Etaamb.openjustice.be
Document
gepubliceerd op 19 februari 2002

Bedrag van de sociale uitkeringen op 1 januari 2002 (spilindexcijfer 107,30 ((...) Omdat op 1 januari 2002 niet alleen een aantal uitkeringen (en referentiebedragen) buiten index wer(...)

bron
ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu
numac
2002022094
pub.
19/02/2002
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN, VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU


Bedrag van de sociale uitkeringen (geneeskundige verzorging en uitkeringen, pensioenen, arbeidsongevallen en beroepsziekten, tegemoetkomingen aan personen met een handicap, bestaansminimum, gezinsbijslag) op 1 januari 2002 (spilindexcijfer 107,30 (basis 1996 = 100)) Omdat op 1 januari 2002 niet alleen een aantal uitkeringen (en referentiebedragen) buiten index werden verhoogd, maar voor alle uitkeringen ook nieuwe basisbedragen (in EUR) van kracht werden, gekoppeld aan eenzelfde, nieuwe basisspilindex 103,14 (basis 1996 = 100), vindt men hieronder het bedrag van alle sociale uitkeringen die traditioneel in dit bericht worden vermeld.

A. Geneeskundige verzorging en uitkeringen I. Algemeen stelsel 1. Regeling voor werknemers a) Maximum daguitkering voor het eerste jaar arbeidsongeschiktheid : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld b) Maximum daguitkering vanaf het tweede jaar arbeidsongeschiktheid : 1.arbeidsongeschiktheid aanvangend vóór 1 oktober 1974 : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 2. arbeidsongeschiktheid aanvangend vanaf 1 oktober 1974 : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld c) Minimum dagbedrag van de invaliditeitsuitkering toe te kennen aan de gerechtigden die de hoedanigheid hebben van regelmatig werknemer : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld d) Uitkeringen bestaansminimum : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld e) Uitkeringen voor begrafeniskosten (forfaitair bedrag) : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 2.Regeling voor zelfstandigen (Dagbedragen) Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 3. Forfaitaire tegemoetkoming hulp van derden Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld II.Stelsel der zeelieden a) Maximum daguitkering voor het eerste jaar arbeidsongeschiktheid : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld b) Maximum daguitkering vanaf het tweede jaar arbeidsongeschiktheid : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld c) Minimum dagbedrag van de invaliditeitsuitkering voor gerechtigden die de hoedanigheid hebben van regelmatig werknemer : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld d) Minimum dagbedrag van de invaliditeitsuitkering voor gerechtigden die niet de hoedanigheid hebben van regelmatig werknemer : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld e) Uitkeringen voor begrafeniskosten (forfaitair bedrag) : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld B.Pensioenen 1. Gewaarborgd minimumpensioen voor een volledige werknemersloopbaan (rekening houdend met het koninklijk besluit van 14 mei 2000 tot verhoging van het gewaarborgd minimumbedrag van het rust- en overlevingspensioen voor werknemers) : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 2.Mijnwerkersinvaliditeitspensioen : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 3. Ouderdomsrentebijslag (de toe te kennen bedragen variëren, naargelang het geboortejaar der gerechtigden) : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 4.Gewaarborgd inkomen voor bejaarden : a) gewoon maximumbedrag : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld b) maximumbedrag wanneer de aanvrager of zijn echtgenoot het genot heeft bekomen van de verhoging voorbehouden aan de minder-validen die een invaliditeit van minstens 65 pct.bewezen : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld c) maximumbedrag wanneer de aanvrager en zijn echtgenoot het genot hebben bekomen van de verhoging voorbehouden aan de minder-validen die een invaliditeit van minstens 65 pct.bewezen : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 5. Inkomensgarantie voor ouderen : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld C.Arbeidsongevallen en beroepsziekten I. Arbeidsongevallen Gerechtigden op arbeidsongevallenrenten.

Het jaarbedrag van de aanvullende bijslag die door het Fonds voor arbeidsongevallen wordt toegekend, is gelijk aan het verschil tussen : 1° de hierna aangegeven geherwaardeerde bedragen die gekoppeld zijn aan het indexcijfer der consumptieprijzen, en 2° het bedrag van de rente vóór iedere uitkering in kapitaal, of van de jaarlijkse vergoeding die in toepassing van de arbeidsongevallenwet wordt uitbetaald.1. De getroffenen (per pct.blijvende ongeschiktheid) : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 2. De andere rechthebbenden : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld II.Beroepsziekten De sub. I hierboven vermelde bedragen van de aanvullende bijslag gelden eveneens voor de aanvullende toeslagen die toegekend worden aan de gerechtigden op een vergoeding in uitvoering van de wetten betreffende de schadeloosstelling inzake beroepsziekten.

