gepubliceerd op 15 december 2006
Beslissing betreffende de herstructurering van sommige invorderingsdiensten van de Administratie der directe belastingen
30 DECEMBER 1994. - Beslissing betreffende de herstructurering van sommige invorderingsdiensten van de Administratie der directe belastingen
De Secretaris-Generaal van het Ministerie van Financiën, Gelet op het koninklijk besluit van 29 oktober 1971 tot tot vaststelling van het organiek reglement van het Ministerie van Financiën en van de bijzondere bepalingen die er voorzien in de uitvoering van het statuut van het Rijkspersoneel, inzonderheid op de artikelen 2, 2° en 59, § 1;
Gelet op het ministerieel besluit van 10 oktober 1979 waarbij delegatie wordt verleend voor het uitoefenen van sommige bevoegdheden;
Gelet op het ministerieel besluit van 6 augustus 1993 tot oprichting van zes gewestelijke directies invordering der directe belastingen en tot vaststelling van hun ambtsgebied, gewijzigd door het ministerieel besluit van 30 december 1994, Beslist :
Artikel 1.Gewestelijke directie invordering Charleroi : De bevoegdheid van de hiernavermelde dienst wordt als volgt vastgesteld : Ontvangkantoor Bergen 3 : - de onroerende voorheffing van de gemeente Bergen; - de andere belastingen, verkeersbelasting uitgezonderd, verschuldigd door de belastingplichtigen van de gemeente bergen van wie de naam begint met de letters O tot Z; - de bedrijfsvoorheffing van de openbare en semi-openbare diensten van het Franse taalgebied.
Art. 2.Gewestelijke directie invordering Luik : De bevoegdheid van de hiernavermelde dienst wordt als volgt vastgesteld : Ontvangkantoor Sankt Vith : - de gemeenten Amel, Büllingen, Burg-Reuland, Bütgenbach en Sankt Vith; - alle belastingen verschuldigd door de aan de vennootschapsbelasting onderworpen belastingplichtigen en door rechtspersonen als bedoeld in artikel 220 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 van het ambtsgebied van dit kantoor; - de bedrijfsvoorheffing van de openbare en semi-openbare diensten van het Duitse taalgebied.
Art. 3.Deze beslissing treedt in werking op 1 januari 1995.
Brussel, 30 december 1994.
A. VAN DE VOORDE