30 OKTOBER 1997. Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 23 januari 1997 betreffende de voorwaarden van erkenning en subsidiëring van de bedrijven voor aangepast werk

De Waalse Regering, Gelet op het decreet van 22 juli 1993 betreffende de overheveling van sommige bevoegdheden van de Franse Gemeenschap naar het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie, inzonderheid op artikel 3, 7;

Gelet op het decreet van 6 april 1995 betreffende de integratie van gehandicapte personen, inzonderheid op de artikelen 10, 14, 15, 24 en 26;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 23 januari 1997 betreffende de voorwaarden van erkenning en subsidiëring van de bedrijven voor aangepast werk;

Gelet op het voorstel van het beheerscomité van de "Agence wallonne pour l'Intégration des Personnes handicapées" (Waals Agentschap voor de Integratie van Gehandicapte Personen);

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën;

Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 9 augustus 1980, 16 juni 1989 en 4 juli 1989;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de bepalingen van dit besluit onmiddellijk in werking moeten treden ten einde de negatieve effecten van de nieuwe subsidiëringsregels te ondervangen die na zes maanden toepassing aan het licht gebracht werden;

Op de voordracht van de Minister van Sociale Actie, Huisvesting en Gezondheid, Besluit :

Artikel 1.Dit besluit regelt, krachtens artikel 138 van de Grondwet, een aangelegenheid bedoeld in artikel 128, § 1, van de Grondwet.

Art. 2.Het tweede lid van artikel 6 van het besluit van de Waalse Regering van 23 januari 1997 betreffende de voorwaarden van erkenning en subsidiëring van de bedrijven voor aangepast werk wordt gewijzigd als volgt : « Het loonbedrag dat in aanmerking komt voor de toelage, mag niet hoger zijn dan BEF 535 per uur, gekoppeld aan het spilindexcijfer 119.53 van 1 mei 1996. »

Art. 3.Artikel 15 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met het volgende lid : « De in het eerste lid bedoelde toelage wordt berekend op grond van het loonbedrag dat verkregen wordt na eventuele uitbetaling van de in artikel 17 bedoelde toelagen. »

Art. 4.Het tweede lid van artikel 18 van hetzelfde besluit wordt gewijzigd als volgt : « Wat de tegemoetkomingen voor het kaderpersoneel betreft, kan de publiekrechtelijke rechtspersoon een toelage verkrijgen voor haar personeelsleden die hij op grond van een schriftelijke overeenkomst ter beschikking stelt van het bedrijf voor aangepast werk. »

Art. 5.Artikel 25 van hetzelfde besluit wordt gewijzigd als volgt : « In de opvangafdeling wordt de begeleiding van de gehandicapte personen waargenomen door : een instructeur, een opvoeder, een ergotherapeut of een personeelslid van niveau 1 - voltijds per groep van 6 gehandicapte personen die op basis van een beroepsaanpassingscontract in dienst genomen zijn; - of halftijds per groep van 3 gehandicapte personen die op basis van een beroepsaanpassingscontract in dienst genomen zijn. »

Art. 6.Het eerste en het tweede lid van artikel 26 worden gewijzigd als volgt : « Binnen de perken van de begrotingskredieten verleent het Agentschap voor het in het eerste lid van artikel 25 bedoelde personeel een toelage die gelijk is aan 100 % van het loon.

In geval van een voltijdse betrekking mag de tegemoetkoming van het Agentschap de volgende jaarlijks bepaalde bedragen niet overschrijden : 1° instructeurs : 1 074 530 BEF;2° opvoeders, ergotherapeuten of personeelsleden van niveau 1 : 1 343 155 BEF.»

Art. 7.Artikel 26 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met het volgende lid : « De tegemoetkoming van het Agentschap kan worden verleend voor voltijds begeleidingspersoneel tijdens de maand vóór de opening van een opvangafdeling. »

Art. 8.Het tweede lid van artikel 29 van hetzelfde besluit wordt gewijzigd als volgt : « Voor de vóór 1 januari 1997 in dienst genomen werknemers mag de toelage per uur gemiddeld niet lager zijn dan 98 % van het bedrag dat het bedrijf voor aangepast werk in de loop van het vierde trimester 1996 heeft ontvangen, na aftrek van de eventuele eindejaarspremies.

Het in het tweede lid vastgestelde bedrag is gekoppeld aan het spilindexcijfer 119.53 van 1 mei 1996. »

Art. 9.Artikel 30 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met de volgende leden : « Al naargelang de medische categorie van de gehandicapte werknemer, mag de tegemoetkoming van het Agentschap overeenkomstig artikel 5 van het ministerieel besluit van 23 maart 1970 de volgende jaarlijks bepaalde bedragen niet overschrijden : 1° directeur : 1 181 976 BEF, 1 378 972 BEF of 1 647 603 BEF;2° assistenten van de directeur : 886 482 BEF, 1 034 229 BEF of 1 235 702 BEF;3° leden van het meesterspersoneel : 709 190 BEF, 827 389 BEF of 988 569 BEF;4° bedienden : 709 190 BEF, 827 389 BEF of 988 569 BEF;5° maatschappelijk assistenten of psychopedagogen of gegradueerd maatschappelijk verplegers : 886 482 BEF, 1 034 229 BEF of 1 235 702 BEF. Deze bedragen zijn gekoppeld aan het spilindexcijfer 119.53 van 1 mei 1996 en worden gehalveerd, wat de halftijdse banen betreft. »

Art. 10.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1997.

Art. 11.De Minister van Sociale Actie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 30 oktober 1997.

De Minister-President van de Waalse Regering, belast met Economie, Buitenlandse Handel, KMO's, Toerisme en Patrimonium, R. COLLIGNON De Minister van Sociale Actie, Huisvesting en Gezondheid, W. TAMINIAUX