← Terug naar "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij twee arresten
van 24 maart 2015 in zake Roland Thienpont tegen de Belgische Staat, waarvan de expedities ter griffie
van het Hof zijn ingekomen op 3 april 2015, h « Schendt art. 171, 5°, c) WIB 92 de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat
er geen objectieve(...)"
| Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij twee arresten van 24 maart 2015 in zake Roland Thienpont tegen de Belgische Staat, waarvan de expedities ter griffie van het Hof zijn ingekomen op 3 april 2015, h « Schendt art. 171, 5°, c) WIB 92 de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat er geen objectieve(...) | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par deux arrêts du 24 mars 2015 en cause de Roland Thienpont contre l'Etat belge, dont les expéditions sont parvenues au greffe de la Cour le 3 avril 2015, la Cour d'appel de Ga « L'article 171, 5°, c), du CIR 1992 viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution, en ce qu'(...) |
|---|---|
| GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
| Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 |
| januari 1989 Bij twee arresten van 24 maart 2015 in zake Roland Thienpont tegen de | Par deux arrêts du 24 mars 2015 en cause de Roland Thienpont contre |
| Belgische Staat, waarvan de expedities ter griffie van het Hof zijn | l'Etat belge, dont les expéditions sont parvenues au greffe de la Cour |
| ingekomen op 3 april 2015, heeft het Hof van Beroep te Gent de | le 3 avril 2015, la Cour d'appel de Gand a posé la question |
| volgende prejudiciële vraag gesteld : | préjudicielle suivante : |
| « Schendt art. 171, 5°, c) WIB 92 de artikelen 10 en 11 van de | « L'article 171, 5°, c), du CIR 1992 viole-t-il les articles 10 et 11 |
| Grondwet, doordat er geen objectieve en redelijke verantwoording | de la Constitution, en ce qu'il n'existe pas de justification |
| bestaat voor het gemaakte onderscheid tussen enerzijds | objective et raisonnable pour la distinction établie entre, d'une |
| compensatievergoedingen die na de stopzetting werden bekomen (art. 28 | part, les indemnités compensatoires qui ont été obtenues |
| eerste lid, 3° a WIB 92) afzonderlijk belastbaar tegen het gemiddelde | postérieurement à la cessation (article 28, alinéa 1er, 3°, a, du CIR |
| tarief dat van toepassing is op de belastbare inkomsten van het | 1992) et qui sont imposables distinctement au taux moyen afférent aux |
| laatste vorige jaar waarin de belastingplichtige een normale | revenus imposables de la dernière année antérieure pendant laquelle le |
| beroepsactiviteit heeft uitgeoefend en anderzijds | contribuable a eu une activité professionnelle normale et, d'autre |
| compensatievergoedingen die tijdens de exploitatie werden genoten | part, les indemnités compensatoires qui ont été obtenues au cours de |
| (art. 27, tweede lid, 4° a WIB 92) afzonderlijk belastbaar aan 16,5 of | l'exploitation (article 27, alinéa 2, 4°, a, du CIR 1992) et qui sont |
| 33 procent (art. 171, 1°, c) en 171, 4°, b) WIB 1992) ? ». | imposables distinctement au taux de 16,5 ou de 33 p.c. (article 171, |
| 1°, c), et 171, 4°, b), du CIR 1992 ? ». | |
| Die zaken, ingeschreven onder de nummers 6179 en 6180 van de rol van | Ces affaires, inscrites sous les numéros 6179 et 6180 du rôle de la |
| het Hof, werden samengevoegd. | Cour, ont été jointes. |
| De griffier, | Le greffier, |
| F. Meersschaut | F. Meersschaut |