30 JUNI 2014. - Besluit van de Regering betreffende de kanselarij van de Regering bij de Minister-President

DE REGERING VAN DE DUITSTALIGE GEMEENSCHAP, Gelet op de Belgische Grondwet, artikelen 121, 130, 132 en 139;

Gelet op de wet van 31 december 1983Relevante gevonden documenten type wet prom. 31/12/1983 pub. 11/12/2007 numac 2007000934 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot hervorming der instellingen voor de Duitstalige Gemeenschap. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen voor de Duitstalige Gemeenschap, artikel 51, gewijzigd bij de wetten van 16 juli 1993 en 6 januari 2014;

Gelet op het besluit van de Regering van 3 juli 2009 betreffende de Kanselarij van de Regering bij de Minister-President;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, artikel 3, § 1;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de dringende noodzakelijkheid gewettigd wordt door de omstandigheid dat de regeling over de kanselarij zo snel mogelijk na de verkiezing van de nieuwe leden van de Regering moet worden aangenomen zodat de continuïteit van het regeringswerk niet in het gedrang komt;

Op de voordracht van de Minister-President;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Onverminderd de bepalingen van het besluit van de Regering van 30 juni 2014 betreffende de samenstelling en de werking van de kabinetten van de leden van de Regering alsmede betreffende de personeelsleden van de diensten van de Regering aangewezen om in het kabinet van een lid van de federale Regering mee te werken, wordt bij de Minister-President een kanselarij van de Regering opgericht.

Art. 2.De kanselarij heeft de volgende taken: 1° coördinatie van de algemene betrekkingen van de Duitstalige Gemeenschap ten opzichte van de federale Staat, de andere gemeenschappen en gewesten en de provincie Luik;2° voorbereiding en uitvoering van protocollaire activiteiten van de Regering.

Art. 3.Het personeel van de kanselarij bestaat uit het hoofd van de kanselarij, twee medewerkers van niveau I en een protocolchef. Ze worden door de Regering benoemd en ontslagen.

Het personeel van de kanselarij ressorteert onder de Minister-President.

Art. 4.De artikelen 5 tot 7, 10, 11 tot 14 en 16 tot 18 van het bovenvermeld besluit van de Regering van 30 juni 2014 zijn mutatis mutandis van toepassing op de personeelsleden van de kanselarij.

Voor de toepassing van de artikelen 11, 12 en 17 van hetzelfde besluit wordt het hoofd van de kanselarij met een kabinetschef gelijkgesteld.

Art. 5.Het besluit van de Regering van 3 juli 2009 betreffende de Kanselarij van de Regering bij de Minister-President wordt opgeheven.

Art. 6.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het wordt aangenomen.

Art. 7.De Minister-President is belast met de uitvoering van dit besluit.

Eupen, 30 juni 2014.

Voor de Regering van de Duitstalige Gemeenschap, De Minister-President, O. PAASCH