← Terug naar "Arrest nr. 35/99 van 17 maart 1999 Rolnummer 1342 In zake : de prejudiciële vraag
betreffende de artikelen 418, eerste lid, en 419, 2°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992,
gesteld door het Hof van Beroep te Brussel. Het Arbit samengesteld uit de voorzitters
M. Melchior en L. De Grève, en de rechters H. Boel, L. François, P.(...)"
Arrest nr. 35/99 van 17 maart 1999 Rolnummer 1342 In zake : de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 418, eerste lid, en 419, 2°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, gesteld door het Hof van Beroep te Brussel. Het Arbit samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en L. De Grève, en de rechters H. Boel, L. François, P.(...) | Arrêt n° 35/99 du 17 mars 1999 Numéro du rôle : 1342 En cause : la question préjudicielle relative aux articles 418, alinéa 1 er , et 419, 2°, du Code des impôts sur les revenus 1992, posée par la Cour d'appel de Bruxelles. La Cou composée des présidents M. Melchior et L. De Grève, et des juges H. Boel, L. François, P. Martens, (...) |
---|---|
ARBITRAGEHOF | COUR D'ARBITRAGE |
Arrest nr. 35/99 van 17 maart 1999 | Arrêt n° 35/99 du 17 mars 1999 |
Rolnummer 1342 | Numéro du rôle : 1342 |
In zake : de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 418, eerste | En cause : la question préjudicielle relative aux articles 418, alinéa |
lid, en 419, 2°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, | 1er, et 419, 2°, du Code des impôts sur les revenus 1992, posée par la |
gesteld door het Hof van Beroep te Brussel. | Cour d'appel de Bruxelles. |
Het Arbitragehof, | La Cour d'arbitrage, |
samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en L. De Grève, en de | composée des présidents M. Melchior et L. De Grève, et des juges H. |
rechters H. Boel, L. François, P. Martens, J. Delruelle, G. De Baets, | Boel, L. François, P. Martens, J. Delruelle, G. De Baets, E. Cerexhe, |
E. Cerexhe, H. Coremans, A. Arts, R. Henneuse en M. Bossuyt, | H. Coremans, A. Arts, R. Henneuse et M. Bossuyt, assistée du greffier |
bijgestaan door de griffier L. Potoms, onder voorzitterschap van voorzitter M. Melchior, | L. Potoms, présidée par le président M. Melchior, |
wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
I. Onderwerp van de prejudiciële vraag | I. Objet de la question préjudicielle |
Bij arrest van 22 mei 1998 in zake de coöperatieve vennootschap naar | Par arrêt du 22 mai 1998 en cause de la société coopérative de droit |
Zwitsers recht « Société suisse d'assurances générales sur la vie | suisse Société suisse d'assurances générales sur la vie humaine contre |
humaine » tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie | l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour |
van het Arbitragehof is ingekomen op 28 mei 1998, heeft het Hof van | d'arbitrage le 28 mai 1998, la Cour d'appel de Bruxelles a posé la |
Beroep te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : | question préjudicielle suivante : |
« Maken de artikelen 308, eerste lid, van het Wetboek van de | « Les articles 308, alinéa 1er, du Code des impôts sur les revenus de |
inkomstenbelastingen 1964 en 418, eerste lid, van het Wetboek van de | 1964 et 418, alinéa 1er, du Code des impôts sur les revenus de 1992, |
inkomstenbelastingen 1992, enerzijds, en de artikelen 309, 2°, van het | d'une part, et les articles 309, 2°, du Code des impôts sur les |
Wetboek van de inkomstenbelastingen 1964 en 419, 2°, van het Wetboek | revenus de 1964 et 419, 2°, du Code des impôts sur les revenus de |
van de inkomstenbelastingen 1992, anderzijds, onder de | 1992, d'autre part, font-ils entre les contribuables une distinction |
belastingplichtigen een onderscheid dat strijdig is met de artikelen | |
10 en 11 van de Grondwet, in zoverre uit de voormelde artikelen | contraire aux articles 10 et 11 de la Constitution en tant qu'il |
voortvloeit dat een buitenlandse vennootschap met een Belgische | résulte de ces articles qu'une société étrangère ayant un |
vestiging geen recht heeft op moratoriuminteresten op overschotten van | |
roerende voorheffingen die, ten gevolge van een vergissing van de | établissement belge n'a pas droit à des intérêts moratoires sur des |
administratie, niet zijn vastgesteld naar aanleiding van de | excédents de précomptes mobiliers qui, à la suite d'une erreur de |
inkohiering van de globale belasting en die dus niet aan de | l'administration, n'ont pas été constatés à l'occasion de l'enrôlement |
vennootschap zijn terugbetaald binnen de normale termijn van twee | de l'impôt global et qui ne sont donc pas restitués à la société dans |
maanden vanaf de inkohiering van de belasting, maar later, naar | le délai normal de deux mois à dater de l'enrôlement de l'impôt, mais |
aanleiding van een beroep voor het hof van beroep tegen de ongunstige | plus tard, à la suite d'un recours devant la cour d'appel contre la |
beslissing van de gewestelijke directeur der belastingen, terwijl | décision défavorable du directeur régional des contributions, alors |
indien - onder overigens gelijke omstandigheden - de administratie dezelfde vergissing (weigering tot het verrekenen van de voorheffingen) begaat na de inkohiering van een aanvankelijk correcte aanslag of een vergissing in verband met het bedrag van belastbare grondslag, de vennootschap recht zal hebben op moratoriuminteresten op de terugbetaling van dezelfde sommen naar aanleiding van het beroep ? » II. De feiten en de rechtspleging in het bodemgeschil De verzoekster voor het Hof van Beroep is een buitenlandse vennootschap met een vaste inrichting in België en daarom onderworpen aan de belasting van de niet-inwoners (vennootschappen) op de winsten | que si - toutes choses égales par ailleurs - l'administration commet la même erreur (refus d'imputer les précomptes) après l'enrôlement d'une cotisation initiale correcte ou commet une erreur sur le montant de la base imposable, la société aura droit à des intérêts moratoires sur la restitution des mêmes sommes à la suite du recours ? » II. Les faits et la procédure antérieure La requérante devant la Cour d'appel est une société étrangère ayant un établissement stable en Belgique et soumise pour cette raison à l'impôt des non-résidents (sociétés) sur les bénéfices produits à |
