Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 21 februari 2013
gepubliceerd op 15 april 2013

Besluit van de Waalse Regering tot definitieve aanneming van de gewestplannen La Louvière-Zinnik en Thuin-Chimay met het oog op de opneming van de reserveringsomtrek voor de N54 Charleroi-Erquelinnes, baanvak Lobbes-Erquelinnes

bron
waalse overheidsdienst
numac
2013027085
pub.
15/04/2013
prom.
21/02/2013
ELI
eli/besluit/2013/02/21/2013027085/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

21 FEBRUARI 2013. - Besluit van de Waalse Regering tot definitieve aanneming van de gewestplannen La Louvière-Zinnik en Thuin-Chimay met het oog op de opneming van de reserveringsomtrek voor de N54 Charleroi-Erquelinnes, baanvak Lobbes-Erquelinnes


De Waalse Regering, Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 17 juli 2009 tot regeling van de werking van de Regering;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 15 december 2012 tot vaststelling van de verdeling van de ministeriële bevoegdheden en tot regeling van de ondertekening van haar akten;

Gelet op het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw, Patrimonium en Energie, inzonderheid op de artikelen 22, 23, 40, 42, 43, 44 en 452/25;

Gelet op het gewestelijk ruimtelijk ontwikkelingsplan (SDER), aangenomen door de Waalse Regering op 27 mei 1999;

Gelet op het besluit van de Waalse Gewestexecutieve van 9 juli 1987 tot oprichting van het gewestplan La Louvière-Zinnik, inzonderheid gewijzigd bij de besluiten van de Waalse Regering van 1 april 1999, 16 januari 2003, 19 februari 2004 en 22 april 2004;

Gelet op het koninklijk besluit van 10 september 1979 tot oprichting van het gewestplan Thuin-Chimay, inzonderheid gewijzigd bij de besluit van de Waalse Gewestexecutieve van 20 juli 1989, 29 juli 1993, 10 februari 1994 en 20 november 1997 en bij de besluiten van de Waalse Regering van 1 april 1999, 28 februari 2002 en 22 april 2004;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 16 december 2010 (Belgisch Staatsblad van 12 januari 2011) waarbij beslist wordt om de gewestplannen La Louvière-Zinnik en Thuin-Chimay aan een herziening te onderwerpen met het oog op de opneming van het ontwerp-tracé voor de brede snelverkeersweg 12 Charleroi-Erquelinnes, baanvak Lobbes-Erquelinnes en de reservingsomtrek ervan;

Gelet op de bezwaarschriften en opmerkingen die ingediend werden tijdens het openbaar onderzoek dat tussen 7 februari en 23 maart 2011 in de gemeenten Anderlues, Erquelinnes, Lobbes en Merbes-le-Château, zoals bepaald in artikel 4 van het Wetboek;

Gelet op de informatievergadering die op 16 februari 2011 in Mont-Sainte-Geneviève heeft plaatsgevonden;

Gelet op de afsluitende vergaderingen van het openbaar onderzoek, die in Anderlues en Lobbes op 23 maart 2011, in Merbes-le-Château op 24 maart 2011, en in Erquelinnes op 25 maart 2011 gehouden werden;

Gelet op de overlegvergaderingen die na afloop van het openbaar onderzoek in Anderlues en Mont-Sainte-Geneviève op 29 mars 2011, en in Erquelinnes en Merbes-le-Château op 31 maart 2011 gehouden werden;

Gelet op het advies van de gemeenteraad van Anderlues van 26 april 2011, overgemaakt met inachtneming van de termijnen van artikel 43, § 3, van het Wetboek;

Gelet op het advies van de gemeenteraad van Erquelinnes van 5 mei 2011, overgemaakt met inachtneming van de termijnen van artikel 43, § 3, van het Wetboek;

Gelet op het advies van de gemeenteraad van Lobbes van 27 april 2011, overgemaakt met inachtneming van de termijnen van artikel 43, § 3, van het Wetboek;

Gelet op het advies van de gemeenteraad van Merbes-le-Château van 29 april 2011, overgemaakt met inachtneming van de termijnen van artikel 43, § 3, van het Wetboek;

Gelet op het advies van de « Commission régionale d'Aménagement du Territoire » (CRAT, Gewestelijke Ruimtelijke Ordeningscommissie) van 14 juli 2011 met referte ref : 11/CRAT A.985-AN, overgemaakt na verstrijken van de termijn van artikel 43, § 4, lid 2, van het Wetboek;

Gelet op het advies van de « Conseil wallon de l'Environnement pour le Développement durable » (Waalse Raad voor Leefmilieu voor Duurzame Ontwikkeling) van 24 juni 2011 met referte CEDD/11/CS.730, overgemaakt met inachtneming van de termijn van artikel 43, § 4, lid 2, van het Wetboek;

Gelet op het advies verstrekt door het Operationeel Directoraat-generaal Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu van de Waalse Overheidsdienst op 19 juli 2011 met referte FP/fp/2011-RPS-0052/Sortie PO 2011 : 20901, overgemaakt met inachtneming van de termijn van artikel 43, § 4, lid 2, van het Wetboek;

Overwegende dat het ontwerp-plan met als bijlage het effectenonderzoek en de eventuele onderzoeken naar grensoverschrijdende gevolgen overgemaakt werd aan de prefect van de Franse Regio Nord-Pas-de-Calais in een schrijven van 7 februari 2011, met als referte RD/RW/DPi/21796/32666, overeenkomstig artikel 3 van het besluit van de Waalse Regering van 16 december 2010 tot voorlopige aanneming van de ontwerp-herziening van de gewestplannen La Louvière-Zinnik en Thuin-Chimay; dat die overheid tot op heden nog geen op- of bemerking bij de Waalse Regering heeft ingediend;

Algemene opmerkingen : Overwegende dat de Waalse Regering de gezamenlijke op- en bemerkingen aandachtig heeft bekeken;

Overwegende dat sommige op- en bemerkingen betrekking hebben op vragen die niet onder het gewestplan vallen, zoals bijvoorbeeld de actuele hinder van deze of gene onderneming, de toename van de criminaliteit in het betrokken gebied enz.;

Overwegende dat regelmatig blijkt dat de bezwaren elkaar tegenspreken;

Overwegende dat talrijke bezwaren of bemerkingen van algemene aard zijn en niet gestaafd worden door concrete elementen;

Overwegende dat sommige bezwaren en bemerkingen betrekking hebben op de ontsluiting van de toekomstige verkeersweg en niet op het gewestplan zelf; dat die vragen beantwoord moeten worden in de administratieve beslissingen - hoofdzakelijk de administratieve vergunningen - die specifiek betrekking hebben op de uitvoering van het gewestplan;

Overwegende dat bezwaren beantwoord kunnen worden met bemerkingen van algemene aard waarin de bezwaarindieners een antwoord kunnen vinden op hun tegenwerpingen;

Overwegende dat het stilzwijgen van de Franse overheid zonder gevolg is voor het verderzetten van de procedure, met dien verstande dat het Waalse Gewest voldaan heeft aan de verplichtingen uit het Verdrag van Espoo inzake milieueffectrapportage in grensoverschrijdend verband door haar de mogelijkheid te bieden haar op- en bemerkingen in verband met het ontwerp-plan binnen een redelijke termijn te gelde te maken;

Overwegende dat de bezwaren en bemerkingen betrekking hebben op volgende punten : Voorbijgestreefd en onvolledig karakter van het effectenonderzoek Overwegende dat sommige bezwaarindieners wijzen op het voorbijgestreefd, onvolledig, subjectief en partijdig karakter van het effectenonderzoek;

Overwegende dat sommige bezwaarindieners achten dat de cijfers uit de verkeerstellingen te oud zijn (2002); dat het grensoverschrijdend verkeer buiten beschouwing werd gelaten;

Overwegende dat sommige bezwaarindieners achten dat de verkeerstellingen een onderscheid hadden moeten maken tussen de verschillende soorten voertuigen;

Overwegende dat sommige bezwaarindieners opwerpen dat de auteur van het effectenonderzoek de lopende en toekomstige ontwikkelingen negeert (intercommunaal mobiliteitsplan Haute-Sambre - gemeentelijke landelijk ontwikkelingsprogramma Lobbes - ringweg rond Binche);

Overwegende dat sommige bezwaarindieners opwerpen dat de auteur van het onderzoek sommige onrechtstreekse gevolgen van de opneming van de toekomstige snelverkeersweg op het gewestplan niet beoordeelt;

Overwegende dat de gemeenteraden van Lobbes en Merbes-le-Château vaststellen dat het onderzoek geen rekening houdt met het intercommunaal mobiliteitsplan dat ze in september 2009 hebben goedgekeurd;

Overwegende dat de gemeenteraad van Merbes-le-Château acht dat het effectenonderzoek onvolledige gegevens, onvoldoende ingewerkte methodologische beginselen en aanvechtbare redeneringen bevat;

Advies van de geraadpleegde instanties Overwegende dat de CWEDD acht dat de auteur van het onderzoek een onderzoek van voldoende kwaliteit geleverd heeft en dat de overheid er de gegevens in zal vinden om haar beslissing te treffen;

Overwegende dat de CWEDD het naar waarde geacht zou hebben om over gegevens te beschikken die het ontwerp aanbelangen, zoals opgenomen in het intercommunaal mobiliteitsplan van Haute-Sambre, aangenomen in 2009;

Overwegende dat de CWEDD het feit betreurt dat dit onderzoek in meerdere van zijn bestanddelen (mobiliteit : 2007, landbouw : 2003) reeds ver in het verleden ligt;

Overwegende dat de CRAT acht dat het effectenonderzoek van goede kwaliteit is;

Overwegende dat de CRAT vooral het feit naar waarde heeft geschat dat het leefmilieuonderzoek volledig is;

Antwoord van de Waalse Regering Overwegende dat het effectenonderzoek in september 2008 werd ingediend, voor de aanneming van het intercommunaal mobiliteitsplan van de gemeenten Lobbes, Merbes-le-Château en Erquelinnes; dat de auteur van het onderzoek evenwel geïnformeerd heeft naar de toen lopende onderzoeken en ernaar verwijst;

Overwegende dat dit eveneens het geval is voor het gemeentelijk landelijk ontwikkelingsprogramma van de gemeente Merbes-le-Château, goedgekeurd door de Waalse Regering op 19 april 2012;

Overwegende dat de onverenigbaarheid van het ontwerp van de Waalse Regering met de bepalingen van intercommunaal mobiliteitsplan van Erquelinnes, Lobbes en Merbes-le-Château genuanceerd dient te worden daar laatstgenoemd plan de noodzaak erkent om een oost-westelijke verbinding door het betrokken gebied aan te leggen;

Overwegende dat de opties vastgelegd door de gewestelijke overheid van toepassing zijn op de plannen, programma's en schema's vastgelegd door de gemeentelijke overheden;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek de cijfers benut heeft van een verkeerstelling uit 2007, aangevuld met bepaalde tellingen waargenomen in de jaarlijkse verkeersonderzoeken;

Overwegende dat de cijfers van vier verkeerstelposten gelegen bezuiden de Samber in overweging zijn genomen door de auteur van het onderzoek;

Overwegende dat sommige van die tellingen informaties verstrekken over de types voertuigen;

Overwegende dat de auteur van onderzoek duidelijk erop wijst dat hij niet kon beschikken over cijfers van verkeerstellingen in het grensoverschrijdend verkeer, geschat op +/- 3 400 voertuigen per dag; dat de onderzoeken naar afkomst en bestemming hem evenwel ertoe in staat stellen te schrijven dat er meer Fransen naar België komen werken dan omgekeerd;

Overwegende dat de Waalse Regering vaststelt dat de auteur van het onderzoek, hoewel de gegevens in verband met de bedrijfszetels van 2003 dateren, de beoordeling van het aantal getroffen landbouwers en het cijfer van landbouwgrondverliezen heeft kunnen bijstellen dankzij het landbouwperceelplan van 2007;

Overwegende dat artikel 42 van het Wetboek niet vereist dat er in het effectenonderzoek een onderscheid wordt gemaakt tussen het onderzoek van de rechtstreekse effecten en het onderzoek van de onrechtstreekse effecten van de opneming van een verkeersweg in een gewestplan;

Methode - keuze van de criteria Overwegende dat sommige bezwaarindieners bepaalde gegevens van de methode gebruikt door de auteur van het onderzoek betwisten; keuze van de omtrek van het onderzoek, beoordeling van woon-werkverkeer, mazen, landschapseenheden, wegingen enz.;

Overwegende dat sommige bezwaarindieners de beoordeling van meerdere criteria betwisten, gekozen door de auteur van het onderzoek (landbouwactiviteit, landschap enz.) en de weging die hij voorstelt waardoor hij het ontwerp-tracé genoemd « Central 6+ » zijn voorkeur verleent;

Overwegende dat de gemeenteraad van Merbes-le-Château acht dat de auteur van het onderzoek de indicator « bos » te hoog en de effecten op de landbouwactiviteit te laag inschat;

Advies van de instanties Overwegende dat de CRAT vooral de gestructureerde en methodische benadering van het project naar waarde heeft geschat;

Antwoord van de Waalse Regering Overwegende dat er een onderscheid dient te worden gemaakt tussen de methode aangewend door de auteur van het onderzoek om de 25 voorgestelde alternatieven van het tracé met het oog op de selectie van de meest relevante voor het verdere onderzoek en de methode die hij gebruikt heeft om de leefmilieueffecten te beoordelen;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek de ontwerp-tracés die beide bestaande baanvakken van de N54 met elkaar verbinden heeft vergeleken in een omtrek bestaande uit een lint van 1 500 m gelegen aan weerskanten ervan, naar het zuiden uitgebreid naar de Sambervallei en naar het zuiden uitgebreid naar de dorpen Buvrinnes en Estinnes-au-Mont;

Overwegende dat de berekening van de verschillende descriptoren is verricht voor elke schakel betrokken bij de reserveringsomtrek van de verkeersweg en dus niet afhankelijk is van de ligging van het ontwerp-tracé in die verkeersader;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek de effecten van de ontwerp-tracés geselecteerd voor de inneming van de toekomstige weg (30 m pal op ontwerp-tracé) en voor sommige criteria voor de reserveringsomtrek (150 m pal op het ontwerp-tracé) heeft beoordeeld;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek de beoordeling die hij in 2004 heeft uitgevoerd heeft aangevuld met verschillende criteria;

Overwegende dat de tien samenvattende criteria die de auteur van het onderzoek vastgelegd heeft het gehele veld van de effecten van een effectenonderzoek naar artikel 42 van het Wetboek bestrijken;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek zich ingezet heeft om elk criterium dat hij onderzocht heeft, te becijferen om onderlinge vergelijkingen te kunnen maken; dat hij elke gebruikte werkwijze omschrijft;

Overwegende dat de scores die voor elk van de tien samenvattende criteria zijn bereikt zelf uit het samenbrengen van meerdere criteria voortvloeien;

Overwegende dat die werkwijze een objectieve meting van de effecten voor de verschillende onderzochte ontwerp-tracés en een onderlinge vergelijking mogelijk maakt;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek de ontwerp-tracés vervolgens heeft gerangschikt aan de hand van de wegingen die voor de onderzochte criteria zijn gebruikt; dat hij telkens de gebruikte werkwijze verduidelijkt;

Overwegende dat de indicator « bos » hetzelfde « gewicht » heeft als de landbouwindicator wat betreft de vergelijkende analyse van de performantie van de 25 alternatieve tracés die de auteur van het onderzoek in fase I van zijn onderzoek heeft verricht;

Overwegende dat de landbouw een volledig criterium op zich is in de reeks van tien samenvattende criteria geselecteerd door de auteur van het onderzoek met het oog op de milieueffectbeoordeling; dat de vergelijking tussen de stroken gebruikt voor gewassen, weideland of bossen slechts van gedeeltelijke invloed is op het samenvattende criterium « landschap »;

Overwegende dat de effecten uit de toekomstige verkeersader op de landbouwactiviteit mee in overweging zijn genomen en dat het onderzoek op dat punt werd aangevuld;

Overwegende dat de Waalse Regering in dat opzicht erop wijst dat het feit dat het landbouwcriterium een zware weging krijgt de conclusies van de auteur van het onderzoek niet wijzigt wat de keuze betreft van het zgn. « Central 6 »-tracé;

Overwegende dat noch het advies van de CWEDD noch het advies van de CRAT van dien aard zijn dat ze de werkwijze van de auteur in twijfel zouden trekken en geenszins gaten gevonden hebben in de keuze van de criteria;

Nagestreefde doelstellingen - behoeften Overwegende dat sommige bezwaarindieners vragen hebben bij de doelen nagestreefd door de Waalse Regering en zich afvragen of ze wel in de lijn liggen van het huidige R.O.-beleid;

Overwegende dat sommige bezwaarindieners achten dat de doelen nagestreefd door de Waalse Regering tegen de huidige beleidslijnen in gaan, die eerder streven naar duurzame mobiliteit, spaarzaam bodemgebruik, lagere leefmilieueffecten, een betere leefomgeving enz.;

Overwegende dat sommige bezwaarindieners achten dat de veronderstelling dat de economische groei van verkeersaders afhangt heden ten dage voorbijgestreefd is;

Overwegende dat sommige bezwaarindieners achten dat de evolutie van de werkelijke sociaal-economische toestand van de « industriële » bekkens van Maubeuge en Charleroi wel vragen doet rijzen in verband met de relevantie van het doel van de Waalse Regering;

Overwegende dat sommige bezwaarindieners vaststellen dat de toekomstige verkeersader geen verbetering inhoudt voor de toegang tot het industriegebied van Solre-sur-Sambre, waarvan het verkeer toch altijd door Merbes-le-Château zal moeten trekken;

Overwegende dat sommige bezwaarindieners vaststellen dat indien de behoefte aangetoond zou zijn, die verkeersweg al lang geleden zou zijn aangelegd;

Overwegende dat sommige bezwaarindieners achten dat de toekomstige verkeersader niet inspeelt op een behoefte van de plaatselijke bevolking maar op een behoefte van een externe bevolkingsgroep;

Overwegende dat sommige bezwaarindieners achten dat het ontwerp-tracé gekozen door de Waalse Regering geen voldoende antwoord biedt op de doorsteek van Lobbes door het vrachtverkeer en de bediening van de kliniek van Lobbes en het ambachtelijk gebied van Thuin, noch op de verkeershinder voor de betrokken omwonenden;

Overwegende dat sommige bezwaarindieners vragen dat rekening wordt gehouden met de kostprijs voor de ringweg rond Lobbes bij de globale kostprijsberekening van de toekomstige verkeersweg;

Overwegende dat sommige bezwaarindieners voorstellen om de dienstverlening van het openbaar vervoer in het gebied te verbeteren en uit te breiden of het bestaande wegennet aan te passen aan de hand van alternatieven voor de aanleg van de toekomstige verkeersader;

Overwegende dat sommige bezwaarindieners drie plaatselijke oplossingen voor de aanleg van de weg voorstellen als alternatief voor het ontwerp van de Waalse Regering aangaande de drie problematische gebieden : Lobbes-Bonniers, Bienne-lez-Happart en Merbes-le-Château;

Overwegende dat sommige bezwaarindieners achten dat de toekomstige verkeersader op zodanige wijze de spoorlijn Charleroi-Erquelinnes beconcurreert dat de NMBS dat argument zou kunnen aanwenden om de sluiting te beslissen;

Overwegende dat de gemeenteraad van Merbes-le-Château verbaasd is over het belang om het industriegebied van Solre-sur-Sambre via de weg te ontsluiten terwijl er een spoorverbinding bestaat; dat de dorpskern onder het zware vrachtverkeer gebukt zal gaan;

Advies van de geraadpleegde instanties Overwegende dat de CWEDD het feit betreurt dat het onderzoek naar de verantwoordingen van het ontwerp, met onder andere uitblijvende informatie over grensoverschrijdende bewegingen, aan de zwakke kant is;

Overwegende dat de CWEDD vaststelt dat niet aangetoond werd dat het ontwerp voor betere economische relaties zal zorgen tussen het handelsgebied Maubeuge en het handelsgebied Charleroi, dat beide activiteitspolen en het handelsgebied Solre-sur-Sambre, dat nu al te lijden heeft onder de rechtstreekse concurrentie van de handelskernen van regio Charleroi, aan aantrekkingskracht zullen winnen;

Overwegende dat de CWEDD vaststelt dat het ontwerp zal aanzetten tot autoverkeer om de hoofdzakelijk oostelijk gelegen aantrekkingspolen te bereiken : Charleroi, Namen en Brussel, hoewel de tijdswinst hoogstens negen à tien minuten zal bedragen vanuit Erquelinnes richting Charleroi en Brussel;

Overwegende dat de CWEDD vaststelt dat het ontwerp geen verkeersproblemen oplost, met name in Lobbes;

Overwegende dat de CRAT vaststelt vast dat dit ontwerp : - voor een wegverbinding zal zorgen tussen de industriegebieden van Charleroi en Maubeuge-Valenciennes; - een oplossing zal kunnen bieden voor het belangrijke knelpunt in de bediening van de omliggende Sambergemeenten richting Charleroi en Brussel; - de economische ontwikkeling in de regio zal verbeteren dankzij een betere bereikbaarheid van de economische bedrijfsruimten Solre-sur-Sambre en Thuin-Lobbes;

Antwoord van de Waalse Regering Overwegende dat erop gewezen dient te worden dat de Waalse Regering op 4 oktober 2001 beslist heeft de gewestplannen La Louvière-Zinnik en Thuin-Chimay te herzien om de bereikbaarheid van het gebied Charleroi over de weg te verbeteren;

