Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Arrest van --
← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 116/2001 van 3 oktober 2001 Rolnummer 1952 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 17, 3°, van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar pers Het Arbitragehof, samengesteld uit voorzitter M. Melchior, de rechters P. Martens, R. Henneuse, (...)"
Uittreksel uit arrest nr. 116/2001 van 3 oktober 2001 Rolnummer 1952 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 17, 3°, van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar pers Het Arbitragehof, samengesteld uit voorzitter M. Melchior, de rechters P. Martens, R. Henneuse, (...) Extrait de l'arrêt n° 116/2001 du 3 octobre 2001 Numéro du rôle : 1952 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 17, 3°, de la loi du 19 décembre 1974 organisant les relations entre les autorités publiques et les syndicats des La Cour d'arbitrage, composée du président M. Melchior, et des juges P. Martens, R. Henneuse, L.(...)
ARBITRAGEHOF COUR D'ARBITRAGE
Uittreksel uit arrest nr. 116/2001 van 3 oktober 2001 Extrait de l'arrêt n° 116/2001 du 3 octobre 2001
Rolnummer 1952 Numéro du rôle : 1952
In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 17, 3°, van de wet En cause : la question préjudicielle relative à l'article 17, 3°, de
van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de la loi du 19 décembre 1974 organisant les relations entre les
overheid en de vakbonden van haar personeel, gesteld door de Raad van autorités publiques et les syndicats des agents relevant de ces
State. autorités, posée par le Conseil d'Etat.
Het Arbitragehof, La Cour d'arbitrage,
samengesteld uit voorzitter M. Melchior, de rechters P. Martens, R. composée du président M. Melchior, et des juges P. Martens, R.
Henneuse, L. Lavrysen en A. Alen, en, overeenkomstig artikel 60bis van Henneuse, L. Lavrysen et A. Alen, et, conformément à l'article 60bis
de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, emeritus de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, du
voorzitter H. Boel en ererechter J. Delruelle, bijgestaan door de président émérite H. Boel et du juge honoraire J. Delruelle, assistée
griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter M. du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président M. Melchior,
Melchior, wijst na beraad het volgende arrest : après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant :
I. Onderwerp van de prejudiciële vraag I. Objet de la question préjudicielle
Bij arrest nr. 86.729 van 7 april 2000 in zake de v.z.w. Groupe Par arrêt n° 86.729 du 7 avril 2000 en cause de l'a.s.b.l. Groupe
d'étude et de réforme de la fonction administrative tegen het Vast d'étude et de réforme de la fonction administrative contre le
Secretariaat voor Werving van het Rijkspersoneel (V.W.S.), waarvan de Secrétariat permanent de recrutement du personnel de l'Etat (S.P.R.),
expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 18 april dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour d'arbitrage le 18
2000, heeft de Raad van State de volgende prejudiciële vraag gesteld : avril 2000, le Conseil d'Etat a posé la question préjudicielle suivante :
« Schendt artikel 17, 3°, van de wet van 19 december 1974 tot regeling « L'article 17, 3°, de la loi du 19 décembre 1974 organisant les
van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar relations entre les autorités publiques et les syndicats des agents
personeel de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre het de relevant de ces autorités viole-t-il les articles 10 et 11 de la
representatieve vakorganisaties wel maar de erkende vakorganisaties Constitution dans la mesure où il permet aux organisations syndicales
niet toestaat aanwezig te zijn op de vergelijkende examens en op de représentatives mais non aux organisations syndicales agréées
examens welke voor de personeelsleden worden georganiseerd ? » d'assister aux concours et examens organisés pour les agents ? »
(...) (...)
IV. In rechte IV. En droit
(...) (...)
B.1. De prejudiciële vraag heeft betrekking op artikel 17, 3°, van de B.1. La question préjudicielle porte sur l'article 17, 3°, de la loi
wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de du 19 décembre 1974 organisant les relations entre les autorités
overheid en de vakbonden van haar personeel, dat bepaalt : publiques et les syndicats des agents relevant de ces autorités, qui
« Onder de voorwaarden bepaald door de Koning en onverminderd de dispose : « Aux conditions fixées par le Roi et sans préjudice des autres
andere prerogatieven welke hun door deze wet worden toegekend, mogen prérogatives que la présente loi leur confère, les organisations
de representatieve vakorganisaties: syndicales représentatives peuvent :
[...] [...]
