← Terug naar "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest
nr. 182.754 van 8 mei 2008 in zake de gemeente Keerbergen , de gemeente Haacht
(A. II.130.589/XII-3723) en de gemeente Boortmeerbee(...) « Doen de artikelen 112 en 114 van
de nieuwe gemeentewet, inzoverre zij een wijze van bekendmaking (...)"
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest nr. 182.754 van 8 mei 2008 in zake de gemeente Keerbergen , de gemeente Haacht (A. II.130.589/XII-3723) en de gemeente Boortmeerbee(...) « Doen de artikelen 112 en 114 van de nieuwe gemeentewet, inzoverre zij een wijze van bekendmaking (...) | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par arrêt n° 182.754 du 8 mai 2008 en cause de la commune de Keerbergen , la commune de Haacht (A. II.130.589/XII-3723) et la commune de Boortmeerbeek (A(...) « Les articles 112 et 114 de la nouvelle loi communale, en ce qu'ils instaurent un mode de publicat(...) |
---|---|
GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 |
januari 1989 Bij arrest nr. 182.754 van 8 mei 2008 in zake de gemeente Keerbergen | Par arrêt n° 182.754 du 8 mai 2008 en cause de la commune de |
(A. I.130.588/XII-3722), de gemeente Haacht (A. II.130.589/XII-3723) | Keerbergen (A. I.130.588/XII-3722), la commune de Haacht (A. |
en de gemeente Boortmeerbeek (A. III.130.591/XII-3724) tegen de | II.130.589/XII-3723) et la commune de Boortmeerbeek (A. |
gemeente Bonheiden en de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter | III.130.591/XII-3724) contre la commune de Bonheiden et l'Etat belge, |
griffie van het Hof is ingekomen op 22 mei 2008, heeft de Raad van | dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 22 mai 2008, le |
State de volgende prejudiciële vraag gesteld : | Conseil d'Etat a posé la question préjudicielle suivante : |
« Doen de artikelen 112 en 114 van de nieuwe gemeentewet, inzoverre zij een wijze van bekendmaking door aanplakking invoeren van de reglementen en verordeningen van de gemeentelijke overheden die ingeroepen kan worden tegen eender wie, met inbegrip van de personen van buiten de gemeente dewelke geen rechtstreekse belangen hebben op het grondgebied van de bekendmakende gemeente, inzonderheid voor de berekening van de verjaringstermijn van de beroepen tot nietigverklaring voor de Raad van State, geen discriminatie ontstaan tussen de genoemde personen en de bewoners van de gemeente, die in strijd is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet ? ». Die zaak is ingeschreven onder nummer 4468 van de rol van het Hof. De griffier, | « Les articles 112 et 114 de la nouvelle loi communale, en ce qu'ils instaurent un mode de publication des règlements et ordonnances des autorités communales par voie d'affiche, opposable à quiconque, y compris aux personnes étrangères à la commune qui n'ont pas d'intérêts directs sur le territoire de la commune qui procède à la publication, ne font-ils pas naître entre les personnes précitées et les habitants de la commune une discrimination contraire aux articles 10 et 11 de la Constitution, en particulier pour ce qui concerne le calcul des délais de prescription des recours en annulation devant le Conseil d'Etat ? ». Cette affaire est inscrite sous le numéro 4468 du rôle de la Cour. Le greffier, |
P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |