Etaamb.openjustice.be
Document
gepubliceerd op 21 maart 2024

Besluit van de interregionale verpakkingscommissie van 2 februari 2024 tot erkenning van de vereniging zonder winstoogmerk Fost Plus, Olympiadenlaan 2, 1140 Evere als organisme voor verpakkingsafval De interregionale verpakkingscommissie, Gel Gelet op de richtlijn 2008/98/EG van het Europees Parlement en de Raad van 19 november 2008 betreff(...)

bron
interregionale verpakkingscommissie
numac
2024002666
pub.
21/03/2024
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

Besluit van de interregionale verpakkingscommissie van 2 februari 2024 tot erkenning van de vereniging zonder winstoogmerk Fost Plus, Olympiadenlaan 2, 1140 Evere als organisme voor verpakkingsafval De interregionale verpakkingscommissie, Gelet op de richtlijn van het Europees Parlement en de Raad 94/62/EG van 20 december 1994 betreffende verpakking en verpakkingsafval;

Gelet op de richtlijn 2008/98/EG van het Europees Parlement en de Raad van 19 november 2008 betreffende afvalstoffen en tot intrekking van een aantal richtlijnen;

Gelet op het Samenwerkingsakkoord van 4 november 2008Relevante gevonden documenten type samenwerkingsakkoord prom. 04/11/2008 pub. 29/12/2008 numac 2008036325 bron vlaamse overheid Samenwerkingsakkoord betreffende de preventie en het beheer van verpakkingsafval sluiten betreffende de preventie en het beheer van verpakkingsafval tussen het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, verder aangeduid met de term `Samenwerkingsakkoord';

Gelet op de gewestelijke afvalstoffenplannen;

Gelet op de beslissingen van de Interregionale Verpakkingscommissie van 19 januari en 16 maart 2023, houdende aanduiding van de voorzitter en de ondervoorzitters van het Beslissingsorgaan van de Interregionale Verpakkingscommissie;

Gelet op de erkenningsaanvraag van Fost Plus, ingediend op 29 juni 2023; gelet op de ontvankelijkheid ervan;

Gelet op de hoorzitting met Fost Plus, Interafval, Copidec en ANB op 16 november 2023;

Gelet op de hoorzitting met Fost Plus op 23 november 2023;

Gelet op de schriftelijke consultatie van Denuo op 13 november 2023; gelet op het schrijven van Denuo van 29 november 2023;

Gelet op de schriftelijke consultatie van Fost Plus op 12 december 2023; gelet op het schrijven van Fost Plus van 13 december 2023;

Gelet op de schriftelijke consultatie van Interafval, Copidec en ANB op 12 december 2023; gelet op de opmerkingen die op 13 december 2023 ontvangen werden vanwege Interafval en Copidec;

Gelet op de schriftelijke en mondelinge opmerkingen die door de verschillende partijen werden naar voren gebracht in het kader van de hoorzittingen;

Overwegende dat de persoon van privaatrecht aan wie de uitvoering van de verplichtingen van de verpakkingsverantwoordelijken met betrekking tot huishoudelijk verpakkingsafval wordt toevertrouwd, een taak als openbare dienst vervult, onder controle van de overheid;

Overwegende dat Fost Plus voldoet aan alle vereisten van artikel 9 van het Samenwerkingsakkoord;

Overwegende dat krachtens de statuten van Fost Plus, gecoördineerd op 15 november 2021 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 23 februari 2022, Fost Plus is opgericht als vereniging zonder winstgevend doel en als uitsluitend statutair doel heeft het voor rekening van de leden ten laste nemen van de terugnameplicht krachtens artikel 6 van het Samenwerkingsakkoord;

Overwegende dat de beheerders van Fost Plus en de personen die Fost Plus kunnen verbinden, hun burgerlijke en politieke rechten bezitten en niet zijn veroordeeld voor een inbreuk op de milieuwetgeving van de gewesten of van een lidstaat van de Europese Unie;

Overwegende dat Fost Plus over de nodige middelen beschikt om de terugnameplicht te vervullen;

Overwegende dat huidige erkenning de voorwaarden bepaalt waaraan het erkende organisme zich moet houden;

Overwegende dat de Interregionale Verpakkingscommissie het werkingsgebied van het erkende organisme bepaalt;

Overwegende dat het noodzakelijk is om een niet-exhaustieve lijst op te stellen om te bepalen welke verpakkingen doorgaans bestemd zijn voor gebruik door de huishoudens;

Overwegende dat deze lijst moet kunnen aangepast worden aan de technologische vooruitgang en de wijzigende verpakkingstechnieken, waarbij evenwel moet opgelet worden geen rechtsonzekerheid te creëren;

Overwegende dat artikel 13, § 1, 1° en 3°, van het Samenwerkingsakkoord bepaalt dat het erkende organisme voor verpakkingsafval van huishoudelijke oorsprong het gehele grondgebied op homogene wijze moet bestrijken en dat het in elk gewest een gelijkwaardig percentage van de bevolking moet bedienen;

Overwegende dat Fost Plus in zijn erkenningsaanvraag de voorgestelde modaliteiten voor de inzameling van het huishoudelijk verpakkingsafval moet beschrijven; dat Fost Plus voorstelt om de inzameling van de eenmalige plastic en metalen drankverpakkingen in de PMD-fractie te kunnen voortzetten, evenwel via de tussenweg van een stelsel van statiegeld waarbij gebruik wordt gemaakt van digitale technologie;

Overwegende dat de huidige en toekomstige Europese wetgeving het principe voorziet van statiegeld voor de eenmalige drankverpakkingen;

Overwegende dat de invoering van statiegeld als doel heeft om de openbare netheid te verbeteren en bij te dragen aan het zoveel mogelijk beperken van het maatschappelijke probleem van zwerfafval; dat de beslissing over de invoering en het soort statiegeld dat moet worden ingevoerd en de wijze waarop dit moet gebeuren uitsluitend op politiek niveau ligt en dat de huidige goedkeuring alleen uitvoering kan geven aan een politiek akkoord tussen de drie Gewestregeringen;

Overwegende dat het akkoord tussen de Regeringen van de 3 Gewesten over het invoeren van statiegeld, het gekozen stelsel van statiegeld, de principes en procedures ervan, zal moeten worden vastgelegd in de respectieve regelgeving van de 3 Gewesten, bijvoorbeeld via het interregionale Samenwerkingsakkoord inzake verpakking en verpakkingsafval;

Overwegende dat het noodzakelijk is om te definiëren wat in het kader van deze erkenning moet verstaan worden onder een "stelsel van statiegeld";

Overwegende dat de sorteerboodschap voor de consument van groot maatschappelijk belang is en dat er daarom een zo ruim mogelijke consensus over moet worden gezocht tussen de betrokken partijen;

Overwegende dat de sorteerboodschap zo eenvoudig en eenduidig mogelijk moet zijn, om het maatschappelijk draagvlak te maximaliseren en om een efficiënte nationale communicatie mogelijk te maken;

Overwegende dat de Gewesten momenteel een nieuw Samenwerkingsakkoord voorbereiden inzake de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid voor bepaalde afvalstromen en voor zwerfvuil; dat dit Samenwerkingsakkoord ook een aantal wijzigingen zal aanbrengen aan het Samenwerkingsakkoord van 4 november 2008Relevante gevonden documenten type samenwerkingsakkoord prom. 04/11/2008 pub. 29/12/2008 numac 2008036325 bron vlaamse overheid Samenwerkingsakkoord betreffende de preventie en het beheer van verpakkingsafval sluiten betreffende de preventie en het beheer van verpakkingsafval; dat het met name aan Fost Pus zal opleggen om de kosten te dekken van alle of een deel van de huishoudelijke verpakkingen die teruggevonden worden in het zwerfvuil; dat, van zodra dit Samenwerkingsakkoord definitief en tegenstelbaar wordt, Fost Plus hiermee zal moeten rekening houden en zijn planning, begroting en contracten hieraan zal moeten aanpassen;

Overwegende dat het erkende organisme voor elk van de materialen die in de berekening van het globale recyclagepercentage worden meegerekend en die een relevant deel uitmaken van het huishoudelijke verpakkingsafval, het in het Samenwerkingsakkoord bepaalde minimum recyclagepercentage moet bereiken;

Overwegende dat het, rekening houdend met de grote diversiteit van samengestelde verpakkingen, moeilijk is om voor de `samengestelde verpakkingen' specifieke percentages te voorzien; dat men de "drankkartons" evenwel kan identificeren als een apart verpakkingsmateriaal vanwege de grote omvang van deze fractie, haar homogeniteit en het bestaan van een specifieke recyclageketen;

Overwegende dat Fost Plus als enige beschikt over een betrouwbare databank met de benodigde gegevens over de verpakkingen die geviseerd worden door de SUP-richtlijn en dus als enige een monitoring daarop zou kunnen voorzien; dat daarom aan Fost Plus wordt opgelegd om hiervoor in te staan; dat hetzelfde geldt voor niet-verpakkingspapier en -karton en voor koffie/theecapsules die geen verpakking zijn;

Overwegende dat, overeenkomstig het Samenwerkingsakkoord, de Interregionale Verpakkingscommissie binnen de grenzen van het Europees recht autonoom de berekeningsmethodes van de recyclagepercentages bepaalt, met inbegrip van de modaliteiten betreffende eventuele correcties, en dat zij moet kunnen verifiëren hoe de recyclagepercentages in de praktijk worden bereikt;

Overwegende dat het in de berekening van het voor recyclage ingezameld huishoudelijk verpakkingsafval mogelijk moet zijn om ook niet selectieve en/of niet-huishoudelijke afvalstromen in rekening te brengen, voor zover het afval dat niet van huishoudelijke verpakkingen afkomstig is of dat verloren gaat voor de recyclage, volledig kan worden uitgesloten, dit alles met het doel het systeem zo dicht mogelijk met de realiteit op het terrein te doen overeenstemmen;

Overwegende dat vele niet-huishoudens de facto gebruik maken van de huishoudelijke inzamelingen; dat het voor de rechtspersonen van publiekrecht en de privé-operatoren die instaan voor de huishoudelijke afvalophalingen, niet altijd gemakkelijk is om de lijn te trekken tussen wat huishoudelijk en wat bedrijfsmatig is, bijvoorbeeld in het geval van een broodjeszaak die in aaneengesloten bebouwing tussen privé-woningen staat;

Overwegende dat de afvalstoffen die bij de binnenscheepvaart ingezameld worden, onder de noemer "huishoudelijke afval" vallen, aangezien de binnenschippers in de regel op hun boten wonen;

Overwegende dat de Europese Beschikking 2005/270/EG op eenduidige wijze de regels bepaalt voor de berekening van de resultaten van de lidstaten en dat deze beschikking ook de regels bepaalt voor het in rekening brengen van het verpakkingsafval van metalen die gerecupereerd worden uit verbrandingsassen;

Overwegende dat lidstaten volgens het Europese recht de verplichting hebben een circulaire economie te promoten; dat in het kader van circulariteit niet enkel de rendementen van recyclage van belang zijn, maar ook de kwaliteit van de recyclage; dat Fost Plus een belangrijke rol kan en moet spelen door via de modelbestekken circulaire toepassingen te promoten, zoals de recyclage van PET-flessen tot nieuwe PET-flessen;

Overwegende dat de auditering van de recycleurs een noodzakelijke voorwaarde is voor het kunnen aanvaarden van de resultaten;

Overwegende dat ook minder gemakkelijk uit te sorteren en te recycleren stromen zo veel mogelijk toch in recyclage moeten gebracht worden;

Overwegende dat de vergoeding van de kosten van inzameling en sortering van verpakkingsafval met het oog op recyclage moet gebeuren volgens modaliteiten die zijn geïnspireerd op het gelijkheidsbeginsel en het beginsel van de vergoeding aan de reële en volledige kosten, zoals uitgedrukt in de artikelen 3, 10 en 13 van het Samenwerkingsakkoord;

Overwegende dat het erkende organisme moet streven naar optimalisatie door een zo efficiënt mogelijke dienstverlening, teneinde de kosten te minimaliseren die voor de consument voortvloeien uit de terugnameplicht, hierbij rekening houdend met de maatschappelijke behoeften;

Overwegende dat voor de rechtspersonen van publiekrecht die in regie werken, dit wil zeggen met eigen personeel en materieel, een kostenvergoeding zich opdringt die in overstemming is met de totale en reële kosten van de rechtspersonen; dat gedurende de onderhandelingen omtrent de vernieuwing van het contract met Fost Plus de rechtspersoon van publiekrecht niet zonder betaling kan blijven voor de aangetoonde kosten; dat het logisch is om de in het verleden overeengekomen tarieven voor een beperkte periode voort te zetten, aangezien deze tarieven bij het sluiten van het vorige contract een ontegensprekelijke weerspiegeling van de totale en reële kost waren; dat evenwel de mogelijkheden tot indexering van deze prijzen moeten beperkt worden in de tijd;

Overwegende dat de correcte vergoeding van de rechtspersonen van publiekrecht die in regie werken, kan vergemakkelijkt worden door het opmaken van een berekeningsmodel, door alle partijen samen en in consensus; dat het hierbij in de eerste plaats de bedoeling is om relevante kostenposten te identificeren die Fost Plus moet vergoeden; dat het niet de bedoeling is om algemeen geldende referentiekosten te gaan bepalen;

Overwegende dat de gemaakte afspraken met de sorteercentra die in regie werken, onverkort van toepassing blijven;

Overwegende dat door de gedetailleerde beschrijving in de erkenning van een basisscenario dat vergoed wordt aan de reële en volledige kosten, tevens de referentie wordt bepaald op het vlak van de kostenvergoeding, voor wanneer het erkende organisme de inzamel- en sorteerkosten vergoedt van de rechtspersonen van publiekrecht die andere en duurdere scenario's hebben opgezet; dat in deze gevallen een vergoeding aan de referentiekost zich opdringt;

Overwegende dat de Interregionale Verpakkingscommissie instaat voor de objectiviteit van de jaarlijks berekende referentiekosten en -waarden; dat zij zich hiervoor baseert op de concrete voorstellen die Fost Plus uitwerkt; dat ook de rechtspersonen van publiekrecht deze voorstellen moeten ontvangen;

Overwegende dat huidige erkenning tot doel heeft om te komen tot een zo hoog mogelijk inzamel- en recyclagepercentage, door middel van efficiënte en effectieve basisscenario's, gelet op het maatschappelijk belang om de kosten te minimaliseren die voor de consument voortvloeien uit de terugnameplicht;

Overwegende dat de basisscenario's naar redelijkheid moeten kunnen worden aangepast aan bepaalde plaatselijke bijzonderheden;

Overwegende dat, wanneer de inzamelfrequentie "om de 4 weken", respectievelijk "om de 2 weken" vergoed wordt aan de totale en reële kost, dit impliceert dat ook de inzameling "maandelijks", respectievelijk "2 keer per maand" is toegelaten en vergoed wordt aan de totale en reële kost;

Overwegende dat verschillende rechtspersonen van publiekrecht ervoor gekozen hebben om diverse brengsystemen op korte afstand in te stellen; dat deze door Fost Plus moeten vergoed worden aan de totale en reële kost, voor zover deze brengsystemen in de plaats komen van de basisinzameling huis-aan-huis; dat de gebruikskosten van deze brengsystemen evenwel heel sterk variëren, zodat een begrenzing tot een redelijke inschatting van de totale en reële kost noodzakelijk is; dat daarenboven een verdere begrenzing van de door Fost Plus te dekken kosten noodzakelijk is in het geval de sorteerfout van de burgers onaanvaardbaar groot is; dat de kwaliteit moet bewaakt worden;

Overwegende dat bijzondere maatregelen inzake de frequentie van de selectieve inzamelingen wenselijk zijn voor de grootsteden en dichtbevolkte gebieden; dat de financiering door Fost Plus van deze verhoging van de inzamelfrequentie moet verantwoord worden door redenen van verbeteren van de selectieve inzameling of door redenen van openbare netheid, waarbij de selectieve inzameling op hetzelfde niveau blijft;

Overwegende dat in sommige toeristische zones de bevolkingsdichtheid tijdens het toeristische seizoen sterk stijgt; dat in deze zones tijdens het toeristische seizoen eenzelfde verhoging van inzamelfrequentie moet kunnen voorzien worden als voor de dichtbevolkte gebieden;

Overwegende dat in sommige zones er ernstige problemen van mobiliteit zijn; dat deze problemen de huis-aan-huis inzameling van het verpakkingsafval sterk kunnen hinderen; dat avond- of weekendinzamelingen in bepaalde gevallen de aangewezen oplossing zijn;

Overwegende dat, wanneer een rechtspersoon van publiekrecht aantoont dat avond- of weekendinzamelingen nodig zijn om ernstige problemen van mobiliteit te vermijden, Fost Plus de eventuele meerkosten die hieraan verbonden zijn, niet principieel mag weigeren op grond van een vergelijking met gemiddelde inzamelkosten; dat de Gewesten van oordeel zijn dat Fost Plus en de rechtspersoon van publiekrecht elk hun deel van de verantwoordelijkheid moeten dragen voor de eventuele meerkosten;

Overwegende dat het basisscenario voor de inzameling van de stromen huishoudelijk verpakkingsafval de huis-aan-huis inzameling is, behoudens uitzondering; dat Fost Plus daarvoor de totale en reële kosten moet betalen; dat Fost Plus voorstelt in zijn erkenningsaanvraag om de inzameling op de recyclageparken van de stromen huishoudelijk verpakkingsafval stop te zetten, hetgeen niet aanvaardbaar is, maar dat de inzameling op de recyclageparken aanvullend is;

Overwegende dat voor de aanvullende inzameling op de recyclageparken Fost Plus moet instaan voor de directe kosten van huur, lediging, reiniging en transport van de containers, omdat de ingezamelde hoeveelheden door Fost Plus worden uitgesorteerd, gerecycleerd en in rekening gebracht; dat deze vergoeding voor de verpakkingsstromen uit papier/karton en glas deel uitmaakt van de vergoeding van het basisscenario, terwijl ze voor de PMD-stroom bijkomend is ten opzichte van het basisscenario;

Overwegende dat, overeenkomstig de regelgeving van de Gewesten, Fost Plus ook voor de indirecte kosten verbonden aan het gebruik van de recyclageparken moet verantwoordelijk gesteld worden voor de stromen KGA/DSM/HCA, EPS en kurk en voor de verpakkingsstromen uit papier/karton en glas, maar niet voor de PMD-stroom, waarvoor deze inzamelwijze minder toegevoegde waarde heeft; dat de inzamelgraden van papier/karton en glas op de containerparken sterk verschillen van de ene tot de andere rechtspersoon van publiekrecht, waardoor een vergoeding per ton aangewezen is voor die stromen, terwijl voor de stromen KGA/DSM/HCA, EPS en kurk een forfaitaire vergoeding per recyclagepark om praktische redenen aangewezen is;

Overwegende dat, overeenkomstig artikel 10, § 2, 6°, van het Samenwerkingsakkoord, de financiële verantwoordelijkheid van het erkende organisme zich eveneens uitstrekt tot andere materiaalstromen dan deze voorzien in de basisscenario's, die via de recyclageparken ingezameld worden door de rechtspersonen van publiekrecht, voor zover het afval afkomstig is van huishoudelijke verpakkingen en de recyclage ervan kan aangetoond worden; dat het over relatief kleine stromen gaat, zoals EPS en kurk; dat net voor deze 2 stromen Fost Plus zich voorneemt om zelf en op eigen kosten in te staan voor de inzameling en de verwerving; dat daardoor nog slechts marginale hoeveelheden zullen overblijven, waarbij gedacht wordt aan gemengde stromen die slechts in heel kleine mate zullen bestaan uit huishoudelijk verpakkingsafval en die vaak in trading zullen gaan, waardoor ze buitenmatige verificatie- en/of auditkosten met zich mee kunnen brengen; dat de modaliteiten voor de vergoeding door Fost Plus hiermee rekening moeten houden;

Overwegende dat rechtspersonen van publiekrecht in bepaalde gevallen de mogelijkheid hebben om een basisscenario in beperkte mate aan te vullen met aanvullende inzamelscenario's, teneinde de inzamelrendementen te verbeteren; dat deze aanvullende inzamelscenario's moeten worden vergoed aan het variabele deel van de referentiekost, omdat het vaste gedeelte van de kosten reeds volledig gedekt is in het kader van het basisscenario;

Overwegende dat kleinschalige pilootprojecten nuttig kunnen zijn om op zoek te gaan naar alternatieve scenario's die efficiënt zijn inzake kosten en inzake resultaten; dat alle partijen hierbij gebaat zijn; dat de pilootprojecten ook tot doel kunnen hebben om een beter evenwicht te vinden tussen de preventie en het beheer van verpakkingsafval;

Overwegende dat het noodzakelijk is om de pilootprojecten en hun evaluatie te omgeven met randvoorwaarden die garanties geven inzake de budgettaire stabiliteit van het erkende organisme en de principiële gelijke behandeling van de rechtspersonen van publiekrecht;

Overwegende dat de pilootprojecten moeten begeleid en geëvalueerd worden; dat de evaluatie op een objectieve en tegenstelbare wijze moet verlopen;

Overwegende dat de keuze door de rechtspersoon van publiekrecht van het inzamelscenario de verkoopwaarde van de materialen, die in principe aan Fost Plus toekomt, op ongunstige wijze kan beïnvloeden; dat moet worden vermeden dat de aan de rechtspersonen van publiekrecht gelaten vrijheid Fost Plus onverantwoorde financiële schade zou toebrengen;

Overwegende dat het erkende organisme, samen met de rechtspersoon van publiekrecht, de huis-aan-huisinzameling van de gemengde fractie papier/karton organiseert; dat bijgevolg het aandeel verpakkingsafval in deze stroom moet vastgelegd worden, waarbij voor de vergoeding van deze stroom, naast het gewicht, ook rekening moet gehouden worden met het densiteitverschil tussen papier en karton;

Overwegende dat in 2022-2023 door de Interregionale Verpakkingscommissie een studie werd uitgevoerd betreffende de samenstelling van de gemengde fractie papier/karton en inzake de kostentoewijzing aan het deel verpakkingen van de stroom papier/karton; dat Fost Plus en de rechtspersonen van publiekrecht bij de opvolging van deze studie betrokken werden;

Overwegende dat de studie van de Interregionale Verpakkingscommissie het aandeel in gewicht van de verpakkingen in de stroom papier/karton voor een exclusief huishoudelijk staal bepaalt, alsook het te vergoeden kostenaandeel, in relatie tot dit exclusief huishoudelijk staal, rekening houdend met het gewicht van respectievelijk de huis-aan-huis inzameling en de inzameling op de recyclageparken van papier/karton, en in gelijke mate rekening houdend met de beide in de studie onderzochte methodes voor het bepalen van de niet-gecompacteerde volumes van de fracties verpakkingen en niet-verpakkingen;

Overwegende dat de Interregionale Verpakkingscommissie tijdens de duur van deze erkenning zal overgaan tot een nieuwe studie, teneinde geactualiseerde verdeelsleutels vast te kunnen leggen in de volgende erkenning;

Overwegende dat het noodzakelijk is om nader te bepalen welke stromen verpakkingsafval in de eerste plaats in rekening worden gebracht voor het bereiken door het erkende organisme van het in het Samenwerkingsakkoord voorziene percentage van nuttige toepassing, en dit op een wijze die ertoe strekt de verschillende partijen te responsabiliseren;

Overwegende dat, in het geval Fost Plus de bijkomende tonnages verpakkingsafval verbrand via restafval, nodig heeft voor het halen van de doelstelling voor nuttige toepassing, het op basis van artikel 13, § 1, 1° en 3°, van het Samenwerkingsakkoord noodzakelijk is dat het erkende organisme op het vlak van de kosten voor de inzameling, het transport en de verbranding met energierecuperatie van niet-selectieve stromen voor elk gewest op dezelfde manier in de kosten bijdraagt; dat hiertoe een vaste verdeelsleutel tussen de gewesten noodzakelijk is; dat de hoogte van de vergoedingen bepaald worden op basis van het geheel van de gegevens waarover de Interregionale Verpakkingscommissie beschikt;

Overwegende dat sommige inzamelmodaliteiten ook bepaalde investeringen in inzamelrecipiënten en infrastructuur noodzakelijk maken; dat de erkenning dus dient te bepalen in welke mate deze investeringskosten door Fost Plus moeten worden vergoed; dat verschillende soorten investeringskosten samengevoegd worden in één enkele budgettaire enveloppe, waarbinnen de rechtspersonen van publiekrecht vrij kunnen kiezen in welk domein ze prioritair willen investeren; dat deze budgettaire enveloppe enerzijds zorgt voor financiële zekerheid voor Fost Plus en anderzijds voor de gelijke behandeling van de rechtspersonen van publiekrecht;

Overwegende dat concreet 4 soorten investeringskosten passen binnen deze budgettaire enveloppe; dat het in 3 gevallen gaat om investeringen in inzamelrecipiënten, met name in ondergrondse glasbollen, in vrijwillige brengsystemen voor PMD en papier/karton en in individuele papier/karton-containers; dat het voor de rest gaat om infrastructurele investeringen in de verbetering van de glasinzameling en dat ook de maandelijkse inzameling van glas huis-aan-huis binnen de budgettaire enveloppe wordt gebracht;

Overwegende dat, voor wat betreft de investeringen in inzamelrecipiënten, het om verschillende redenen aangewezen is om de vergoedingsplicht te beperken tot een maximum; dat het voor de individuele papier/karton-containers slechts gaat om een beperking tot het aandeel verpakkingen in de stroom; dat het voor de ingegraven glasbollen gaat om de beperking tot een percentage dat overeenstemt met het vergoedingsniveau tijdens de vorige erkenning, waarbij ook een maximale vergoeding per glasbol wordt ingesteld, in functie van de redelijk aanvaardbare kosten van een performante ingegraven glasbol; dat het voor wat betreft de vrijwillige brengsystemen gaat om een beperking tot maximum 50%, die staat voor een gedeelde verantwoordelijkheid en dat de vergoeding van de investeringen bijkomend beperkt wordt tot bepaalde zones waar de huis-aan-huis inzameling niet aangewezen is;

Overwegende dat de voorziene maximale vergoedingen rekening houden met economische meerkosten, elementen van kwaliteit en rendement, praktische en organisatorische voor- en nadelen van de brengmethode ten opzichte van de huis-aan-huis inzameling, enzovoort, waarbij al deze elementen naar redelijkheid tegen elkaar worden afgewogen;

Overwegende dat, overeenkomstig artikel 10, § 2, 6°, van het Samenwerkingsakkoord, de vergoeding van de reële en volledige kosten van de door de rechtspersoon van publiekrecht uitgevoerde activiteiten ook de kosten omvat die veroorzaakt worden door de opvolging van de projecten van selectieve inzameling; dat er met het oog op een volledige gelijkheid tussen de rechtspersonen van publiekrecht een gemeenschappelijke basis moet worden vastgelegd met betrekking tot de berekening van deze vergoeding;

Overwegende dat de forfaitaire vergoeding van de opvolgingskosten wenselijk is vanuit het gelijkheidsbeginsel; dat er immers geen direct verband is tussen de gemaakte kosten voor de opvolging van het project en de kosten van het project zelf;

Overwegende dat de totale hoogte van de forfaitaire vergoeding van de projectopvolgingskosten kan verlaagd worden ten opzichte van de vergoedingen die in het verleden betaald werden door Fost Plus voor deze dienstverlening, omdat er door de vereenvoudiging van de sorteerboodschap voor PMD minder klachten van burgers zijn; dat evenwel een correctie dient te worden gemaakt voor de rechtspersonen van publiekrecht met een lage bevolkingsdichtheid, die in de praktijk nog steeds met verhoogde projectopvolgingskosten geconfronteerd worden;

Overwegende dat in de geest van de gelijke behandeling van de rechtspersonen van publiekrecht de berekening van de zogenaamde "winst" op de verkoop van de blauwe zakken hetzelfde moet zijn voor alle rechtspersonen van publiekrecht; dat, met het oog op een strikte gelijkheid tussen de consumenten, de bestemming van deze "winst" voor elke rechtspersoon van publiekrecht op dezelfde wijze moet worden geregeld;

Overwegende dat Fost Plus met de rechtspersoon van publiekrecht kan overeenkomen dat de PMD-zakken door Fost Plus worden aangekocht en verdeeld; dat het wenselijk is om zoveel mogelijk te komen tot een uniforme PMD-zak met een uniforme prijs;

Overwegende dat de communicatie op lokaal vlak, of de projectgebonden communicatie, tot doel heeft om praktische informatie ter beschikking van de burgers te stellen, die bestemd is om de kwaliteit van de inzameling, de sortering en de recyclage te garanderen en te verbeteren; dat de hiermee verband houdende kosten door het erkende organisme moeten worden gedekt; dat per rechtspersoon van publiekrecht de aangewezen acties verschillend kunnen zijn;

Overwegende dat de strategie voor lokale communicatie in alle geval bepaald moet worden in een geest van dialoog en overleg tussen het erkende organisme en de rechtspersoon van publiekrecht;

Overwegende dat de rechtspersonen van publiekrecht die gelegen zijn in een tweetalig taalgebied, geconfronteerd worden met aanzienlijk hogere kosten voor lokale communicatie, omwille van de systematische tweetaligheid;

Overwegende dat de rechtspersonen van publiekrecht het residupercentage van de PMD-sortering op een positieve wijze kunnen beïnvloeden, dankzij diverse acties bij de burgers en bij de sorteercentra;

Overwegende dat het aangewezen is dat het erkende organisme dit soort acties, die bijdragen tot het bereiken van de gewenste recyclagepercentages, aanmoedigt door middel van een financiële beloning; dat Fost Plus een aanvaardbaar voorstel heeft geformuleerd in zijn erkenningsaanvraag;

Overwegende dat, voor de vergoeding van metalen verpakkingsafval uit schroot, het op basis van artikel 13, § 1, 1° en 3°, van het Samenwerkingsakkoord noodzakelijk is dat het erkende organisme op het vlak van de kosten voor de inzameling, het transport en de verbranding met energierecuperatie van niet-selectieve stromen voor elke rechtspersoon van publiekrecht op dezelfde manier in de kosten bijdraagt; dat hiertoe een vaste verdeelsleutel noodzakelijk is; dat de hoogte van de vergoedingen bepaald worden op basis van het geheel van de gegevens waarover de Interregionale Verpakkingscommissie beschikt;

Overwegende dat het Europees recht en met name de Europese richtlijn 2018/851 van 30 mei 2018 tot wijziging van richtlijn 2008/98/EG betreffende afvalstoffen aan de Lidstaten oplegt om aan beheersorganismen in het kader van een uitgebreide producentenverantwoordelijkheid minimale werkingsvoorwaarden op te leggen; dat deze minimale vereisten onder meer tot doel moeten hebben om de kosten van de verwerking van, om redenen van verontreiniging, niet recycleerbare stromen te dragen;

Overwegende dat de stromen KGA, DSM en HCA bestaan uit huishoudelijk verpakkingsafval en andere afvalstoffen; dat de verantwoordelijkheid van Fost Plus beperkt is tot het huishoudelijk verpakkingsafval; dat de Interregionale Verpakkingscommissie voor elke categorie van de stromen KGA, DSM en HCA het aandeel ten laste van Fost Plus heeft bepaald; dat de ophaler/verwerker van deze stromen het aandeel ten laste van Fost Plus rechtstreeks aan Fost Plus moet factureren, tenzij andere modaliteiten worden afgesproken tussen Fost Plus en de rechtspersoon van publiekrecht;

Overwegende dat Fost Plus samen met de rechtspersonen van publiekrecht de definitieve categorieën van de stromen KGA, DSM en HCA moet bepalen, in de vorm van uniforme nationale categorieën, alsook de definitieve aandelen die ten laste zullen zijn van Fost Plus; dat hiervoor 3 jaar wordt voorzien, maar dat de betrokken partijen deze termijn kunnen inkorten; dat de partijen hierbij, waar dat mogelijk is, zouden moeten proberen om de mogelijkheden van recyclage te maximaliseren;

Overwegende dat, in het onwaarschijnlijke geval dat de betrokken partijen er niet in zouden slagen om een consensus te bereiken, voor de laatste 2 jaar van de erkenning de uniforme nationale categorieën zullen van toepassing zijn die in de erkenning worden bepaald, alsook de in de erkenning opgenomen aandelen ten laste van Fost Plus;

Overwegende dat de partijen tevens kunnen proberen om één of meerdere modelbestekken voor de toewijzing van de markten van KGA, DSM en/of HCA tot stand te brengen;

Overwegende dat er een acuut en ernstig probleem bestaat met middelgrote eenmalige gasflessen voor lachgas, die soms door leden van Fost Plus, maar vaak ook door freeriders of zelfs illegaal geïmporteerd worden en die als roesmiddel gebruikt worden door burgers; dat deze gasflessen slechts in heel beperkte mate door professionelen gebruikt worden; dat deze gasflessen voor een ernstig probleem van openbare netheid zorgen en zorgen voor ontploffingsschade in huisvuilverbrandingsinstallaties; dat het in de eerste plaats aan Fost Plus is om actie te nemen in deze problematiek; dat in het kader van de "grijze lijst" deze verpakkingen zeker als huishoudelijk zullen moeten aangemerkt worden; dan anderzijds duidelijk is dat de leden van Fost Plus niet alleen verantwoordelijk zijn;

Overwegende dat overeenkomstig de artikelen 10, § 2, 6°, en 13, § 1, 7°, van het Samenwerkingsakkoord het modelcontract, zoals goedgekeurd door de Interregionale Verpakkingscommissie, als model dient voor de relaties tussen het erkende organisme en elke rechtspersoon van publiekrecht;

Overwegende dat het modelcontract niet op definitieve manier kan worden goedgekeurd in deze erkenningstekst, vermits de erkenning een aantal belangrijke wijzigingen aan het modelcontract oplegt; dat een navolgende goedkeuringsprocedure moet worden voorzien, die redelijke termijnen bevat;

Overwegende dat het modelcontract ook de modelbestekken voor de inzameling, de sortering en de verwerving omvat, aangezien deze formeel een bijlage zijn bij het modelcontract;

Overwegende dat het van het allergrootste belang is, omwille van de uniformiteit van de verschillende lopende, te sluiten of te onderhandelen overeenkomsten, dat er voorzien wordt in een procedure ter aanpassing van de overeenkomsten; dat er met name redelijke termijnen vereist zijn;

Overwegende dat een continue actualisatie van de vergoedingen in deze erkenning aangewezen is;

Overwegende dat het noodzakelijk is om in de huidige erkenning de principes te voorzien die door het erkende organisme nageleefd moeten worden in het geval het zelf de markten voor selectieve inzameling, sortering en/of recyclage toewijst, teneinde enerzijds alle hierbij betrokken actoren te verenigen en anderzijds de naleving van de regels van transparantie, gelijkheid en vrije concurrentie te waarborgen;

Overwegende dat in toepassing van het Samenwerkingsakkoord het erkende organisme slechts een markt voor de selectieve inzameling of sortering zal toewijzen in het geval dat de rechtspersoon van publiekrecht hiervan afziet;

Overwegende dat de Interregionale Verpakkingscommissie in het kader van haar controleopdracht ten aanzien van Fost Plus geïnformeerd moet worden over de prijzen van de gegunde markten; dat de gunningsverslagen strikt genomen deel uitmaken van het contract tussen Fost Plus en de rechtspersoon van publiekrecht;

Overwegende dat het systematisch bezorgen van de prijzen van de nieuw toegewezen markten, alsook van een samenvattend document, noodzakelijk is om de Interregionale Verpakkingscommissie toe te laten haar taken op een efficiënte manier te vervullen;

Overwegende dat, met het oog op het verenigen van alle betrokken actoren in elke fase van de gunningsprocedure van de opdrachten, voorzien moet worden in de tussenkomst van een gemengd comité, waarin ook de Interregionale Verpakkingscommissie als waarnemer aanwezig is; dat de samenstelling van dit comité kan variëren naar gelang van de taken die het gevraagd wordt uit te voeren; dat ook de aanwezigheid in het gemengd comité van een federatie die de bedrijven voor het beheer van afvalstoffen vertegenwoordigt, duidelijk een toegevoegde waarde heeft, maar dat deze federatie geen stemrecht kan hebben en dat zij niet kan deelnemen aan een vergadering, wanneer er mogelijks een belangenconflict is, zoals wanneer er kennis wordt genomen van concrete offertes; dat het huishoudelijk reglement van het gemengd comité de gevallen kan omschrijven waarin er een risico op belangenvermenging is;

Overwegende dat het van groot belang is dat er een controle gebeurt van de recyclage van de ingezamelde, gesorteerde en verworven hoeveelheden, volgens regels die efficiëntie, onpartijdigheid en vertrouwelijkheid verzekeren; dat deze controle tot doel heeft een volledige en onbetwistbare opvolging van de recyclageketen te verzekeren, ook wanneer de effectieve recyclage in het buitenland plaatsvindt;

Overwegende dat in toepassing van de artikelen 10, § 2, 6°, en 13, § 1, 5°, van het Samenwerkingsakkoord het erkende organisme de verplichting heeft om tewerkstelling te ontwikkelen in verenigingen of vennootschappen met een sociaal oogmerk die als maatschappelijk doel de recyclage en de nuttige toepassing van verpakkingsafval hebben;

Overwegende dat de reeds bestaande maatregelen voor de bevordering van de sociale tewerkstelling kunnen bestendigd worden;

Overwegende dat Fost Plus in zijn erkenningsaanvraag een gevoelige wijziging van de principes voor de berekening van de "Groene Punt"-tarieven voorstelt, met als doel de versterking van het principe van eco-modulatie;

Overwegende dat een sterk ontradend tarief aangewezen blijft voor sommige problematische en/of niet-recycleerbare verpakkingstypes, in de mate dat deze nog niet van de markt zouden zijn verdwenen;

Overwegende dat een ruim maatschappelijk debat aangewezen is om de problematische verpakkingstypes te identificeren en om mogelijke oplossingen te zoeken; dat het nuttig is om hiervoor een werkgroep samen te stellen, waaraan een aantal duidelijke onderzoeksthema's kan worden meegegeven;

Overwegende dat voor de duur van deze erkenning de herbruikbare verpakkingen een nultarief moeten blijven krijgen, omdat de terugnameplicht enkel geldt voor de eenmalige verpakkingen, omdat het nodig is om het gebruik van herbruikbare verpakkingen zo veel mogelijk aan te moedigen en omdat het gerechtvaardigd is om te vragen dat de eenmalige verpakkingen financieel zouden moeten bijdragen aan het behouden en versterken van het aandeel herbruikbare verpakkingen, conform de doelstellingen van het Samenwerkingsakkoord;

Overwegende evenwel dat, in het kader van de actieprogramma's voor het vermijden en verminderen van verpakkingen en voor het aanmoedigen van het gebruik van herbruikbare verpakkingen, aan Fost Plus gevraagd wordt om een beleidsvisie op lange termijn te ontwikkelen; dat niet wordt uitgesloten dat in het kader van een volgende erkenning het opleggen van een nultarief wordt heroverwogen;

Overwegende dat het noodzakelijk is dat de Interregionale Verpakkingscommissie tijdig op de hoogte wordt gesteld van de berekeningsmethode van de bijdragen van de leden en van de hoogte van de tarieven van het "Groene Punt";

Overwegende dat het Samenwerkingsakkoord in zijn artikel 10, § 2, 5°, bepaalt dat de erkenningsaanvraag van een kandidaat erkend organisme een ontwerp van modelcontract met de leden dient te bevatten; dat het modelcontract in de erkenningsaanvraag een groot aantal lacunes bevat, waarvoor Fost Plus in het kader van de besprekingen in voorbereiding van de erkenning heeft aangegeven nieuwe voorstellen te willen doen; dat het daarom aangewezen is om aan Fost Plus toe te laten om binnen een bepaalde termijn een aangepast voorstel in te dienen, waarover de Interregionale Verpakkingscommissie zich vervolgens moet kunnen uitspreken;

Overwegende dat het erkende organisme zich in een feitelijk monopolie bevindt; dat dit de verantwoordelijkheid van de Interregionale Verpakkingscommissie om de belangen van de leden van het organisme te beschermen, vergroot; dat de Interregionale Verpakkingscommissie daarom elke wijziging van het modelcontract tussen Fost Plus en zijn leden moet kunnen goed- of afkeuren; dat een duidelijke communicatie van de contractvoorwaarden van essentieel belang is;

Overwegende dat volgens artikel 12, 3°, van het Samenwerkingsakkoord elk erkend organisme gehouden is tot het sluiten van een verzekeringscontract tot dekking van de schade die uit zijn activiteiten kan voortvloeien; dat deze bepaling hoofdzakelijk betrekking heeft op de burgerlijke aansprakelijkheid;

Overwegende dat ook het risico van inkomensverlies door het verloren gaan van tonnages bij overmacht, bijvoorbeeld een brand in het sorteercentrum, moet gedekt worden;

Overwegende dat de verantwoordelijkheid voor de ingezamelde afvalstoffen moet verduidelijkt worden in de contracten die Fost Plus met de rechtspersonen van publiekrecht en met derden binden, mede in het licht van de eigendom van de materialen;

Overwegende dat overeenkomstig artikel 11 van het Samenwerkingsakkoord het globale bedrag van de financiële zekerheid moet bepaald worden als de totale geraamde kosten voor de inzameling en sortering van huishoudelijk verpakkingsafval gedurende 9 maanden, evenwel verminderd met de verkoopwaarde van de materialen in dit jaar; dat, wanneer Fost Plus zijn activiteiten zou stopzetten, de verkoopwaarde van de materialen immers opnieuw aan de rechtspersonen van publiekrecht moet toekomen; dat Fost Plus hiertoe sluitende garanties moet geven;

Overwegende dat het stellen van 30 miljoen EUR aan financiële zekerheden een maximaal aanvaardbare immobilisering van financiële middelen van het erkende organisme uitmaakt;

Overwegende dat, hoewel de bankgarantie in principe de meest zekere vorm van garantie biedt, ook een pand op bankrekeningen gelijkaardige gevolgen kan sorteren; dat dit veronderstelt dat de nodige contractuele bepalingen worden opgenomen, die de Interregionale Verpakkingscommissie het recht verlenen toezicht uit te oefenen over de stand van de bankrekeningen en te allen tijde haar het recht verlenen de controle over de bankrekeningen uit te oefenen, met name door de banken te verbieden nog gevolg te geven aan eventuele instructies van Fost Plus waardoor het beschikbaar saldo zou verminderen tot beneden een in de erkenning vastgelegde drempel; dat om deze reden een pand op bankrekeningen kan toegelaten worden als een alternatief voor de klassieke bankgarantie, voor zover volkomen gelijkwaardige garanties kunnen geboden worden aan de rechtspersonen van publiekrecht; dat een expliciete goedkeuring van de modaliteiten van het pandrecht door de Interregionale Verpakkingscommissie absoluut noodzakelijk is om de gelijkwaardigheid van de geboden garanties te kunnen verzekeren;

Overwegende evenwel dat de Interregionale Verpakkingscommissie, gelet op de bepalingen van het Samenwerkingsakkoord, slechts een financiële zekerheid van 30 miljoen EUR als voldoende kan aanvaarden, indien er waterdichte garanties zijn dat in de eerste 6 maanden na de aankondiging door Fost Plus van de stopzetting van zijn activiteiten, de betalingen door de leden zullen worden verdergezet, zonder enige praktische of juridische belemmering die zou zijn te wijten aan de ontbinding van de vzw Fost Plus;

Overwegende dat Fost Plus zich sterker wenst te engageren op het vlak van de preventie van verpakkingsafval; dat het erkende organisme een cruciale rol kan vervullen om zijn leden te motiveren en te engageren op dat vlak; dat aan Fost Plus en zijn leden samen gevraagd wordt om ambitieuze actieprogramma's voor te stellen, zowel inzake het vermijden en verminderen van verpakkingen als inzake ecodesign; dat de Interregionale Verpakkingscommissie erkent dat Fost Plus zich niet in de plaats van zijn leden kan stellen; dat voor het vermijden en verminderen van verpakkingen hierbij een duidelijke en meetbare onderliggende doelstelling wordt nagestreefd;

Overwegende dat Fost Plus de vrijheid moet krijgen om de nodige initiatieven tot stand te brengen, maar dat een minimaal programma moet verwezenlijkt worden en dat een duidelijk werkingskader moet voorzien worden, met onder meer monitoring- en rapporteringsverplichtingen; dat ook een duidelijke en gedetailleerde inschatting van de kosten van de verschillende acties moet gemaakt worden;

Overwegende dat ook concrete proefprojecten deel moeten uitmaken van het actieprogramma inzake het vermijden en verminderen van verpakkingen;

Overwegende dat efficiënte communicatie essentieel is voor het slagen van de actieprogramma's en dat daarom een voldoende budget moet voorzien worden; dat het aangewezen is om in de erkenning een minimale norm op te nemen;

Overwegende dat Fost Plus zich ook sterker wenst te engageren op het vlak van het aanmoedigen van hergebruik van verpakkingen; dat het erkende organisme een cruciale rol kan vervullen om zijn leden te motiveren en te engageren op dat vlak; dat aan Fost Plus en zijn leden samen gevraagd wordt om een ambitieus actieprogramma voor te stellen op dit vlak, dat eventueel kan samengevoegd worden met het actieprogramma inzake het vermijden en verminderen van verpakkingen; dat de Interregionale Verpakkingscommissie erkent dat Fost Plus zich niet in de plaats van zijn leden kan stellen; dat ook inzake het aanmoedigen van hergebruik van verpakkingen een duidelijke en meetbare onderliggende doelstelling wordt nagestreefd;

Overwegende dat Fost Plus de vrijheid moet krijgen om de nodige initiatieven tot stand te brengen, maar dat een minimaal programma moet verwezenlijkt worden en dat een duidelijk werkingskader moet voorzien worden, met onder meer monitoring- en rapporteringsverplichtingen; dat ook een duidelijke en gedetailleerde inschatting van de kosten van de verschillende acties moet gemaakt worden;

Overwegende dat ook concrete proefprojecten deel moeten uitmaken van het actieprogramma inzake herbruikbare verpakkingen;

Overwegende dat Fost Plus volgens artikel 18 van het Samenwerkingsakkoord in naam van zijn leden een informatieplicht moet vervullen voor de herbruikbare verpakkingen die door zijn leden op de markt worden gebracht; dat Fost Plus moet instaan voor de betrouwbaarheid en controleerbaarheid van deze gegevens;

Overwegende dat het bijzonder moeilijk is om in te schatten wat de exacte kost van de 3 actieprogramma's zal zijn voor Fost Plus, mede omdat Fost Plus deze actieprogramma's samen met zijn leden zal opmaken en uitvoeren, maar dat de actieprogramma's in ieder geval voldoende omvangrijk moeten zijn om de onderliggende doelstellingen met enige kans op succes te kunnen nastreven; dat het daarom aangewezen is om een richtbudget op te nemen in de erkenning; dat ook in buurlanden, met name in Frankrijk, zo'n richtbudgetten worden opgelegd;

Overwegende dat, zoals gevraagd in de vorige erkenning, Fost Plus een meldpunt voor storende gevallen van oververpakking heeft opgezet en daarmee fungeert als doorgeefluik van de probleemgevallen naar zijn leden; dat dit meldpunt zeker een toegevoegde waarde heeft, maar dat de werking ervan moet worden verbeterd;

Overwegende dat Fost Plus, binnen zijn normale activiteiten, de taak heeft om zo veel mogelijk bij te dragen aan het verwezenlijken van de circulaire economie;

Overwegende dat Fost Plus in zijn erkenningsaanvraag voorstelt om een ambitieus actieplan voor de inzameling van het huishoudelijk verpakkingsafval out-of-home op te maken; dat dit voorstel door de Gewesten ten volle wordt ondersteund; dat de Interregionale Verpakkingscommissie een duidelijk werkingskader wil opleggen, met een eenduidige opvolging en rapportering; dat de Gewesten ook hun concrete verwachtingen willen duidelijk maken;

Overwegende dat aan Fost Plus bijzondere aandacht wordt gevraagd voor de inzameling van huishoudelijke EPS-verpakkingen bij KMO's;

Overwegende dat Fost Plus overeenkomstig artikel 13, § 1, 12°, van het Samenwerkingsakkoord bijdraagt aan het beleid van de Gewesten; dat Fost Plus hierover moet rapporteren aan de Interregionale Verpakkingscommissie, als controlerende overheid;

Overwegende dat voor alle communicatie die niet onder voornoemd artikel van het Samenwerkingsakkoord valt, maar die wel door Fost Plus wordt georganiseerd of geheel of gedeeltelijk gefinancierd, de noodzaak zich opdringt om de Interregionale Verpakkingscommissie te informeren, teneinde de controletaken van de Interregionale Verpakkingscommissie niet in het gedrang te brengen, met name inzake de naleving van het Samenwerkingsakkoord en inzake de budgettaire controle;

Overwegende dat het erkende organisme moet beschikken over een registratiesysteem voor de gegevens betreffende de inzameling, sortering en verwerving van het verpakkingsafval; dat dit systeem het erkende organisme in staat moet stellen om aan de Interregionale Verpakkingscommissie alle informatie voor te leggen die het gehouden is mee te delen krachtens artikel 17 van het Samenwerkingsakkoord, alsook de gegevens en rapporten te verstrekken die door de Interregionale Verpakkingscommissie benodigd zijn vanuit het geheel van de taken die haar zijn toebedeeld, waaronder in het bijzonder het voorbereiden van de Belgische rapporteringen betreffende verpakkingsafval aan de Europese Commissie;

Overwegende dat de Interregionale Verpakkingscommissie, om haar de in de artikelen 26, § 2, en 29 van het Samenwerkingsakkoord beschreven taken inzake nazicht en controle tot een goed einde te laten brengen, vrije toegang moet hebben tot de databanken van Fost Plus, zowel betreffende de aangiftes van de leden als betreffende de selectieve inzameling, de sortering en de recyclage van verpakkingsafval;

Overwegende dat Fost Plus beschikt over veel informatie betreffende de verpakkingsmarkt; dat het aangewezen is om de sleutelelementen aan de Interregionale Verpakkingscommissie te bezorgen; dat in dat kader ook over andere elementen die van belang zijn voor het beleid van de Gewesten inzake circulariteit, dient gerapporteerd te worden;

Overwegende dat een rapporteringsplicht over lichte en zeer lichte plastic draagtassen moet worden ingesteld om de Gewesten toe te laten zelf aan hun rapporteringsplicht aan de Europese Commissie te voldoen;

Overwegende dat Fost Plus ook moet rapporteren aan de Interregionale Verpakkingscommissie over elementen die een invloed kunnen hebben op het behalen van de resultaten;

Overwegende dat, teneinde de uitvoering van de aan Fost Plus opgelegde erkenningsvoorwaarden op te volgen, het noodzakelijk is een opvolgingscommissie in te stellen;

Overwegende dat van een erkend organisme inzake het beheer van verpakkingsafval, dat tevens een functionele openbare dienst is, een volledig respect van de taalwetgeving en een tweetaligheid van elke officiële communicatie mag verwacht worden; dat deze tweetaligheid van de officiële communicatie noodzakelijk is om de Interregionale Verpakkingscommissie toe te laten haar taken op een efficiënte wijze uit te oefenen;

Overwegende dat artikel 10, § 4, van het Samenwerkingsakkoord voorziet dat de normale duur van een erkenning vijf jaar bedraagt;

Overwegende dat een maximale transparantie moet worden opgelegd aan het erkende organisme voor verpakkingsafval van huishoudelijke oorsprong, gelet op de functie van openbaar nut die het vervult, Besluit : Afdeling 1. - Werkingsgebied

Artikel 1.§ 1. Fost Plus wordt erkend als organisme zoals voorzien in artikel 9 van het Samenwerkingsakkoord van 4 november 2008Relevante gevonden documenten type samenwerkingsakkoord prom. 04/11/2008 pub. 29/12/2008 numac 2008036325 bron vlaamse overheid Samenwerkingsakkoord betreffende de preventie en het beheer van verpakkingsafval sluiten betreffende de preventie en het beheer van verpakkingsafval, onder de voorwaarden vermeld in dit besluit. § 2. Deze erkenning wordt verleend voor verpakkingsafval van huishoudelijke oorsprong.

Fost Plus werkt, samen met de Interregionale Verpakkingscommissie en het bedrijfsleven, per productfamilie een gedetailleerde lijst uit van verpakkingen die doorgaans bestemd zijn voor gebruik door huishoudens.

De finaal door de Interregionale Verpakkingscommissie goedgekeurde lijst wordt door Fost Plus gebruikt als enig criterium om te bepalen of voor de verpakkingen moet aangesloten worden bij Fost Plus. Wanneer de goedgekeurde lijst voor een bepaalde verpakking niet eenduidig kan worden toegepast, wordt de lijst vervolledigd.

De lijst kan jaarlijks worden geactualiseerd door de Interregionale Verpakkingscommissie, in samenspraak met Fost Plus en het bedrijfsleven. Een eerste, grondig aanpassing vindt plaats in 2024. De goedgekeurde lijst is in zijn officiële versie beschikbaar bij de Interregionale Verpakkingscommissie. Fost Plus stelt aan elk van zijn leden die daarom verzoekt, een kopie van de lijst ter beschikking.

Art. 2.§ 1. Fost Plus moet het geheel van het Belgische grondgebied bestrijken met projecten op basis van een contract in de zin van artikel 13, § 1, 7°, van het Samenwerkingsakkoord. Afwijking kan worden verleend door de Interregionale Verpakkingscommissie, wanneer het niet afdekken van het Belgische grondgebied niet aan Fost Plus kan worden aangerekend. § 2. Eenmalige kunststof en metalen drankverpakkingen zullen worden ingezameld in de PMD-fractie, volgens de scenario's beschreven in artikel 6.

Voor deze drankverpakkingen, waarvan de definitie zal worden verduidelijkt, zal, enkel via een politiek akkoord tussen de 3 Gewestregeringen, een stelsel van statiegeld worden ingevoerd.

Onder "stelsel van statiegeld" wordt een stelsel verstaan waarbij de koper van een product aan de verkoper een vastgestelde som geld betaalt. Deze som wordt terugbetaald aan de koper bij de inzameling van het product, dewelke inzameling plaatsvindt via de daartoe aangewezen kanalen, met het oog op het vervullen van de terugnameplicht.

Zo spoedig mogelijk en mits akkoord tussen de drie Gewestregeringen, bepaalt de Interregionale Verpakkingscommissie de voorwaarden en de uitvoeringsmodaliteiten van het stelsel van statiegeld, rekening houdend met een aantal principes, zoals deze die ter informatie in bijlage 2 zijn vermeld, of volgens andere passende bepalingen of voorwaarden. De huidige erkenning zal dienovereenkomstig worden gewijzigd.

In dit stadium bevat de bijlage 2 van deze erkenning een informatieve en niet-bindende leidraad, waarvan de elementen kunnen worden gebruikt in de politieke besluitvorming. Het doel van deze leidraad is om een aantal voorwaarden en procedures te beschrijven die de Interregionale Verpakkingscommissie aangewezen acht en die vervolgens kunnen worden besproken in het kader van het tot stand brengen van een akkoord tussen de drie Gewestregeringen, zodat daar geen elementen over het hoofd worden gezien, met name in overeenstemming met de Europese regelgeving. § 3. De sorteerboodschap voor de burgers zal jaarlijks worden geëvalueerd door een werkgroep "sorteerboodschap" bestaande uit Fost Plus, de Interregionale Verpakkingscommissie, de Gewesten, de territoriaal bevoegde rechtspersonen van publiekrecht en de federaties die de bedrijven voor het beheer van afvalstoffen vertegenwoordigen.

Eventuele aanpassingen aan de sorteerboodschap moeten ten laatste op 30 juni worden goedgekeurd door deze werkgroep en nadien worden gevalideerd door de Interregionale Verpakkingscommissie.

In dat kader zal onderzocht worden of de sorteerboodschap kan worden uitgebreid met nieuwe verpakkingen, voor zover de duidelijkheid van de sorteerboodschap niet wordt aangetast. Het is niet de bedoeling de sorteerboodschap moeilijker te maken door nieuwe uitzonderingen toe te voegen. De financiering van de kosten voor niet-verpakkingen is principieel niet ten laste van Fost Plus. § 4. Binnen de 3 maanden na de publicatie in het Belgisch Staatsblad van het Samenwerkingsakkoord betreffende het kader voor de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid voor bepaalde afvalstromen en voor zwerfvuil, dient Fost Plus bij de Interregionale Verpakkingscommissie de volgende documenten ter goedkeuring in: * Een planning voor de implementatie van de bepalingen van dit Samenwerkingsakkoord, waarbij elke naar redelijkheid betrokken overheid door Fost Plus moet gecontacteerd worden en de door de Interregionale Verpakkingscommissie goedgekeurde contractvoorstellen moet ontvangen, met het oog op de verwezenlijking van hetzij de "operationele en financiële optie", hetzij de "financiële optie"; * Met het oog op de verwezenlijking van de "financiële optie", een voorstel voor de kostenverdeling tussen de verschillende rechtspersonen van publiekrecht en andere betrokken overheden; * Een ontwerp van aangepast modelcontract met de rechtspersonen van publiekrecht, waarin de "operationele en financiële optie" voor het dekken van de zwerfvuilkosten in detail wordt uitgewerkt, met specificatie van alle geplande en gefinancierde acties, voor een proefperiode van 24 maanden, die kan verlengd worden, mits uitdrukkelijk akkoord van de Interregionale Verpakkingscommissie; * Een ontwerp van modelcontract met andere betrokken overheden dan de rechtspersonen van publiekrecht, waarin de "operationele en financiële optie" voor het dekken van de zwerfvuilkosten in detail wordt uitgewerkt, met specificatie van alle geplande en gefinancierde acties, voor een proefperiode van 24 maanden, die kan verlengd worden, mits uitdrukkelijk akkoord van de Interregionale Verpakkingscommissie; * Een ontwerp van modelcontract met betrokken overheden die niet opteren voor de "operationele en financiële optie" voor het dekken van de zwerfvuilkosten en dat slechts tot doel heeft om de financiële verantwoordelijkheid van Fost Plus te concretiseren en om de betalingsmodaliteiten vast te leggen; * Een aangepaste meerjarenbegroting voor de resterende duur van de erkenning, die aantoont hoe de kosten verbonden aan dit Samenwerkingsakkoord zullen worden gedekt; * Aangepaste principes voor de berekening van de ledenbijdragen, met als doel de kosten verbonden aan dit Samenwerkingsakkoord te dekken, conform het principe "de vervuiler betaalt", zoals voorzien in het Europees recht; * Een voorstel van rapporteringsmodaliteiten aan de Interregionale Verpakkingscommissie en aan de Gewesten over de geplande en gefinancierde acties; * De eventuele modaliteiten om op te treden als collectief organisme voor andere afvalstromen dan verpakkingsafval. Afdeling 2. - Verhouding met de rechtspersonen van publiekrecht

Onderafdeling 1. - Recyclagepercentages

Art. 3.Zonder afbreuk te doen aan de beslissingen die op Europees niveau genomen worden met betrekking tot de richtlijn 94/62/EG, gebeurt de berekening van de recyclagebreuk, zoals voorzien in artikel 4, voor de volgende materialen: - papier/karton; - glas; - plastic; - ferro-metalen; - aluminium; - drankkartons.

Voor elk van deze materialen moet het minimum recyclagepercentage zoals bepaald in het Samenwerkingsakkoord behaald worden.

Voor de berekening van de recyclagebreuk behoren de samengestelde verpakkingen, andere dan drankkartons, tot het overwegende verpakkingsmateriaal.

Fost Plus rapporteert per materiaal over de drankverpakkingen die door de leden op de markt worden gebracht en over hun selectieve inzameling en recyclage.

Fost Plus rapporteert over elk van de verpakkingen geviseerd door de SUP-richtlijn, met name artikel 4 daarvan, die door de leden worden op de markt gebracht, alsook over de verpakkingen die door de leden op de markt worden gebracht en die het voorwerp uitmaken van een andere Europese rapporteringsplicht.

Fost Plus rapporteert over de niet-verpakkingen die deel uitmaken van de selectieve inzameling van de verpakkingen, met name het niet-verpakkingspapier en -karton en de koffie/theecapsules die geen verpakking zijn.

De praktische afspraken omtrent deze rapporteringen worden gemaakt in de opvolgingscommissie.

Art. 4.Fost Plus moet zich aanpassen aan de berekeningsmodaliteiten voor de recyclagebreuk, zoals uitgewerkt door de Interregionale Verpakkingscommissie. Deze modaliteiten worden hieronder gedetailleerd omschreven. a) Worden in rekening gebracht voor de berekening van de hoeveelheden selectief ingezameld verpakkingsafval en in deze volgorde: 1) alle verpakkingsafval dat selectief ingezameld wordt bij de huishoudens;de inzamelingen bij de binnenscheepvaart passen in dit kader; 2) verpakkingsafval zoals bedoeld in artikel 1, § 2 van deze erkenning, dat zich elders bevindt dan bij de huishoudens, maar dat samen met het afval van de huishoudens wordt ingezameld door of voor rekening van de rechtspersonen van publiekrecht;3) verpakkingsafval van ferro-metalen en van aluminium, zoals bedoeld in artikel 1, § 2, ingezameld aan de ingang of aan de uitgang van huisvuilverbrandingsinstallaties of van andere verwerkingsinstallaties, conform de Europese berekeningsmethode;4) zonder afbreuk te doen aan de bronnen vermeld onder de punten 1 tot en met 3 hierboven, het verpakkingsafval zoals bedoeld in artikel 1, § 2 van deze erkenning, dat zich elders bevindt dan bij de huishoudens (bijvoorbeeld in de horecasector of bij bedrijven) en dat wordt verworven via een overeenkomst afgesloten met een privé-operator of via een gelijkaardige overeenkomst afgesloten met een rechtspersoon van publiekrecht, op voorwaarde dat sluitende garanties kunnen worden geboden dat alleen afval in rekening wordt gebracht dat afkomstig is van eenmalige huishoudelijke verpakkingen.De ontwerpovereenkomst met de privé-operatoren wordt door Fost Plus uitvoerig besproken met de vertegenwoordigers van de betrokken operatoren en binnen de 4 maanden na datum van de inwerkingtreding van deze erkenning opnieuw ter goedkeuring voorgelegd aan de Interregionale Verpakkingscommissie. De Interregionale Verpakkingscommissie doet een uitspraak binnen een termijn van vier maanden, te rekenen vanaf de integrale ontvangst van het definitieve ontwerp. b) De gerecycleerde hoeveelheden worden berekend conform de Europese berekeningsmethode, zoals geconcretiseerd door de Interregionale Verpakkingscommissie.Fost Plus garandeert dat het gerecycleerde verpakkingsafval effectief gebruikt wordt voor de productie van nieuwe eindproducten, waarbij zo weinig mogelijk van de technische eigenschappen en de economische waarde van de gerecycleerde materialen verloren gaat. Voor plastics wordt als eindrecyclage enkel recyclage tot nieuwe granulaten of producten aanvaard, met uitsluiting van brandstoffen.

Fost Plus verzekert in het kader van de verwerving van de materialen een zo hoogwaardig en circulair mogelijke recyclage, zoals bijvoorbeeld de "bottle-to-bottle" recyclage. c) Sorteerresidu's worden niet in de recyclageresultaten opgenomen, behalve voor zover het gaat om verpakkingsafval van huishoudelijke oorsprong dat gerecycleerd wordt, bijvoorbeeld na nasortering.d) De gerecycleerde hoeveelheden worden enkel in de resultaten opgenomen als de eindrecycleur onderworpen is aan het auditsysteem, zoals beschreven in de erkenningsaanvraag.e) Indien bepaalde stromen ongeschikt zijn om in het normale huishoudelijke circuit gesorteerd en gerecycleerd te worden, kan een "B-stroom" worden opgezet om tot recyclage te komen, zoals voorzien in de erkenningsaanvraag, op voorwaarde dat de modaliteiten voor het in rekening brengen en vergoeden van deze stromen voorafgaandelijk door de Interregionale Verpakkingscommissie worden goedgekeurd. Onderafdeling 2. - Vergoeding van de scenario's

Art. 5.Fost Plus betaalt per materiaal de kosten voor inzameling en sortering terug volgens één van de volgende regelingen: a) Reële en volledige kost, in geval van markttoewijzing: Fost Plus betaalt de facturen van de ophalers en sorteercentra, na te zijn goedgekeurd door de rechtspersoon van publiekrecht.b) Onderhandelde kost, in geval van regie: In het geval een rechtspersoon van publiekrecht die voor zijn grondgebied verantwoordelijk is voor de inzameling van afvalstoffen, beslist voor sommige materialen of stromen (glas, papier/karton, PMD) in regie te werken, dit wil zeggen met eigen personeel en materieel, vergoedt Fost Plus de totale en reële kost, zoals voorzien in artikel 13 van het Samenwerkingsakkoord.Fost Plus documenteert daarenboven de prijzen die hij aanvoert in de onderhandelingen, en kan de door de rechtspersoon van publiekrecht verantwoorde kostenposten, zoals daar zijn: de btw, de toepasselijke loonschalen die voortvloeien uit de sociale onderhandelingen, de verplichtingen inzake sociaal recht (welzijn op het werk, collectieve overeenkomsten, enz.), de verplichtingen die voortvloeien uit de omgevingsvergunning, de resultaten van de markttoewijzingen op basis van het modelbestek, de facturen en de regelgeving "schone voertuigen" (richtlijn 2019/1161/EU), niet weigeren. In afwachting van het sluiten van een nieuw contract, blijven de geïndexeerde tarieven van het afgelopen contract van toepassing, zonder dat ze meer dan twee keer kunnen geïndexeerd worden. Voor de tweede indexering is het uitdrukkelijke akkoord van het Gewest nodig in het kader van een gewestelijke bemiddeling.

Er wordt een berekeningsmodel uitgewerkt voor de kosten in regie door een "ad hoc" werkgroep die is samengesteld uit Fost Plus en de rechtspersonen van publiekrecht die in regie werken en die beslist bij consensus.

Voor de sortering in regie omvat de totale en reële kost enerzijds de sorteerkosten en anderzijds de kosten van de afschrijving van de investering. De te vergoeden kosten worden bepaald in onderling akkoord. De afschrijvingstermijn wordt vastgelegd op 9 jaar, behoudens akkoord tussen partijen over een andere formule. De kosten worden jaarlijks geëvalueerd, rekening houdend met de samenstelling van de inkomende stromen, met de geëiste specificaties aan de uitgang van de sorteercentra en met de capaciteit die bepaald wordt aan het begin van het project. Behoudens akkoord tussen de partijen over een ander bedrag of een formule voor de vergoeding, worden de te vergoeden sorteerkosten, exclusief investeringen, vastgelegd op 300 EUR/ton, exclusief btw. c) Referentiekost, voor andere en duurdere scenario's dan deze beschreven in artikel 6: Fost Plus betaalt aan de rechtspersoon van publiekrecht die voor zijn grondgebied verantwoordelijk is voor de inzameling van afvalstoffen, een forfaitaire vergoeding die door de Interregionale Verpakkingscommissie wordt bepaald op basis van de gemiddelde kost van de inzameling van de scenario's die betaald worden aan de reële en volledige kost. Fost Plus doet jaarlijks tegen 31 maart een voorstel aan de Interregionale Verpakkingscommissie, op basis van de regels die de Interregionale Verpakkingscommissie formuleert, en communiceert dit voorstel ook naar de territoriaal bevoegde rechtspersonen van publiekrecht.

Art. 6.De volgende scenario's worden vergoed aan de reële en volledige kost, in de mate dat zij in overeenstemming zijn met het toepasselijke gewestelijke afvalstoffenplan: A. PAPIER/KARTON: * ophaling huis-aan-huis om de 4 weken, met of zonder gebruik te maken van individuele containers, aangevuld met een inzameling op de recyclageparken; * mits motivering, voor de gemeenten en agglomeraties met minstens 150.000 inwoners, wekelijkse ophaling huis-aan-huis, zonder gebruik te maken van individuele containers, aangevuld met een inzameling op de recyclageparken; * mits motivering, voor de gemeenten met minstens 100.000 inwoners, in zones waar geen gebruik wordt gemaakt van individuele containers, ophaling huis-aan-huis om de 2 weken, aangevuld met een inzameling op de recyclageparken; * mits motivering, voor de gemeenten met een gemiddelde bevolkingsdichtheid van minstens 1.000 inwoners/km2, in zones waar geen gebruik wordt gemaakt van individuele containers, ophaling huis-aan-huis om de 2 weken aangevuld met een inzameling op de recyclageparken; * inzameling door middel van 1.100 liter containers bij hoogbouw en gegroepeerde inzamelpunten van huisgezinnen;

B. PMD: * ophaling huis-aan-huis om de 2 weken; * mits motivering, voor de gemeenten en agglomeraties met minstens 100.000 inwoners, wekelijkse ophaling huis-aan-huis; * mits motivering, voor de gemeenten met een gemiddelde bevolkingsdichtheid van minstens 1.000 inwoners/km2, wekelijkse ophaling huis-aan-huis; * inzameling door middel van 1.100 liter containers bij hoogbouw en gegroepeerde inzamelpunten van huisgezinnen;

C. PAPIER/KARTON EN PMD: * voor de gemeenten met hoogstens 400 inwoners/km2 en voor de gemeenten en agglomeraties die op het einde van de vorige erkenningsperiode dit scenario toepasten, duo-ophaling huis-aan-huis om de 2 weken, desgevallend aangevuld met een inzameling van papier/karton op de recyclageparken; * inzameling door middel van een brengsysteem op korte afstand, ter vervanging van de huis-aan-huis inzameling, met boven- of ondergrondse recipiënten, waarbij de vergoeding van de reële en volledige kost evenwel beperkt wordt tot het dubbele van de referentiekost voor de huis-aan-huis inzameling voor respectievelijk papier/karton en PMD; indien de sorteerfout van de burger in gewichtspercentage meer dan 2 maal hoger is dan bij de gemiddelde huis-aan-huis inzameling, wordt de vergoeding voor een termijn van maximum 24 maanden bijkomend beperkt tot het dubbele van de referentiekost voor de netto-tonnages van ingezameld PMD-afval en wordt door Fost Plus en de rechtspersoon van publiekrecht een gezamenlijk actieplan opgemaakt om de kwaliteit te verbeteren; van zodra de sorteerfout van de burger terug onder de opgelegde drempel komt, vervalt deze bijkomende beperking; wanneer daarentegen na deze 24 maanden de drempel nog steeds overschreden wordt, wordt de vergoeding teruggebracht tot de referentiekost voor de huis-aan-huis inzameling voor respectievelijk papier/karton en PMD, toegepast op de totale ingezamelde tonnages;

D. GLAS: inzameling in 2 fracties (kleurloos en gekleurd) op de recyclageparken en door middel van bovengrondse en ondergrondse glasbollen. Fost Plus moet binnen elke intercommunale of agglomeratie een evenredige spreiding van de (boven- of ondergrondse) glasbollen per gemeente of deelgemeente (gemeente vóór de fusies) verzekeren in functie van hun bevolkingsdichtheden en volgens de volgende regel: - tot 1 site per 700 inwoners, - tot 1 site per 400 inwoners in intercommunales met een gemiddelde bevolkingsdichtheid lager dan 200 inwoners/km2.

Fost Plus kan alleen van deze regel afwijken op uitdrukkelijke vraag van de rechtspersoon van publiekrecht. Fost Plus verzekert de aanwezigheid van glasbollen in elke deelgemeente. Indien Fost Plus voor een bepaalde intercommunale of agglomeratie in het verleden een dichter glasbollennetwerk heeft aanvaard, komt hij hier niet op terug, ook niet in geval van heronderhandeling van het contract.

Bij de toepassing van huidig artikel moeten voorts de volgende principes worden gerespecteerd: * Elk scenario, variante van één van de hierboven beschreven scenario's, dat goedkoper is en een gelijkwaardig inzamelrendement behaalt aan dit scenario, moet ook aan de reële en volledige kost worden vergoed; * Fost Plus kan steeds op vrijwillige basis beslissen om een scenario dat in overeenstemming is met het toepasselijke gewestelijke afvalstoffenplan, maar dat niet expliciet hierboven wordt beschreven, te vergoeden aan de reële en volledige kost; * Indien Fost Plus in het verleden een bepaald inzamelscenario voor een bepaalde rechtspersoon van publiekrecht als geschikt heeft aanvaard, komt hij hier niet op terug, ook niet in geval van heronderhandeling van het contract; * Wanneer de rechtspersoon van publiekrecht wenst te werken met avond- en/of weekendophalingen, om redenen van mobiliteit of wegens een beperkte bereikbaarheid tijdens de daguren, zijn de eventuele meerkosten die hieraan verbonden zijn, voor rekening van Fost Plus, in de mate dat deze niet hoger zijn dan 10% van de basisvergoeding van diezelfde ophaalronde; dit principe is ook van toepassing op de contracten die gesloten worden op basis van artikel 5, b); * De motivering bedoeld in de punten A en B, is ofwel op het vlak van het verbeteren van de kwaliteit en het rendement van de selectieve inzameling, ofwel op het vlak van de openbare netheid, mits eenzelfde kwaliteit en rendement van de selectieve inzameling kan behaald worden; van zodra een dergelijke motivering door Fost Plus aanvaard wordt, blijft deze onbeperkt geldig, ook in geval van heronderhandeling van het contract; * In toeristische zones, waar het aantal verblijvers gedurende minstens 2 maanden per jaar meer dan 50% van het inwonersaantal bedraagt en/of het ingezamelde tonnage gedurende minstens 2 maanden per jaar met meer dan 50% stijgt, kan de inzamelfrequentie tijdens het toeristisch seizoen verhoogd worden tot ophaling om de 2 weken voor papier/karton en tot wekelijkse ophaling voor PMD; dit principe is ook van toepassing op de contracten die gesloten worden op basis van artikel 5, b).

De scenario's opgenomen in huidig artikel zijn slechts te beschouwen als referentiescenario's en zijn geenszins te beschouwen als dwingend of verplichtend in hoofde van de rechtspersonen van publiekrecht.

Art. 7.Fost Plus vergoedt, bovenop de kosten voor de huur, lediging, reiniging en transport van de inzamelrecipiënten, de kosten van het gebruik van de recyclageparken voor de stromen die geheel of gedeeltelijk via de recyclageparken moeten ingezameld worden, door middel van een vergoeding die bestaat uit de volgende onderdelen: * Een forfait van 2.000 EUR per jaar per recyclagepark waar KGA/DSM/HCA wordt ingezameld; * Een forfait van 1.000 EUR per jaar per recyclagepark waar EPS en kurk door Fost Plus worden ingezameld, overeenkomstig artikel 8, § 1, 3de alinea; * 30 EUR per ton op de recyclageparken ingezameld papier/karton; * 104 EUR per ton op de recyclageparken ingezameld glas.

Art. 8.§ 1. Indien een rechtspersoon van publiekrecht die voor zijn grondgebied verantwoordelijk is voor de inzameling van afvalstoffen, een scenario voorzien in artikel 6 toepast als basisscenario, maar dit aanvult met een bijkomende inzameling op de recyclageparken van ander huishoudelijk verpakkingsafval, zal Fost Plus het basisscenario per afvalstroom vergoeden volgens de reële en volledige kost en daarbovenop de bijkomende tonnages vergoeden aan een bijzondere forfaitaire vergoeding van: * 300 EUR per ton binnen de EU gerecycleerd huishoudelijk verpakkingsafval, exclusief btw; * 30 EUR per ton buiten de EU gerecycleerd huishoudelijk verpakkingsafval, exclusief btw.

Het gedeelte verpakkingsafval van huishoudelijke verpakkingen wordt bepaald bij steekproef, onder supervisie van Fost Plus, de rechtspersoon van publiekrecht en de Interregionale Verpakkingscommissie; de steekproef gebeurt minstens elke 3 jaar en telkens de sorteerinstructies voor de burger worden aangepast; de steekproef is voor rekening van de rechtspersoon van publiekrecht.

Voor de materialen EPS en kurk kan Fost Plus, mits het akkoord van de rechtspersoon van publiekrecht, zelf de inzameling op de recyclageparken en de verwerving organiseren, op basis van een modelbestek dat wordt goedgekeurd door het Gemengd Comité, waarbij de bijzondere forfaitaire vergoeding daarvoor komt te vervallen. § 2. Indien een rechtspersoon van publiekrecht die voor zijn grondgebied verantwoordelijk is voor de inzameling van afvalstoffen, een scenario voorzien in artikel 6 toepast als basisscenario, maar dit aanvult met een beperkte bijkomende inzameling huis-aan-huis of door middel van een brengsysteem op korte afstand van hetzelfde huishoudelijk verpakkingsafval, betaalt Fost Plus de bijkomend ingezamelde tonnages aan het variabele deel van de referentiekost voor dat materiaal (40% van de kosten, uitgedrukt in EUR/ton). § 3. Indien een rechtspersoon van publiekrecht die voor zijn grondgebied verantwoordelijk is voor de inzameling van afvalstoffen, aanvullend op het basisscenario, een inzameling van PMD op de recyclageparken voorziet, vergoedt Fost Plus de kosten voor de huur, lediging, reiniging en transport van de inzamelrecipiënten. Fost Plus zal aan de rechtspersoon van publiekrecht de nodige voorstellen doen om deze inzameling te optimaliseren.

Art. 9.In het geval een rechtspersoon van publiekrecht die voor zijn grondgebied verantwoordelijk is voor de inzameling van afvalstoffen, voor sommige stromen wil werken volgens andere scenario's dan deze beschreven in de artikelen 6 en 8 en indien aan de hierna volgende voorwaarden voor de opstart van een pilootproject is voldaan, betaalt Fost Plus voor die stromen een kost die overeenstemt met de gemiddelde kost van de selectieve inzameling en, desgevallend, van de verwerking van de afvalstoffen, rekening houdend met de gemiddelde waarde van de materialen en beperkt tot de reële en volledige kost van het pilootproject.

Een pilootproject is een kleinschalig project op het grondgebied van een intercommunale of agglomeratie die verantwoordelijk is voor de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen, ofwel op het grondgebied van een individuele gemeente, al dan niet lid van een dergelijke intercommunale of agglomeratie, dat tot doel heeft om een bepaald optimaliserend inzamel- en/of verwerkingsscenario in de praktijk te testen op zijn kwantitatieve en kwalitatieve rendementen inzake de preventie en/of het beheer van verpakkingsafval. Het pilootproject is steeds van beperkte duur, met een maximum van 6 jaar. Het pilootproject mag er niet toe leiden dat deelstromen die gerecycleerd worden in het basisscenario, niet meer gerecycleerd kunnen worden.

De rechtspersoon van publiekrecht maakt een gemotiveerde aanvraag om een pilootproject te willen opstarten over aan het betrokken Gewest en aan de Interregionale Verpakkingscommissie, met kopie aan Fost Plus, waarbij wordt aangetoond met welke middelen hij wil bijdragen aan het behalen door Fost Plus van de recyclagedoelstellingen van het Samenwerkingsakkoord. Zowel het Gewest als de Interregionale Verpakkingscommissie moeten hun akkoord geven voor het pilootproject.

Het contract tussen Fost Plus en de rechtspersoon van publiekrecht met betrekking tot het pilootproject voorziet minstens het volgende: - de duur van het pilootproject en de modaliteiten voor zijn evaluatie; jaarlijks moet er een evaluatie van de resultaten gebeuren; elke 3 jaar moet beslist worden om het pilootproject al dan niet verder te zetten en, in geval van verderzetting, om het project, waar nodig, bij te sturen; - de specifieke modaliteiten voor de betalingen binnen het pilootproject; - de kwaliteitsvereisten voor de materialen; - de wijze van communicatie aan de burgers over het toegepaste scenario; - de wijze waarop de kosten voor evaluatie (bijvoorbeeld: sorteerproeven, marktonderzoeken,...), de communicatiekosten en de eventuele investeringskosten evenwichtig worden verdeeld tussen de betrokken partijen.

De pilootprojecten worden gezamenlijk geëvalueerd door Fost Plus, de rechtspersoon van publiekrecht en de Interregionale Verpakkingscommissie. Indien evenwel tussen de verschillende partijen geen consensus kan worden bekomen, neemt de Interregionale Verpakkingscommissie de finale beslissing. In geval van positieve evaluatie, wordt het pilootproject een basisscenario, vergoed aan de reële en volledige kost. In geval van negatieve evaluatie, wordt het pilootproject stopgezet.

Wanneer het pilootproject uitgaat van een Gewest, kan de aanvraag voorzien in de 3de alinea door het Gewest worden ingediend bij de Interregionale Verpakkingscommissie, met kopie aan Fost Plus, in welk geval het contract voorzien in de 4de alinea wordt gesloten tussen Fost Plus en het Gewest en de evaluatie voorzien in de 5de alinea gezamenlijk gebeurt door Fost Plus, het Gewest en de Interregionale Verpakkingscommissie.

Art. 10.§ 1. Wanneer de markt voor de verwerving van een materiaal wordt toegewezen volgens het modelbestek goedgekeurd door de Interregionale Verpakkingscommissie in het kader van de erkenning of aangepast door het `gemengd comité voor de gunning van de markten' of indien de afwijking van dit bestek geen invloed heeft op de verkoopwaarde van het materiaal, komt de positieve of negatieve waarde van dit materiaal toe aan Fost Plus.

Wanneer de markt voor de verwerving van een materiaal niet wordt toegewezen volgens het modelbestek en deze afwijking een relevante invloed heeft op de verkoopwaarde van het materiaal, komt de positieve of negatieve waarde van de materialen toe aan de rechtspersoon van publiekrecht. De vergoeding voor de kosten van inzameling en sortering wordt dan verminderd met de gemiddelde verkoopwaarde van de materialen bedoeld in de vorige alinea, de zogenaamde referentiewaarde. § 2. De referentiewaarden per materiaal worden door de Interregionale Verpakkingscommissie goedgekeurd op basis van de voorstellen van Fost Plus. Fost Plus zal zijn voorstellen en de achterliggende berekeningswijze overmaken in de maand maart van elk jaar, volgend op het jaar waarop deze waarden moeten worden toegepast, waarna de Interregionale Verpakkingscommissie een beslissing zal nemen binnen een termijn van 3 maanden.

Art. 11.Fost Plus brengt 53% van het tonnage in rekening en vergoedt 60% van de inzamelkost van het tonnage papier/karton dat gemengd selectief wordt ingezameld.

Onderafdeling 3. - Bijkomende kosten

Art. 12.§ 1. Binnen de grenzen van het Samenwerkingsakkoord brengt Fost Plus in rekening en vergoedt hij de hoeveelheden verpakkingsafval die verbrand worden met terugwinning van energie, in de volgende volgorde: 1. Voor wat betreft PMD, brengt Fost Plus de tonnages in rekening en betaalt hij, op grond van de artikelen 10, § 2, 6°, en 13, § 1, 4°, van het Samenwerkingsakkoord, de kosten van selectieve inzameling, sortering en verbranding met terugwinning van energie van het PMD-residu.2. Indien na de eventuele toepassing van het punt 1 het percentage van nuttige toepassing van het Samenwerkingsakkoord niet behaald wordt, betaalt Fost Plus, voor het ontbrekende tonnage, door middel van forfaits die de werkelijke kosten van de rechtspersonen van publiekrecht dekken, de kosten van de inzameling, het transport en de verbranding met terugwinning van energie van het verpakkingsafval dat niet selectief wordt ingezameld.Representatieve sorteerproeven worden uitgevoerd door Fost Plus op basis van een methodologie gezamenlijk opgesteld door Fost Plus en de Interregionale Verpakkingscommissie, teneinde de aanwezigheid van dit soort verpakkingsafval in het restafval te bepalen. § 2. De kosten voor niet-selectieve inzameling en transport, inclusief overslag, worden vastgelegd op 112 EUR/ton, exclusief btw, voor de niet-selectieve stroom. De kosten voor verbranding met terugwinning van energie worden vastgelegd op 129 EUR/ton, exclusief btw, voor de niet-selectieve stroom.

Deze kosten worden tussen de Gewesten toegewezen in functie van de meest recente beschikbare bevolkingscijfers van de Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie van de FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie. De betalingsmodaliteiten worden bepaald door de bevoegde gewestelijke administraties.

Art. 13.§ 1. Fost Plus betaalt per rechtspersoon van publiekrecht een aanvullende maximale tussenkomst van jaarlijks 0,39 EUR per inwoner, exclusief btw, die tot uitsluitend doel heeft om de volgende kosten te dekken, die aantoonbaar zijn, definitief ten laste zijn van de rechtspersoon van publiekrecht en die rechtstreeks betrekking hebben op hetzij de aankoop van inzamelrecipiënten voor huishoudelijk verpakkingsafval, hetzij de optimalisering van de glasinzameling: 1° 65% van de kosten voor het aankopen en plaatsen van ingegraven glasbollen, met een maximum vergoeding van 10.000 EUR per ingegraven glasbol; 2° de kosten van acties inzake: - de maandelijkse inzameling van glas huis-aan-huis; - de verbetering van de netheid van de glasbolsites door camerabewaking en/of aanvullende reiniging van de glasbolsites, met inbegrip van het verwijderen van het aanwezige zwerfvuil; - de opvolging van de inzameling door het plaatsen van glasbolsensoren; 3° 50% van de kosten voor het aankopen en plaatsen van boven- of ondergrondse recipiënten voor papier/karton en PMD die de huis-aan-huis inzameling vervangen, in de volgende zones: - Zones die het voorwerp hebben uitgemaakt van een positief beoordeeld pilootproject in de zin van artikel 9 en prioritaire zones die geïdentificeerd werden in een gewestelijke studie, die uitgevoerd werd in samenwerking met Fost Plus; - Voetgangerszones en zones die moeilijk bereikbaar zijn voor vrachtwagens, zoals sommige historische stadscentra en woonerven; - Hoogbouw-woonwijken met gebouwen van 8 verdiepingen of meer of met meer dan 50 wooneenheden; - Woongebieden dicht bij de kustlijn, d.w.z. binnen een strook van 500 meter, te rekenen vanaf de zeedijk of de vloedlijn; 4° 60% van de aankoopprijs van individuele containers voor de huis-aan-huis ophaling van papier/karton, die bij voorkeur worden uitgerust met een chip om het aantal ledigingen te monitoren. § 2. De rechtspersoon van publiekrecht beslist over de exacte bestemming van de aanvullende tussenkomst bedoeld in § 1, na overleg met Fost Plus.

Fost Plus informeert de Interregionale Verpakkingscommissie jaarlijks tegen 15 september over de bestemming per rechtspersoon van publiekrecht van de aanvullende tussenkomst in het afgelopen jaar. § 3. De budgetten voorzien in § 1 kunnen maximaal 2 jaar worden overgedragen.

Kosten voor aankopen en/of plaatsen van recipiënten kunnen eenmalig worden aangerekend, op het moment van de aankoop of de plaatsing, of in schijven, die overeenstemmen met de reële of een theoretische afschrijvingstermijn.

Art. 14.§ 1. Fost Plus vergoedt de kosten voor de opvolging van de projecten op basis van een contract in de zin van artikel 13, § 1, 7°, van het Samenwerkingsakkoord, door middel van een forfaitaire vergoeding van 0,63 EUR per inwoner per jaar, exclusief btw. Deze vergoeding wordt verhoogd met 0,09 EUR per inwoner per jaar voor de rechtspersonen van publiekrecht met een gemiddelde bevolkingsdichtheid van minder dan 300 inwoners per km2 en wordt nogmaals verhoogd met 0,10 EUR per inwoner per jaar voor de rechtspersonen van publiekrecht met een gemiddelde bevolkingsdichtheid van minder dan 150 inwoners per km2. § 2. Mits het akkoord van de rechtspersoon van publiekrecht, staat Fost Plus in voor de aankoop van uniforme blauwe zakken en hun distributie op de leverpunten die de rechtspersoon van publiekrecht aan Fost Plus communiceert. In dat geval bedragen de verkoopprijzen van de blauwe zakken aan de burgers 0,10 EUR, 0,15 EUR, 0,20 EUR en 0,25 EUR voor zakken van respectievelijk 30, 60, 90 en 120 liter.

Indien blauwe zakken in andere volumes dan 60 liter worden aangeboden, moet de rechtspersoon van publiekrecht hiermee akkoord zijn. 120 literzakken zijn enkel bedoeld voor scholen en 30 literzakken worden slechts in uitzonderlijke omstandigheden gebruikt.

Wanneer de rechtspersoon van publiekrecht instaat voor de aankoop en de distributie van de PMD-zakken, worden de verkregen "winsten" op de verkoop van de PMD-zakken in mindering gebracht van de vergoeding bedoeld in § 1, zonder dat deze vergoeding negatief mag worden. Tenzij de rechtspersoon van publiekrecht de effectieve aankoop- en distributiekosten kan aantonen, worden deze "winsten" bekomen door van de effectieve verkoopprijzen een forfaitaire aankoop- en distributiekost af te trekken van 0,15 EUR; de winsten kunnen nooit negatief zijn.

Art. 15.De bedragen die door Fost Plus voor de communicatie betaald worden in de projecten op basis van een contract in de zin van artikel 13, § 1, 7°, van het Samenwerkingsakkoord, bestaan uit een basisbedrag dat gelijk is voor alle projecten. Voor de lokale communicatie zal dit basisbedrag 0,35 EUR per inwoner per jaar bedragen, exclusief btw.

Deze vergoeding wordt verhoogd met 0,20 EUR per inwoner per jaar voor de rechtspersonen van publiekrecht die gelegen zijn in een tweetalig taalgebied.

Fost Plus en de rechtspersoon van publiekrecht stellen jaarlijks een gezamenlijk plan op voor de lokale communicatie, waarin de te ondernemen acties in principe gedetailleerd omschreven worden, evenals de vereiste bedragen per actie, en waarin onder meer - op vraag van de rechtspersoon van publiekrecht - het voeren van specifieke communicatieacties kan worden voorzien.

Het plan voor de lokale communicatie wordt dusdanig opgesteld dat de voor lokale communicatie vooropgestelde bedragen volledig gebudgetteerd en besteed worden. Desgevallend kunnen overschotten naar het volgende jaar worden overgedragen, tot maximum 2 jaar.

Voor de specifieke communicatieacties kan de rechtspersoon van publiekrecht eigen personeel inzetten. Deze inzet van personeel wordt in rekening gebracht op basis van de toepasselijke loonbarema's.

In het plan voor de lokale communicatie wordt bijzondere aandacht besteed aan de communicatie omtrent de PMD-zakken die bij de ophaling blijven staan omwille van sorteerfouten.

De strategieën, acties en communicatie-uitgaven houden voor de lokale communicatie rekening met de gewestelijke afvalstoffenplannen en met de resultaten van de selectieve inzameling in de verschillende zones met projecten op basis van een contract in de zin van artikel 13, § 1, 7°, van het Samenwerkingsakkoord.

Art. 16.Fost Plus moet een nauwkeurige monitoring uitvoeren van de samenstelling van het huishoudelijke PMD-sorteerresidu. De rechtspersonen van publiekrecht kunnen als waarnemer de analyses bijwonen.

Fost Plus betaalt aan de rechtspersonen van publiekrecht de sorteerbonus voorzien in de erkenningsaanvraag.

Art. 17.Fost Plus betaalt de kosten van inzameling en transport van het metalen verpakkingsafval, ingezameld bij de ingang of bij de uitgang van de verbrandingsinstallaties of van andere verwerkingsinstallaties, overeenkomstig artikel 4, a), 3), terug op basis van de kosten van de niet-selectieve inzameling en transport, inclusief overslag. Deze worden vastgelegd op 112 EUR/ton, exclusief btw.

Deze kosten worden evenredig toegewezen aan de territoriaal bevoegde rechtspersonen van publiekrecht in functie van het aantal inwoners, zoals dat blijkt uit de meest recente beschikbare bevolkingscijfers van de Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie van de FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie.

Fost Plus betaalt de reële en volledige kost van de extractie van de metalen, waarbij evenwel de verkoopwaarde van de materialen in mindering wordt gebracht.

Art. 18.§ 1. Fost Plus vergoedt de kosten van selectieve inzameling en verwerking van huishoudelijk verpakkingsafval dat verontreinigd is door gevaarlijke stoffen of die deze heeft bevat.

Hiertoe wordt, voor elke deelstroom van de stroom "Klein Gevaarlijk Afval (KGA)" in het Vlaamse Gewest, de stroom "Déchets Spéciaux des Ménages (DSM)" in het Waalse Gewest en de stroom "Huishoudelijk Chemisch Afval (HCA)" in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, het gewichtsaandeel van huishoudelijke verpakkingen vastgelegd in de bijlage 1 bij deze erkenning.

Per deelstroom wordt de reële en volledige inzamel- en verwerkingskost voor het gewichtsaandeel van huishoudelijke verpakkingen aan Fost Plus gefactureerd en door Fost Plus betaald.

Het Gemengd Comité voorzien in artikel 24 bepaalt uniforme deelstromen voor de stromen "Klein Gevaarlijk Afval (KGA)", "Déchets Spéciaux des Ménages (DSM)" en "Huishoudelijk Chemisch Afval (HCA)".

Fost Plus ontwikkelt desgevallend een modelbestek voor de uniforme inzameling van de stromen "Klein Gevaarlijk Afval (KGA)", "Déchets Spéciaux des Ménages (DSM)" en "Huishoudelijk Chemisch Afval (HCA)", dat wordt besproken in het Gemengd Comité voorzien in artikel 24 en vervolgens ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de Interregionale Verpakkingscommissie volgens de procedure van artikel 19, § 1, 3de alinea. § 2. Fost Plus zet in de 3 Gewesten projecten op of ondersteunt reeds lopende projecten omtrent de alternatieve inzameling van eenmalige gasflessen, met name voor lachgas. Fost Plus dient in dit kader jaarlijks tegen 15 april bij de Interregionale Verpakkingscommissie een actieplan in dat is uitgewerkt tot op het niveau van de rechtspersoon van publiekrecht die instaat voor deze alternatieve inzameling.

Onderafdeling 4. - Modelcontract

Art. 19.§ 1. Binnen de zes maanden na datum van inwerkingtreding van deze erkenning legt Fost Plus een nieuwe versie van het modelcontract met de rechtspersonen van publiekrecht die voor hun grondgebied verantwoordelijk zijn voor de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen, en van de modelbestekken voor de markten van inzameling, sortering en recyclage ter goedkeuring aan de Interregionale Verpakkingscommissie voor, waarin onder meer de voorwaarden van deze erkenning geïntegreerd zijn en waarin gezorgd wordt voor een overeenstemming met de geldende wetgeving. Fost Plus ontwikkelt modelbestekken voor elke inzameling voorzien in artikel 6. De modelbestekken moeten sociale en milieucriteria bevatten, bijvoorbeeld inzake duurzame transporten.

Fost Plus kan ervoor opteren om de nieuwe versie van het modelcontract met de rechtspersonen van publiekrecht en/of van de modelbestekken, reeds voor de indiening bij de Interregionale Verpakkingscommissie, te bespreken in het Gemengd Comité voorzien in artikel 24.

De voorstellen van Fost Plus bepalen ook, voor zover dit nodig is, de datum van inwerkingtreding van de diverse bepalingen. De Interregionale Verpakkingscommissie doet een uitspraak binnen een termijn van zes maanden, te rekenen vanaf de integrale ontvangst van het definitieve ontwerp.

Elke wijziging aan het modelcontract tijdens de loop van deze erkenning moet voorafgaandelijk ter goedkeuring worden voorgelegd aan de Interregionale Verpakkingscommissie. De Interregionale Verpakkingscommissie doet een uitspraak over het voorstel tot wijziging binnen een termijn van vier maanden, te rekenen vanaf de integrale ontvangst van het definitieve voorstel. § 2. Binnen de zes maanden na goedkeuring van het modelcontract door de Interregionale Verpakkingscommissie, worden de contracten tussen Fost Plus en de rechtspersonen van publiekrecht aangepast aan het nieuwe typecontract.

Onderafdeling 5. - Varia

Art. 20.De in de artikelen 7, 8, 12, 13, 14, § 1, 15 en 17 bedoelde bedragen in euro worden aangepast aan het indexcijfer der consumptieprijzen met als basisindex het indexcijfer der consumptieprijzen van november 2023, basis 2013, met name 128,89.

De indexering moet ieder jaar automatisch, dus zonder voorafgaande verwittiging, geschieden op 1 januari van elk jaar. Afdeling 3. - Toewijzing van de markten

Art. 21.§ 1. Behoudens andersluidende bepaling, blijven alle vroeger gesloten contracten in het kader van de gunning van de markten voor selectieve inzameling, sortering en recyclage geldig tot hun vervaldatum. § 2. De markten voor selectieve inzameling en sortering worden bij voorkeur gegund door de rechtspersonen van publiekrecht.

Voor de sortering van de PMD-stroom kan Fost Plus de markten gunnen, voor zover het gebruikte bestek voorafgaandelijk werd goedgekeurd door de Interregionale Verpakkingscommissie en de rechtspersoon van publiekrecht deze specifieke taak aan hem overdraagt. § 3. Wanneer markten voor selectieve inzameling, sortering en recyclage door de rechtspersonen van publiekrecht worden gegund, wordt toepassing gemaakt van de wetgeving overheidsopdrachten. Elke markt wordt gegund aan de economisch meest voordelige regelmatige offerte. § 4. De gunning van de markten voor selectieve inzameling, sortering en recyclage door Fost Plus gebeurt volgens bestekken en procedures die in overeenstemming zijn met de vigerende wetgeving. Elke markt wordt gegund aan de economisch meest voordelige regelmatige offerte.

Art. 22.Wanneer de rechtspersoon van publiekrecht instaat voor de gunning van markten voor selectieve inzameling, sortering of recyclage, is de financiering door Fost Plus afhankelijk van de naleving van de principes van de modelbestekken die worden goedgekeurd door de Interregionale Verpakkingscommissie overeenkomstig artikel 19 en desgevallend aangepast door het "gemengd comité voor de gunning van de markten" overeenkomstig artikel 24 en van het naleven van de volgende regels: * Voorafgaandelijk aan het toewijzen van de markt geeft de rechtspersoon van publiekrecht aan Fost Plus de mogelijkheid om hem een advies uit te brengen, binnen een termijn van 14 dagen. De rechtspersoon van publiekrecht geeft Fost Plus hiervoor inzage in alle offertes en Fost Plus garandeert de confidentialiteit daarvan. * Een kopie van het proces-verbaal van gunning wordt bezorgd aan Fost Plus, die hiervan op zijn beurt aan de Interregionale Verpakkingscommissie een kopie bezorgt.

Art. 23.Er wordt ten behoeve van de Interregionale Verpakkingscommissie per project een fiche opgemaakt en geactualiseerd bij elke toewijzing van nieuwe markten (selectieve inzameling, sortering of recyclage) door Fost Plus of door een rechtspersoon van publiekrecht, die een duidelijk overzicht geeft van de projectgegevens, met onder meer: - een volledig beeld van de verschillende wijzen van inzameling, met inbegrip van het aantal ingegraven en bovengrondse glasbollen, de gegroepeerde inzamelpunten en de eventuele bijzondere inzamelwijzen, en van de vergoeding daarvan; - een overzicht van de toegewezen markten en de essentiële gegevens van de markttoewijzingen.

De bedoeling is om deze gegevens in grote mate automatisch te genereren vanuit de databanken van Fost Plus. Indien de databanken daarvoor aangepast moeten worden, zal een voorafgaandelijke analyse gemaakt worden door een externe consultant, die hetzij door Fost Plus, hetzij door de Interregionale Verpakkingscommissie wordt aangeduid, en die zowel aan Fost Plus als aan de Interregionale Verpakkingscommissie rapporteert.

Jaarlijks tegen 1 maart bezorgt Fost Plus aan de Interregionale Verpakkingscommissie de geactualiseerde fiches.

Art. 24.Er wordt een "gemengd comité voor de gunning van de markten" opgericht. Het is samengesteld uit vertegenwoordigers van Fost Plus, van de territoriaal bevoegde rechtspersonen van publiekrecht en, met het statuut van waarnemer, van de federaties die de bedrijven voor het beheer van afvalstoffen vertegenwoordigen.

De federaties die de bedrijven voor het beheer van afvalstoffen vertegenwoordigen, nemen geen deel aan de markttoewijzingen, teneinde belangenvermenging te vermijden.

In het gemengd comité voor de gunning van de markten is er ook een vertegenwoordiging van de Interregionale Verpakkingscommissie, die een waarnemende en adviserende taak vervult en die er in het bijzonder op toeziet dat de bestekken en de toegepaste procedures in overeenstemming zijn met de vigerende wetgeving en met de bepalingen van huidige erkenning.

Het gemengd comité voor de gunning van de markten is belast met het aanpassen aan de technische vooruitgang van de modelbestekken die goedgekeurd werden overeenkomstig artikel 19, met het vooraf adviseren van de modelbestekken en het opmaken van nieuwe modelbestekken en met het goedkeuren van de bestekken voor de gunning van de recyclageopdrachten. Het is bevoegd om, desgevraagd, advies te geven aan de toewijzende instantie inzake de selectie en de gunning. Elke wijziging die het gemengd comité in bestaande modelbestekken wenst aan te brengen aan de gunningscriteria en de wijze waarop deze moeten beoordeeld worden, dient bevestigd te worden door de Interregionale Verpakkingscommissie.

Het gemengd comité voor de gunning van de markten legt zijn werking vast in een reglement van inwendige orde. Indien er over een modelbestek of een bestek geen overeenkomst kan worden bereikt binnen het gemengd comité, beslist de Interregionale Verpakkingscommissie op basis van de diverse voorstellen.

Art. 25.De modelcontracten met de onafhankelijke expertisebureaus, met als voorwerp de controle op en de certificering van de correcte uitvoering van de recyclagecontracten die Fost Plus verbinden met de verwervers (recyclagebedrijven), worden ter goedkeuring voorgelegd aan de Interregionale Verpakkingscommissie, na bespreking in de opvolgingscommissie. De modelcontracten moeten ervoor zorgen dat de Interregionale Verpakkingscommissie steeds de effectieve recyclage van het verpakkingsafval met absolute zekerheid kan vaststellen en desgevallend zelf aan de controle kan deelnemen. Afdeling 4. - Sociale tewerkstelling

Art. 26.De bepalingen van artikel 13, § 1, 5°, van het Samenwerkingsakkoord ter ontwikkeling van de tewerkstelling in de verenigingen en vennootschappen met een sociaal oogmerk, zijn van toepassing op de handelingen inzake sortering, recyclage en nuttige toepassing.

Art. 27.§ 1. In aanvulling op het artikel 21, § 4, van huidige erkenning zorgt Fost Plus, wanneer hij de markten toekent, voor een strikte controle van de naleving van de sociale wetgeving bij de toekenning van de recyclagemarkten en een strikte opvolging ervan bij de uitvoering van de recyclagemarkten. § 2. De door Fost Plus in het kader van de voorgaande erkenning voorgestelde en door de Interregionale Verpakkingscommissie goedgekeurde maatregelen voor de bevordering van de sociale tewerkstelling, blijven van kracht, behoudens actualisering op voorstel van Fost Plus. In het kader van deze maatregelen, mag Fost Plus (in de mate van het strikt noodzakelijke) afwijken van artikel 21, § 4, van huidige erkenning. Afdeling 5. - Aansluiting van de verpakkingsverantwoordelijken

Onderafdeling 1. - Berekening van het groene punt

Art. 28.§ 1. De principes voor de berekening van het Groene Punt moeten leiden tot een vermindering van de impact van verpakkingen op het leefmilieu en moeten de afvalhiërarchie van de richtlijn 2008/98/EG betreffende afvalstoffen respecteren.

Herbruikbare verpakkingen die door de leden op de markt worden gebracht, genieten een nultarief.

De principes van de eco-modulatie, zoals voorgesteld in de erkenningsaanvraag, worden aanvaard.

Een werkgroep "materialen", minstens bestaande uit Fost Plus, de Interregionale Verpakkingscommissie, de Gewesten, de territoriaal bevoegde rechtspersonen van publiekrecht, de federaties die de bedrijven voor het beheer van afvalstoffen, de materiaalorganisaties, de sorteercentra en de recyclagebedrijven vertegenwoordigen, en de federaties die de bedrijven van de distributie en de productie of import van verpakte producten vertegenwoordigen, identificeert de verpakkingen die een sterk ontradend tarief moeten krijgen, dat minstens het dubbel is van het hoogste tarief voor de verpakkingstypes die selectief ingezameld worden voor recyclage, omdat ze hinderlijk zijn voor de selectieve inzameling en/of de sortering of omdat ze niet kunnen gerecycleerd worden. Indien er geen consensus is binnen deze werkgroep, komt het toe aan de Interregionale Verpakkingscommissie om deze verpakkingen te identificeren.

De werkgroep "materialen" onderzoekt ook de mogelijkheid van bijkomende sturing door ecomodulatie in functie van recycleerbaarheid en het gebruik van gerecycleerde materialen (recycled content). § 2. Fost Plus moet jaarlijks en ten laatste tegen 15 september een voorstel aan de Interregionale Verpakkingscommissie voorleggen betreffende de berekeningsmethode van de bijdragen van de aangesloten leden en betreffende de eigenlijke tarieven voor het volgende jaar, overeenkomstig de principes voor de berekening van het Groene Punt.

Onderafdeling 2. - Toetredingscontract

Art. 29.§ 1. Binnen de vier maanden na datum van de inwerkingtreding van deze erkenning legt Fost Plus een nieuwe versie van het toetredingscontract met de leden ter goedkeuring aan de Interregionale Verpakkingscommissie voor, waarin de voorwaarden van deze erkenning geïntegreerd zijn en waarin gezorgd wordt voor een overeenstemming met de geldende wetgeving. De Interregionale Verpakkingscommissie doet een uitspraak binnen een termijn van vier maanden, te rekenen vanaf de integrale ontvangst van het definitieve ontwerp.

Elke wijziging aan het toetredingscontract, zowel aan de kaderovereenkomst als aan de algemene voorwaarden, tijdens de loop van deze erkenning moet voorafgaandelijk ter goedkeuring worden voorgelegd aan de Interregionale Verpakkingscommissie. De Interregionale Verpakkingscommissie doet een uitspraak over het voorstel tot wijziging binnen een termijn van vier maanden, te rekenen vanaf de integrale ontvangst van het definitieve voorstel. § 2. Binnen de vier maanden na goedkeuring van het toetredingscontract door de Interregionale Verpakkingscommissie, worden de contracten tussen Fost Plus en de leden aangepast. Afdeling 6. - Verzekeringen en financiele zekerheden

Art. 30.Fost Plus moet zich maximaal verzekeren voor de volledige contractuele en extra-contractuele aansprakelijkheid die kan voortvloeien uit elk van zijn activiteiten. De dekking mag niet in beperkende termen worden gesteld.

Fost Plus voorziet in de contracten met de rechtspersonen van publiekrecht en in de bestekken voor inzameling en sortering dat Fost Plus verzekerd is voor inkomstenderving van de rechtspersoon van publiekrecht in geval van overmacht, bijvoorbeeld in het geval van een brand in het sorteercentrum, waarbij de ingezamelde en eventueel gesorteerde hoeveelheden zijn verloren gegaan; de verzekering dekt de vergoeding die de rechtspersoon van publiekrecht zou hebben gekregen vanwege Fost Plus voor de inzameling en/of sortering van het huishoudelijke verpakkingsafval.

Art. 31.§ 1. Overeenkomstig artikel 11 van het Samenwerkingsakkoord wordt het globaal bedrag van de financiële zekerheden, exclusief interesten, vastgesteld op 30 miljoen EUR. De gemiddelde financiële zekerheid per inwoner is gelijk aan het globaal bedrag, gedeeld door het totaal aantal inwoners van België, zoals vastgesteld in de meest recente bevolkingsstatistieken van de Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie van de FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie.

Fost Plus garandeert op juridisch sluitende wijze dat, vanaf de datum van aankondiging door Fost Plus van de stopzetting van zijn activiteiten, de verkoopwaarden van de materialen van rechtswege toekomen aan de rechtspersonen van publiekrecht en dat de rechtspersonen van publiekrecht die dit wensen, op eenvoudige wijze in de plaats kunnen treden van Fost Plus als contractspartij bij de verwerving. § 2. Jaarlijks, op de verjaardag van de inwerkingtreding van de erkenning, wordt de daadwerkelijk te stellen financiële zekerheid als volgt berekend: FZ n = FZ n-1 + ( Inw* n x GFZ Inw ) + Int n-1 FZ n: financiële zekerheid op de verjaardag in jaar n FZ n-1: financiële zekerheid op de verjaardag in jaar n-1 GFZ Inw: gemiddelde financiële zekerheid per inwoner Inw* n: toename in jaar n van het aantal inwoners in een geïntensifieerd project Int n-1: interesten op FZ n-1, op de verjaardag in jaar n § 3. De financiële zekerheden mogen geheel of gedeeltelijk door derden worden gesteld in naam van Fost Plus. § 4. De financiële zekerheden mogen gesteld worden in de vorm van een pand op bankrekening, voor zover de Interregionale Verpakkingscommissie zich expliciet akkoord heeft verklaard met de modaliteiten hiervan. Voor ten minste 2/3 van de financiële zekerheden die gesteld worden in de vorm van een pand op bankrekening, moet Fost Plus garanderen dat dit deel van het bedrag in alle gevallen (12 maanden per jaar) op de in pand gegeven rekening(en) blijft staan. De in pand gegeven rekening(en) moeten minstens 8 maanden per jaar het volledige bedrag staan hebben van de financiële zekerheden die gesteld worden in de vorm van een pand op bankrekening.

De Interregionale Verpakkingscommissie moet een permanente elektronische toegang hebben tot de in pand gegeven rekening(en).

Art. 32.De leden van Fost Plus engageren zich op juridisch bindende wijze om, vanaf de datum van aankondiging door Fost Plus van de stopzetting van zijn activiteiten, gedurende 6 maanden maandelijks een twaalfde van de laatste jaarlijkse bijdrage aan Fost Plus te betalen op een aan de Interregionale Verpakkingscommissie in pand gegeven rekening. Afdeling 7. - Preventie en hergebruik

Art. 33.§ 1. Fost Plus stelt, samen met zijn leden, tegen uiterlijk 15 december 2024 aan de Interregionale Verpakkingscommissie twee ambitieuze actieprogramma's voor inzake de preventie van verpakkingsafval bij de leden: een actieprogramma "vermijden en verminderen van verpakkingen" en een actieprogramma "ecodesign".

De beide actieprogramma's moeten de lopende acties versterken en nieuwe acties voorzien. Het actieprogramma "vermijden en verminderen van verpakkingen" moet streven naar een absolute daling, zonder het halen van de recyclagedoelstellingen in gevaar te brengen, voor het geheel van de leden en ten opzichte van het tonnage van 2023, met minstens 5% van de hoeveelheid eenmalige verpakkingen die op de markt worden gebracht, en dit tegen het einde van de erkenningsperiode. Fost Plus moet hierbij aantonen dat de daling niet te wijten is aan materiaalsubstitutie.

De in beide actieprogramma's voorgestelde maatregelen moeten evenwichtig verdeeld zijn tussen de Gewesten.

Het actieprogramma "vermijden en verminderen van verpakkingen" moet onder meer het volgende omvatten: - communicatie- en informatieacties bij de verpakkingsverantwoordelijken met betrekking tot de preventie aan de bron van verpakkingen, het stimuleren van het gebruik van duurzame verpakkingen en het hergebruik van verpakkingen; deze acties moeten de verpakkingsverantwoordelijken sensibiliseren en responsabiliseren voor dit soort oplossing; - de identificatie van specifieke verpakkingstypes en (sub)sectoren waar een kwantitatieve vermindering van eenmalige verpakkingen haalbaar is, zonder het productverlies te verhogen of de sorteer- en recycleerbaarheid van de verpakking te verminderen; - acties inzake het onderzoeken van alternatieven voor bepaalde verpakkingen; - acties die streven naar een wijziging van de distributiewijze van het product, met als doel de eenmalige verpakkingen te verminderen; - communicatieacties aan het grote publiek, de handelaars en de producenten ter bevordering van de consumptie van in bulk verkochte producten; - acties die tot doel hebben om verpakkingen in de groente- en fruitsector te vermijden; - acties om te verhelpen aan de oververpakking die door de consumenten wordt gemeld via het in artikel 35 bedoelde contactpunt; - de invoering en eventuele opschaling van proefprojecten, met een minimum van één proefproject per Gewest, dat in samenspraak met de bevoegde gewestelijke administratie en de IVC moet worden ontwikkeld.

Deze proefprojecten moeten inzetten op verschillende sectoren.

Het actieprogramma "ecodesign" moet onder meer het volgende omvatten: - communicatie- en informatieacties bij de verpakkingsverantwoordelijken met betrekking tot de promotie van gemakkelijk recycleerbare verpakkingen en het gebruik van gerecycleerde materialen; deze acties moeten de verpakkingsverantwoordelijken sensibiliseren en responsabiliseren voor dit soort oplossing; - acties om ecodesign en circulariteit te stimuleren, waaronder "Design4circularity"; - acties om de aanwezigheid in verpakkingen van zeer zorgwekkende stoffen, zoals PFAS, tegen te gaan.

De beide actieprogramma's moeten onder meer het volgende omvatten: - de invoering van een benchmark per sector onder de leden; deze benchmark analyseert de effectiviteit en het ecologisch impact van de voorgestelde preventiemaatregelen; - de acties met betrekking tot de samenwerking en de uitwisseling van ervaringen tussen de leden, met het oog op het invoeren van verpakkingen met een lagere ecologische impact; - de uitvoering van `verpakkingsdiagnoses', toegespitst op preventie, bij de leden en de actieve promotie van dit instrument; deze `verpakkingsdiagnose' formuleert een concreet actieplan voor de verschillende verpakkingstypes die op de markt worden gebracht door het lid; - sensibiliseringsacties gericht op consumenten over de ecologische impact van wegwerpverpakkingen; - de financiering van onafhankelijke studies en analyses inzake preventie; - de beschrijving van hoe de doelstellingen zullen worden bereikt, waarbij voor het actieprogramma "vermijden en verminderen van verpakkingen" moet aangetoond worden dat de vermindering van de eenmalige verpakkingen niet het gevolg is van materiaalsubstitutie; - de monitoring van de verschillende acties en van hun ecologische impact, alsook de monitoring van de door de leden op de markt gebrachte eenmalige verpakkingen per sector en per type bedrijf; - de inschatting van de kosten verbonden aan het actieprogramma, dewelke kosten voor rekening van Fost Plus zijn, en een beleidsvisie op de financiering op lange termijn van deze acties.

