gepubliceerd op 14 augustus 2008
Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 17 juli 2003 tot bepaling van de integrale voorwaarden voor de opslag van brandbare vloeistoffen in vaste houders, met uitzondering van installaties voor bulkopslag van olieproducten en gevaarlijke stoffen alsook de opslag in benzinestations
24 JULI 2008. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 17 juli 2003 tot bepaling van de integrale voorwaarden voor de opslag van brandbare vloeistoffen in vaste houders, met uitzondering van installaties voor bulkopslag van olieproducten en gevaarlijke stoffen alsook de opslag in benzinestations
De Waalse Regering, Gelet op het decreet van 11 maart 1999 betreffende de milieuvergunning, inzonderheid op de artikelen 4, 5, 7, 8 en 9;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 17 juli 2003 tot bepaling van de integrale voorwaarden voor de opslag van brandbare vloeistoffen in vaste houders, met uitzondering van installaties voor bulkopslag van olieproducten en gevaarlijke stoffen alsook de opslag in benzinestations;
Overwegende dat dit besluit aan de Europese Commissie meegedeeld werd overeenkomstig artikel 8 van Richtlijn 98/34/EG van het Europees Parlement en van de Raad van 22 juni 1998 betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij; dat de Europese Commissie geen opmerking heeft gemaakt;
Gelet op het advies 43.458/2/V van de Raad van State, gegeven op 9 augustus 2007, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van de Minister van Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Leefmilieu en Toerisme, Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.In artikel 2 van het besluit van de Waalse Regering van 17 juli 2003 tot bepaling van de integrale voorwaarden voor de opslag van brandbare vloeistoffen in vaste houders, met uitzondering van installaties voor bulkopslag van olieproducten en gevaarlijke stoffen alsook de opslag in benzinestations worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in punt 1° worden de woorden "vaste tank" vervangen door het woord "tank"; 2° punt 3 wordt aangevuld als volgt : "Een ontoegankelijke bovengrondse tank is een tank met minstens één onzichtbare wand."; 3° in punt 4 worden de woorden "of het ophogingsmateriaal" tussen de woorden "aarde" en "rechtstreeks" ingevoegd;4° in punt 5 worden de woorden "of het ophogingsmateriaal" tussen de woorden "aarde" en "rechtstreeks" ingevoegd;5° in punt 8 worden de woorden ", begrensd door een vloer, muren en een dak van metselwerk of beton,waar de tanks worden geplaatst" vervangen door de woorden "waarvan de structuur uit vuurvaste materialen bestaat";6° punt 10 wordt geschrapt;7° in punt 11° wordt de hele zin geschrapt;8° in punt 12° wordt de code "NBN T52-110" vervangen door de code "EN ISO 2719";9° in punt 16 worden de woorden "technicus belast met de controle op de waterdichtheid van de tanks en buizen overeenkomstig de vigerende wetgeving" vervangen door de woorden "technicus erkend overeenkomstig artikel 634ter /4 van Titel III van het Algemeen Reglement op de arbeidsbescherming";10° in punt 17 worden de woorden "45004 of een deskundige die erkend is in 'Opslaginstallatie' vervangen door de woorden "ISO/CEI 17020 of deskundige erkend in het vak 'opslaginstallatie' overeenkomstig artikel 681/73 van Titel III van het Algemeen Reglement op de arbeidsbescherming";11° punt 18 wordt vervangen als volgt : "18° bestaande inrichting : inrichting die behoorlijk vergund is vóór de inwerkingtreding van dit besluit of waarvan de exploitatie gedekt is door een vergunning die is aangevraagd vóór de inwerkingtreding van het decreet van 11 maart 1999 betreffende de milieuvergunning.De inrichting gevestigd vóór de inwerkingtreding van dit besluit en waarvoor de uitbater elk document kan overleggen waaruit blijkt dat de tank vóór de inwerkingtreding van dit besluit geplaatst werd, wordt met een bestaande inrichting gelijkgesteld. De ombouw of uitbreiding van een inrichting die de uitbater vóór de inwerkingtreding van dit besluit vermeld heeft in het register bedoeld in artikel 10, § 2, van het decreet van 11 maart 1999 betreffende de milieuvergunning wordt met een bestaande inrichting gelijkgesteld; 12° de punten 11 tot 18 worden de punten 10 tot 17.
Art. 2.Artikel 3 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.
Art. 3.Artikel 5 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : "Elke tank is uitgerust met een overloopbeveiliging : fluit, elektronische sonde of elk ander gelijkwaardig systeem".
Art. 4.In artikel 6 van hetzelfde besluit worden de woorden "of van elke andere gelijkwaardige techniek" geschrapt.
Art. 5.In artikel 8 van hetzelfde besluit worden de woorden "en ingegraven ongeveer 0,30 m beneden de grond" geschrapt.
Art. 6.Artikel 10 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : "Elke tank wordt verbonden met ontluchtingsbuizen die in de open lucht uitmonden en is uitgerust met een systeem dat regen- en/of afvloeiend water alsook elk voorwerp tegenhoudt. De ontluchtingsbuizen zijn zo gedimensioneerd dat over- of onderdruk binnen de tank voorkomen kan worden."
Art. 7.Hetzelfde besluit wordt aangevuld met een artikel 10bis, luidend als volgt : "De vullingsopeningen van de tank of van de leiding zijn uitgerust met een schroefsysteem of met een gelijkwaardig systeem ten einde de dichtheid van de connectie tank/vrachtwagen te garanderen.
In geval van ingraving worden de vullingsopeningen in een waterdichte beschermingsruimte geplaatst.".
Art. 8.Punt 4, van artikel 11, van hetzelfde besluit wordt geschrapt.
Art. 9.Artikel 12, tweede lid, van hetzelfde besluit wordt opgeheven.
Art. 10.In artikel 13 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in paragraphe 3 worden de woorden ", in percent" tussen de woorden "liter" en "of" ingevoegd.2° er wordt een paragraaf 4 toegvoegd, luidend als volgt : " § 4.Het is verboden te peilen gedurende het vullen van de vaste tank. »
Art. 11.In artikel 15 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid worden de woorden "Wanneer een lekkage wordt vastgesteld in een tank" vervangen door de woorden "Wanneer een gebrekkige dichtheid wordt vastgesteld in een tank";2° punt 2 wordt geschrapt;3° in punt 3 worden de woorden "een dichtheidstest uitgevoerd door een erkende technicus" vervangen door de woorden "een dichtheidsproef uitgevoerd door een bevoegde deskundige";4° er wordt een paragraaf 2 toegvoegd, luidend als volgt : " § 2. Wanneer vastgesteld wordt dat de leidingen van een tank niet meer dicht zijn, worden die leidingen buiten bedrijf gesteld. Bij gebrek aan isolatiemiddel tussen de tank en de gebrekkige leidingen wordt de tank buiten bedrijf gesteld en zo spoedig mogelijk geledigd. »
Art. 12.In artikel 18 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de woorden "de aangever" worden vervangen door de woorden "de uitbater"; 2°de eerste zin van het eerste lid wordt aangevuld met de woorden "en de toezichthoudende ambtenaar"; 3° de laatste zin van het eerste lid wordt geschrapt.
Art. 13.Artikel 19 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : « Vóór de inbedrijfstelling wordt de gezamenlijke installatie onderworpen aan een dichtheidstest die door een bevoegde deskundige uitgevoerd wordt. »
Art. 14.Hetzelfde besluit wordt aangevuld met een artikel 19bis, luidend als volgt : "
Art. 19bis.§ 1. De tests en verificaties bedoeld in de artikelen 19, 34 en 43 zijn het voorwerp van notulen. Die notulen worden overgemaakt aan de uitbater, die ze ter inzage van de toezichthoudende ambtenaar legt. § 2. Na de tests en de verificaties bedoeld in paragraaf 1, wordt een zichtbaar, leesbaar, onvervalsbaar, onuitwisbaar en tegen koolwaterstoffen bestendig plaatje stevig vastgemaakt en met een loodje gevalideerd op de vullingsleiding. Dat plaatje vermeldt het adres van de tank, de personalia van de bevoegde deskundige of van de erkende technicus, de datum van de controle, de vervaldatum van de geldigheidsperiode van de test of van de verificatie.
