Etaamb.openjustice.be
Document van 14 november 2024
gepubliceerd op 25 maart 2025

Besluit van de Regering tot wijziging van het besluit van de Regering van 23 december 2021 tot invoering van een subsidiëringssysteem voor proefprojecten van de gemeenten in het kader van de implementatie van het geïntegreerd energie- en klimaatplan

bron
ministerie van de duitstalige gemeenschap
numac
2025200516
pub.
25/03/2025
prom.
14/11/2024
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

14 NOVEMBER 2024. - Besluit van de Regering tot wijziging van het besluit van de Regering van 23 december 2021 tot invoering van een subsidiëringssysteem voor proefprojecten van de gemeenten in het kader van de implementatie van het geïntegreerd energie- en klimaatplan


De Regering van de Duitstalige Gemeenschap, Gelet op het decreet van het Waals Gewest van 9 december 1993 betreffende de bevordering van rationeel energiegebruik, energiebesparingen en hernieuwbare energieën, de artikelen 7 en 8;

Gelet op het besluit van de Regering van 23 december 2021 tot invoering van een subsidiëringssysteem voor proefprojecten van de gemeenten in het kader van de implementatie van het geïntegreerd energie- en klimaatplan;

Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 24 mei 2024;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister-President, bevoegd voor Begroting, d.d. 11 juli 2024;

Gelet op het advies van de Adviesraad voor Huisvesting en Energie, gegeven op 27 juni 2024;

Gelet op advies 77.059/4 van de Raad van State, gegeven op 7 oktober 2024, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister bevoegd voor Energie;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.In artikel 2 van het besluit van de Regering van 23 december 2021 tot invoering van een subsidiëringssysteem voor proefprojecten van de gemeenten in het kader van de implementatie van het geïntegreerd energie- en klimaatplan worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het eerste lid wordt vervangen als volgt: "Gemeenten die een geïntegreerd energie- en klimaatplan hebben en dat willen implementeren, alsook hun autonome gemeentebedrijven, komen in aanmerking voor een subsidie."; 2° het artikel wordt aangevuld met een derde lid, luidende: "Met uitzondering van artikel 1, 3°, artikel 2, eerste en tweede lid, artikel 3, § 1, 2°, artikel 6, eerste lid, artikel 7, § 2, eerste en derde lid, artikel 9, tweede lid, en artikel 11, § 1, tweede lid, 9°, moet voor de toepassing van dit besluit in dat geval onder "gemeente" ook "autonoom gemeentebedrijf" worden verstaan."

Art. 2.Artikel 6, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt: "De jaarlijkse subsidie bedraagt per aanvraag hoogstens 30.000 euro per gemeente en haar autonome gemeentebedrijven."

Art. 3.In artikel 7 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° paragraaf 1 wordt vervangen als volgt: " § 1 - In het bijzonder kan een subsidie worden toegekend voor gemeentespecifieke of gemeenteoverstijgende investeringsuitgaven op volgende gebieden: 1° duurzame mobiliteit;2° hernieuwbare warmte;3° rationeel energiegebruik; 4° maatregelen ter aanpassing aan de onvermijdelijke gevolgen van de klimaatverandering."; 2° § 2, eerste lid, 2°, wordt vervangen als volgt: "2° op eigendom van haar openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn of van haar autonoom gemeentebedrijf, op voorwaarde dat dat zich daarmee akkoord heeft verklaard."; 3° tussen § 2, eerste lid, en § 2, tweede lid, dat § 2, derde lid, wordt, wordt een lid ingevoegd, luidende: "In het kader van proefprojecten van de autonome gemeentebedrijven worden de investeringsuitgaven uitsluitend gedaan op de onroerende goederen of gronden van de betrokken gemeenten bedoeld in artikel 12 van het decreet van 18 maart 2002Relevante gevonden documenten type decreet prom. 18/03/2002 pub. 10/07/2002 numac 2002033050 bron ministerie van de duitstalige gemeenschap Decreet betreffende de Infrastructuur sluiten betreffende de infrastructuur, met inbegrip van privé-eigendom van de betrokken gemeenten dat voor het publiek toegankelijk is."; 4° § 2, derde lid, 2°, wordt vervangen als volgt: "2° op eigendom van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn of autonome gemeentebedrijven van de betrokken gemeenten, op voorwaarde dat die zich daarmee akkoord hebben verklaard."

Art. 4.In artikel 9, tweede lid, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in de bepaling onder 1° wordt het woord "inwoners" vervangen door de woorden "inwoners en hun autonome gemeentebedrijven";2° in de bepaling onder 2° wordt het woord "inwoners" vervangen door de woorden "inwoners en hun autonome gemeentebedrijven".

Art. 5.In artikel 11, § 2, tweede lid, van hetzelfde besluit worden de woorden ", eenmaal in januari en eenmaal in juni" opgeheven.

Art. 6.Artikel 12, § 1, van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een tweede lid, luidende: "Het evaluatiecriterium vermeld in het eerste lid, 1°, geldt niet voor de autonome gemeentebedrijven. Daarmee wordt rekening gehouden bij de berekening van het totaal aantal punten."

Art. 7.In artikel 13, § 1, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in de bepaling onder 1° worden de woorden "fiscaal attest" vervangen door de woorden "bewijs van de aftrekbaarheid van de belasting over de toegevoegde waarde"; 2° het lid wordt aangevuld met een bepaling onder 3°, luidende: "3° een resultatenverslag."

Art. 8.In artikel 14, § 1, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "en betalingsbewijzen" vervangen door de woorden ", betalingsbewijzen en een resultatenverslag" en worden de woorden "fiscaal attest" vervangen door de woorden "bewijs van de aftrekbaarheid van de belasting over de toegevoegde waarde".

Art. 9.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2025.

Art. 10.De minister bevoegd voor Energie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Eupen, 14 november 2024.

Voor de Regering van de Duitstalige Gemeenschap, De Minister-President, Minister van Lokale Besturen, Ruimtelijke Ordening en Financiën, O. PAASCH


^