De diverse communicatie- en informatieacties voorzien in de actieprogramma's, zijn voldoende substantieel en vertegenwoordigen ten minste 10% van het jaarlijkse budget voor nationale communicatie. § 2. De actieprogramma's bedoeld in § 1 worden elk jaar geactualiseerd en tegen 15 september opnieuw voor goedkeuring voorgelegd aan de Interregionale Verpakkingscommissie. Ze worden jaarlijks in oktober ter vergadering toegelicht. In dat kader wordt ook gerapporteerd over de realisatie van de acties.

Art. 34.§ 1. Fost Plus stelt, samen met zijn leden, tegen uiterlijk 15 december 2024 aan de Interregionale Verpakkingscommissie een ambitieus actieprogramma voor om het gebruik van herbruikbare verpakkingen door zijn leden te stimuleren. Het actieplan heeft als streefdoel om het marktaandeel van herbruikbare verpakkingen tegen het einde van de erkenningsperiode met minstens 5% te vergroten, waarbij de acties niet mogen beperkt blijven tot glazen drankverpakkingen. Het actieplan moet aangeven op welke manier de streefcijfers zullen worden gehaald.

Dit actieprogramma kan desgevallend samengevoegd worden met het actieprogramma "vermijden en verminderen van verpakkingen" bedoeld in artikel 33.

De voorgestelde maatregelen moeten evenwichtig verdeeld zijn tussen de Gewesten. Het actieprogramma moet onder meer het volgende omvatten: - concrete acties om het gebruik van herbruikbare verpakkingen door de leden actief te stimuleren, waarbij naast sensibilisering en proactieve informatieverstrekking ook de mogelijkheid moet onderzocht worden om financiële incentives te geven; - de invoering van een benchmark per sector onder de leden, met prioriteit voor de meest performante acties inzake de verlenging van de levensduur van de verpakkingen; - de uitvoering van `verpakkingsdiagnoses' bij de leden en de actieve promotie van dit instrument; de `verpakkingsdiagnose' formuleert concrete acties om het gebruik van herbruikbare huishoudelijke verpakkingen door het lid te doen stijgen; - de invoering en eventuele opschaling van proefprojecten, met een minimum van één proefproject per Gewest, dat in samenspraak met de bevoegde gewestelijke administratie en de IVC moet worden ontwikkeld.

Deze proefprojecten moeten inzetten op verschillende activiteitssectoren; - de ontwikkeling en promotie van de `design4reuse guidelines; - het zoeken naar uniforme herbruikbare verpakkingen, met het oog op hun interoperabiliteit; - de monitoring van de verschillende acties; - de inschatting van de kosten verbonden aan het actieprogramma, dewelke kosten voor rekening van Fost Plus zijn, en een beleidsvisie op de financiering op lange termijn van deze acties.

Het actieprogramma wordt elk jaar geactualiseerd en tegen 15 september opnieuw voor goedkeuring voorgelegd aan de Interregionale Verpakkingscommissie. Het wordt jaarlijks in oktober ter vergadering toegelicht. In dat kader wordt ook gerapporteerd over de realisatie van de acties. § 2. Fost Plus bezorgt aan de Interregionale Verpakkingscommissie de cijfergegevens die nodig zijn voor de jaarlijkse monitoring van de herbruikbare verpakkingen. § 3. Fost Plus onderzoekt, samen met zijn leden en met de Interregionale Verpakkingscommissie, de evolutie van de markt van de herbruikbare verpakkingen en brengt de sturende factoren van de markt in kaart. Fost Plus maakt hierover elke twee jaar en de eerste keer tegen 1 maart 2024 een omstandig rapport op, dat ook maatregelen bevat om het marktaandeel van de herbruikbare verpakkingen te vergroten.

Fost Plus maakt dit rapport beschikbaar op zijn website. § 4. Fost plus zou in elk jaar van huidige erkenning minimaal 2% van zijn totaalbudget voor het jaar 2024 moeten investeren in de verwezenlijking van het actieprogramma "vermijden en verminderen van verpakkingen" bedoeld in artikel 33 en het actieprogramma bedoeld in artikel 34.

Art. 35.Fost Plus optimaliseert zijn meldpunt "oververpakking", waarop de consument, door middel van een website en een specifiek mailadres, beroep kan doen om storende gevallen van oververpakking te melden. De werking moet verbeterd worden, alsook de feedback aan de consument over de ondernomen acties, onder andere gegarandeerde antwoorden door Fost Plus binnen een bepaalde termijn. Indien er effectief sprake is van "oververpakking" doet Fost Plus aan de betrokken producent een concreet voorstel voor een alternatieve verpakking. De mogelijkheid van anonieme klachten moet ook gegeven worden.

Fost Plus verzekert een ruime communicatie naar het grote publiek over het bestaan en de werking van dit meldpunt.

Fost Plus rapporteert jaarlijks tegen 31 maart aan de Interregionale Verpakkingscommissie over zijn activiteiten in het kader van het meldpunt. De rapportering bevat, naast kwantitatieve informatie, ook kwalitatieve informatie, zoals het type klacht en het betrokken product, alsook de aan de klacht gegeven respons door Fost Plus en het betrokken bedrijf.

Art. 36.Fost Plus zorgt ervoor dat de PMD-zakken en de inzamelrecipiënten die hij ter beschikking stelt in het kader van de out-of-home inzamelingen, maximaal uit gerecycleerde materialen bestaan. Afdeling 8. - Inzameling "out-of-home"

Art. 37.§ 1. Zonder dat dit afbreuk mag doen aan de inzamelingen door de rechtspersonen van publiekrecht overeenkomstig de wettelijke en reglementaire bepalingen die van kracht zijn in de Gewesten en in de gemeenten in kwestie, stimuleert Fost Plus in de 3 Gewesten de inzameling "out-of-home" van verpakkingen.

Met inzameling "out-of-home" wordt de inzameling van huishoudelijk verpakkingsafval bedoeld op andere plaatsen dan in de thuisomgeving.

Het gaat daarbij onder meer om de inzameling in scholen, sportcentra, bij jeugdbewegingen, op festivals, evenementen, in openbare ruimten en op andere voor een ruim publiek toegankelijke plaatsen, zoals trein- of metrostations en luchthavens en in de bedrijven. § 2. Fost Plus stelt tegen uiterlijk 15 december 2024 aan de Interregionale Verpakkingscommissie een ambitieus actieplan out-of-home voor, zoals voorgesteld in de erkenningsaanvraag. Dit actieplan wordt elk jaar geactualiseerd en tegen 15 september, samen met de bijhorende modelovereenkomsten, opnieuw voor goedkeuring voorgelegd aan de Interregionale Verpakkingscommissie. Het wordt jaarlijks in oktober ter vergadering toegelicht.

Het actieplan maakt onderscheid tussen de volgende categorieën en subcategorieën: A. PMD niet-huishoudelijke inzameling: - De "inzameling op de werkplek" (geregeld in de context van de modelovereenkomst "bedrijven"); - De "inzameling in openbare vuilnisbakken" (geregeld in de context van de modelovereenkomst met de rechtspersonen van publiekrecht): * Selectieve openbare vuilnisbakken; * Niet-selectieve openbare vuilnisbakken; - De "andere projecten out-of-home" (geregeld in de context van de modelovereenkomst "bedrijven", tenzij uitzonderlijk in de context van de modelovereenkomst met de rechtspersonen van publiekrecht) die gericht zijn op ophaling bij: * Evenementen (festivals, concertzalen, enz.); * Sport; * Horeca; * Pretparken, toeristische plaatsen, enz.; * Vervoer (luchthavens, stations, enz.); * Jeugdbewegingen; * enz.;

B. PMD huishoudelijke inzameling (geregeld in de context van de modelovereenkomst met de rechtspersonen van publiekrecht): - Afkomstig van huishoudens; - Afkomstig van scholen; - Afkomstig van bedrijven; - Afkomstig uit andere bronnen;

C. Andere materialen: papier/karton en glas.

Voor de categorie A en haar subcategorieën worden concrete en ambitieuze doelstellingen geformuleerd inzake inzameling, die steeds ook oog hebben voor preventie en hergebruik; bij deze doelstellingen wordt duidelijk aangegeven hoe deze gaan worden behaald en welke budgetten ervoor worden voorzien; zij worden ook gemonitord. In het bijzonder wordt: - voor de hele categorie A tegen 2028 gestreefd naar minstens 25% méér inzameling ten opzichte van 2024; - voor de "inzameling op de werkplek" een doelstelling geformuleerd inzake de toename van het percentage van bedrijven dat PMD inzamelt, om te streven naar een halvering van het PMD-afval dat nog achterblijft in het bedrijfsrestafval en dat niet uitgesorteerd wordt; - voor de "inzameling in openbare vuilnisbakken" een doelstelling geformuleerd inzake het installeren van selectieve openbare vuilnisbakken, in het kader van het artikel 2, § 2 van huidige erkenning, en een doelstelling geformuleerd inzake het nasorteren van de selectieve en de niet-selectieve openbare vuilnisbakken, waarbij het de bedoeling is om tegen het einde van de erkenningsperiode alle vuilnisbakken op het openbaar domein ofwel selectief te maken, ofwel na te sorteren; - voor de "andere projecten out-of-home": * in de regel gesorteerd aan de bron; * een algemeen en coherent communicatie- en ondersteuningsbeleid ontwikkeld op het vlak van preventie, hergebruik en selectieve inzameling; * een specifieke monitoring op de kwaliteit voorzien; * voorzien in de uitwisseling van "best practises" per subcategorie.

Voor de categorie B en haar subcategorieën wordt een monitoring voorzien. Ook voor de categorie C wordt een monitoring voorzien. § 3. In het kader van het actieplan bedoeld in § 2 kunnen proefprojecten worden voorzien, zoals beschreven in de erkenningsaanvraag. Bij de uitvoering van deze projecten moet Fost Plus de bevoegde gewestelijke administraties en de Interregionale Verpakkingscommissie raadplegen en informeren.

Waar een monitoring wordt voorzien, dient Fost Plus ook de nodige inspectiebezoeken uit te voeren. De monitoring geeft aanleiding tot een rapportering aan de Interregionale Verpakkingscommissie, gelijktijdig met de jaarlijkse actualisatie van het actieplan. De monitoring en de rapportering maken onderscheid tussen de Gewesten en tussen alle relevante sectoren en categorieën.

In zijn communicatie wijst Fost Plus op de verplichting om de gewestelijke regelgeving correct toe te passen en op het bestaan van sancties door de gewestelijke overheden bij niet correcte toepassing.

Art. 38.Fost Plus dient jaarlijks tegen 15 september bij de Interregionale Verpakkingscommissie een actieplan of de actualisering daarvan in betreffende de inzameling van verpakkingsafval, met name uit EPS, dat afkomstig is van huishoudelijke verpakkingen, maar zich bij bedrijven bevindt, in overleg met de betrokken sectoren en met het erkende organisme voor bedrijfsmatig verpakkingsafval. Afdeling 9. - Bijdrage aan het beleid van de gewesten inzake de

preventie en het beheer van verpakkingsafval

Art. 39.§ 1. Naast de acties die gevoerd worden op basis van de voorgaande artikelen van deze erkenning, draagt Fost Plus tevens bij tot de financiering van het beleid van de Gewesten inzake de preventie en het beheer van verpakkingsafval, zoals voorzien in artikel 13, § 1, 12°, van het Samenwerkingsakkoord. Wanneer het Gewest erom vraagt en binnen de door het Gewest gestelde termijnen, stelt Fost Plus hiervoor een werkplan voor.

Fost Plus kan met één of meerdere Gewesten een al dan niet gelijkluidende overeenkomst afsluiten. Deze overeenkomst, inclusief, in voorkomend geval, de betalingsmodaliteiten, en alle latere wijzigingen moeten door Fost Plus ter kennis worden gebracht van de Interregionale Verpakkingscommissie binnen de 10 dagen na hun ondertekening.

Fost Plus rapporteert jaarlijks tegen 15 september aan de Interregionale Verpakkingscommissie over de begrote acties in het afgelopen, lopende en het volgende kalenderjaar, alsook over de effectieve bestedingen. Fost Plus moet inzake deze acties en financieringsvoorstellen ingaan op elke vraag tot informatie van de Interregionale Verpakkingscommissie en komt jaarlijks in oktober ter vergadering toelichting geven bij de acties en financieringsvoorstellen. § 2. Behoudens andersluidende afspraak met het Gewest die een alternatieve wijze van vrijgave van de middelen toestaat, stort Fost Plus aan ieder Gewest maandelijks één twaalfde van het voor dat kalenderjaar voorziene bedrag. Afdeling 10. - Informatie ten aanzien van de interregionale

verpakkingscommissie

Art. 40.Fost Plus moet jaarlijks tegen 31 maart een rapport bezorgen aan de Interregionale Verpakkingscommissie omtrent zijn verschillende communicatie-instrumenten. De praktische afspraken omtrent deze rapportering worden gemaakt in de opvolgingscommissie.

Art. 41.De leden van het permanent secretariaat van de Interregionale Verpakkingscommissie kunnen vrij en zonder voorafgaande kennisgeving toegang hebben tot het geheel van de databankgegevens van FOST Plus.

Deze gegevens zijn on-line toegankelijk.

Fost Plus maakt tevens de nodige afspraken met de Interregionale Verpakkingscommissie en met de bevoegde gewestelijke administraties voor de automatische overmaking van bepaalde gegevens en rapporten, die door hen benodigd zijn.

Art. 42.Fost Plus legt jaarlijks en ten laatste tegen 15 september haar begrotingsvoorstel voor het volgende jaar aan de Interregionale Verpakkingscommissie voor.

Art. 43.Fost Plus maakt jaarlijks en ten laatste tegen 15 september aan de Interregionale Verpakkingscommissie een verslag over betreffende de evolutie van de verpakkingsmarkt, waarbij specifieke aandacht wordt gegeven aan de recycleerbaarheid van verpakkingen, hun "recycled content", hun "bio-based content" en de moeilijkheden die verpakkingen stellen bij het sorteren en/of recycleren.

Art. 44.Jaarlijks en ten laatste tegen 15 september, doet Fost Plus aangifte van het verbruik van lichte plastic draagtassen in het afgelopen kalenderjaar, waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen lichte plastic draagtassen en zeer lichte plastic draagtassen. Fost Plus rapporteert in dit kader ook over de eenmalige draagtassen uit andere materialen, met name papier/karton, en over de zwaardere en/of herbruikbare plastic draagtassen. Hiervoor maakt Fost Plus toepassing van de berekeningsmethode die werd vastgelegd door de Europese Commissie.

Art. 45.Fost Plus maakt jaarlijks, met het oog op de controle van de resultaten en de rapportage aan Eurostat, aan de Interregionale Verpakkingscommissie alle nodige gegevens over betreffende grensaankopen, parallelle import, free riders, vocht, productreststoffen en andere verontreinigingen. Afdeling 11. - Opvolgingscommissie

Art. 46.Er wordt een opvolgingscommissie opgericht, samengesteld uit vertegenwoordigers van het permanent secretariaat en van Fost Plus, wiens rol het is de uitvoering van deze erkenning op te volgen. Deze opvolgingscommissie beschikt niet over een beslissingsmacht. Van elke vergadering van de opvolgingscommissie wordt een verslag opgemaakt in het Frans en in het Nederlands.

Het voorzitterschap en het secretariaat van de opvolgingscommissie worden verzekerd door het permanent secretariaat. Afdeling 12. - Slotbepalingen

Art. 47.Fost Plus respecteert de reglementering inzake het gebruik van de talen en waakt er over om elke officiële communicatie naar de Interregionale Verpakkingscommissie minstens in het Nederlands en het Frans te doen.

Art. 48.§ 1. De erkenning vangt aan op 1 januari 2024. Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van artikel 26, § 1, 4°, van het Samenwerkingsakkoord, blijft de erkenning geldig tot en met 31 december 2028.

Brussel, 2 februari 2024.

M. GILLET, Ondervoorzitster van de Interregionale Verpakkingscommissie A. DE WACHTER, Ondervoorzitster van de Interregionale Verpakkingscommissie C. SCHAAR, Voorzitster van de Interregionale Verpakkingscommissie

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

^