die worden gemaakt door haar Belgische vestiging. Voor de aanslagjaren | l'intervention de son établissement belge. Pour les exercices |
1988, 1989, 1990 en 1991 had zij roerende voorheffingen aangegeven als | d'imposition 1988, 1989, 1990 et 1991, elle avait déclaré des |
definitief belaste inkomsten, die bijgevolg zijn onderworpen aan de | précomptes mobiliers au titre de revenus définitivement taxés et |
aftrek van de belastbare inkomsten. | sujets dès lors à la déduction des revenus imposables. |
De administratie weigerde die voorheffingen af te trekken. | L'administration refusa de déduire ces précomptes. |
Voor het aanslagjaar 1988 heeft de administratie de belasting echter | Pour l'exercice 1988, l'administration enrôla toutefois l'impôt |
ingekohierd overeenkomstig de aangifte en heeft zij pas nadien de | conformément à la déclaration et ce n'est qu'ultérieurement qu'elle |
volgens haar ten onrechte afgetrokken voorheffingen ingekohierd. Voor | enrôla les précomptes déduits selon elle à tort. Pour les exercices |
de aanslagjaren 1989 tot 1991, heeft zij kennis gegeven van haar | 1989 à 1991, elle notifia son refus avant l'enrôlement de l'impôt, qui |
weigering vóór de inkohiering van de belasting, die dus werd gevestigd | |
zonder de verrekening van de voorheffingen. | fut donc établi sans l'imputation des précomptes. |
De vennootschap diende tegen die inkohieringen bezwaarschriften in, | La société introduisit des réclamations contre ces enrôlements, |
die werden ingewilligd bij twee arresten van het Hof van Beroep te | auxquelles il fut fait droit par deux arrêts de la Cour d'appel de |
Brussel van 19 september 1996 : het heeft de aanslag die de betwiste | Bruxelles du 19 septembre 1996 : elle annula la cotisation, comportant |
voorheffingen bevatte in verband met het aanslagjaar 1988 vernietigd | les précomptes litigieux, relative à l'exercice 1988 et elle dégreva |
en het heeft de aanslagen in verband met de aanslagjaren 1989 tot 1991 | les cotisations relatives aux exercices 1989 à 1991 dans la mesure où |
verlicht, in zoverre zij geen rekening hielden met de verplichting tot | elles ne tenaient pas compte de l'obligation d'imputer et de restituer |
verrekening en terugbetaling van de genoemde voorheffingen. Diezelfde | lesdits précomptes. Ces mêmes arrêts ordonnent la réouverture des |
arresten gelasten de heropening van de debatten omtrent de vraag van | débats sur la question de la débition éventuelle d'intérêts |
mogelijk verschuldigde moratoriuminteresten. | moratoires. |
Bij zijn arrest van 22 mei 1998, heeft het Hof van Beroep, na | Par son arrêt du 22 mai 1998, la Cour d'appel, après avoir joint les |
samenvoeging van de zaken : | affaires : |
- de administratie ertoe veroordeeld moratoriuminteresten te betalen | - condamne l'administration à payer des intérêts moratoires sur |
op de voor het aanslagjaar 1988 ingekohierde belasting, | l'impôt enrôlé pour l'exercice 1988, correspondant aux précomptes dont |
overeenstemmende met de voorheffingen waarvan de verrekening ten | l'imputation fut refusée à tort par l'administration après |
onrechte werd geweigerd door de administratie na inkohiering van de | l'enrôlement de l'impôt lui-même, au motif que, « bien que le montant |
belasting zelf, om reden dat « hoewel het bedrag van die aanslag | |
overeenstemt met het bedrag van de roerende voorheffing, het niet om | de cette cotisation corresponde au montant du précompte mobilier, il |
een aanslag in de roerende voorheffing gaat, maar om een aanslag in de | ne s'agit pas d'une cotisation au précompte mobilier mais [d'] une |
belasting van de niet-inwoners vennootschappen »; | cotisation à l'impôt des non-résidents sociétés »; |
- wat betreft de eventueel verschuldigde interesten op de | - en ce qui concerne les intérêts éventuellement dus sur les |
voorheffingen in verband met de aanslagjaren 1989 tot 1991, waarvan de | précomptes relatifs aux exercices 1989 à 1991, dont l'imputation a été |
verrekening door de administratie is geweigerd vóór de inkohiering van | refusée par l'administration avant l'enrôlement de l'impôt, pose la |
de belasting, stelt het aan het Arbitragehof de voormelde prejudiciële vraag. | question préjudicielle précitée à la Cour d'arbitrage. |
III. De rechtspleging voor het Hof | III. La procédure devant la Cour |
Bij beschikking van 28 mei 1998 heeft de voorzitter in functie de | Par ordonnance du 28 mai 1998, le président en exercice a désigné les |
rechters van de zetel aangewezen overeenkomstig de artikelen 58 en 59 | juges du siège conformément aux articles 58 et 59 de la loi spéciale |
van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof. | du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage. |
De rechters-verslaggevers hebben geoordeeld dat er geen aanleiding was om artikel 71 of 72 van de organieke wet toe te passen. Bij beschikking van 9 juli 1998 heeft voorzitter M. Melchior de termijn voor het indienen van een memorie verlengd tot 30 september 1998. Van de verwijzingsbeslissing is kennisgegeven overeenkomstig artikel 77 van de organieke wet bij op 10 juli 1998 ter post aangetekende brieven; bij dezelfde brieven is kennisgegeven van de beschikking van 9 juli 1998. Het bij artikel 74 van de organieke wet voorgeschreven bericht is | Les juges-rapporteurs ont estimé n'y avoir lieu de faire application des articles 71 ou 72 de la loi organique. Par ordonnance du 9 juillet 1998, le président M. Melchior a prorogé jusqu'au 30 septembre 1998 le délai pour introduire un mémoire. La décision de renvoi a été notifiée conformément à l'article 77 de la loi organique, par lettres recommandées à la poste le 10 juillet 1998; l'ordonnance du 9 juillet 1998 a été notifiée par les mêmes lettres. L'avis prescrit par l'article 74 de la loi organique a été publié au |
bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 14 juli 1998. | Moniteur belge du 14 juillet 1998. |