3° aanwezig zijn op de vergelijkende examens en op de examens welke 3° assister aux concours et examens organisés pour les agents sans
voor de personeelsleden worden georganiseerd onverminderd de
prerogatieven van de examencommissies; préjudice des prérogatives des jurys;
[...] » [...] ».
B.2. De Raad van State stelt het Hof een vraag over een mogelijke B.2. Le Conseil d'Etat interroge la Cour sur une violation éventuelle
schending, door die bepaling, van de artikelen 10 en 11 van de des articles 10 et 11 de la Constitution par cette disposition en ce
Grondwet, doordat op grond van die bepaling alleen de representatieve qu'elle permet aux seules organisations syndicales représentatives
vakorganisaties aanwezig mogen zijn op de vergelijkende examens en d'assister aux concours et examens organisés par le Secrétariat
examens die door het Vast Wervingssecretariaat (thans SELOR) worden permanent de recrutement (aujourd'hui, SELOR), excluant les
georganiseerd, waardoor de erkende vakorganisaties van dat recht organisations syndicales agréées de ce droit.
worden uitgesloten.
B.3. Het verschil in behandeling tussen de twee categorieën van B.3. La différence de traitement entre les deux catégories
vakorganisaties is door de wetgever gewild sinds de aanneming van de d'organisations syndicales a été voulue par le législateur dès
wet van 19 december 1974, waarvan artikel 7 aan de representatieve l'adoption de la loi du 19 décembre 1974, dont l'article 7 réserve aux
organisaties het recht voorbehoudt om zitting te hebben « in het organisations représentatives le droit de siéger « dans le comité
gemeenschappelijk comité voor alle overheidsdiensten, in het comité commun à l'ensemble des services publics, dans le comité des services
voor de federale, de gemeenschaps- en de gewestelijke
overheidsdiensten en in het comité voor de provinciale en plaatselijke publics fédéraux, communautaires et régionaux, ainsi que dans le
overheidsdiensten ». Volgens hetzelfde artikel wordt als comité des services publics provinciaux et locaux ». Selon le même
representatief beschouwd iedere vakorganisatie die : article, est considérée comme représentative l'organisation qui :
1° op nationaal vlak werkzaam is; « 1° exerce son activité sur le plan national;
2° de belangen van al de categorieën van het personeel in 2° défend les intérêts de toutes les catégories du personnel des
overheidsdienst verdedigt; services publics;
3° aangesloten is bij een vakorganisatie die in de Nationale 3° est affiliée à une organisation syndicale représentée au Conseil
Arbeidsraad vertegenwoordigd is ». national du travail ».
B.4. Uit de parlementaire voorbereiding van de wet van 19 december B.4. Il ressort des travaux préparatoires de la loi du 19 décembre
1974 blijkt dat die keuze overeenstemt met de wil van de Regering om « 1974 que ce choix correspond à la volonté du Gouvernement « d'avoir
geldige en verantwoordelijke gesprekspartners voor zich te vinden devant lui des interlocuteurs valables et responsables avec lesquels
waarmee zij efficiënt kan onderhandelen » en, teneinde dat doel te il puisse négocier efficacement », pour atteindre ce but, de ne «
bereiken, slechts te « onderhandelen met vakbonden die in staat zijn négocier qu'avec des syndicats capables de porter des responsabilités
om werkelijke verantwoordelijkheden te dragen op nationaal vlak » en effectives sur le plan national » et d'éviter l'émiettement syndical
de versnippering van de vakbonden te vermijden waardoor « de qui « signifierait la mort de ces négociations ». (Doc. parl., Sénat,
onderhandelingen [...] ten dode opgeschreven [zouden] zijn » (Parl.
St., Senaat, B.Z. 1974, nr. 367-2, p. 10). S.E. 1974, n° 367-2, p. 10).
