Etaamb.openjustice.be
Decreet van 02 mei 2013
gepubliceerd op 22 mei 2013

Decreet houdende instemming met het aanhangsel van 4 oktober 2012 bij het samenwerkingsakkoord van 30 mei 2005 tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de meerwaardeneconomie

bron
waalse overheidsdienst
numac
2013202970
pub.
22/05/2013
prom.
02/05/2013
ELI
eli/decreet/2013/05/02/2013202970/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

2 MEI 2013. - Decreet houdende instemming met het aanhangsel van 4 oktober 2012 bij het samenwerkingsakkoord van 30 mei 2005 tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de meerwaardeneconomie (1)


Het Waals Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : Enig artikel. Het aanhangsel van 4 oktober 2012 bij het samenwerkingsakkoord van 30 mei 2005 tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Duitstalige gemeenschap betreffende de meerwaardeneconomie is goedgekeurd.

Dat aanhangsel wordt bij dit decreet gevoegd.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Namen, 2 mei 2013.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Duurzame Ontwikkeling en Ambtenarenzaken, J.-M. NOLLET De Minister van Begroting, Financiën, Tewerkstelling, Vorming en Sport, A. ANTOINE De Minister van Economie, K.M.O.'s, Buitenlandse Handel en Nieuwe Technologieën, J.-Cl. MARCOURT De Minister van de Plaatselijke Besturen en de Stad, P. FURLAN De Minister van Gezondheid, Sociale Actie en Gelijke Kansen, Mevr. E. TILLIEUX De Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Ph. HENRY De Minister van Openbare werken, Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Natuur, Bossen en Erfgoed, C. DI ANTONIO _______ Nota (1) Zitting 2012-2013. Stukken van het Waals Parlement, 768 (2012-2013), nrs. 1 tot 3.

Volledig verslag, openbare vergadering van 30 april 2013.

Bespreking.

Stemming.

Aanhangsel bij het samenwerkingsakkoord van 30 mei 2005 tussen de Federale Staat, het Vlaams, het Waals en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Duitstalige gemeenschap betreffende de meerwaardeneconomie Gelet op het artikel 35 van de Grondwet;

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen, inzonderheid artikel 4, 6 en 92bis, § 1; ingevoegd bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988, en gewijzigd bij de bijzondere wet van 16 juli 1993;

Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen, inzonderheid op artikel 42;

Gelet op de wet van 31 december 1983Relevante gevonden documenten type wet prom. 31/12/1983 pub. 11/12/2007 numac 2007000934 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot hervorming der instellingen voor de Duitstalige Gemeenschap. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming van de instellingen voor de Duitstalige Gemeenschap, inzonderheid op artikel 55bis;

Gelet op het decreet van de Waalse Gewestraad van 6 mei 1999 en het decreet van de Duitstalige gemeenschapsraad van 10 mei 1999 houdende de uitoefening door de Duitstalige Gemeenschap van de bevoegdheden van het Waalse Gewest inzake Tewerkstelling en Opgravingen;

Gelet op de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 17 juli 1991, inzonderheid op de artikelen 55 en 58;

Gelet op het Samenwerkingsakkoord van 30 mei 2005 tussen de Federale Staat, het Vlaams, het Waals en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de meerwaardeneconomie, gewijzigd door de samenwerkingsakkoorden van 28 december 2006 en van 20 september 2007;

Gelet op de wet van 26 juni 2001Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/06/2001 pub. 28/08/2001 numac 2001022532 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet houdende instemming met het samenwerkingsakkoord van 4 juli 2000 tussen de Federale Staat, het Vlaams, het Waals en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de sociale economie sluiten betreffende de instemming met het samenwerkingsakkoord van 4 juli 2000 tussen de Federale Staat, het Vlaams, het Waals en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de sociale economie;

Gelet op de wet van 10 mei 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 10/05/2006 pub. 05/07/2006 numac 2006022521 bron programmatorische federale overheidsdienst maatschappelijke integratie, armoedebestrijding en sociale economie Wet houdende instemming met het Samenwerkingsakkoord van 30 mei 2005 tussen de Federale Staat, het Vlaams, het Waals en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de meerwaardeneconomie sluiten betreffende de instemming met het samenwerkingsakkoord van 30 mei 2005 tussen de Federale Staat, het Vlaams, het Waals en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de meerwaardeneconomie;

Gelet op het decreet van het Vlaams Parlement van 16 juni 2006 houdende instemming met het Samenwerkingsakkoord van 30 mei 2005 tussen de Staat, de Gewesten en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de meerwaardeneconomie;

Gelet op het decreet van de Waalse Gewestraad van 16 maart 2006 houdende instemming met het Samenwerkingsakkoord van 30 mei 2005 tussen de Staat, de Gewesten en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de meerwaardeneconomie;

Gelet op de ordonnantie van de Brusselse Hoofdstedelijke Gewestraad van 23 februari 2006 houdende goedkeuring van het Samenwerkingsakkoord van 30 mei 2005 tussen de Staat, de Gewesten en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de meerwaardeneconomie;

Gelet op het decreet van de Raad van de Duitstalige gemeenschap van 21 december 2005 houdende instemming met het Samenwerkingsakkoord van 30 mei 2005 tussen de Staat, de Gewesten en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de meerwaardeneconomie;

Gelet op de Beschikking van de Raad van 15 juli 2008 betreffende de richtsnoeren voor het werkgelegenheidsbeleid van de lidstaten, in het bijzonder artikel 1 meer bepaald richtsnoeren 17 en 19;

Gelet op het federaal regeerakkoord van 1 december 2011;

Gelet op de regeringsverklaring van de Duitstalige Gemeenschap van 15 september 2009;

Gelet op het Vlaams regeerakkoord van 15 juli 2009;

Gelet op het Waals regeerakkoord van 17 juli 2009;

Gelet op het Brussels regeerakkoord van 12 juli 2009;

Gelet op het avenant van 20 april 2010 aan het samenwerkingsakkoord van 30 mei 2005 tussen de Federale Staat, het Vlaams, het Waals en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Duitstalige gemeenschap betreffende de meerwaardeneconomie, meer bepaald artikel 4 betreffende de verlenging van het samenwerkingsakkoord tot 31 december 2009;

Overwegende dat de federale Staat, de Duitstalige Gemeenschap en de Gewesten van oordeel zijn dat de uitbouw van een sociale economie in het perspectief dient geplaatst van de uitbouw van een meerwaardeneconomie;

Overwegende dat de federale Staat, de Duitstalige Gemeenschap en de Gewesten hun gezamenlijk verbintenissen en ambities als bedoeld in het samenwerkingsakkoord voor sociale economie van 4 juli 2000, met het oog op een verdere versterking en uitbouw van de sociale economie en de meerwaardeneconomie wensen te herbevestigen en verder uit te bouwen;

Overwegende dat het belangrijk is de economie in haar globaliteit te beschouwen waarbij niet alleen economische maar ook sociale, ecologische en ethische doelstellingen worden geïntegreerd. Ervan uitgaande dat men moet er ook voor zorgen dat er projecten ontwikkeld worden die de sociale objectieven zoals begeleiding, vorming of integratie van kansengroepen in de maatschappij meer beklemtonen.

Onderstrepen de contracterende partijen de noodzaak aan nieuwe constructieve partnerships en een maatschappelijke dialoog voor de ontwikkeling van een zogenaamde meerwaardeneconomie;

Overwegende dat het samenwerkingsakkoord meerwaardeneconomie de waarde beklemtoont van initiatieven die maatschappelijke doelstellingen combineren met een economische dynamiek. Deze maatschappelijke doelstellingen situeren zich zowel op het vlak van de socio-professionele integratie van kansengroepen als op het vlak van het behoud of het herstel van de sociale cohesie, het bevorderen van gelijke kansen, het streven naar een interculturele samenleving, het duurzaam omgaan met het leefmilieu, het versterken van de banden tussen Noord en Zuid, e.a.;

Overwegende dat deze doelstellingen ook kunnen beschouwd worden als een belangrijke uitdaging voor de economie in haar totaliteit en dat ondernemingen een belangrijke rol en verantwoordelijkheid te vervullen hebben in het streven naar een meer duurzame ontwikkeling;

Overwegende de synergieën tussen principes uit de reguliere en de sociale economie beter dienen te worden onderzocht, gesteund en gestimuleerd;

Overwegende dat er nood bestaat aan modellen en instrumenten die zowel de maatschappelijke als de economische meerwaarde van initiatieven binnen de sociale economie en binnen de reguliere economie op objectieve wijze in kaart brengen;

Overwegende dat de diverse overheden hun ondersteuningsbeleid moeten oriënteren rekening houdend met de resultaten van de hierboven vermelde analyses;

Overwegende dat het naleven van de concurrentieregels ook vanuit deze invalshoek dient belicht te worden;

Overwegende dat de verdere uitbouw en structurele verankering van buurt- en nabijheidsdiensten met het oog op het invullen van collectieve of individuele behoeften op lokaal vlak belangrijke groeikansen op het vlak van werkgelegenheid bieden, en tevens een belangrijke bijdrage leveren in het versterken van de sociale cohesie, voornamelijk door hun kenmerkende participatieve aanpak;

Overwegende dat de federale Staat, de Duitstalige Gemeenschap en de Gewesten vanuit hun respectievelijke bevoegdheden initiatieven in die zin kunnen en moeten ondersteunen;

Overwegende dat het derhalve wenselijk is dat de federale Staat, de Duitstalige Gemeenschap en de Gewesten in het kader van een wederzijdse afstemming van de beleidsmaatregelen, een gecoördineerde inzet van budgettaire middelen en een nauwgezette monitoring van de vooropgestelde doelstellingen, een samenwerkingsakkoord sluiten;

Overwegende de omstandigheid dat de voortzetting van de tewerkstellingsinspanningen voor risicogroepen en in het bijzonder voor gerechtigden op maatschappelijke integratie en een financiële maatschappelijke hulp in het kader van de wet van 10 mei 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 10/05/2006 pub. 05/07/2006 numac 2006022521 bron programmatorische federale overheidsdienst maatschappelijke integratie, armoedebestrijding en sociale economie Wet houdende instemming met het Samenwerkingsakkoord van 30 mei 2005 tussen de Federale Staat, het Vlaams, het Waals en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de meerwaardeneconomie sluiten betreffende de instemming met het samenwerkingsakkoord van 30 mei 2005 tussen de Federale Staat, het Vlaams, het Waals en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de meerwaardeneconomie, onverwijld moeten worden bevorderd; dat de sociale economie-initiatieven voor deze doelgroep een geschikte plaats van tewerkstelling en begeleiding vormen; dat de inspanningen van de Gewesten en de Duitstalige gemeenschap voor de verdere ontwikkeling van de sociale economie onverwijld in het gezamenlijk kader van het samenwerkingsakkoord verder ondersteund moeten worden; dat het essentieel is dat de verwezenlijking van de doelstellingen van het akkoord door de gezamenlijke initiatieven van de federale staat, de gewesten en de Duitstalige gemeenschap zonder onderbreking kan worden verdergezet; dat het essentieel is dat de middelen die daartoe ingezet worden door de federale overheid voor het jaar 2009 onverwijld worden vrijgemaakt, De federale Staat, vertegenwoordigd door de Vice-Eerste Minister en Minister van Economie, de Minister van werk, de Minister van Begroting, de Minister van Justitie belast met Maatschappelijke Integratie, en de Staatssecretaris van Maatschappelijke Integratie;

De Duitstalige Gemeenschap, vertegenwoordigd door haar Regering, in de persoon van de Minister-President, en van de Minister bevoegd voor Werkgelegenheid;