Overwegende dat de argumenten aangevoerd door de Waalse Regering voor de aanleg van een nieuwe wegeverbinding de volgende zijn : - noodzaak om voor een wegverbinding te zorgen tussen de industriegebieden van Charleroi en Maubeuge-Valenciennes; - aanleg van een weg die gedeeltelijk druk wegneemt van de autoroute de Wallonie en de autosnelweg Doornik-Rijsel; - bediening van de omliggende Sambergemeenten richting Charleroi en Brussel; - snellere economische ontwikkeling in die regio, in het bijzonder de winkelgebieden Solre-sur-Sambre en Thuin-Lobbes;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek de behoefte aan de aanleg van de overwogen verkeersweg verantwoord heeft op internationale, regionale, subregionale en lokale schaal; dat erop gewezen dient te worden dat het verkeer tussen 2002 en 2007 met gemiddeld 15 % steeg in de onderzoeksomtrek;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek eveneens de vermoedelijke evolutie van de leefmilieutoestand van de onderzoeksomtrek heeft onderzocht mocht de verkeersinfrastructuur niet aangelegd worden, zoals het gebruik van sluipwegen door weggebruikers bij druk verkeer of files, om te besluiten dat het bestaande wegennet het hele verkeer binnen vijftien jaar niet alleen zal kunnen opslorpen bij constante verhoging van het verkeer en wagenpark naar het beeld van de laatste jaren;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek genuanceerder is wat betreft de impact van de toekomstige verkeersweg op de versterking van de economische rol van het betrokken gebied;

Overwegende dat hij de mening is toegedaan dat het netwerk van reeds gevestigde kleine en middelgrote bedrijven vermoedelijk profijt zal kunnen trekken uit de betere bereikbaarheid, zowel op Belgisch als op Frans grondgebied, wat eveneens geldt voor de handelsgebieden Solre-sur-Sambre en Thuin-Chimay, waarbij hij erop wijst dat een betere bereikbaarheid van laatstgenoemden een noodzakelijke maar onvoldoende voorwaarde voor hun ontplooiing is;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek het woon-werk-verkeer heeft onderzocht, evenals de arbeidsgerelateerde verkeersbewegingen, en daaruit besluit dat de as Charleroi-Maubeuge zeer duidelijk ingebed is in de logica van het werkverkeer; dat dit inspeelt op een sociale en economische behoefte, daarin inbegrepen voor de bevolking woonachtig in het onderzoeksgebied;

Overwegende dat de conclusies van de auteur van het onderzoek naar de attractiviteitspolen Charleroi en Maubeuge-Valenciennes rekening houden met hun huidige economische dynamiek;

Overwegende dat het ontwerp-tracé gekozen door de Waalse Regering een kortere afstand mogelijk maakt voor het verkeer naar en van het handelsgebied Solre-sur-Sambre op het plaatselijk wegennet; dat dit bijdraagt tot een betere ontsluiting;

Overwegende dat de uitbreiding van het wegennet naar de Samber en de spoorlijn eveneens zou kunnen bijdragen tot een kleinere belasting van het wegverkeer, waarvan de effecten het schadelijkst zijn;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek daarnaast in het onderzochte gebied drie activiteitspolen (de werkhuizen Jean Regniers, de autokeuring en de zandgroeven gelegen in het « bois du chêne Houdiez ») heeft onderscheiden, die in de toekomst aanleiding zou kunnen geven tot een druk auto- en vrachtverkeer, waarvan de druk dan door de aanleg van de toekomstige weg weggenomen zou kunnen worden;

Overwegende dat de conclusies van het effectenonderzoek, evenals de aanvullende analyses aangevraagd door de CRAT in verband met de verzadiging van het bestaand wegennet, bijgedragen heeft tot de optie van de Waalse Regering, namelijk de aanleg van een nieuwe weginfrastructuur in eigen bedding tussen Lobbes en Erquelinnes eerder dan de gerichte heraanleg van het bestaand wegennet of de verbetering dan wel ontplooiing van het openbaar vervoersaanbod in het betrokken gebied, zoals geopperd door sommige bezwaarindieners;

Overwegende dat de mobiliteitsbehoeften die de Waalse Regering wil tegemoetkomen inderdaad niet ingevuld kunnen worden door die alternatieven waarvan de performantiegraad op dat vlak onvoldoende is; dat de overtuiging van de CRAT in verband met de noodzaak om een nieuwe weg aan te leggen onaangetast is gebleven;

Overwegende dat deze herziening van de gewestplannen La Louvière-Zinnik en Thuin-Chimay daarentegen er niet toe strekt, als oplossing te dienen voor de problemen in verband met de doorsteek van Lobbes voor het vrachtverkeer en de bediening van de daar gelegen kliniek;

