← Terug naar "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest
van 30 november 2009 in zake Carole Piret tegen de nv « AXA Bank Belgium », waarvan de expeditie ter
griffie van het Hof is ingekomen op 3 december 2009, « Is er geen sprake van een met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet strijdige
discriminatie tusse(...)"
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 30 november 2009 in zake Carole Piret tegen de nv « AXA Bank Belgium », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 3 december 2009, « Is er geen sprake van een met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet strijdige discriminatie tusse(...) | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par arrêt du 30 novembre 2009 en cause de Carole Piret contre la SA « AXA Bank Belgium », dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 3 décembre 2009, la Cour d'appe « N'existe-t-il pas une discrimination contraire aux articles 10 et 11 de la Constitution entre la (...) |
---|---|
GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 |
januari 1989 Bij arrest van 30 november 2009 in zake Carole Piret tegen de nv « AXA | Par arrêt du 30 novembre 2009 en cause de Carole Piret contre la SA « |
Bank Belgium », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is | AXA Bank Belgium », dont l'expédition est parvenue au greffe de la |
ingekomen op 3 december 2009, heeft het Hof van Beroep te Luik de | Cour le 3 décembre 2009, la Cour d'appel de Liège a posé la question |
volgende prejudiciële vraag gesteld : | préjudicielle suivante : |
« Is er geen sprake van een met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet strijdige discriminatie tussen de situatie van de echtgenoot van de verschoonde gefailleerde en die van de persoon die een verklaring van wettelijke samenwoning met de verschoonde gefailleerde heeft afgelegd, in zoverre de eerstgenoemde, die zich persoonlijk aansprakelijk heeft gesteld voor de schuld van zijn gefailleerde echtgenoot, door de werking van de verschoonbaarheid wordt bevrijd van zijn verplichting, terwijl de laatstgenoemde, die zich samen met de gefailleerde heeft verbonden, niet wordt bevrijd, hoewel beiden ertoe gehouden zijn bij te dragen in de lasten van het samenleven en de inkomsten van de eerstgenoemde bijgevolg definitief zullen worden vrijgesteld, terwijl die van de laatstgenoemde bezwaard blijven, met als gevolg dat de | « N'existe-t-il pas une discrimination contraire aux articles 10 et 11 de la Constitution entre la situation du conjoint du failli excusé et celle de la personne ayant souscrit une déclaration de cohabitation légale avec le failli excusé en ce que le premier, personnellement obligé à la dette de son conjoint failli, est libéré de son obligation par l'effet de l'excusabilité tandis que la seconde qui s'est obligée avec le failli n'est pas libérée alors que l'un et l'autre sont tenus de contribuer aux charges de la vie commune et que par conséquent les revenus du premier seront définitivement exemptés tandis que ceux de |
gefailleerde zelf, wanneer hij wettelijk samenwoont buiten het | la seconde restent grevés, avec la conséquence que le failli lui-même, |
huwelijk, in tegenstelling tot de gehuwde, mogelijk nog indirect moet | lorsqu'il cohabite légalement en dehors du mariage, reste, au |
tegemoetkomen in de betaling van de schulden van diegene met wie hij | contraire de celui qui est marié, exposé à intervenir indirectement |
samenleeft ? ». | dans le paiement des dettes de celui dont il partage l'existence ? ». |
Die zaak is ingeschreven onder nummer 4822 van de rol van het Hof. | Cette affaire est inscrite sous le numéro 4822 du rôle de la Cour. |
De griffier, | Le greffier, |
P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |