Etaamb.openjustice.be
Document van 24 maart 1998
gepubliceerd op 11 april 1998

Beslissing van de secretaris-generaal van het Ministerie van Financiën houdende aanwijzing van drie ambtenaren van de Administratie van de bijzondere belastinginspectie, die de andere ambtenaren van dezelfde administratie kunnen machtigen feiten die, naar luid van de belastingwetten en van de ten uitvoering ervan genomen besluiten strafrechtelijk strafbaar zijn, ter kennis te brengen van de procureur des Konings

bron
ministerie van financien
numac
1998003201
pub.
11/04/1998
prom.
24/03/1998
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

24 MAART 1998. Beslissing van de secretaris-generaal van het Ministerie van Financiën houdende aanwijzing van drie ambtenaren van de Administratie van de bijzondere belastinginspectie, die de andere ambtenaren van dezelfde administratie kunnen machtigen feiten die, naar luid van de belastingwetten en van de ten uitvoering ervan genomen besluiten strafrechtelijk strafbaar zijn, ter kennis te brengen van de procureur des Konings


De secretaris-generaal van het Ministerie van Financiën, Gelet op het Wetboek van strafvordering, inzonderheid op artikel 29, tweede lid, ingevoegd door de wet van 4 augustus 1986 en gewijzigd bij de wet van 28 december 1992;

Gelet op het eensluidend advies van de Administrateur-generaal van de belastingen, Beslist :

Artikel 1.De feiten die volgens de belastingwetten en de uitvoeringsbesluiten strafrechtelijk strafbaar zijn, kunnen door de ambtenaren van de Administratie van de bijzondere belastinginspectie slechts ter kennis van de procureur des Konings worden gebracht mits machtiging van een van de hierna aangewezen ambtenaren : 1° M.D'Haese, gewestelijk directeur; 2° M.Lamy, gewestelijk directeur; 3° L.Delogne, gewestelijk directeur a.i.

Art. 2.De beslissing van 1 juli 1997 houdende aanwijzing van drie ambtenaren van de Administratie van de bijzondere belastinginspectie die de andere ambtenaren van dezelfde administratie kunnen machtigen feiten die, naar luid van de belastingwetten en van de ten uitvoering ervan genomen besluiten strafrechtelijk strafbaar zijn, ter kennis te brengen van de procureur des Konings, wordt opgeheven.

Art. 3.Deze beslissing treedt in werking op 1 april 1998.

Brussel, 24 maart 1998 De secretaris-generaal, G. BROUHNS

^