Etaamb.openjustice.be
Decreet
gepubliceerd op 04 maart 2020

Oproep tot kandidaten voor de functie van Brussels ombudsman/ombudsvrouw Met toepassing van het gezamenlijk decreet en ordonnantie met betrekking tot de Brusselse ombudsman van 26 april en 16 mei 2019, wordt de ombudsman/ombudsvrouw aangestel(...) Duur van het mandaat De duur van het mandaat is vijf jaar. Op het einde van elk mandaat wordt(...)

bron
brussels parlement
numac
2020020382
pub.
04/03/2020
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

BRUSSELS PARLEMENT


Oproep tot kandidaten voor de functie van Brussels(e) ombudsman/ombudsvrouw Met toepassing van het gezamenlijk decreet en ordonnantie met betrekking tot de Brusselse ombudsman van 26 april en 16 mei 2019, wordt de ombudsman/ombudsvrouw aangesteld door het Brussels Hoofdstedelijk Parlement, de Verenigde Vergadering van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en de Raad van de Franse Gemeenschapscommissie voor een mandaat van vijf jaar, na een openbare oproep tot de kandidaten.

Duur van het mandaat De duur van het mandaat is vijf jaar.

Op het einde van elk mandaat wordt een openbare oproep tot kandidaturen uitgeschreven met het oog op de aanstelling van een volgende ombudsman/ombudsvrouw. Het mandaat van ombudsman/ombudsvrouw is voor eenzelfde kandidaat evenwel slechts één keer hernieuwbaar.

Indien zijn/haar mandaat niet hernieuwd wordt, blijft de ombudsman/ombudsvrouw zijn/haar functie uitoefenen tot een opvolger is aangesteld. Eenzelfde persoon mag niet meer dan twee mandaten van ombudsman/ombudsvrouw uitoefenen, ongeacht of die al dan niet op elkaar volgen.

Het Brussels Hoofdstedelijk Parlement, de Verenigde Vergadering van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en de Raad van de Franse Gemeenschapscommissie kunnen een einde stellen aan de functies van de ombudsman/ombudsvrouw: 1° op zijn/haar verzoek;2° wanneer hij/zij de pensioenleeftijd bereikt;3° wanneer zijn/haar gezondheidstoestand de uitoefening van de functie ernstig en definitief in gevaar brengt. Het Brussels Hoofdstedelijk Parlement, de Verenigde Vergadering van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en de Raad van de Franse Gemeenschapscommissie kunnen om ernstige redenen een einde maken aan de functie van ombudsman/ombudsvrouw. De beslissing om hem/haar om ernstige redenen uit zijn/haar ambt te ontzetten, dient te worden goedgekeurd met een tweederdemeerderheid in elke assemblee.

Aanstellingsvoorwaarden Om te worden aangesteld als ombudsman/ombudsvrouw, moet men: 1° de Belgische nationaliteit bezitten of onderdaan zijn van een lidstaat van de Europese Unie;2° blijk geven van onberispelijk gedrag en alle politieke en burgerrechten genieten;3° houder zijn van een diploma dat toegang verstrekt tot functies van niveau A in de besturen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie of de Franse Gemeenschapscommissie;4° tweetalig zijn;5° beschikken over een nuttige beroepservaring van minstens tien jaar, hetzij in het juridisch, administratief of sociaal domein, hetzij in een ander domein dat van nut is bij de uitoefening van de functie;6° de kandidaat/kandidate moet onderworpen zijn geweest aan een hoorzitting voor het Parlement, de Verenigde Vergadering van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en de Raad van de Franse Gemeenschapscommissie teneinde zijn/haar kwaliteiten, titels en verdiensten te evalueren. Onverenigbaarheden Tijdens de duur van zijn/haar mandaat, mag de ombudsman/ombudsvrouw geen van de onderstaande functies en betrekkingen of mandaten uitoefenen: 1° de functie van magistraat, notaris of gerechtsdeurwaarder;2° het beroep van advocaat;3° de functie van bedienaar van een erkende eredienst of van gedelegeerde van een door de wet erkende organisatie voor niet-confessionele morele dienstverlening;4° een openbaar mandaat verkregen door verkiezingen;5° een bezoldigde betrekking in de openbare diensten bedoeld in artikel 2 van voornoemd gezamenlijk decreet en ordonnantie. De ombudsman/ombudsvrouw oefent zijn/haar mandaat voltijds uit.

Hij/zij mag geen openbare of andere functie uitoefenen die de waardigheid of de uitoefening van zijn/haar functie kan schaden.

Hij/zij richt een toelatingsaanvraag tot het Brussels Hoofdstedelijk Parlement, de Verenigde Vergadering van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en de Raad van de Franse Gemeenschapscommissie, indien hij/zij een bijkomende activiteit wil uitoefenen.

Worden gelijkgesteld met een openbaar mandaat verkregen door verkiezingen: een functie van burgemeester benoemd buiten de gemeenteraad, een mandaat van bestuurder in een instelling van openbaar nut en een functie van regeringscommissaris, met inbegrip van een functie van gouverneur, van adjunct-gouverneur of vicegouverneur.

Het Brussels Hoofdstedelijk Parlement, de Verenigde Vergadering van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en de Raad van de Franse Gemeenschapscommissie ontzetten de ombudsman/ombudsvrouw uit zijn/haar ambt wanneer hij/zij een van de hierboven vermelde onverenigbare betrekkingen of mandaten uitoefent.

Functiebeschrijving De ombudsman/ombudsvrouw versterkt het behoorlijk bestuur en ziet toe op de vrijwaring van de grondrechten.

Hiertoe heeft hij/zij als opdracht: 1° klachten te onderzoeken over de werking van: a) bestuurlijke overheden die ressorteren onder het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;b) bestuurlijke overheden die de aan de Brusselse Agglomeratie toegewezen bevoegdheden uitoefenen;c) bestuurlijke overheden die ressorteren onder de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie;d) bestuurlijke overheden die ressorteren onder de Franse Gemeenschapscommissie;e) intercommunales waarop het Brussels Hoofdstedelijk Gewest het toezicht uitoefent;f) gemeenten die tot het ambtsgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest behoren zolang deze geen eigen ombudsman/ombudsvrouw hebben aangesteld om de klachten over hun werking te onderzoeken;g) instellingen die belast zijn met een opdracht van openbaar nut door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, de Franse Gemeenschapscommissie of de gemeenten: natuurlijke personen of publiekrechtelijke of privaatrechtelijke rechtspersonen, zonder dat zij bestuurlijke overheden zijn in de zin van 1°, a), c) en d) die, op grond van een ordonnantie of een decreet of een opdracht die hun uitdrukkelijk werd toevertrouwd door de Regering, taken van openbaar nut verzekeren en daartoe op zijn minst voor 50% gefinancierd worden door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, de Franse Gemeenschapscommissie of de gemeenten;2° op verzoek van het Brussels Hoofdstedelijk Parlement, de Verenigde Vergadering van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, de Raad van de Franse Gemeenschapscommissie of op eigen initiatief, alle mogelijke onderzoeken te voeren naar de werking van de bestuurlijke diensten die ressorteren onder het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, de Franse Gemeenschapscommissie en de intercommunales en gemeenten waarop het Brussels Hoofdstedelijk Gewest het toezicht uitoefent;3° uitgaand van de vaststellingen die zijn gedaan naar aanleiding van de uitvoering van de opdrachten bedoeld in het 1° en 2°, aanbevelingen te formuleren en verslag uit te brengen over de werking van de desbetreffende bestuurlijke overheden;4° de meldingen te onderzoeken van personeelsleden van de in 1° bedoelde instanties die bij de uitoefening van hun functie de veronderstelde integriteitsschendingen vaststellen als bedoeld in artikel 15 van voornoemd gezamenlijk decreet en ordonnantie. Selectieprocedure De procedure wordt geregeld door het specifiek Reglement voor de aanstelling van de Brusselse ombudsman/ombudsvrouw, zoals goedgekeurd door de drie voornoemde assemblees (zie bijlage).

De ontvankelijkheid van de kandidaturen wordt onderzocht door het in voornoemd Reglement bepaald gemeenschappelijk orgaan.

