prejudiciële vraag over artikel 104 van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 12 juni 1991 betreffende
de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap, ges Het
Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters A. Arts en M. Melchior, en de rechters L. Fra(...)"
| Uittreksel uit arrest nr. 184/2002 van 11 december 2002 Rolnummer 2320 In zake : de prejudiciële vraag over artikel 104 van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 12 juni 1991 betreffende de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap, ges Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters A. Arts en M. Melchior, en de rechters L. Fra(...) | Extrait de l'arrêt n° 184/2002 du 11 décembre 2002 Numéro du rôle : 2320 En cause : la question préjudicielle concernant l'article 104 du décret de la Communauté flamande du 12 juin 1991 relatif aux universités dans la Communauté flamande, La Cour d'arbitrage, composée des présidents A. Arts et M. Melchior, et des juges L. François, (...) |
|---|---|
| ARBITRAGEHOF | COUR D'ARBITRAGE |
| Uittreksel uit arrest nr. 184/2002 van 11 december 2002 | Extrait de l'arrêt n° 184/2002 du 11 décembre 2002 |
| Rolnummer 2320 | Numéro du rôle : 2320 |
| In zake : de prejudiciële vraag over artikel 104 van het decreet van | En cause : la question préjudicielle concernant l'article 104 du |
| de Vlaamse Gemeenschap van 12 juni 1991 betreffende de universiteiten | décret de la Communauté flamande du 12 juin 1991 relatif aux |
| in de Vlaamse Gemeenschap, gesteld door de Arbeidsrechtbank te Leuven. | universités dans la Communauté flamande, posée par le Tribunal du travail de Louvain. |
| Het Arbitragehof, | La Cour d'arbitrage, |
| samengesteld uit de voorzitters A. Arts en M. Melchior, en de rechters | composée des présidents A. Arts et M. Melchior, et des juges L. |
| L. François, P. Martens, R. Henneuse, M. Bossuyt, E. De Groot, L. | François, P. Martens, R. Henneuse, M. Bossuyt, E. De Groot, L. |
| Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman en E. Derycke, | Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman et E. Derycke, assistée |
| bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter A. Arts, | du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président A. Arts, |
| wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
| I. Onderwerp van de prejudiciële vraag | I. Objet de la question préjudicielle |
| Bij vonnis van 10 januari 2002 in zake I. Houbrechts tegen de | Par jugement du 10 janvier 2002 en cause de I. Houbrechts contre la « |
| Katholieke Universiteit Leuven, waarvan de expeditie ter griffie van | Katholieke Universiteit Leuven », dont l'expédition est parvenue au |
| het Arbitragehof is ingekomen op 21 januari 2002, heeft de | greffe de la Cour d'arbitrage le 21 janvier 2002, le Tribunal du |
| Arbeidsrechtbank te Leuven de volgende prejudiciële vraag gesteld : | travail de Louvain a posé la question préjudicielle suivante : |
| « Schendt artikel 104 van het decreet van 12 juni 1991 betreffende de | « L'article 104 du décret du 12 juin 1991 relatif aux universités dans |
| universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap artikel 6, § 1, VI, vijfde | la Communauté flamande viole-t-il l'article 6, § 1er, VI, alinéa 5, |
| lid, 12°, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van | 12°, de la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, |
| de instellingen, in die zin geïnterpreteerd dat het de vrije | interprété en ce sens qu'il oblige les universités libres de droit |
| privaatrechtelijke universiteiten verplicht aan hun assisterend | privé d'octroyer à leur personnel académique assistant le même pécule |
| academisch personeel hetzelfde vakantiegeld toe te kennen als datgene | de vacances que celui auquel ont droit les membres du personnel du |
| waarop de personeelsleden van het Ministerie van de Vlaamse | ministère de la Communauté flamande, alors que, dès lors que les |
| Gemeenschap gerechtigd zijn, terwijl, nu de leden van het assisterend | membres du personnel académique assistant d'une université libre de |
| academisch personeel van een vrije privaatrechtelijke universiteit met | |
| deze instellingen door een arbeidsovereenkomst verbonden zijn en | droit privé sont liés à ces institutions par un contrat de travail et |
| onderworpen aan de volledige sociale zekerheidsregeling van de | soumis au régime intégral de la sécurité sociale des travailleurs (en |
| werknemers (ingevolge artikel 1 van de wet van 27 juni 1969 tot | vertu de l'article 1er de la loi du 27 juin 1969 révisant l'arrêté-loi |
| herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de | du 28 décembre 1944 concernant la sécurité sociale des travailleurs), |
| maatschappelijke zekerheid der arbeiders) het vakantiegeld van de | le pécule de vacances des travailleurs, dans la mesure où ceux-ci ne |
| werknemers, in de mate dat die niet met een andere wettelijke | sont pas bénéficiaires d'un autre régime légal de vacances annuelles, |
| jaarlijkse vakantieregeling begunstigd zijn, bepaald wordt ingevolge | |
| de gecoördineerde wetten (koninklijk besluit van 28 juni 1971) | est déterminé en vertu des lois coordonnées (arrêté royal du 28 juin |
| betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers, welke formeel | 1971) relatives aux vacances annuelles des travailleurs salariés, qui |
| deel uitmaken van de sociale zekerheidsregeling der werknemers die | font formellement partie du régime de sécurité sociale des |
| behoort tot de bevoegdheden voorbehouden aan de Federale Overheid ? » | travailleurs, lequel relève des compétences réservées à l'autorité fédérale ? » |
| (...) | (...) |
| IV. In rechte | IV. En droit |
| (...) | (...) |
| B.1. De verwijzende rechter stelt een prejudiciële vraag over de | B.1. Le juge a quo pose une question préjudicielle concernant |
| mogelijke schending van artikel 6, § 1, VI, vijfde lid, 12°, van de | l'éventuelle violation de l'article 6, § 1er, VI, alinéa 5, 12°, de la |
| bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen | loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles par |
| door artikel 104 van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 12 | l'article 104 du décret de la Communauté flamande du 12 juin 1991 |
| juni 1991 betreffende de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap | |
| (hierna : universiteitsdecreet), indien laatstvermelde bepaling in die | relatif aux universités dans la Communauté flamande (ci-après : décret |
| zin wordt geïnterpreteerd dat het de privaatrechtelijke universiteiten | relatif aux universités), si cette dernière disposition est |
| ertoe verplicht aan hun assisterend academisch personeel hetzelfde | interprétée en ce sens qu'elle oblige les universités de droit privé à |
| vakantiegeld toe te kennen als datgene dat wordt toegekend aan de | octroyer à leur personnel académique assistant le même pécule de |
| personeelsleden van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap. | vacances que celui octroyé aux membres du personnel du ministère de la |
| Communauté flamande. | |
| B.2. Het in het geding zijnde artikel 104 van het universiteitsdecreet | B.2. L'article 104 en cause du décret relatif aux universités dispose |
| bepaalt : | : |
| « De leden van het academisch personeel en hun rechthebbenden | « Les membres du personnel académique et leurs ayants droit reçoivent |
| ontvangen de vergoedingen, toelagen en bijkomende bezoldigingen die | les indemnités, allocations et rémunérations supplémentaires qui sont |
| aan de personeelsleden van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap | attribuées aux membres du personnel du ministère de la Communauté |
| en aan hun rechthebbenden toegekend worden. » | flamande et à leurs ayants droit. » |
| B.3. De parlementaire voorbereiding van die bepaling vermeldt : | B.3. Les travaux préparatoires de cette disposition mentionnent : |
| « Dit artikel is een overname van artikel 47 van de wet van 28 april | « Cet article est une reprise de l'article 47 de la loi du 28 avril |
| 1953. » (Parl. St. , Vlaamse Raad, 1990-1991, nr. 502/1, p. 88) | 1953. » (Doc. , Conseil flamand, 1990-1991, n° 502/1, p. 88) |
| B.4. De verwijzende rechter gaat uit van de interpretatie dat het | B.4. Le juge a quo se fonde sur l'interprétation selon laquelle le |
| vakantiegeld deel uitmaakt van de « toelagen » waarvan sprake in de in | pécule de vacances fait partie des « allocations » dont il est |
| het geding zijnde bepaling. | question dans la disposition en cause. |
| Het is in die interpretatie dat het Hof onderzoekt of de in het geding | C'est dans cette interprétation que la Cour vérifiera si la |
| zijnde bepaling al dan niet een schending inhoudt van artikel 6, § 1, | disposition en cause viole ou non l'article 6, § 1er, VI, alinéa 5, |
| VI, vijfde lid, 12°, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot | 12°, de la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, |
| hervorming der instellingen, volgens welke de federale overheid als | selon lequel l'autorité fédérale est seule compétente pour « le droit |
| enige bevoegd is voor « het arbeidsrecht en de sociale zekerheid ». | du travail et la sécurité sociale ». |
| B.5. Het Hof antwoordt op de vraag zonder dat het moet nagaan of het | B.5. La Cour répond à la question sans qu'elle ait à examiner si le |
| vakantiegeld van de bedienden onder de sociale zekerheid dan wel onder | pécule de vacances des employés relève de la sécurité sociale ou du |
| het arbeidsrecht ressorteert, aangezien de bijzondere wetgever in de | droit du travail, étant donné que le législateur spécial n'a pas fait |
| bevoegdheidsverdeling geen onderscheid maakt tussen de beide | de distinction entre ces deux matières dans la répartition des |
| aangelegenheden. | compétences. |
| B.6. Artikel 127, § 1, eerste lid, 2°, van de Grondwet kent aan de | B.6. L'article 127, § 1er, alinéa 1er, 2°, de la Constitution attribue |
| gemeenschappen de bevoegdheid toe om bij decreet het onderwijs te | aux communautés la compétence de régler par décret l'enseignement, à |
| regelen, met uitsluiting van : a) de bepaling van het begin en het | l'exception : a) de la fixation du début et de la fin de l'obligation |
| einde van de leerplicht, b) de minimale voorwaarden voor het uitreiken | scolaire, b) des conditions minimales pour la délivrance des diplômes |
| van de diploma's en c) de pensioenregeling. | et c) du régime des pensions. |