Al naar gelang van de vaststellingen is het plaatje : 1° groen indien de tank, de leidingen en de toebehoren waterdicht zijn en aan deze voorwaarden voldoen;2° oranje indien de tank, de leidingen en de toebehoren waterdicht zijn alhoewel sommige herstellingen uitgevoerd moeten worden aan de veiligheidssystemen, de beschermingen, de systemen ter voorkoming van overloop.Er wordt ook een oranje plaatje aangebracht tijdens de interne expertise van de tank en in geval van niet naleving van deze voorwaarden; 3° rood indien de tank, de leidingen of de toebehoren niet waterdicht zijn. Dat plaatje wordt aangebracht op de dag van de test of van de verificatie. § 3. Alleen de tanks voorzien van een groen plaatje mogen gevuld en uitgebaat worden. De tanks voorzien van een oranje plaatje mogen nog gevuld worden gedurende een niet verlengbare overgangsperiode van maximum zes maanden. Die termijn dient om de tank, de leidingen en de toebehoren te herstellen. De tanks voorzien van een rood plaatje mogen niet meer gevuld worden."
Art. 15.In artikel 20 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de woorden "de aangever" worden vervangen door de woorden "de uitbater"; 2° in punt 6° worden de woorden "artikelen 3 en 34" vervangen door de woorden "artikelen 22, 22bis, 23, 23bis, 35, 36, 37 en 37bis ;" 3° in punt 9 worden de woorden "erkende technicus" vervangen door de woorden "bevoegde deskundige"; 4° er wordt een punt 11 toegvoegd, luidend als volgt : "11° de technische fiche van het materiaal dat gebruikt wordt om de inkuiping waterafstotend te maken.".
Art. 16.In artikel 22 van hetzelfde besluit worden de woorden "NBN I.03.001 voor horizontale cilindrische stalen tanks met één enkele wand, NBN I 03.001 voor horizontale cilindrische tanken met een dubbele wand" vervangen door de woorden "EN 12285-2 voor horizontale cilindrische stalen tanks met enkele en dubbele wand" en worden de woorden "de behandeling en de installatie" vervangen door de woorden "de installatie en de aansluiting".
Art. 17.Hetzelfde besluit wordt met een artikel 22bis aangevuld, luidend als volgt : "
Art. 22bis.De tanks die niet cylindrisch horizontaal zijn worden onder het toezicht van de bevoegde deskundige gebouwd, vervoerd, geplaatst en aangesloten volgens regels van goede praktijk met een veiligheidsgraad die aan genoemde normen voldoet."
Art. 18.Hetzelfde besluit wordt met een artikel 23bis aangevuld, luidend als volgt : "
Art. 23bis.De horizontale cilindrische stalen tanks met enkele wand uit versterkte thermohardende kunststoffen voldoen aan de bouwnormen NBN EN 976.1 en EN 13121-1 en aan de norm NBN T 41-014 voor het vervoer, de plaatsing en de aansluiting."
Art. 19.In artikel 24, § 1, van hetzelfde besluit wordt de code "EN 12.285-1" vervangen door de code "EN 12.285-2".
Art. 20.In artikel 25 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° paragraaf 1 wordt vervangen als volgt : "§ 1.De tanks met één enkele wand geplaatst in de open lucht, in een kelder of in een lokaal worden geïnstalleerd in een inkuiping die waterdicht is tegen brandbare vloeistoffen. In afwijking van artikel 22 wordt die stuwruimte vrijgehouden en is de inhoud ervan gelijk aan of groter dan die van de grootste tank."; 2° tussen paragraaf 1 en paragraaf 2 wordt de volgende paragraaf ingevoegd : "§ 2.Indien de kuil toegankelijk is, wordt voorzien in een ruimte van minstens 50 cm rondom de tank en van 20 cm tussen vloer en de onderste generator van de tank."; 3° paragraaf 2 wordt paragraaf 3.
Art. 21.In artikel 34 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de woorden "overeenkomstig de vigerende wetgeving" worden geschrapt;2° de woorden "een dichtheidstest" worden vervangen door de woorden "een dichtheidsproef";3° artikel 34 wordt aangevuld met de volgende leden : "De toebehoren van de tank, zoals het systeem bedoeld in artikel 5 en het systeem voor de permanente dichtheidscontrole worden op dezelfde tijdstippen door de erkende technicus nagekeken. De tijdstippen bedoeld in de vorige leden worden vastgelegd met ingang van de datum van aankoop van de tank of van de datum waarop de laatste controle is uitgevoerd."
Art. 22.Artikel 35 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt en ingevoegd in Hoofdstuk I van Titel III : "Elke tank wordt onder het toezicht van een bevoegde deskundige vervoerd, geplaatst en aangesloten overeenkomstig de voorschriften van de in de volgende artikelen bedoelde norm die erop toepasselijk is."