D. Tegemoetkomingen aan personen met een handicap (Jaarbedragen) 1. De wet van 27 februari 1987 betreffende de tegemoetkomingen aan personen met een handicap trad in werking op 1 juli 1987.Deze wet verleent twee types tegemoetkomingen : de inkomensvervangende tegemoetkoming en de integratietegemoetkoming.

Met ingang van 1 november 1989 werd een derde tegemoetkoming ingesteld, uitsluitend ten gunste van de gehandicapten van minstens 65 jaar : de tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden. 1.1. De maximale tegemoetkomingen bedragen : 1.1.1. de inkomensvervangende tegemoetkoming : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 1.1.2. de integratietegemoetkoming : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 1.1.3. de tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden : De maximale bedragen bij de tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden, gekoppeld aan spilindex 104,04, bedragen sinds 1 juni 2001 : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 1.2. De inkomensgrenzen, zowel in het stelsel van de integratietegemoetkoming als in het stelsel van de tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden, zijn samengesteld uit een variabel en uit een vast gedeelte; de beide gedeelten samen bedragen : 1.2.1. voor de integratietegemoetkoming : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Bemerking Indien de gehandicapte persoon er evenwel voordeel bij heeft, wordt het bedrag van de integratietegemoetkoming verminderd met het gedeelte van het inkomen voortkomend uit werkelijk door de gehandicapte gepresteerde arbeid, dat het bedrag overschrijdt van het gewaarborgd minimum maandinkomen maal twaalf. Dit gewaarborgd minimum maandinkomen op jaarbasis bedraagt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 1.2.2. voor de tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 2. De wet van 27 juni 1969 blijft evenwel van toepassing voor de gehandicapten aan wie een tegemoetkoming was verleend die inging vóór 1 januari 1975 (tenzij de toepassing van de wet van 27 februari 1987 voordeliger is - principe van de verworven rechten). 2.1. De maximale tegemoetkomingen bedragen : 2.1.1. de gewone tegemoetkoming : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Bedragen voor de gehuwde mannen met een ongeschiktheid van ten minste 80 pct. en die niet feitelijk noch van tafel en bed gescheiden zijn : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 2.1.2. de bijzondere tegemoetkoming : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 2.1.3. de tegemoetkoming voor hulp van derde : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 2.2. Het abattement op de pensioenen, voorzien bij de berekening van de aanvullende tegemoetkoming (zoals beoogd in artikel 39, § 3, van het koninklijk besluit van 17 november 1969) bedraagt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 2.3. De perken van de bestaansmiddelen, beoogd in de artikelen 14 en 20 van het koninklijk besluit van 17 november 1969 bedragen : 2.3.1. de werkende mindervaliden : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 2.3.2. de niet-werkende mindervaliden : 1° gehuwden (of gelijkgesteld), of personen met kinderen ten laste : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 2° zonder kinderen ten laste : ongehuwde meerderjarigen, weduwnaars, echtgescheidenen, feitelijk of van tafel en bed gescheidenen - ongehuwde minderjarigen die volle wezen zijn of door hun ouders verlaten zijn : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 3° ongehuwde minderjarigen die met hun ouders samenwonen, in gezinsverband leven of gehospitaliseerd zijn : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 3.De wet van 27 juni 1969 blijft voorlopig van toepassing voor de gehandicapten aan wie de tegemoetkoming was verleend die inging na 31 december 1974 doch vóór 1 juli 1987 (tot er bij een herziening doorgevoerd op verzoek of ambtshalve, een beslissing wordt getroffen in toepassing van de wet van 27 februari 1987).

De maximale tegemoetkomingen bedragen : 3.1. De gewone tegemoetkoming : 3.1.1. basisbedragen : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 3.1.2. verhogingen toegekend naargelang van de invaliditeitsgraad : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 3.2. De bijzondere tegemoetkoming : De basisbedragen zijn dezelfde als voor de gewone tegemoetkoming.