Geldelijk statuut Het geldelijk statuut van de ombudsman/ombudsvrouw wordt bepaald met verwijzing naar loonschaal A5 - Bestuursdirecteur bij het Brussels Hoofdstedelijk Parlement.

Kandidaturen De kandidaturen moeten tegelijk aan de Voorzitter van het Brussels Hoofdstedelijk Parlement en aan de Voorzitster van het Parlement van de Franstalige Brusselaars gericht zijn en uiterlijk op 31 maart 2020 ingediend worden bij ter post aangetekende zending met ontvangstbewijs, of tegen ontvangstbewijs op volgend adres : Brussels Hoofdstedelijk Parlement - Griffie Eikstraat 22 - 1000 Brussel De kandidaatstelling moet vergezeld gaan van de volgende documenten - een motivatiebrief; - een curriculum vitae; - een kopie van het vereiste diploma; - een uittreksel uit het strafregister dat na de bekendmaking van deze oproep is afgegeven; - attesten in verband met de vereiste beroepservaring of, bij ontstentenis daarvan, een verklaring op eer waarbij de kandidaat/kandidate zich ertoe verbindt de vereiste getuigschriften in te dienen binnen de termijn die hem/haar zal worden opgelegd. Deze documenten moeten de periode van tewerkstelling vermelden, alsook de aard van de uitgeoefende functie(s), met precisering van de taken en verantwoordelijkheden; - in voorkomend geval, het bewijs van de kennis van de andere landstaal.

De parlementen bevorderen de diversiteit (evenwicht tussen vrouwen en mannen, personen van verschillende leeftijd en culturele oorsprong) en de toegankelijkheid en moedigen alle personen aan zich kandidaat te stellen.

Verdere inlichtingen kunnen verkregen worden bij de heer Jean-Luc ROBERT, bestuursdirecteur bij het Brussels Hoofdstedelijk Parlement (jlrobert@parlement.brussels).

De persoonsgegevens van de kandidaten worden verwerkt overeenkomstig de privacyverklaring vermeld op de website van het Brussels Hoofdstedelijk Parlement.

Bijlage VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE REGLEMENT betreffende de benoeming van een Brusselse ombudsman met toepassing van artikel 3 van het gezamenlijk decreet en ordonnantie van 16 mei 2019 met betrekking tot de Brusselse ombudsman Artikel 1 In de zin van dit reglement wordt verstaan onder « partijen », het Brussels Hoofdstedelijk Parlement, de Verenigde Vergadering van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en de Raad van de Franse Gemeenschapscommissie.

Artikel 2 § 1. Er wordt een orgaan opgericht, genoemd « gemeenschappelijk orgaan », samengesteld uit twaalf leden : - zes leden van het Bureau van het Brussels Hoofdstedelijk Parlement en de Verenigde Vergadering van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, onder wie de Voorzitter van het Parlement, met naleving van de regeling van de proportionele vertegenwoordiging van de taalgroepen en van de politieke fracties, waarbij ten minste een derde van de leden moet behoren tot de minst talrijke taalgroep ; - zes leden van het Bureau van de Raad van de Franse Gemeenschapscommissie, waaronder de Voorzitster van de Raad, met naleving van de regeling van de proportionele vertegenwoordiging van de politieke fracties. § 2. De griffiers van de partijen, alsook de adjunct-griffier van het Brussels Hoofdstedelijk Parlement, wonen de vergadering van het gemeenschappelijk orgaan bij, met raadgevende stem. Het secretariaat van het gemeenschappelijk orgaan wordt gezamenlijk verzekerd door de diensten van de assemblees in kwestie.

Artikel 3 § 1. Het gemeenschappelijk orgaan is bevoegd voor het uitvoeren van de operaties die moeten leiden tot een voorstel van benoeming van de Brusselse ombudsman. § 2. Om geldig te kunnen beraadslagen, is de aanwezigheid van de volstrekte meerderheid van de leden van elke delegatie vereist.

Elke beslissing wordt genomen bij volstrekte meerderheid van de aanwezige leden, met inbegrip van een volstrekte meerderheid in elk van de delegaties. § 3. Het gemeenschappelijk orgaan neemt beslissingen die effect sorteren zodra ze aangenomen zijn, behalve andersluidende beslissing.

Geen enkele instemming van de partijen is noodzakelijk.

Artikel 4 Met het oog op de benoeming van de Brusselse ombudsman, wordt een openbare oproep tot kandidaatstellingen bekendgemaakt, in het Frans en in het Nederlands, in het Belgisch Staatsblad, met advertenties in drie Brusselse dagbladen of tijdschriften, waarvan ten minste één in de Nederlandstalige pers.

Worden daarin inzonderheid nader bepaald : - de voorwaarden voor de benoeming en de onverenigbaarheden ; - de beschrijving van de functie ; - de duur van de functie ; - het geldelijk statuut ; - de wijze van indiening van de kandidaatstellingen ; - de wijze van selectie.

Artikel 5 § 1. Het gemeenschappelijk orgaan richt een adviescomité op dat bestaat uit zeven leden, waarvan het de voorzitter aanwijst. De leden van dat adviescomité, waarvan minstens een lid behoort tot de minst talrijke taalgroep, komen uit de academische kringen, hebben ervaring inzake betrekkingen tussen het bestuur en het publiek of inzake selectie van personeel. Zij behoren in geen geval tot de politieke of administratieve overheden van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie of van de Franse Gemeenschapscommissie, noch van de diensten van de assemblees in kwestie.

De leden van het adviescomité ontvangen presentiegeld, waarvan het bedrag wordt bepaald door de bureaus van de partijen, voor elke vergadering.

De griffiers van de partijen, alsook de adjunct-griffier van het Brussels Hoofdstedelijk Parlement, wonen de vergaderingen van het adviescomité bij, met raadgevende stem. Het secretariaat van het adviescomité wordt gezamenlijk verzekerd door de diensten van de assemblees in kwestie. § 2. Het gemeenschappelijk orgaan onderzoekt de ontvankelijkheid van de kandidaturen na de in artikel 4 bedoelde oproep. De beslissingen van het gemeenschappelijk orgaan over de ontvankelijkheid van de kandidaatstellingen worden meegedeeld aan de kandidaten. § 3. Ten minste dertig dagen na de in § 2 bedoelde beslissing, nemen de kandidaten van wie de kandidaatstelling ontvankelijk werd beschouwd deel aan een eerste schriftelijke proef waarvan de vragen worden opgesteld door het adviescomité. De proef gaat over de kennis van het publiek recht en het administratief recht en over de algemene kennis, alsook over de taalkennis van de kandidaten. § 4. De kandidaten die 12/20 of meer hebben behaald bij de eerste proef worden uitgenodigd voor een individueel onderhoud met een afgevaardigde van een wervings- en selectiebureau belast met het opstellen van een beschrijving van de persoonlijkheid en een psychologisch profiel van de kandidaten. Ze worden vervolgens gehoord door de leden van het adviescomité, dat maximum vijf kandidaten behoudt, en zijn beslissing met redenen omkleedt.

De beslissing van het adviescomité wordt meegedeeld aan alle kandidaten, die beschikken over een termijn van vijftien dagen om hun opmerkingen te bezorgen. § 5. Het gemeenschappelijk orgaan ontvangt het verslag van het adviescomité en de eventuele opmerkingen van de kandidaten. Na een hoorzitting met op zijn minst de kandidaten die door het adviescomité werden uitgekozen, doet het gemeenschappelijk orgaan aan de partijen een met redenen omkleed voorstel van benoeming.

Dat voorstel, alsook alle kandidaatstellingen die door het adviescomité werden behouden, of, in voorkomend geval, door het gemeenschappelijk orgaan, worden aan de partijen voorgelegd. Elke volksvertegenwoordiger beschikt over een termijn van dertig dagen om het gehele dossier op het secretariaat van het gemeenschappelijk orgaan in te kijken.

De benoeming gebeurt conform artikel 3 van het gezamenlijk decreet en ordonnantie van 16 mei 2019 met betrekking tot de Brusselse ombudsman.

^