Overwegende dat, gelet op het effectenonderzoek, niets kan wijzen op een negatief effect van de toekomstige verkeersader op dat vlak; dat een wijk zoals « Les Bonniers » zelfs een verbetering zou moeten vaststellen op verkeersvlak in termen van verkeersdrukte, die heden zwaar is, doordat de aan te leggen ringweg via de N562 of de « rue de Binche » overwogen zou kunnen worden zodra het probleem van de breedte van de Portelette opgelost is;

Overwegende dat een ontwerp-ringweg voor de Portelette ter studie voorligt; dat de kostprijs van de werken evenwel niet op rekening kan komen van deze herziening van de gewestplannen La Louvière-Zinnik en Thuin-Chimay daar ze niet in dat verband gemaakt worden;

Keuze van het tracé Overwegende dat sommige bezwaarindieners betreuren dat afgezien werd van het noordelijk ontwerp-tracé en dat daar weinig argumenten voor aangevoerd werden;

Overwegende dat sommige bezwaarindieners erop wijzen dat dit noordelijk ontwerp-tracé opgenomen was op het gewestplan; dat de CRAT zich meerdere keren voor die optie uitgesproken heeft; dat er reeds onteigeningen zijn verricht met het oog op de uitvoering van het ontwerp-tracé;

Overwegende dat sommige bezwaarindieners erop wijzen dat dit noordelijke ontwerp-tracé reeds volledig werd onderzocht en de landbouwers goed beviel;

Overwegende dat sommige bezwaarindieners erop wijzen dat het noordelijk ontwerp-tracé voor de inwoners van Binche een betere verbinding met Charleroi bood en dat ze vragen hebben bij het uitblijven van een verbinding met de stad Binche en haar heden in aanleg zijnde ringweg in het ontwerp-tracé gekozen door de Waalse Regering;

Overwegende dat sommige bezwaarindieners niet begrijpen waarom het beste ontwerp-tracé in termen van mobiliteit (de zgn gemengde route, « Mixte ») niet in aanmerking werd genomen;

Overwegende dat sommige bezwaarindieners achten dat het ontwerp-tracé gekozen door de Waalse Regering Merbe-Saintes-Marie afsnijdt van de rest van de fusiegemeente Merbes-le-Château, Bienne-lez-Happart van Lobbes en Sars-la-Buissière afzondert, wat volledig in tegenspraak is met de geografische en de sociaal-economische realiteit voortvloeiend uit de gemeentefusies;

Overwegende dat de gemeenteraad van Merbes-le-Château acht dat de opinie van het auteur van het onderzoek dat de RAVeL een hindernis vormt voor het noordelijke ontwerp-tracé - terwijl het gekoppeld had kunnen worden aan het tracé van de N54 - niet te verdedigen valt;

Antwoord van de Waalse Regering Overwegende dat de Waalse Regering het in het besluit van 16 december 2010 gekozen ontwerp-tracé in het lang en in het breed van argumenten heeft voorzien;

Overwegende dat de oorsprong en de bestemming van de toekomstige weginfrastructuur reeds vastgelegd zijn via de reeds uitgevoerde werken;

Overwegende dat de door de auteur van het effectenonderzoek onderzochte ontwerp-tracés dan weer uit een ruime raadpleging van de bevolking voortvloeien;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek tot een beter vermogen (ongeveer 10 %) in termen van afgeleid verkeer, van het zogenaamde « Centraal » ontwerp-tracé (en van al de alternatieven ervan) ten opzichte van het zogenaamde « Noordelijke » tracé (en van al de alternatieven ervan) concludeert; dat die conclusie afhankelijk is van de breedte van de weg;

Overwegende dat indien het zogenaamde « Noordelijke » ontwerp-tracé volgens enkele bezwaarindieners ook de verbinding van Binche naar Charleroi zou kunnen verbeteren, de Waalse Regering erop wijst dat zijn voorrang er in de eerste plaats in bestaat de plaatselijke mobiliteit van de naburige gemeenten van de Samber waartoe Binche niet behoort, te verbeteren;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek de effecten van de toekomstige verkeersweg op de bestaande netten heeft onderzocht; dat het verkeer met 30 % tot 50 % op de N55 (Binche-Merbes-le-Château) zal verminderen; dat hij dan ook geoordeeld heeft dat het weinig geschikt is de effecten van de ontsluiting van de nieuwe ringweg rond Binche grondiger te onderzoeken;

Overwegende dat de Regering erop wijst dat de auteur van het onderzoek de geplande handhaving van de continuïteit van RAVeL op de voormalige spoorlijn 108 niet als een beletsel beschouwt voor de ontsluiting van het zogenaamde « Noordelijke » tracé-ontwerp maar wel als een element van de bestaande feitelijke toestand waarmee rekening moet worden gehouden; dat de gedetailleerde omschrijving van het tracé-ontwerp dat hij in fase II van zijn onderzoekt beoordeelt, het voorstel om twee voetgangersbruggen op te richten, overigens opneemt in antwoord op die vraag;

