← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 1/2000 van 19 januari 2000 Rolnummer : 1475 In zake: de
prejudiciële vraag betreffende artikel 26 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof,
gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg te Nijvel."
Uittreksel uit arrest nr. 1/2000 van 19 januari 2000 Rolnummer : 1475 In zake: de prejudiciële vraag betreffende artikel 26 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg te Nijvel. | Extrait de l'arrêt n° 1/2000 du 19 janvier 2000 Numéro du rôle: 1475 En cause: la question préjudicielle relative à l'article 26 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, posée par le Tribunal de première instance de Nivel La Cour d'arbitrage, composée des présidents M. Melchior et G. De Baets, et des juges H. Boel, E(...) |
---|---|
ARBITRAGEHOF | COUR D'ARBITRAGE |
Uittreksel uit arrest nr. 1/2000 van 19 januari 2000 | Extrait de l'arrêt n° 1/2000 du 19 janvier 2000 |
Rolnummer : 1475 | Numéro du rôle: 1475 |
In zake: de prejudiciële vraag betreffende artikel 26 van de | En cause: la question préjudicielle relative à l'article 26 de la loi |
bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, gesteld door de | spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, posée par le |
Rechtbank van eerste aanleg te Nijvel. | Tribunal de première instance de Nivelles. |
Het Arbitragehof, | La Cour d'arbitrage, |
samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en G. De Baets, en de | composée des présidents M. Melchior et G. De Baets, et des juges H. |
rechters H. Boel, E. Cerexhe, H. Coremans, A. Arts en R. Henneuse, | Boel, E. Cerexhe, H. Coremans, A. Arts et R. Henneuse, assistée du |
bijgestaan door de griffier L. Potoms, onder voorzitterschap van voorzitter M. Melchior, | greffier L. Potoms, présidée par le président M. Melchior, |
wijst na beraad het volgende arrest: | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant: |
I. Onderwerp van de prejudiciële vraag | I. Objet de la question préjudicielle |
Bij vonnis van 18 november 1998 in zake de n.v. A.G. 1824 tegen T. | Par jugement du 18 novembre 1998 en cause de la s.a. A.G. 1824 contre |
Rousseau, A. Rousseau en L. Duchez, waarvan de expeditie ter griffie | T. Rousseau, A. Rousseau et L. Duchez, dont l'expédition est parvenue |
van het Arbitragehof is ingekomen op 2 december 1998, heeft de | au greffe de la Cour d'arbitrage le 2 décembre 1998, le Tribunal de |
Rechtbank van eerste aanleg te Nijvel de volgende prejudiciële vraag | première instance de Nivelles a posé la question préjudicielle |
gesteld: | suivante: |
« Schendt artikel 26 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | « L'article 26 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour |
Arbitragehof de artikelen 10 en 11 van de Grondwet indien het in die | d'arbitrage viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution s'il |
zin wordt geïnterpreteerd dat het van toepassing is op de situaties | |
die beëindigd zijn vóór de inwerkingtreding ervan en niet in die zin | est interprété en ce sens qu'il s'applique aux situations révolues |
dat het slechts van toepassing is op de situaties die niet beëindigd | avant son entrée en vigueur et non en ce sens qu'il ne s'applique |
zijn op het ogenblik van de inwerkingtreding ervan ? » | qu'aux situations non révolues lors de son entrée en vigueur ? » |
(...) | (...) |
IV. In rechte | IV. En droit |
(...) | (...) |
B.1. Artikel 26 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | B.1. L'article 26 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour |
Arbitragehof bepaalt: | d'arbitrage énonce: |
« § 1. Het Arbitragehof doet, bij wijze van prejudiciële beslissing, | « § 1er. La Cour d'arbitrage statue, à titre préjudiciel, par voie |
uitspraak bij wege van arrest op vragen omtrent: | d'arrêt, sur les questions relatives à: |
1° de schending door een wet, een decreet of een in artikel 26bis | 1° la violation par une loi, un décret ou une règle visée à l'article |
[thans artikel 134] van de Grondwet bedoelde regel van de regels die | 26bis [actuellement l'article 134] de la Constitution, des règles qui |
door of krachtens de Grondwet zijn vastgesteld voor het bepalen van de | sont établies par la Constitution ou en vertu de celle-ci pour |
onderscheiden bevoegdheid van de Staat, de Gemeenschappen en de | déterminer les compétences respectives de l'Etat, des Communautés et |
Gewesten; | des Régions; |
2° onverminderd 1°, elk conflict tussen decreten of tussen regels | 2° sans préjudice du 1°, tout conflit entre décrets ou entre règles |
