gepubliceerd op 20 augustus 2003
Decreet van de Franse Gemeenschapscommissie betreffende het oprichten van een apart beheerde dienst belast met het beheer en de promotie van de permanente vorming voor de middenklasse en de kleine en middelgrote ondernemingen te Brussel
17 JULI 2003. - Decreet van de Franse Gemeenschapscommissie betreffende het oprichten van een apart beheerde dienst belast met het beheer en de promotie van de permanente vorming voor de middenklasse en de kleine en middelgrote ondernemingen te Brussel
Het College van de Franse Gemeenschapscommissie, Gelet op het advies van de Raad van Beheer van het Instituut voor Permanente Vorming voor de Middenklasse en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, gegeven op 17 oktober 2002;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 10 oktober 2002;
Gelet op het akkoord van het Lid van het College belast met de Begroting, gegeven op 8 november 2002;
Op voorstel van het Lid van het College, belast met de beroepsopleiding en de permanente vorming van de Middenklasse, Besluit : Het Lid van het College belast met de beroepsopleiding en de permanente vorming van de Middenklasse legt aan de Raad van de Franse Gemeenschapscommissie het ontwerp van decreet voor waarvan de inhoud volgt : De Raad van de Franse Gemeenschapscommissie nemen aan en Wij, College, bekrachtigen wat volgt :
Artikel 1.Dit besluit behandelt een materie bedoeld in artikel 128 van de Grondwet, krachtens artikel 138 van de Grondwet.
Art. 2.§ 1. Binnen de Dienst van het College van de Franse Gemeenschapscommissie wordt een dienst met apart beheer opgericht met als naam « Dienst Vorming K.M.O. » § 2. De dienst is belast met de opdrachten bedoeld in artikel 22 van de bijlage tot wijziging van het samenwerkingsakkoord dat op 20 februari 1995 door de Franse Gemeenschapscommissie, de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest gesloten werd betreffende de permanente vorming voor de Middenklasse en de Kleine en Middengrote Ondernemingen en het beheer door het Instituut voor Permanente Vorming van de Middenklasse en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen.
Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Brussel, 17 juli 2003.
E. TOMAS, Voorzitter van het College W. DRAPS, Lid van het College belast met beroepsopleiding en permanente vorming van de Middenklasse A. HUTCHINSON, Lid van het College belast met de Begroting
Decreet van de Franse Gemeenschapscommissie betreffende het oprichten van een apart beheerde dienst belast met het beheer en de promotie van de permanente vorming voor de Middenklasse en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen te Brussel Memorie van toelichting Het samenwerkingsakkoord betreffende de permanente vorming voor de Middenklasse en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen en het toezicht op het Instituut voor permanente vorming van de Middenklasse en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, gesloten op 20 februari 1995 door de Franse Gemeenschapscommissie, de Franse Gemeenschap en het Waals Gewest werd gedurende de jaren permanent geëvalueerd.
Deze evaluatie leidde tot een unanieme vaststelling : het systeem van gezamenlijk toezicht zorgt voor problemen bij het vormingsbeleid, omwille van een gebrek aan soepelheid bij beslissingsproces en omwille van verplichtingen die voortkomen uit de toepassing van een sleutel van 80/20 % tussen het Waals Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie voor wat de financiering van de gemeenschappelijke diensten betreft.
Bovendien is de structuur van het Instituut voor permanente vorming voor de Middenklasse en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen (IFPME) niet aangepast aan de evolutie van de vormingsactiviteiten die ontwikkeld worden en die verschillend zijn naar gelang van de sociale en economische noden van de Gewesten.
De gemeenschappelijke diensten zorgen meer bepaald voor werkingskosten die gerationaliseerd zouden kunnen worden; niet te verwaarlozen financiële middelen zouden kunnen besteed worden aan essentiële opdrachten.
Bijgevolg is het onontbeerlijk gebleken dat er een einde gesteld wordt aan deze onaangename situatie die door de voorafgaande vaststellingen geschetst wordt. Dat veronderstelt een herziening van de organisatie van het IFPME door het ondertekenen van een aanhangsel voor het bestaande samenwerkingsakkoord.
De onderhandelingen die daartoe gevoerd werden tussen de drie uitvoerende machten die het akkoord ondertekend hebben heeft geleid tot de beslissing om het IFPME te behouden maar met een kleinere omvang, met het statuut van een organisme van openbaar belang en om het te belasten met het voornamelijk verzekeren van de coherentie van de permanente vormingen die in Wallonië en Brussel aangeboden werden, waarbij het vrij verkeer van personen tussen de Centra van het netwerk, het afleveren van een evenwaardig getuigschrift voor alle centra en de homologatie door de Franstalige Gemeenschap verzekerd blijven.
Wat de andere opdrachten betreft die op dit ogenblik door het IFPME worden uitgevoerd, waaronder de dotaties die toegekend worden door de subsidiërende overheden, het beheer en de promotie van vormingsactiviteiten op het terrein en de coördinatie van de theoretische cursussen die door de Centra georganiseerd worden met de praktische bedrijfsopleiding, werd besloten deze toe te vertrouwen aan twee gewestelijke entiteiten; in het Waals Gewest zal het gaan over een organisme van openbaar belang en in de Franse Gemeenschapscommissie zal het in het huidige stadium gaan over een dienst met gescheiden beheer die geïntegreerd zal worden binnen de Diensten van het College.
Er wordt dus voorgesteld om bij dit voorontwerp van decreet de dienst met beheer « Service Formation P.M.E. » op te richten.
Eén of meerdere uitvoeringsbesluiten zullen de modaliteiten van het functioneel, budgettair, financieel en boekhoudkundig beheer van deze dienst vastleggen alsook de modaliteiten voor de overplaatsing van de agenten van de territoriale directie van het IFPME en de 20 % van de agenten van de gemeenschappelijke diensten naar de Franse Gemeenschapscommissie.
Opgemerkt moet worden dat het College van de Franse Gemeenschapscommissie het voorgelegde voorontwerp van decreet conservatoir heeft goedgekeurd om zo de personeelssituatie op 1 januari 2003 op punt te stellen.
Gelijktijdig werd inderdaad een werkgroep opgestart die belast werd met het overwegen van de modaliteiten voor een toenadering op termijn tussen het veld van de opleiding voor de Middenklasse en het veld van de opleiding voor loontrekkenden en werkzoekenden in Brussel, waarbij hun respectieve eigenheden niet uit het oog verloren worden.