Memories zijn ingediend door : | Des mémoires ont été introduits par : |
- de coöperatieve vennootschap naar Zwitsers recht « Société suisse | - la société coopérative de droit suisse Société suisse d'assurances |
d'assurances générales sur la vie humaine », met exploitatiezetel te | générales sur la vie humaine, ayant son siège d'exploitation à 1000 |
1000 Brussel, Wetstraat 82, bij op 27 augustus 1998 ter post | Bruxelles, rue de la Loi 82, par lettre recommandée à la poste le 27 |
aangetekende brief; | août 1998; |
- de Ministerraad, Wetstraat 16, 1000 Brussel, bij op 28 september | - le Conseil des ministres, rue de la Loi 16, 1000 Bruxelles, par |
1998 ter post aangetekende brief. | lettre recommandée à la poste le 28 septembre 1998. |
Van die memories is kennisgegeven overeenkomstig artikel 89 van de | Ces mémoires ont été notifiés conformément à l'article 89 de la loi |
organieke wet bij op 6 oktober 1998 ter post aangetekende brieven. | organique, par lettres recommandées à la poste le 6 octobre 1998. |
De coöperatieve vennootschap naar Zwitsers recht « Société suisse | La société coopérative de droit suisse Société suisse d'assurances |
d'assurances générales sur la vie humaine » heeft een memorie van | générales sur la vie humaine a introduit un mémoire en réponse, par |
antwoord ingediend bij op 30 oktober 1998 ter post aangetekende brief. | lettre recommandée à la poste le 30 octobre 1998. |
Bij beschikking van 29 oktober 1998 heeft het Hof de termijn | Par ordonnance du 29 octobre 1998, la Cour a prorogé jusqu'au 28 mai |
waarbinnen het arrest moet worden gewezen, verlengd tot 28 mei 1999. | 1999 le délai dans lequel l'arrêt doit être rendu. |
Bij beschikking van 16 december 1998 heeft voorzitter M. Melchior de | Par ordonnance du 16 décembre 1998, le président M. Melchior a soumis |
zaak voorgelegd aan het Hof in voltallige zitting. | l'affaire à la Cour réunie en séance plénière. |
Bij beschikking van 16 december 1998 heeft het Hof de zaak in | Par ordonnance du 16 décembre 1998, la Cour a déclaré l'affaire en |
gereedheid verklaard en de dag van de terechtzitting bepaald op 20 | état et fixé l'audience au 20 janvier 1999. |
januari 1999. Van die beschikking is kennisgegeven aan de partijen en hun advocaten | Cette ordonnance a été notifiée aux parties ainsi qu'à leurs avocats |
bij op 17 december 1998 ter post aangetekende brieven. | par lettres recommandées à la poste le 17 décembre 1998. |
Op de openbare terechtzitting van 20 januari 1999 : | A l'audience publique du 20 janvier 1999 : |
- zijn verschenen : | - ont comparu : |
. Mr. P. Glineur, advocaat bij de balie te Brussel, voor de | . Me P. Glineur, avocat au barreau de Bruxelles, pour la société |
coöperatieve vennootschap naar Zwitsers recht « Société suisse | coopérative de droit suisse Société suisse d'assurances générales sur |
d'assurances générales sur la vie humaine »; | la vie humaine; |
. Mr. O. Slusny, advocaat bij de balie te Brussel, voor de | . Me O. Slusny, avocat au barreau de Bruxelles, pour le Conseil des |
Ministerraad; | ministres; |
- hebben de rechters-verslaggevers P. Martens en G. De Baets verslag uitgebracht; | - les juges-rapporteurs P. Martens et G. De Baets ont fait rapport; |
- zijn de voornoemde advocaten gehoord; | - les avocats précités ont été entendus; |
- is de zaak in beraad genomen. | - l'affaire a été mise en délibéré. |
De rechtspleging is gevoerd overeenkomstig de artikelen 62 en volgende | La procédure s'est déroulée conformément aux articles 62 et suivants |
van de organieke wet, die betrekking hebben op het gebruik van de talen voor het Hof. | de la loi organique, relatifs à l'emploi des langues devant la Cour. |
IV. In rechte | IV. En droit |
- A - | - A - |
Standpunt van de « Société suisse d'assurances générales sur la vie | Position de la Société suisse d'assurances générales sur la vie |
humaine », verzoekster voor het Hof van Beroep | humaine, requérante devant la Cour d'appel |
A.1. Bij uitzondering op artikel 308, eerste lid, van het Wetboek van | A.1. Par exception à l'article 308, alinéa 1er, du Code des impôts sur |
de inkomstenbelastingen 1964 (hierna : W.I.B. 1964) (artikel 418, | les revenus 1964 (ci-après : C.I.R. 1964) (article 418, alinéa 1er, du |
eerste lid, van het W.I.B. 1992), dat de Staat ertoe verplicht | |
moratoriuminteresten toe te kennen in geval van terugbetaling van | C.I.R. 1992) obligeant l'Etat à allouer des intérêts moratoires en cas |
belastingen, bepaalt artikel 309, 2°, van het W.I.B. 1964 (artikel | de restitution d'impôts, l'article 309, 2°, du C.I.R. 1964 (article |
419, 2°, van het W.I.B. 1992) dat geen moratoriuminterest verschuldigd | 419, 2°, du C.I.R. 1992) dispose qu'aucun intérêt moratoire n'est dû |
is in geval van terugbetaling van voorheffingen en voorafbetalingen. | en cas de restitution de précomptes et de versements anticipés. |
Die bepaling vindt haar oorsprong in artikel 5 van de wet van 27 juli | Cette disposition trouve son origine dans l'article 5 de la loi du 27 |
1953 tot invoering van maatregelen om de invordering der directe | juillet 1953 instaurant des mesures en vue d'activer le recouvrement |
belastingen te bespoedigen. Uit de parlementaire voorbereiding van die | des impôts directs. Il résulte des travaux préparatoires de cette loi |
wet volgt dat de toekenning van moratoriuminteresten in geval van | que l'octroi d'intérêts moratoires en cas de restitution d'impôts dus |
terugbetaling van belastingen die verschuldigd zijn aan de bron, op | à la source se heurterait à des difficultés matérielles considérables |
aanzienlijke materiële moeilijkheden zou stuiten, en zulks zonder | et ne présenterait, de surcroît, pas de réelle utilité (Doc. parl., |
werkelijk nut (Parl. St., Kamer, 1952-1953, nr. 277, p. 10). | Chambre, 1952-1953, n° 277, p. 10). |
A.2.1. De wettelijke regel is redelijkerwijze verantwoord wanneer de | A.2.1. La règle légale est raisonnablement justifiée lorsque la |
terugbetaling van voorheffing plaatsvindt binnen de normale termijn | restitution de précompte a lieu dans le délai normal de deux mois qui |
van twee maanden die volgt op de inkohiering van de belasting. | suit l'enrôlement de l'impôt. |
A.2.2. Zulks is niet het geval wanneer, zoals te dezen, de | A.2.2. Tel n'est pas le cas lorsque, comme en l'espèce, |
administratie, op het ogenblik van de inkohiering van de belasting, | l'administration, au moment de l'enrôlement de l'impôt, considère |
onwettig van oordeel is dat zij niet ertoe gehouden is een overschot | illégalement qu'elle n'est pas tenue de rembourser un excédent de |
van roerende voorheffing terug te betalen. Rekening houdend met de overbelasting van de gewestelijke directies en van de hoven van beroep, kan de erkenning van het recht van de belastingplichtige op de terugbetaling van een overschot van voorheffing aldus verscheidene jaren duren. A.2.3. Geen enkele van de hiervoor aangevoerde verantwoordingen kan op dit geval worden toegepast. In de eerste plaats gaat het hier om een vergissing die is gemaakt door de Staat terwijl de parlementaire voorbereiding het geval beoogt van een vergissing vanwege de schuldenaar van de inkomsten. In de tweede plaats stuit de toekenning van moratoriuminteresten in dit geval op geen enkele materiële moeilijkheid. Ten slotte is die toekenning van moratoriuminteresten, gelet op de duur van de procedures van bezwaar en hoger beroep in fiscale aangelegenheden, niet zonder werkelijk nut. | précompte mobilier. Compte tenu de l'encombrement des directions régionales et des cours d'appel, la reconnaissance du droit du contribuable à la restitution de l'excédent de précompte peut alors prendre plusieurs années. A.2.3. Aucune des justifications évoquées plus haut ne peut s'appliquer à cette hypothèse. Premièrement, il s'agit ici d'une erreur commise par l'Etat alors que les travaux préparatoires envisagent l'hypothèse d'une erreur du débiteur du revenu. Deuxièmement, aucune difficulté matérielle ne se heurte à l'octroi d'intérêts moratoires dans ce cas. Enfin, étant donné la durée des procédures de réclamation et d'appel en matière fiscale, cette allocation d'intérêts moratoires n'est pas sans réelle utilité. |
A.3. Het wetsontwerp betreffende de beslechting van fiscale | A.3. Le projet de loi relative au contentieux en matière fiscale, |
geschillen, aangenomen door de Kamer op 28 april 1998 (Parl. St., | adopté par la Chambre le 28 avril 1998 (Doc. parl., Chambre, |
Kamer, 1997-1998, nr. 1341/20, pp. 12 en 13) en thans voorgelegd aan | 1997-1998, n° 1341/20, pp. 12 et 13) et actuellement soumis au Sénat, |
de Senaat, strekt ertoe moratoriuminteresten toe te kennen in geval | tend à octroyer des intérêts moratoires en cas de remboursement de |
van terugbetaling van voorheffing na de normale termijn van twee | précompte après le délai normal de deux mois, ce qui constitue une |
maanden, wat een impliciete erkenning betekent van het onverantwoorde | reconnaissance implicite du caractère injustifié de l'application de |
karakter van de toepassing van artikel 309, 2°, van het W.I.B. 1964 | l'article 309, 2°, du C.I.R. 1964 (article 419, 2°, du C.I.R. 1992) |
(artikel 419, 2°, van het W.I.B. 1992) in de gevallen zoals datgene | dans des hypothèses telles que celle qui se présente en l'espèce. |
dat zich te dezen voordoet. | |
A.4. De uitzondering op de verschuldigdheid van moratoriuminteresten | A.4. L'exception à la débition d'intérêts moratoires n'est donc pas |
is dus niet redelijkerwijze verantwoord wanneer de terugbetaling van | raisonnablement justifiée lorsque la restitution de l'excédent de |
het overschot van voorheffing niet binnen de normale termijn gebeurt. | précompte n'intervient pas dans un délai normal. Dans cette mesure, il |
In zoverre bestaat er geen redelijke verhouding van evenredigheid | n'existe pas de rapport raisonnable de proportionnalité entre le moyen |
tussen het aangewende middel en het beoogde doel. | employé et le but visé |
A.5. De toepassing van het onderscheid dat is teweeggebracht in de | A.5. L'application de la distinction créée par les articles 308, |
artikelen 308, eerste lid, en 309, 2°, van het W.I.B. 1964 (artikelen | alinéa 1er, et 309, 2°, du C.I.R. 1964 (articles 418, alinéa 1er, et |
418, eerste lid, en 419, 2°, van het W.I.B. 1992) leidt dus ertoe dat dezelfde vennootschap al dan niet recht heeft op moratoriuminteresten op het bedrag van de voorheffingen die door de fiscus op onwettige wijze zijn beschouwd als zijnde noch verrekenbaar noch terugbetaalbaar, naar gelang van het ogenblik waarop de administratie de fout begaat : na de inkohiering van de belasting van deniet-inwoners (vennootschappen) of voordien. Een dergelijk onderscheid is verstoken van elke redelijke verantwoording. Te dezen, voor het boekjaar 1988, heeft de teruggave van de ingekohierde belasting, die overeenstemt met de niet-verrekende voorheffingen, aanleiding gegeven tot de betaling van de | 419, 2°, du C.I.R. 1992) conduit donc à ce que la même société ait droit ou non à des intérêts moratoires sur le montant des précomptes considérés illégalement par le fisc comme non imputables ni restituables, selon le moment où l'administration commet l'erreur : après l'enrôlement de l'impôt des non-résidents (sociétés) ou antérieurement. Une telle distinction est dénuée de toute justification raisonnable. En l'espèce, pour l'exercice 1988, la restitution de l'impôt enrôlé, correspondant aux précomptes non imputés, a donné lieu au paiement |
moratoriuminteresten; voor de aanslagjaren 1989 tot 1991, waarvoor de | d'intérêts moratoires; pour les exercices 1989 à 1991, le refus |
weigering om de voorheffingen te verrekenen aan de inkohiering van de | d'imputer les précomptes ayant précédé l'enrôlement de l'impôt, |