Art. 23.Hetzelfde besluit wordt aangevuld met een artikel 37bis, luidend als volgt : "
Art. 37bis.De tanks die niet cylindrisch horizontaal zijn worden onder het toezicht van de bevoegde deskundige gebouwd, vervoerd, geplaatst en aangesloten volgens regels van goede praktijk met een veiligheidsgraad die aan genoemde normen voldoet."
Art. 24.Artikel 38 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met de volgende zin : "Elke andere beschutting met een gelijkwaardige weerstand kan aangenomen worden voor zover de milieubeschermingsgraad ervan aan genoemde norm voldoet."
Art. 25.In artikel 39 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid van de Franse tekst wordt het woord "enfouis" vervangen door het woord "enterrés" en wordt het woord "ou" vervangen door het woord "soit";2° het tweede lid wordt opgeheven;3° in het vierde lid worden de woorden "Indien de tank niet toegankelijk is, is het voorzien" vervangen door de woorden "De tanks met enkele wand zijn voorzien" en wordt het woord "/of" geschrapt.
Art. 26.In artikel 43, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in de Franse tekst wordt het woord "enfouis" vervangen door het woord "enterrés";2° de woorden "volgens de vigerende wetgeving" worden vervangen door de woorden "die door een erkende technicus uitgevoerd wordt";3° in de Franse tekst worden de woorden "dont l'acquisition date" geschrapt;4° de woorden "de aanwervingsdatum" worden vervangen door de woorden "het bouwjaar".
Art. 27.Artikel 43, tweede lid, van hetzelfde besluit wordt aangevuld met de volgende zin : "De toebehoren van de tank, zoals het systeem bedoeld in artikel 5 en het systeem voor de permanente dichtheidscontrole worden op dezelfde tijdstippen nagekeken."
Art. 28.In artikel 43, derde lid, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het derde lid wordt aangevuld met de woorden "en om de drie jaar indien het bouwjaar van de tank niet vastgelegd kan worden";2° er wordt een tweede lid toegevoegd, luidend als volgt : "De toebehoren van de tank, zoals het systeem bedoeld in artikel 5 en het systeem voor de permanente dichtheidscontrole worden op dezelfde tijdstippen nagekeken.»
Art. 29.In arrtikel 43, vierde lid, worden de woorden "en 2" vervangen door de woorden "2 en 3".
Art. 30.In artikel 44 van hetzelfde besluit worden de woorden "overeenkomstig de vigerende wetgeving" geschrapt.
Art. 31.In artikel 46, tweede lid, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de punten 1°, 4° en 5° worden vervangen door de volgende punten : "1° de artikelen 11, 1°, en 3°, 19bis, § 3 en 20, 1° tot 9° en 11° zijn niet van toepassing op de bestaande inrichtingen;4° indien de bestaande bovengrondse tanks niet in een kuil liggen, worden de visuele verificaties of de dichtheidsproeven bedoeld in artikel 34 om de drie jaar uitgevoerd;5° indien de bestaande inrichtingen niet uitgerust zijn met een voorziening voor de dichtheidscontrole met visueel- of geluidsalarmsysteem, worden de leidingen en toebehoren ervan om de drie jaar aan een dichtheidsproef onderworpen; 2° er wordt een punt 7 toegvoegd, luidend als volgt : "7° artikel 12 is niet van toepassing op de bestaande bovengrondse tanks die in een kuil liggen en die met succes een dichtheidsproef hebben doorstaan."
Art. 32.Hetzelfde besluit wordt aangevuld met een artikel 46bis, luidend als volgt : "De artikelen 634ter /1, 634ter /2, 634ter /3, 634ter /5, §§ 2 en 3, en 634quater, van het Algemeen Reglement op de arbeidsbescherming worden opgeheven voor wat betreft de inrichtingen bedoeld in dit besluit.".
Art. 33.Dit besluit is van toepassing op de inrichtingen die behoorlijk vergund of aangegeven zijn vóór de inwerkingtreding van dit besluit en op de verbouwing of uitbreiding van een inrichting die de uitbater vóór de inwerkingtreding van dit besluit heeft opgenomen in het register bedoeld in artikel 10, § 2, van het decreet van 11 maart 1999 betreffende de milieuvergunning.
Art. 34.De Minister van Leefmilieu is belast met de uitvoering van dit besluit.
Namen, 24 juli 2008.
De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Leefmilieu en Toerisme, B. LUTGEN