Etaamb.openjustice.be
Decreet van 14 juli 1998
gepubliceerd op 15 augustus 1998

Decreet houdende regeling van de bij het Vlaams Parlement ingediende verzoekschriften

bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
numac
1998035873
pub.
15/08/1998
prom.
14/07/1998
ELI
eli/decreet/1998/07/14/1998035873/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

14 JULI 1998. - Decreet houdende regeling van de bij het Vlaams Parlement ingediende verzoekschriften (1)


Het Vlaams Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1.Dit decreet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 118, § 2, van de Grondwet.

Art. 2.Ieder, die de volle leeftijd heeft van zestien jaar, heeft het recht verzoekschriften, door één of meer personen ondertekend, bij het Vlaams Parlement in te dienen.

Art. 3.Een bij het Vlaams Parlement ingediend verzoekschrift moet op een leesbare wijze de naam, voornamen en woonplaats van ieder der ondertekenaars vermelden.

De woonplaats dient zich in het Vlaams Gewest of het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad te bevinden.

Art. 4.Het verzoekschrift dient gemotiveerd te zijn en een uiteenzetting van de redenen die tot indiening ervan hebben geleid, te bevatten.

Art. 5.De voorzitter van het Vlaams Parlement verwijst binnen de dertig dagen het verzoekschrift naar de commissie bevoegd voor de verzoekschriften die, voor zover geen verwijzing naar een bevoegde parlementaire commissie geschiedt, binnen de dertig dagen, het onderzoek naar de ontvankelijkheid, de bevoegdheid en de gegrondheid verricht.

In geval van onontvankelijkheid, onbevoegdheid of ongegrondheid wordt de verzoeker of de eerste ondertekenaar, indien het verzoekschrift meer dan één handtekening bevat, hiervan in kennis gesteld met opgave van redenen : 1° de niet-naleving van de in dit decreet gestelde vormvereisten : 2° het verzoekschrift strekt tot het in vraag stellen van een rechterlijke uitspraak of heeft betrekking op het concrete geschil dat aan de basis van die uitspraak ligt;3° het bestaan van een mogelijkheid van beroep waarbij de verzoeker nagelaten heeft beroep in te stellen;4° het behandelen van een aangelegenheid die tot de uitsluitend federale, provinciale of gemeentelijke bevoegdheid behoort.

Art. 6.De commissie bevoegd voor de verzoekschriften kan een verzoekschrift verwijzen naar een bevoegde parlementaire commissie die alsdan onder haar leden twee verslaggevers aanduidt, van wie er één niet behoort tot een meerderheidsfractie.

De verzoeker, al dan niet vergezeld van een raadsman, wordt uiterlijk dertig dagen na ontvangst van het doorverwezen verzoekschrift door deze commissie gehoord. Dit geschiedt zoveel als nodig wordt geacht.

Indien het verzoekschrift door meerdere verzoekers is ondertekend, is het de eerste ondertekenaar die wordt gehoord.

Art. 7.Voor de behandeling van een verzoekschrift kan de bevoegde parlementaire commissie hoorzittingen houden of aan de verslaggevers opdracht geven om ter plaatse de feiten vast te stellen.

De terzake aan het bevoegde lid van de Vlaamse regering verzochte inlichtingen dienen binnen zes weken aan de commissie te worden verstrekt.

Indien het niet mogelijk is om binnen vernoemde termijn de gevraagde inlichtingen te verstrekken, wordt de commissie hiervan schriftelijk, met een met redenen omkleed bericht, in kennis gesteld.

Art. 8.De bevoegde parlementaire commissie brengt ten aanzien van een door haar goedgekeurd verzoekschrift verslag uit aan de plenaire vergadering van het Vlaams Parlement.

Art. 9.Het onderzoek als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de verzoekschriften van gestelde overheden of ondertekend door ten minste vijftienduizend verzoekers geschiedt door de plenaire vergadering van het Vlaams Parlement.

De plenaire vergadering van het Vlaams Parlement kan het verzoekschrift doorverwijzen naar een bevoegde parlementaire commissie die alsdan handelt volgens de regeling van dit decreet.

Art. 10.De voorzitter van het Vlaams Parlement stelt de verzoeker of de eerste ondertekenaar, indien het verzoekschrift meer dan één handtekening bevat, in kennis van het gevolg dat aan het verzoekschrift wordt verleend en van de motivering ervan.

Art. 11.Indien het verzoekschrift een klacht over de werking van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap betreft, maakt de commissie bevoegd voor de verzoekschriften het verzoekschrift aan de terzake bevoegde ombudsman over.

Deze laatste informeert de commissie schriftelijk over het gevolg dat hij daaraan verleent.

De beslissing om een verzoekschrift niet te behandelen wordt schriftelijk en gemotiveerd aan de commissie medegedeeld die te allen tijde kan beslissen om de ombudsman te horen.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 14 juli 1998.

De minister-president van de Vlaamse Regering, L. VAN DEN BRANDE _______ (1) Zitting 1996-1997 Stukken.- Voorstel van decreet, 498, nr. 1. - Advies van de Raad van State, 498, nr. 2. - Amendementen, 498, nrs. 3 en 4.

Zitting 1997-1998 Stukken. - Verslag, 498, nr. 5. - Amendementen, 498, nr. 6.

Handelingen. - Bespreking en aanneming. Vergaderingen van 7 en 8 juli 1998.

^