De Vlaamse Gemeenschap, vertegenwoordigd door de Vlaamse Regering, in de persoon van de Minister-President en van de Vlaamse Minister bevoegd voor Sociale Economie;

Het Waals Gewest, vertegenwoordigd door de Waalse Regering, in de persoon van de Minister-President en van de Minister bevoegd voor sociale economie;

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, vertegenwoordigd door de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, in de persoon van de Minister-President en van de Brusselse Minister bevoegd voor Economie en Tewerkstelling, Komen het volgende overeen :

Artikel 1.In artikel 8 van het samenwerkingsakkoord van 30 mei 2005 tussen de Federale Staat, het Vlaams, het Waals en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Duitstalige gemeenschap betreffende de meerwaardeneconomie, wordt een § 1quater ingevoegd, luidende : « § 1quater. Onder de voorwaarden bepaald in artikel 9 wordt voor het begrotingsjaar 2009 door de federale overheid een bedrag van € 13.756.704,00 voorzien ter cofinanciering van gezamenlijke inspanningen te leveren met de betrokken Gewesten en de Duitstalige Gemeenschap volgens de volgende verdeling : - 55,7 % van deze federale middelen ter beschikking voor gezamenlijke initiatieven met het Vlaamse Gewest; - 33 % van deze federale middelen ter beschikking voor gezamenlijke initiatieven met het Waals Gewest; - 10 % van deze federale middelen ter beschikking voor gezamenlijke initiatieven met het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; - 1,3 % van deze federale middelen ter beschikking voor gezamenlijke initiatieven met de Duitstalige Gemeenschap. »

Art. 2.In artikel 8 van het samenwerkingsakkoord van 30 mei 2005 tussen de Federale Staat, het Vlaams, het Waals en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Duitstalige gemeenschap betreffende de meerwaardeneconomie, wordt een § 2quater ingevoegd, luidende : « § 2quater. Onder de voorwaarden bepaald in artikel 9 wordt voor het begrotingsjaar 2009 door de federale overheid een bedrag van € 2.097.538,00 voorzien ter cofinanciering van gezamenlijke inspanningen te leveren in het kader van de buurt-en nabijheidsdiensten met de betrokken gewesten en de Duitstalige Gemeenschap volgens de volgende verdeling : - 55,7 % van deze federale middelen ter beschikking voor gezamenlijke initiatieven met het Vlaamse Gewest; - 33 % van deze federale middelen ter beschikking voor gezamenlijke initiatieven met het Waals Gewest; - 10 % van deze federale middelen ter beschikking voor gezamenlijke initiatieven met het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; - 1,3 % van deze federale middelen ter beschikking voor gezamenlijke initiatieven met de Duitstalige Gemeenschap. »

Art. 3.In artikel 9 van het Samenwerkingsakkoord van 30 mei 2005 tussen de Federale Staat, het Vlaams, het Waals en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Duitstalige gemeenschap betreffende de meerwaardeneconomie, wordt een § 3bis ingevoegd, luidende : « § 3bis. Het bedrag dat de federale overheid inzet volgens de in artikel 8, § 1quater, van dit Samenwerkingsovereenkomst bepaalde verdeelsleutel voor cofinanciering van de in artikel 8 van hetzelfde Samenwerkingsovereenkomst, bedoelde gezamenlijke acties in de betrokken Gewesten of de Duitstalige gemeenschap in 2009, kan nooit groter zijn dan de door het betrokken Gewest of de Duitstalige gemeenschap feitelijk gerealiseerde bedrag in dit begrotingsjaar.