belasting voorafging, weigert de administratie aan de terugbetaling van die voorheffingen een moratoriuminterest te koppelen. Standpunt van de Ministerraad A.6. Na uiteenzetting van de te dezen toepasbare wetgeving, oordeelt de Ministerraad dat, wanneer de administratie op onregelmatige wijze heeft geweigerd voorheffingen te verrekenen, zij nooit ertoe gehouden is moratoriuminteresten te betalen op de terugbetaling van die voorheffingen, ongeacht het ogenblik waarop zij beslist die verrekening te weigeren. Bijgevolg moet de terugbetaling, ongeacht of die voorheffingen door de belastingplichtige vennootschap zijn betaald naar aanleiding van de weigering vanwege de fiscus om ze te verrekenen | l'administration refuse d'assortir le remboursement de ces précomptes d'un intérêt moratoire. Position du Conseil des ministres A.6. Après avoir exposé la législation applicable à l'espèce, le Conseil des ministres considère que, lorsque l'administration a refusé irrégulièrement d'imputer des précomptes, elle n'est jamais tenue de payer des intérêts moratoires sur la restitution de ces précomptes, quel que soit le moment où elle décide de refuser cette imputation. En conséquence, que ces précomptes aient été payés par la société contribuable à la suite du refus opposé par le fisc de les imputer sur |
met de belastbare inkomsten vóór de inkohiering van de belasting of | les revenus imposables avant l'enrôlement de l'impôt ou en exécution |
ter uitvoering van een inkohiering van belasting, in alle gevallen | d'un enrôlement d'impôt, la restitution doit s'analyser dans tous les |
worden beschouwd als een terugbetaling van een voorheffing die, | cas comme une restitution de précompte ne pouvant pas donner lieu, en |
krachtens artikel 309, 2°, van het W.I.B. 1964 (artikel 419, 2°, van | vertu de l'article 309, 2°, du C.I.R. 1964 (article 419, 2°, du C.I.R. |
het W.I.B. 1992), geen aanleiding kan geven tot de verschuldigdheid | 1992), à la débition d'intérêts moratoires. |
van moratoriuminteresten. | |
A.7. Het is bijgevolg ten onrechte dat, te dezen, aan de terugbetaling | A.7. C'est dès lors à tort que, en l'espèce, le remboursement des |
van de betaalde sommen moratoriuminteresten zijn gekoppeld voor het | sommes payées s'est accompagné d'intérêts moratoires pour l'exercice |
aanslagjaar 1988, aangezien het niet om een terugbetaling van | 1988, s'agissant non pas d'une restitution d'impôts mais d'une |
belastingen maar om een terugbetaling van voorheffing gaat. | restitution de précompte. |
Er diende dus geen verschillende oplossing te worden toegepast voor | Il n'y avait donc pas lieu d'appliquer une solution différente pour |
het aanslagjaar 1988 ten aanzien van de andere aanslagjaren, aangezien | l'exercice 1988 par rapport aux autres exercices d'imposition, les |
de terugbetaalde sommen overschotten van voorheffing vormen, zelfs al | sommes restituées constituant des excédents de précompte même si |
hebben die sommen het voorwerp uitgemaakt van een bijkomende aanslag. | lesdites sommes ont fait l'objet d'une cotisation complémentaire. |
A.8. Daaruit volgt dat de artikelen 308, eerste lid, en 309, 2°, van | A.8. Il en résulte que les articles 308, alinéa 1er, et 309, 2°, du |
het W.I.B. 1964 (artikelen 418, eerste lid, en 419, 2°, van het W.I.B. | C.I.R. 1964 (articles 418, alinéa 1er, et 419, 2°, du C.I.R. 1992) ne |
1992) geen onderscheid maken onder de belastingplichtigen naargelang | font pas de distinction entre les contribuables suivant que |
de administratie onmiddellijk heeft geweigerd de voorheffingen te | l'administration a immédiatement refusé d'imputer les précomptes ou a |
verrekenen of die weigering heeft geformuleerd na de inkohiering van | opposé ce refus après l'enrôlement d'une cotisation initiale correcte. |
een eerste correcte aanslag. | |
De aan het Hof voorgelegde vraag is bijgevolg zonder voorwerp. | La question soumise à la Cour est dès lors sans objet. |
Antwoord van de « Société suisse d'assurances générales sur la vie humaine » | Réponse de la Société suisse d'assurances générales sur la vie humaine |
A.9. Het door de Ministerraad ingenomen standpunt leidt ertoe uit het | A.9. La position adoptée par le Conseil des ministres aboutit à faire |
oog te doen verliezen dat de prejudiciële vraag de situatie die zich | perdre de vue que la question préjudicielle compare également la |
te dezen voordoet eveneens vergelijkt met een ander geval dan datgene | situation qui se présente en l'espèce avec une autre hypothèse que |
dat voortvloeit uit de feitelijke situatie van de betrokkene, waarin | celle qui résulte de la situation de fait de l'intéressée, dans |
de betaling van moratoriuminteresten wordt aangenomen in geval van | laquelle le paiement d'intérêts moratoires est admis en cas |
inkohiering van de voorheffingen en dat niet is in geval van weigering | d'enrôlement des précomptes et ne l'est pas en cas de refus d'imputer |
om de voorheffingen te verrekenen bij de inkohiering van de belasting : het geval waarin de administratie een fout begaat in verband met het bedrag van de belastbare grondslag. De Ministerraad erkent echter expliciet in zijn memorie dat, in die situatie, een buitenlandse vennootschap recht heeft op moratoriuminteresten. De aan het Hof voorgelegde vraag is dus niet zonder voorwerp, zelfs indien de stelling van de Ministerraad betreffende het eerste geval verantwoord zou blijken. A.10. Het is overigens onterecht dat de Ministerraad beweert dat moratoriuminteresten niet verschuldigd waren in het eerste geval. Het Hof van Beroep heeft de Staat immers ertoe veroordeeld ze te betalen en aangezien de Staat zich niet tegen die veroordeling in cassatie heeft voorzien, heeft het arrest van het Hof van Beroep hieromtrent gezag van gewijsde. Het staat echter niet aan het Hof een vermeende onwettigheid te laken waardoor een definitieve beslissing zou zijn aangetast. A.11. Ten slotte beweert de Ministerraad ten onrechte dat de | les précomptes lors de l'enrôlement de l'impôt : celle où l'administration commet une erreur sur le montant de la base imposable. Or, le Conseil des ministres reconnaît explicitement dans son mémoire que, dans cette situation-là, une société étrangère a droit à des intérêts moratoires. La question soumise à la Cour n'est dès lors pas sans objet, même si la thèse du Conseil des ministres concernant la première hypothèse s'avérait justifiée. A.10. Au demeurant, c'est en vain que le Conseil des ministres prétend que des intérêts moratoires n'étaient pas dus dans cette première hypothèse. En effet, la Cour d'appel ayant condamné l'Etat à les payer et celui-ci ne s'étant pas pourvu en cassation contre cette condamnation, l'arrêt de la Cour d'appel a, sur ce point, autorité de la chose jugée. Or, il n'appartient pas à la Cour de censurer une prétendue illégalité dont serait entachée une décision définitive. A.11. C'est enfin à tort que le Conseil des ministres prétend que la |
