gepubliceerd op 14 januari 2009
Besluit van de Waalse Regering tot uitvoering van het besluit van de Waalse Regering van 19 december 2008 tot wijziging, voor het jachtseizoen 2008-2009, van het besluit van de Waalse Gewestexecutieve van 22 april 1993 betreffende het afschotplan voor de jacht op edelhert
24 DECEMBER 2008. - Besluit van de Waalse Regering tot uitvoering van het besluit van de Waalse Regering van 19 december 2008 tot wijziging, voor het jachtseizoen 2008-2009, van het besluit van de Waalse Gewestexecutieve van 22 april 1993 betreffende het afschotplan voor de jacht op edelhert
De Minister van Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Leefmilieu en Toerisme, Gelet op de jachtwet van 28 februari 1882, inzonderheid op artikel 1quater, 7 en 30bis ;
Gelet op het besluit van de Waalse Gewestexecutieve van 22 april 1993 betreffende het afschotplan voor de jacht op edelhert, gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 6 mei 2004;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 19 december 2008 tot wijziging, voor het jachtseizoen 2008-2009, van het besluit van de Waalse Gewestexecutieve van 22 april 1993 betreffende het afschotplan voor de jacht op edelhert, inzonderheid op artikel 2;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat het strikt noodzakelijk is het minimale afschotplan, opgelegd voor de dieren van het soort edelhert die in een niet-beboste omgeving vertoeven, na te leven zodat het evenwicht tussen fauna en flora opnieuw bereikt wordt en zodoende de biodiversiteit in stand te houden, de schade aan de land- en bosbouw te verminderen en de voorwaarden vereist voor de boscertificering te handhaven, Besluit :
Artikel 1.§ 1. In elke jachtraad of jachtraadsector waar het minimale afschotplan, opgelegd voor het jachtjaar 2008-2009 inzake de dieren van het soort edelhert die in een niet-beboste omgeving vertoeven, niet gehaald wordt op de datum van 31 december 2008 inbegrepen, krijgen de houders van een jachtrecht die lid zijn van die raad in de betrokken sector de toelating om tot vernietiging over te gaan door bers- en loerjacht, van één uur voor de officiële zonsopgang tot één uur na de officiële zonsondergang, tot 20 januari 2009 inbegrepen, op hun respectievelijke grondgebieden in niet-beboste omgeving tegen het maximum toegelaten door het jachtplan voor het betrokken gebied af te schieten, zelfs als ze reeds op 31 december 2008 de hen door hun jachtraad toegekende afschotmogelijkheden hebben opgebruikt.
In elke jachtraad of jachtraadsector waar het minimale afschotplan, opgelegd voor het jachtjaar 2008-2009 inzake de dieren van het soort edelhert die in een niet-beboste omgeving vertoeven, niet gehaald wordt op de datum van 20 januari 2009 inbegrepen, kan de directeur van het betrokken Departement Natuur en Bossen na schriftelijk bevel van de Minister enkel in de jachtgebieden waar het minimum, opgelegd door de jachtraad, nog niet gehaald is, in de bossen die onder bosregeling vallen, hetvolgende organiseren en coördineren : 1. het afschieten bij bers- en loerjacht door elk personeelslid van het Departement Natuur en Bossen die houder is van een geldige jachtvergunning tegen het minimum opgelegd bij het afschotplan;2. één of verschillende vernietigingsklopjachten, « administratieve klopjachten » genoemd, tegen het minimum opgelegd bij het afschotplan. De directeur van het Departement Natuur en Bossen : - bepaalt daartoe de meest geschikte plaatsen om die verrichtingen uit te voeren; - kan als schutter elk personeelslid van het Departement Natuur en Bossen opeisen die houder is van een geldige jachtvergunning; - kan de houders van het jachtrecht van de betrokken gebieden en elke houder van een geldige jachtvergunning verzoeken aan de administratieve klopjachten deel te nemen.
Die verrichtingen kunnen gehouden worden tot en met 31 januari 2009.
Art. 2.De vernietiging van de dieren die in een niet-beboste omgeving vertoeven kan enkel gebeuren met de middelen bepaald bij het besluit van de Waalse Regering van 22 september 2005 houdende regeling van het gebruik van vuurwapens en van hun munitie met het oog op het uitoefenen van de jacht, evenals met sommige jachtprocédés of -technieken.
Art. 3.Het vervoer en het op de markt brengen van de vernietigde dieren overeenkomstig de bepalingen van artikel 1, § 1, van dit besluit door voornoemde houders van het jachtrecht worden toegelaten tot en met 30 januari 2009.
De overeenkomstig de bepalingen van artikel 1, § 2, van dit besluit vernietigde dieren worden na diergeneeskundige expertise en verpakking bij een erkend versnijder door de burgemeester van de gemeente ter beschikking gesteld van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn of van een VZW die ertoe strekt de minstbedeelden bij te staan.
Elk vervoer van het soort edelhert afgeschoten overeenkomstig dit besluit, vanaf de plaats zelf waar het afgeschoten is tot de plaats van het versnijden, wordt enkel toegelaten indien het dier tussen de pees en het been van één van zijn achterpoten de band draagt verstrekt door het Departement Natuur en Bossen.
Elk vervoer van ter uitvoering van dit besluit afgeschoten edelherten wordt enkel toegelaten als de vervoerder in het bezit is van een vaststelling waarbij bevestigd wordt dat het dier afgeschoten of dood is.
Art. 4.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2009.
Namen, 24 december 2008.
B. LUTGEN