De verhogingen, die dezelfde zijn als voor de gewone tegemoetkoming, worden toegekend vanaf een invaliditeitsgraad van 65 pct. 4. De wet van 27 juni 1969 blijft eveneens van toepassing voor de gehandicapten aan wie een tegemoetkoming ter aanvulling van het gewaarborgd inkomen werd toegekend die inging vóór 1 november 1989 (tenzij de toepassing van de wet van 27 februari 1987 voor hen voordeliger is - principe van de verworven rechten). De tegemoetkoming ter aanvulling van het gewaarborgd inkomen bedraagt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld E. Bestaansminimum (Jaarbedragen) De maximale bedragen zijn : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld F. Gezinsbijslag I. Werknemers Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Opmerking : het kraamgeld kan aangevraagd worden vanaf de zesde maand van de zwangerschap; de uitbetaling ervan kan worden bekomen twee maanden voor de vermoedelijke geboortedatum.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 3. Kinderbijslag : a) Gewone kinderbijslag : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld b) Kinderbijslag voor in gezinnen geplaatste kinderen en voor kinderen bedoeld in artikel 56quinquies, § 3, van de samengeordende wetten : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld c) Kinderbijslag voor wezen : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld d) Bijkomende bijslag voor de kinderen van werklozen (vanaf de zevende maand) en gepensioneerden : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld e) Bijkomende bijslag voor kinderen van invalide werknemers : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld f) Bijkomende bijslag voor gehandicapte kinderen van minder dan 21 jaar Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld g) Gehandicapten van meer dan 25 jaar, die de leeftijd van 21 jaar bereikt hebben vóór 1 juli 1987, wezen of afhankelijk van een invalide werknemer : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 4.Leeftijdsbijslagen : Kinderen geboren na 31 december 1990 Eerste rang van de gewone schaal (niet-gehandicapte kinderen) Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Andere kinderen (gehandicapte kinderen inbegrepen) Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Kinderen geboren vóór 1 januari 1991 Eerste rang van de gewone schaal (niet-gehandicapte kinderen) Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Andere kinderen (gehandicapte kinderen inbegrepen) Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 5. Bedrag van het loon of de sociale uitkering waarboven de leerling, verbonden door een leerovereenkomst, ophoudt de kinderbijslag te genieten : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 6.Bedrag van het loon of de sociale uitkering waarboven de werkzoekende die een winstgevende activiteit uitoefent ophoudt de kinderbijslag te genieten : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 7. Bedrag van het loon of de sociale uitkering waarboven het niet meer leerplichtige kind dat een vorm van deeltijds secundair onderwijs volgt, zoals ingericht onder de voorwaarden voorgeschreven door de gemeenschappen, of een erkende vorming volgt, en een winstgevende activiteit uitoefent of een sociale uitkering geniet, ophoudt de kinderbijslag te genieten : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 8.Bedrag van het loon of de sociale uitkering die eruit voortvloeit, verbonden aan de hoedanigheid van rechthebbende met personen ten laste : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 9. Bedrag van de vervangingsinkomens boven welke geen recht meer bestaat op de verhoogde bijslag : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 10.Bedrag van de hoofdelijke bijdragen die van toepassing zijn op de betrokken werkgevers ten aanzien van de werknemers die in dienst zijn getreden vóór de inwerkingtreding van de wet van 10 juni 1998 : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld II. Gewaarborgde gezinsbijslag 1. Kraamgeld : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 2.Kinderbijslag (per maand) : a) Kinderen die voor een volledige maand geen kinderbijslag genieten in een andere regeling : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld b) Kinderen die al voor een volledige maand kinderbijslag genieten in een andere regeling : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 3.Kinderbijslag voor wezen : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 4. Leeftijdsbijslagen (per maand) : a) Kinderen die voor een volledige maand geen kinderbijslag genieten in een andere regeling : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld b) Kinderen die al voor een volledige maand kinderbijslag genieten in een andere regeling : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Het enige of het laatstgeboren kind geniet geen leeftijdsbijslag.5. Bijzondere bijslag voor geplaatste kinderen a) Kinderen die voor een volledige maand geen kinderbijslag genieten in een andere regeling : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld b) Kinderen die al voor een volledige maand kinderbijslag genieten in een andere regeling : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 6.Grenzen van de bestaansmiddelen per kwartaal die niet mogen overschreden worden voor de toekenning van de kinderbijslag, van de bijzondere bijslag of van het kraamgeld : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Opmerking : voor ieder rechtgevend kind ten laste vanaf het tweede worden de grenzen van de bestaansmiddelen met 20 pct. verhoogd.

^