bijkomende aanslag die voor het aanslagjaar 1988 is ingekohierd geen | cotisation supplémentaire enrôlée pour l'exercice 1988 ne |
belasting zou vormen in de zin van artikel 308, eerste lid, van het | constituerait pas un impôt au sens de l'article 308, alinéa 1er, du |
W.I.B. 1964. Dat volgt duidelijk uit de vermeldingen die voorkomen op | C.I.R. 1964. Cela ressort clairement des mentions figurant sur |
het aanslagbiljet. Het is overigens niet denkbaar want te dezen is de | l'avertissement-extrait de rôle. Ce n'est d'ailleurs pas concevable |
enige schuldenaar van de roerende voorheffing degene die de inkomsten | car, en l'espèce, le seul redevable du précompte mobilier est le |
verschuldigd is (artikel 164 van het W.I.B. 1964) en het zou absurd | débiteur des revenus (article 164 du C.I.R. 1964) et il serait absurde |
zijn te denken dat de Staat dezelfde voorheffingen een tweede maal ten | d'imaginer que l'Etat puisse enrôler une seconde fois les mêmes |
laste van de begunstigde van de inkomsten kan inkohieren. | précomptes à charge du bénéficiaire des revenus. |
- B - | - B - |
B.1.1. De artikelen 308, eerste lid, en 309, eerste lid, van het | B.1.1. Les articles 308, alinéa 1er, et 309, alinéa 1er, du Code des |
Wetboek van de inkomstenbelastingen 1964 (W.I.B. 1964) bepalen : | impôts sur les revenus de 1964 (C.I.R. 1964) disposent : |
308, eerste lid : | 308, alinéa 1er : |
« Bij terugbetaling van belastingen worden moratoriuminteresten | « En cas de restitution d'impôts, des intérêts moratoires sont alloués |
toegekend [...]. » | [...]. » |
309, eerste lid : | 309, alinéa 1er : |
« Geen interest wordt toegekend bij terugbetaling : [...] 2° van het | « Aucun intérêt moratoire n'est alloué en cas de restitution : [...] |
overschot van voorheffingen [...] als bedoeld bij artikel 211, § 2, | 2° de l'excédent de précomptes [...] visés à l'article 211, § 2, |
die ten voordele van de betrokken belastingplichtige geschiedt. » | effectuée au profit du contribuable intéressé. » |
Die bepalingen stemmen mutatis mutandis overeen met de artikelen 418, | Ces dispositions correspondent, mutatis mutandis, aux articles 418, |
eerste lid, en 419, eerste lid, 2°, van het Wetboek van de | alinéa 1er, et 419, alinéa 1er, 2°, du Code des impôts sur les revenus |
inkomstenbelastingen 1992 (W.I.B. 1992). | de 1992 (C.I.R. 1992). |
B.1.2. De prejudiciële vraag heeft enkel betrekking op gevallen waarin | B.1.2. La question préjudicielle concerne exclusivement des hypothèses |
het hof van beroep, recht doende op een beroep dat uitsluitend is | dans lesquelles, faisant droit à un recours fondé uniquement sur le |
gebaseerd op het Wetboek van de inkomstenbelastingen, de Staat ertoe | Code des impôts sur les revenus, la cour d'appel condamne l'Etat à |
veroordeelt aan een belastingplichtige de sommen terug te betalen die | rembourser au contribuable des sommes qu'il a payées à titre de |
hij als roerende voorheffing heeft betaald. Volgens de verwijzende | précompte mobilier. Selon le juge a quo, l'application des |
rechter leidt de toepassing van de voormelde bepalingen tot het | dispositions précitées aboutit à la différence de traitement suivante |
volgende verschil in behandeling : er zijn geen moratoriuminteresten | : il n'est pas dû d'intérêts moratoires lorsque l'excédent payé par le |
verschuldigd wanneer het door de belastingplichtige te veel betaalde | |
niet wordt vastgesteld bij de inkohiering van de globale aanslag; | contribuable n'est pas constaté lors de l'enrôlement de l'impôt |
moratoriuminteresten zijn verschuldigd in twee andere gevallen : in de | global; des intérêts moratoires sont dus dans deux autres hypothèses : |
eerste plaats, wanneer de globale aanslag aanvankelijk correct is | en premier lieu, lorsque la cotisation globale a d'abord été calculée |
berekend en wanneer later de terug te betalen overschotten van | correctement et qu'ultérieurement les excédents de précompte à |
voorheffing afzonderlijk ten opzichte van de genoemde aanslag worden | restituer font l'objet d'un enrôlement séparé de celui de ladite |
ingekohierd; in de tweede plaats, wanneer er een vergissing is gebeurd | cotisation; en second lieu, lorsqu'il y a eu erreur sur le montant de |
in verband met het bedrag van de belastbare grondslag. | la base imposable. |
B.1.3. De Ministerraad verzoekt het Hof de prejudiciële vraag zonder | B.1.3. Le Conseil des ministres invite la Cour à déclarer la question |
voorwerp te verklaren. Hij is immers van mening dat in alle hiervoor | préjudicielle sans objet. Il estime en effet que, dans tous les cas, |
bedoelde gevallen van terugbetaling van roerende voorheffing naar | visés ci-dessus, de restitution de précompte mobilier consécutive à |
aanleiding van een vergissing van de administratie geen enkele | une erreur de l'administration, aucun intérêt moratoire n'est dû, ces |
moratoriuminterest verschuldigd is, aangezien die gevallen op | |
identieke wijze moeten worden beschouwd als een terugbetaling van | hypothèses devant s'analyser de manière identique en une restitution |
overschot van voorheffing in de zin van artikel 309, eerste lid, van | d'excédent de précompte au sens de l'article 309, alinéa 1er, du |
het W.I.B. 1964 (419, eerste lid, 2°, van het W.I.B. 1992). | C.I.R. 1964 (419, alinéa 1er, 2°, du C.I.R. 1992). |
Wanneer, zoals te dezen, de verwijzende rechter een interpretatie | Lorsque, comme en l'espèce, le juge a quo adopte une interprétation de |
aanneemt van normen die hij aan de beoordeling van het Hof onderwerpt, | normes qu'il soumet à l'appréciation de la Cour, c'est en principe |
is het in beginsel in die interpretatie dat het Hof zijn toetsing | dans cette interprétation que la Cour exerce son contrôle, |