B.5. Een dergelijke keuze berust op een objectief criterium, staat in B.5. Un tel choix repose sur un critère objectif, il est en rapport
verband met het nagestreefde doel en is niet kennelijk onevenredig avec le but poursuivi et il n'est pas manifestement disproportionné à
daarmee. Het is niet onredelijk in de permanente overleg- en celui-ci. Il n'est pas déraisonnable de n'admettre dans les structures
onderhandelingsstructuren enkel die vakorganisaties toe te laten die de concertation et de négociation permanentes que les organisations
een bepaald aantal bijdrageplichtige leden hebben, die op nationaal vlak werkzaam zijn of die deel uitmaken van een op dat niveau samengestelde organisatie en die de belangen van al de categorieën van het personeel verdedigen. Een dergelijke vereiste is van dien aard dat zij waarborgt dat bij het formuleren van de eisen van een categorie van het personeel rekening wordt gehouden met de situatie van de anderen. B.6. Er dient echter nog te worden onderzocht of die gedifferentieerde behandeling relevant is wat betreft de in het geding zijnde maatregel die aan de representatieve vakorganisaties een prerogatief toekent dat aan de erkende vakorganisaties wordt geweigerd. B.7. De aanwezigheid van vakbondsafgevaardigden bij de vergelijkende examens en examens die door SELOR worden georganiseerd, heeft tot doel toezicht te garanderen op het correcte verloop ervan. De vakorganisaties die dat prerogatief uitoefenen, doen dit niet in het belang van hun leden, maar in het belang van alle kandidaten en qui justifient d'un certain nombre d'affiliés cotisants, qui sont actives au niveau national ou qui font partie d'une organisation constituée à ce niveau et qui défendent les intérêts de toutes les catégories de personnel. Une telle exigence est de nature à garantir que les revendications relatives à une catégorie du personnel soient formulées en tenant compte de la situation des autres. B.6. Il reste cependant à examiner si ce traitement différencié est pertinent en ce qui concerne la mesure en cause qui accorde aux organisations représentatives une prérogative qu'elle refuse aux organisations agréées. B.7. L'assistance par des délégués des organisations syndicales aux concours et examens organisés par SELOR a pour but d'assurer une vérification du déroulement correct de ces épreuves. Les organisations syndicales qui exercent cette prérogative ne le font pas dans l'intérêt de leurs membres, mais bien dans celui de tous les
ambtenaren. Het komt de wetgever toe de personen te kiezen die dat candidats, ainsi que dans l'intérêt de la fonction publique dans son
toezicht zullen uitoefenen, waarbij hij meer bepaald rekening kan ensemble. Le choix des personnes qui effectueront ces vérifications
houden met het feit dat het vanuit praktische overwegingen verantwoord relève de l'appréciation du législateur, qui peut notamment tenir
is het aantal afgevaardigden beperkt te houden. Uit de in het geding compte de ce que des raisons pratiques justifient de ne pas multiplier
zijnde bepaling kan niet worden afgeleid dat de erkende le nombre de ces personnes. Il ne pourrait être déduit de la
vakorganisaties of hun leden het slachtoffer zouden zijn van een disposition en cause que les organisations syndicales agréées ou leurs
discriminatie omdat die vakorganisaties uitgesloten zijn van het recht affiliés seraient victimes d'une discrimination parce que ces
om aanwezig te zijn bij de examens die door SELOR worden organisations sont écartées du droit d'assister aux épreuves
georganiseerd. organisées par SELOR.
B.8. De vraag dient ontkennend te worden beantwoord. B.8. La question appelle une réponse négative.
Om die redenen, Par ces motifs,
het Hof la Cour
zegt voor recht : dit pour droit :
Artikel 17, 3°, van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de L'article 17, 3°, de la loi du 19 décembre 1974 organisant les
betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel relations entre les autorités publiques et les syndicats des agents
schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet, doordat het de relevant de ces autorités ne viole pas les articles 10 et 11 de la
erkende vakorganisaties niet toestaat aanwezig te zijn bij de Constitution en ce qu'il ne permet pas aux organisations syndicales
vergelijkende examens en examens die voor de personeelsleden worden georganiseerd. agréées d'assister aux concours et examens organisés pour les agents.
Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise,
artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur
Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 3 oktober 2001. la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 3 octobre 2001.
De griffier, De voorzitter, Le greffier, Le président,
P.-Y. Dutilleux. M. Melchior. P.-Y. Dutilleux. M. Melchior.
^