Uiterlijk op 31 oktober van ieder jaar leggen de Gewesten en de Duitstalige gemeenschap aan de federale overheid een raming voor van de financiële middelen, in functie van de initiatieven die zij wenst te besteden aan de uitvoering van het samenwerkingsakkoord tijdens het volgende begrotingsjaar. »

Art. 4.In artikel 9 van het Samenwerkingsakkoord van 30 mei 2005 tussen de Federale Staat, het Vlaams, het Waals en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Duitstalige gemeenschap betreffende de meerwaardeneconomie, wordt een § 4bis ingevoegd, luidende : « § 4bis. Uiterlijk op 30 avril 2011 wordt door de Gewesten en de Duitstalige gemeenschap aan de federale overheid een verslag en een overzicht bezorgd van de middelen vastgelegd in het begrotingsjaar 2009. Het verslag moet op een omstandige manier voor elk initiatief de tot stand gebrachte realisaties toelichten, alsook de graad waarin de vastgelegde doelstellingen werden bereikt en de resultaten die dankzij de uitwerking van het initiatief werden behaald." Art. 5 : De overeenkomstsluitende partijen verbinden zich ertoe het samenwerkingsakkoord te handhaven tot en met 31 december 2010. ».

Brussel, op 4 oktober 2012 in 5 originele exemplaren (Nederlands, Frans, Duits).

Voor de Federale Staat : De Vice-Eerste Minister en Minister van Economie, J. VANDE LANOTTE De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK De Minister van Begroting, O. CHASTEL De Minister van Justitie, Mevr. A. TURTELBOOM De Staatssecretaris voor Maatschappelijke Integratie, Mevr. M. De BLOCK Voor de Duitstalige Gemeenschap : De Minister-President, K.-H. LAMBERTZ De Minister van Onderwijs, Opleiding en Werkgelenheid, O. PAASCH Voor het Vlaams Gewest : De Minister-President, K. PEETERS De Vlaamse minister van Energie, Wonen, Steden en Sociale Economie, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE Voor het Waalse Gewest : De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Economie, K.M.O., Buitenlandse handel en Nieuwe technologieën, J.-Cl. MARCOURT Voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest : De Minister-President, Ch. PICQUE De Minister van Economie, Tewerkstelling, Wetenschappelijk onderzoek en Buitenlandse handel, B. CEREXHE

Bijlage Voor het budgettaire jaar 2009, zijn de bedragen :

Budget 2009

Overzicht van de middelen van de gewesten voor het budgettaire jaar 1999 (startpunt)

Verdelingssleutel voorzien in het kader van de verdeling van de federale middelen in het SAME

Federale financiering in het kader van het SAME in 2009 (€ 13.756.704,00 + € 2.097.538,00)

Regionale cofinanciering in het kader van het SAME in 2009 (bijkomende middelen ten opzichte van het budget 1999)

Gezamenlijke bijdrage in het kader van het SAME in 2009 (regionaal + federaal)

Door de gewesten te verantwoorden eigen middelen in het kader van het SAME voor 2009 (middelen 1999 + bijkomende regionale middelen in het kader van de cofinanciering)

Minimum bedrag voor de middelen voor de sociale economie (eigen middelen 1999 + totale middelen federaal en regionaal in het kader van het SAME)

Vlaams Gewest

€ 12.749.164,00

55,70 %

€ 8.830.813,03

€ 8.830.813,03

€ 17.661.626,05

€ 21.579.977,03

€ 30.410.790,05

Waals Gewest

€ 4.709.976,97

33,00 %

€ 5.231.900,00

€ 5.231.900,00

€ 10.463.799,99

€ 9.941.876,97

€ 15.173.776,96

Brussel Hoofdstedelijk Gewest

€ 1.375.809,06

10,00 %

€ 1.585.424,24

€ 1.585.424,24

€ 3.170.848,48

€ 2.961.233,30

€ 4.546.657,54

Duitstalige Gemeenschap

€ 0,00

1,30 %

€ 206.105,15

€ 206.105,15

€ 412.210,30

€ 206.105,15

€ 412.210,30


Totaal

€ 18.834.950,03

100,00 %

€ 15.854.242,42

€ 15.854.242,42

€ 31.708.484,83

€ 34.689.192,45

€ 50.543.434,86

^