uitoefent, in het bijzonder wanneer hij, in de voor hem aanhangig | particulièrement si, dans la procédure pendante devant lui, il en a |
gemaakte procedure, uit de genoemde interpretatie definitief geworden | déduit des effets de droit devenus définitifs. |
rechtsgevolgen heeft afgeleid. | |
B.2. Onder de bedoelde categorieën van belastingplichtigen bestaat een | B.2. Il existe entre les catégories de contribuables visés une |
objectief verschil. Diegenen die een toekenning van | différence objective. Ceux qui bénéficient d'une allocation d'intérêts |
moratoriuminteresten genieten, hebben, bij de vestiging van de | moratoires ont fait l'objet, lors de l'établissement de la cotisation, |
aanslag, het voorwerp uitgemaakt van een vergissing die betrekking | d'une erreur portant sur la base imposable ou d'une erreur portant sur |
heeft op de belastbare grondslag of een vergissing die betrekking | l'imputation des précomptes mobiliers, mise en oeuvre sous la forme |
heeft op de verrekening van de roerende voorheffingen, die in werking | d'un enrôlement séparé de l'excédent de précompte, postérieurement à |
is gesteld in de vorm van een afzonderlijke inkohiering van het | l'établissement de la cotisation initiale correcte. Ceux à qui une |
overschot van voorheffing, na de vestiging van de aanvankelijk | telle allocation d'intérêts est refusée ont fait l'objet de la même |
correcte aanslag. Diegenen aan wie een dergelijke toekenning van | |
interesten is geweigerd, hebben het voorwerp uitgemaakt van dezelfde | erreur relative à l'imputation des précomptes mobiliers, mais elle a |
vergissing in verband met de verrekening van de roerende | été commise avant l'enrôlement de la cotisation globale, à l'occasion |
voorheffingen, maar die is gebeurd vóór de inkohiering van de globale | de l'établissement de celle-ci. |
aanslag, naar aanleiding van de vestiging ervan. | |
B.3.1. De in het geding zijnde bepalingen vinden hun oorsprong in | B.3.1. Les dispositions en cause trouvent leur origine dans les |
artikel 74, vijfde en zesde lid, van de gecoördineerde wetten van 15 | alinéas 5 et 6 de l'article 74 des lois coordonnées du 15 janvier 1948 |
januari 1948 betreffende de inkomstenbelastingen, ingevoegd bij | relatives à l'impôt sur les revenus, insérés par l'article 5 de la loi |
artikel 5 van de wet van 27 juli 1953. Nadat die bepalingen het | du 27 juillet 1953. Après avoir posé le principe du paiement |
beginsel hadden gesteld van de betaling van moratoriuminteresten door | d'intérêts moratoires par l'Etat en cas de restitution d'impôt, ces |
de Staat in geval van terugbetaling van belasting, voorzagen zij in | dispositions prévoyaient une exception, notamment lorsque le |
een uitzondering, met name wanneer de terugbetaling « aan de bron | remboursement concernait des « impôts dus à la source », qualifiés |
verschuldigde belastingen » betrof, thans « voorheffingen » genoemd. | aujourd'hui de « précomptes ». |
De memorie van toelichting van de wet van 1953 stelt dat « deze | L'exposé des motifs de la loi de 1953 indique que « cette disposition, |
bepaling, die dateert van de wet van 28 februari 1924, was gesteund op | qui remonte à la loi du 28 février 1924, était justifiée par des |
redenen van billijkheid » (Parl. St., Kamer, 1952-1953, nr. 277, p. 9) | raisons d'équité » (Doc. parl., Chambre, 1952-1953, n° 277, p. 9) et |
en dat, zoals de nalatige belastingplichtigen verwijlinteresten moeten | que, de même que les contribuables négligents doivent payer des |
betalen aan de Staat, « om dezelfde redenen [...] het dan ook billijk | intérêts de retard à l'Etat, « par identité de motifs, il n'est que |
[is] moratoire interesten aan de belastingplichtigen toe te kennen | juste d'accorder des intérêts moratoires aux contribuables, chaque |
telkens de Staat een gekweten belasting terugbetaalt [...] » (ibid., p.10). De uitzondering, inzonderheid in verband met de terugbetaling van de aan de bron verschuldigde belastingen, thans overeenstemmende met het overschot van voorheffing, wordt in de parlementaire voorbereiding van de wet als volgt gemotiveerd : « [...] de terugbetaling [kan] voortspruiten namelijk uit vergissingen begaan door de schuldenaar van het inkomen die verantwoordelijk is voor de storting van de belasting in de Schatkist maar deze last niet zelf draagt of niet geacht wordt hem zelf te dragen, uit de toepassing van artikel 52, waarbij maatregelen voorzien worden ten einde de | fois que l'Etat restitue un impôt payé [...] » (ibid., p. 10). L'exception, relative notamment à la restitution des impôts dus à la source, correspondant aujourd'hui à l'excédent de précompte, est motivée de la manière suivante dans les travaux préparatoires de cette loi : « [ . ], la restitution peut résulter notamment d'erreurs commises par le débiteur du revenu, responsable du versement de l'impôt au Trésor, mais ne supportant pas lui-même ou n'étant pas censé supporter personnellement cette charge, de l'application de l'article 52 qui |
dubbele belasting van dezelfde inkomsten in hoofde van dezelfde | prévoit des mesures en vue d'éviter la double taxation des mêmes |
belastingplichtige te vermijden, en ten slotte uit de regularisatie | revenus dans le chef du même redevable, et enfin de la régularisation |
van de fiscale toestand van de wedde-, loon-, pensioentrekkenden, | de la situation fiscale des appointés, salariés, pensionnés, etc., |
enz., wanneer het bedrag van de bij de bron ingehouden belasting hoger | lorsque le montant de l'impôt retenu à la source excède celui des |
is dan dit der belastingen werkelijk vorderbaar op het geheel der | impôts réellement exigibles sur l'ensemble des revenus professionnels |
bedrijfsinkomsten van de belastingplichtige. | du contribuable. |
De toekenning van moratoire interesten in voormelde gevallen zou | L'allocation d'intérêts moratoires dans les cas précités se heurterait |
doorgaans op aanzienlijk materiële moeilijkheden stuiten, en zulks | en général à des difficultés matérielles considérables et sans réelle |
zonder werkelijk nut. Zij zou anderdeels ongerechtvaardigd zijn | utilité. Elle serait d'ailleurs injustifiée lorsqu'elle est la |
