gepubliceerd op 02 augustus 2018
Decreet houdende de erkennings- en bemiddelingscommissie voor slachtoffers van historisch misbruik
13 JULI 2018. - Decreet houdende de erkennings- en bemiddelingscommissie voor slachtoffers van historisch misbruik (1)
Het VLAAMS PARLEMENT heeft aangenomen en Wij, REGERING, bekrachtigen hetgeen volgt: Decreet houdende de erkennings- en bemiddelingscommissie voor slachtoffers van historisch misbruik HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen
Artikel 1.Dit decreet regelt een gemeenschapsaangelegenheid.
Art. 2.In dit decreet wordt verstaan onder: 1° misbruik: alle vormen van fysiek of psychisch geweld, met inbegrip van seksueel geweld en verwaarlozing, gepleegd ten aanzien van een persoon;2° seksueel geweld: een niet-gewenst seksueel contact dat uitgaat van een meerderjarige of een minderjarige persoon;3° slachtoffer: een natuurlijke persoon tegen wie misbruik werd gepleegd;4° verwaarlozing: het verlaten van een minderjarige, het in gebreke blijven voor het onderhoud van een minderjarige zodat zijn gezondheid in het gedrang komt, of het opzettelijk onthouden van voedsel en verzorging aan een minderjarige. Met een slachtoffer als vermeld in het eerste lid, 3°, wordt een nabestaande tot in de tweede graad van een overleden slachtoffer gelijkgesteld. HOOFDSTUK 2. - Oprichting en opdrachten van de commissie
Art. 3.Er wordt voor de Vlaamse Gemeenschap een erkennings- en bemiddelingscommissie voor slachtoffers van historisch misbruik opgericht, hierna de commissie te noemen.
De Vlaamse Regering bepaalt de vestigingsplaats van de commissie.
Art. 4.De commissie neemt kennis van misbruik dat door slachtoffers wordt gemeld en dat op het ogenblik van die melding dateert van tien jaar of langer geleden. De commissie vervult de volgende opdrachten: 1° de slachtoffers op verhaal laten komen via een persoonlijk, individueel gesprek zodat ze erkenning kunnen krijgen;2° de slachtoffers de mogelijkheid bieden om de vermeende dader(s) van het misbruik te ontmoeten of in contact te treden met de instelling, voorziening, organisatie of vereniging waarin het misbruik plaatsgevonden heeft;3° de slachtoffers informeren en ondersteunen als ze vragen om een bemiddeling met de vermeende dader(s) van het misbruik;4° de slachtoffers informeren en ondersteunen als ze vragen om hulpverlening;5° de slachtoffers informeren en ondersteunen als ze een beroep willen doen op justitie;6° voor de opdrachten, vermeld in punt 1° tot en met 5°, beleidsadviezen verstrekken aan de Vlaamse Regering. De Vlaamse Regering kan de opdrachten, vermeld in het eerste lid, nader bepalen en uitbreiden. Ze regelt de voorwaarden en de procedure voor de toegang van slachtoffers tot de commissie.
In dit artikel wordt verstaan onder bemiddeling: een procedure waarin een derde, onafhankelijke en onpartijdige persoon van de partijen de opdracht krijgt om de dialoog aan te gaan over het misbruik dat plaatsgevonden heeft, met het oog op de erkenning van het aangedane leed. HOOFDSTUK 3. - Samenstelling en werking van de commissie
Art. 5.De commissie bestaat uit ten minste zeven leden die relevante expertise op het vlak van misbruik hebben. De Vlaamse Regering regelt de samenstelling van de commissie, benoemt de leden van de commissie en bepaalt de vergoeding van de leden.
De leden van de commissie kiezen een voorzitter en een ondervoorzitter onder hun leden.
Art. 6.De Vlaamse Regering regelt de werking van de commissie en van het secretariaat van de commissie.
De leden van de commissie en het secretariaat zijn gebonden door de geheimhoudingsplicht met betrekking tot de gegevens waarvan ze bij de uitoefening van hun opdracht, vermeld in artikel 4, kennis krijgen en die daarmee verband houden.
Art. 7.De werkingskosten van de commissie en de vergoeding van de leden van de commissie zijn ten laste van de begroting van de Vlaamse Gemeenschap. De Vlaamse Regering kan daarvoor nadere regels bepalen.
Art. 8.Met het oog op de uitvoering van de opdrachten, vermeld in of ter uitvoering van artikel 4, verwerkt de commissie persoonsgegevens, inclusief gevoelige gegevens, gegevens over gezondheid en gerechtelijke gegevens, van het slachtoffer en van de personen die betrokken zijn of vermoedelijk betrokken zijn bij het misbruik dat tegen het slachtoffer is gepleegd. Die gegevens worden verwerkt met naleving van de regelgeving op de bescherming van natuurlijke personen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens. De Vlaamse Regering bepaalt welke gegevens worden verwerkt, stelt de wijze vast waarop die gegevens worden verwerkt en wijst de verantwoordelijke voor de verwerking aan.
In afwijking van het eerste lid is de uitwisseling van persoonsgegevens alleen toegestaan met de vrije, specifieke, geïnformeerde en schriftelijke toestemming van het slachtoffer. De Vlaamse Regering kan nadere regels bepalen over de vorm waarin en de wijze waarop de persoonsgegevens worden uitgewisseld.
De gegevensverwerking en -uitwisseling, vermeld in het eerste en het tweede lid, kunnen betrekking hebben op persoonsgegevens van personen die het slachtoffer heeft genoemd, zonder dat die personen daarvan onmiddellijk op de hoogte worden gebracht.
Het secretariaat van de commissie bewaart de persoonsgegevens van het slachtoffer en van de personen die betrokken of vermoedelijk betrokken zijn bij het misbruik tegen het slachtoffer, tot maximaal vijf jaar na de melding van het misbruik.
In dit artikel wordt verstaan onder: 1° gevoelige gegevens: persoonsgegevens waaruit ras of etnische afkomst, politieke opvattingen, religieuze of levensbeschouwelijke overtuigingen, of het lidmaatschap van een vakbond blijken, of gegevens over iemands seksueel gedrag of seksuele gerichtheid;2° gezondheidsgegevens: persoonsgegevens die verband houden met de fysieke of mentale gezondheid van een natuurlijke persoon, waaronder gegevens over verleende gezondheidsdiensten waarmee informatie over zijn gezondheidstoestand wordt gegeven;3° gerechtelijke gegevens: persoonsgegevens betreffende strafrechtelijke veroordelingen en strafbare feiten of veiligheidsmaatregelen die daarmee verband houden.
Art. 9.Met het oog op de beleidsvoering bezorgt de commissie geanonimiseerde registratiegegevens aan de Vlaamse overheid.
De Vlaamse Regering bepaalt welke registratiegegevens worden aangeleverd, alsook de wijze waarop en de periodiciteit waarmee die gegevens worden aangeleverd. HOOFDSTUK 4. - Slotbepaling
Art. 10.Dit decreet treedt in werking op een door de Vlaamse Regering vast te stellen datum.
Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Brussel, 13 juli 2018.
De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, J. VANDEURZEN _______ Nota (1) Zitting 2017-2018 Stukken: - Voorstel van decreet : 1631 - Nr.1. - Verslag : 1631 - Nr. 2. - Tekst aangenomen door de plenaire vergadering : 1631 - Nr. 3.
Handelingen - Bespreking en aanneming: Vergadering van 4 juli 2018.