bedoeld in artikel 26bis [thans artikel 134] van de Grondwet, die | visées à l'article 26bis [actuellement l'article 134] de la |
uitgaan van verschillende wetgevers en voor zover het conflict | Constitution émanant de législateurs distincts et pour autant que le |
ontstaan is uit hun onderscheiden werkingssfeer; | conflit résulte de leur champ d'application respectif; |
3° de schending door een wet, een decreet of een in artikel 26bis | 3° la violation par une loi, un décret ou une règle visée à l'article |
[thans artikel 134] van de Grondwet bedoelde regel van de artikelen 6, | 26bis [actuellement l'article 134] de la Constitution, des articles 6, |
6bis en 17 [thans de artikelen 10, 11 en 24] van de Grondwet. § 2. Indien een vraag te dien aanzien wordt opgeworpen voor een rechtscollege, dan moet dit college het Arbitragehof verzoeken op deze vraag uitspraak te doen. Het rechtscollege is daartoe echter niet gehouden wanneer de vordering niet ontvankelijk is om procedureredenen die ontleend zijn aan normen die zelf niet het onderwerp uitmaken van het verzoek tot het stellen van de prejudiciële vraag. Het rechtscollege waarvan de beslissing vatbaar is voor, al naar het geval, hoger beroep, verzet, voorziening in cassatie of beroep tot vernietiging bij de Raad van State, is daartoe evenmin gehouden: 1° wanneer het Arbitragehof reeds uitspraak heeft gedaan op een vraag of een beroep met hetzelfde onderwerp; 2° wanneer het rechtscollege meent dat het antwoord op de prejudiciële | 6bis et 17 [actuellement les articles 10, 11 et 24] de la Constitution. § 2. Lorsqu'une telle question est soulevée devant une juridiction, celle-ci doit demander à la Cour d'arbitrage de statuer sur cette question. Toutefois, la juridiction n'y est pas tenue lorsque l'action est irrecevable pour des motifs de procédure tirés de normes ne faisant pas elles-mêmes l'objet de la demande de question préjudicielle. La juridiction, dont la décision est susceptible, selon le cas, d'appel, d'opposition, de pourvoi en cassation ou de recours en annulation au Conseil d'Etat, n'y est pas tenue non plus: 1° lorsque la Cour a déjà statué sur une question ou un recours ayant le même objet; 2° lorsqu'elle estime que la réponse à la question préjudicielle n'est |
vraag niet onontbeerlijk is om uitspraak te doen; | pas indispensable pour rendre sa décision; |
3° wanneer de wet, het decreet of de in artikel 26bis [thans artikel | 3° si la loi, le décret ou la règle visée à l'article 26bis |
134] van de Grondwet bedoelde regel een regel of een artikel van de | [actuellement l'article 134] de la Constitution ne viole manifestement |
Grondwet bedoeld in § 1 klaarblijkelijk niet schendt. » | pas une règle ou un article de la Constitution visés au § 1er. » |
B.2. In tegenstelling tot wat wordt opgeworpen in de prejudiciële | B.2. Contrairement à ce qui est soulevé dans la question préjudicielle |
vraag en in de eraan voorafgaande overwegingen van de | et dans les considérations préalables de la décision de renvoi, |
verwijzingsbeslissing wordt in artikel 26 van de bijzondere wet van 6 | l'article 26 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 ne fait pas de |
januari 1989 geen onderscheid gemaakt naargelang de prejudiciële | distinction selon que les questions préjudicielles sont posées dans le |
vragen gesteld worden naar aanleiding van situaties die zijn beëindigd | cadre de situations révolues avant l'entrée en vigueur de cette |
vóór de inwerkingtreding van die bepaling op 17 januari 1989 of naar aanleiding van situaties die niet zijn beëindigd op die datum. Het blijkt overigens uit het begrip « prejudiciële vraag » zelf dat een dergelijke vraag slechts kan worden gesteld in het kader van een hangend geschil en niet ten aanzien van zaken die definitief hun beslag hebben gekregen. De prejudiciële vraag is zonder voorwerp. Om die redenen, het Hof verklaart dat de vraag zonder voorwerp is. Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig | disposition, le 17 janvier 1989, ou dans le cadre de situations non révolues à cette date. Il découle par ailleurs de la notion même de question préjudicielle qu'une telle question ne peut être posée que dans le cadre d'une procédure en cours et non à l'égard d'affaires définitivement réglées. La question préjudicielle est sans objet. Par ces motifs, la Cour déclare que la question est sans objet. Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, |
artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 19 januari 2000. | la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 19 janvier 1999. |
De griffier, | Le greffier, |
L. Potoms. | L. Potoms. |
De voorzitter, | Le président, |
M. Melchior. | M. Melchior. |