wanneer zij het gevolg is van vergissingen in de storting der bij de | conséquence d'erreurs dans le versement des impôts dus à la source ou |
bron verschuldigde belastingen, of van de toepassing van artikel 52, | de l'application de l'article 52, puisque, dans le premier cas, il |
vermits in het eerste geval, het de schuldenaar van de belasting practisch onmogelijk zou zijn de moratoire interesten te verdelen over de werkelijke belastingplichtigen, te weten de begunstigden der belastbare inkomsten en, in de tweede onderstelling, de terugbetaling niet toegestaan wordt aan de werkelijke begunstigden van de inkomsten, doch aan de vennootschap die de last van de mobiliënbelasting niet zelf droeg of niet geacht wordt die last te hebben gedragen. »(ibid., p. 10) B.3.2. Het kan worden verantwoord dat geen enkele interest verschuldigd is bij terugbetaling van voorheffingen wanneer de schuldenaar spontaan meer heeft betaald dan hij verschuldigd was of wanneer het praktisch onmogelijk is de datum vast te stellen waarop de interesten zijn beginnen te lopen die moeten worden verdeeld onder de belastingplichtigen ten gunste van wie de inhoudingen gebeurd zijn door de schuldenaar van de voorheffingen. Zulks is met name het geval voor het overschot van bedrijfsvoorheffingen wanneer zij niet het voorwerp hebben uitgemaakt van een inkohiering op naam van de belastingplichtige. Niets verantwoordt daarentegen dat moratoriuminteresten worden geweigerd wanneer het gaat om roerende voorheffingen, wanneer de laattijdige terugbetaling van hun overschot is toe te schrijven aan een vergissing van de administratie en wanneer het mogelijk is de datum vast te stellen waarop de interesten beginnen te lopen. Een bijkomend onderscheid invoeren naargelang de voorheffing het voorwerp heeft uitgemaakt van een inkohiering, berust op een objectief criterium maar is niet pertinent ten aanzien van het nagestreefde doel. B.4. Uit wat voorafgaat volgt dat, indien zij in die zin worden geïnterpreteerd dat zij de belastingplichtigen moratoriuminteresten ontzeggen op de terugbetaling van roerende voorheffingen wanneer de verrekening ervan met de belasting onterecht door de administratie is | serait pratiquement impossible au débiteur de l'impôt de répartir les intérêts moratoires entre les véritables contribuables, à savoir les bénéficiaires des revenus imposables et, dans la deuxième éventualité, le remboursement est accordé non pas aux véritables bénéficiaires des revenus mais à la société qui n'a pas elle-même supporté ou n'est pas censée avoir supporté la charge de la taxe mobilière. » (ibid., p. 10) B.3.2. Il peut se justifier qu'aucun intérêt ne soit dû sur le remboursement de précomptes lorsque le redevable a payé spontanément plus qu'il ne devait ou lorsqu'il est pratiquement impossible de déterminer la date de prise de cours des intérêts à répartir entre les contribuables en faveur de qui les retenues ont été faites par le redevable des précomptes. Tel est le cas notamment de l'excédent de précomptes professionnels lorsqu'ils n'ont pas fait l'objet d'un enrôlement au nom du redevable. En revanche, rien ne justifie que des intérêts moratoires soient refusés lorsqu'il s'agit de précomptes mobiliers, que le remboursement tardif de leur excédent est imputable à une erreur de l'administration et que la détermination de la date de prise de cours des intérêts est possible. Introduire une distinction supplémentaire selon que le précompte a fait l'objet d'un enrôlement, repose sur un critère objectif mais est sans pertinence par rapport au but poursuivi. B.4. Il résulte de ce qui précède que, s'ils sont interprétés comme privant les contribuables d'intérêts moratoires sur la restitution de précomptes mobiliers lorsque l'imputation de ceux-ci sur l'impôt a été |
geweigerd, bij de vestiging van de globale aanslag, zonder dat er | indûment refusée par l'administration, à l'occasion de l'établissement |
inkohiering is geweest, de artikelen 308, eerste lid, van het W.I.B. | de la cotisation globale, sans qu'il y ait eu enrôlement, les articles |
1964 (418, eerste lid, van het W.I.B. 1992) en 309, eerste lid, van | 308, alinéa 1er, du C.I.R. 1964 (418, alinéa 1er, du C.I.R. 1992) et |
het W.I.B. 1964 (419, eerste lid, 2°, van het W.I.B. 1992) | 309, alinéa 1er, du C.I.R. 1964 (419, alinéa 1er, 2°, du C.I.R. 1992) |
discriminerend zijn. | sont discriminatoires. |
Om die redenen, | Par ces motifs, |
het Hof | la Cour |
zegt voor recht : | dit pour droit : |
Geïnterpreteerd in die zin dat een belastingplichtige geen recht heeft | |
op moratoriuminteresten op overschotten van roerende voorheffingen | Interprétés comme signifiant qu'un contribuable n'a pas droit à des |
die, ingevolge een vergissing van de administratie, niet zijn | intérêts moratoires sur des excédents de précomptes mobiliers qui, à |
vastgesteld bij de globale inkohiering en die niet zijn terugbetaald | la suite d'une erreur de l'administration, n'ont pas été constatés à |
binnen de normale termijn van twee maanden vanaf de datum van de | l'occasion de l'enrôlement global et qui ne sont pas restitués dans le |
inkohiering van de belasting, schenden de artikelen 308, eerste lid, | délai normal de deux mois à dater de l'enrôlement de l'impôt, les |
van het W.I.B. 1964 (418, eerste lid, van het W.I.B. 1992) en 309, | articles 308, alinéa 1er, du C.I.R. 1964 (418, alinéa 1er, du C.I.R. |
eerste lid, van het W.I.B. 1964 (419, eerste lid, 2°, van het W.I.B. | 1992) et 309, alinéa 1er, du C.I.R. 1964 (419, alinéa 1er, 2°, du |
1992) de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. | C.I.R. 1992) violent les articles 10 et 11 de la Constitution. |
Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig | Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, |
artikel 65 van de bijzondere van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
op de openbare terechtzitting van 17 maart 1999. | la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 17 mars 1999. |
De griffier, | Le greffier, |
L. Potoms | L. Potoms. |
De voorzitter, | Le président, |
M. Melchior | M. Melchior. |