| De gemeenschappen hebben, krachtens die bepaling, de volheid van | Les communautés ont, en vertu de cette disposition, la plénitude de |
| bevoegdheid tot het regelen van het onderwijs in de ruimste zin van | compétence pour régler l'enseignement dans la plus large acception du |
| het woord, behalve voor de uitdrukkelijk vermelde uitzonderingen. | terme, sauf les exceptions qui y sont explicitement mentionnées. |
| Die bevoegdheid omvat het vaststellen van de regels betreffende het | Cette compétence comprend la fixation des règles relatives au statut |
| administratief en geldelijk statuut van het onderwijspersoneel, met | administratif et pécuniaire du personnel de l'enseignement, à |
| uitsluiting van zijn pensioenregeling. | l'exclusion de son régime de pension. |
| B.7. De bevoegdheidsverdeling tussen de federale Staat en de | B.7. La répartition des compétences entre l'Etat fédéral et les |
| gemeenschappen berust op een stelsel van exclusieve bevoegdheden, wat | communautés repose sur un système de compétences exclusives qui |
| impliceert dat iedere rechtssituatie in beginsel slechts door één | implique que toute situation juridique soit en principe réglée par un |
| wetgever kan worden geregeld. Indien een regeling, zoals in casu , | seul législateur. Lorsqu'une réglementation a, comme en l'espèce, des |
| aanleunt bij meerdere bevoegdheidstoewijzingen, dient het Hof uit te | liens avec plusieurs compétences, la Cour doit rechercher où se trouve |
| maken waar het zwaartepunt van de geregelde rechtsverhouding ligt. | l'élément prépondérant de la relation juridique réglée. |
| B.8.1. Het vakantiegeld van het assisterend academisch personeel maakt | B.8.1. Le pécule de vacances du personnel académique assistant fait |
| deel uit van het statuut van dat personeel en kan worden geregeld door | partie du statut de ce personnel et peut être réglé par les |
| de gemeenschappen ten aanzien van het onderwijs dat zij inrichten of | communautés, à l'égard de l'enseignement qu'elles organisent ou |
| subsidiëren. Daarbij dienen zij het in artikel 24, § 4, van de Grondwet vervatte gelijkheidsbeginsel in acht te nemen. B.8.2. Wanneer de decreetgever het vakantiegeld van het assisterend academisch personeel regelt, dient hij zich te beperken tot hetgeen noodzakelijk is om een doeltreffend beleid te voeren inzake onderwijs. Hij moet erop toezien dat de uitoefening van de federale bevoegdheid niet onmogelijk wordt gemaakt of op overdreven wijze wordt bemoeilijkt. B.8.3. Die voorwaarden zijn te dezen vervuld : rekening houdend met het toepassingsgebied ervan, dat tot de categorie van het academisch personeel is beperkt, en met het doel ervan, dat enkel erin bestaat aan de leden van dat personeel geldelijke voordelen toe te kennen die identiek zijn met die welke worden toegekend aan het personeel van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, doet de in het geding zijnde bepaling niet op onevenredige wijze afbreuk aan de bevoegdheid van de federale wetgever. B.9. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. Om die redenen, het Hof | qu'elles subventionnent. Elles doivent ce faisant respecter le principe d'égalité contenu à l'article 24, § 4, de la Constitution. B.8.2. Lorsque le législateur décrétal réglemente le pécule de vacances du personnel académique assistant, il doit se limiter à ce qui est nécessaire pour mener une politique efficace en matière d'enseignement. Il doit veiller à ne pas rendre impossible ou exagérément difficile l'exercice de la compétence fédérale. B.8.3. Ces conditions sont remplies en l'espèce : compte tenu de son champ d'application, limité à la catégorie du personnel académique, et de son objet, qui se limite à l'octroi à celui-ci d'avantages pécuniaires identiques à ceux qui sont accordés au personnel du ministère de la Communauté flamande, la disposition en cause ne porte pas une atteinte disproportionnée à la compétence du législateur fédéral. B.9. La question préjudicielle appelle une réponse négative. Par ces motifs, la Cour |
| zegt voor recht : | dit pour droit : |
| Artikel 104 van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 12 juni | L'article 104 du décret de la Communauté flamande du 12 juin 1991 |
| 1991 betreffende de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap schendt | relatif aux universités dans la Communauté flamande ne viole pas |
| niet artikel 6, § 1, VI, vijfde lid, 12°, van de bijzondere wet van 8 | l'article 6, § 1er, VI, alinéa 5, 12°, de la loi spéciale du 8 août |
| augustus 1980 tot hervorming der instellingen, in de interpretatie | 1980 de réformes institutionnelles, dans l'interprétation selon |
| volgens welke het van toepassing is op het vakantiegeld. | laquelle il s'applique au pécule de vacances. |
| Aldus uitgesproken in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig | Ainsi prononcé en langue néerlandaise et en langue française, |
| artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
| Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 11 december 2002. | la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 11 décembre 2002. |
| De griffier, | Le greffier, |
| P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |
| De voorzitter, | Le président, |
| A. Arts. | A. Arts. |