Overwegende dat de door de auteur van het onderzoek gebruikte methode het hem mogelijk heeft gemaakt de effecten van de verschillende tracé-ontwerpen te objectiveren ten einde ze te kunnen vergelijken; dat die methode door de CRAT goedgekeurd is;

Overwegende dat de CRAT de nadruk heeft gelegd op de effecten van het tracé-ontwerp van de toekomstige verkeersader op de menselijke factor; dat de auteur van het onderzoek zijn analyse over dit aspect heeft aangevuld;

Overwegende dat de Waalse Regering dan weer erom heeft verzocht dat bijzondere aandacht wordt besteed aan de landbouwproblematiek ten gevolge van de indiening van twee aanvullende effectenonderzoeken; dat de auteur het onderzoek heeft aangevuld met de gehaalde resultaten, waarbij een verhoging tot 50 % van het aandeel m.b.t. dit criterium in de balans tussen alle onderzochte criteria wordt getest;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek ten slotte van mening is dat het zgn. « Central 6 »-tracé-ontwerp in een verbeterde toestand het meest voldoet aan de mobiliteitsbelangen op plaatselijk niveau in termen van ruimtelijke ordening, waarbij het de effecten van de toekomstige verkeersader op het leefmilieu in de ruime zin van het woord en in het bijzonder op de bevolking en op de landbouwactiviteit vermindert;

Overwegende dat de CRAT ingestemd heeft met de conclusies van de auteur van het onderzoek in zijn opmerkingen van 4 november 2008 (08/CRAT A.722-AN), waarbij ze van mening is dat het tracé-ontwerp genoemd « Central 6 » in een verbeterde toestand als de oplossing voorkomt om in te spelen op de mobiliteitsbelangen en op de doelstellingen bedoeld in artikel 1, § 1, van het « CWATUPE » gelet op de betere inoverwegingnamevan de verstedelijkte omgevingen en van het belang van de mobilieit alsook van het verfijnen van het evenwicht van bepaalde criteria;

Overwegende dat de Waalse Regering om die redenen het zgn. « Central 6 »-tracé-ontwerp heeft gekozen;

Overwegende dat de tijdens het openbaar onderzoek uitgedrukte op- en bemerkingen in dit opzicht niet nieuw zijn en de overtuiging van de CRAT niet in twijfel hebben getrokken; dat er dan ook geen aanleiding is om andere argumenten dan die vermeld in het effectenonderzoek en in haar besluit van 16 december 2010 aan de bezwaarindieners aan te voeren;

Keuze van de breedte Overwegende dat bezwaarindieners wijzen op de tegenspraak van de Waalse Regering die heeft beslist een weg met een breedte die twee keer groter is dan twee rijstroken aan te leggen op grond van de conclusies van een onderzoek dat de noodzaak bekrachtigt om een weg met een breedte groter dan twee keer twee verkeersstroken aan te leggen;

Overwegende dat bezwaarindieners achten dat de optie van de Waalse Regering door geen enkel objectief gegeven gerechtvaardigd wordt en dat de toekomstige verkeersader zeer snel verzadigd zal worden indien de weg geen breedte gelijk aan twee verkeersstroken heeft;

Overwegende dat bezwaarindieners achten dat de door de auteur van het onderzoek gekozen en onderzochte tracé-ontwerpen onder aanzienlijke druk staan wegens zijn hypothese inzake de breedte van de toekomstige weg en dat de beleidsomslag van de Waalse Regering het feit rechtvaardigt dat hij een nieuw effectenonderzoek laat uitvoeren;

Overwegende dat bezwaarindieners aan de duurzaamheid van de optie van de Waalse Regering twijfelen;

Overwegende dat bezwaarindieners instemmen met de aanleg van een weg met een breedte gelijk aan twee keer één verkeersstrook voor zover de onteigeningen en de werken zodanig worden opgevat dat de uitbreiding ervan tot de breedte van twee keer twee verkeersstroken indien nodig mogelijk wordt gemaakt;

Overwegende dat bezwaarindieners achten dat de opvatting van de toekomstige verkeersader in voorzieningen zou moeten voorzien, die andere vervoersmodi toelaten : fietspaden, bussen, parkeerplaatsen voor carpooling, enz.;

Overwegende dat sommige bezwaarindieners erop wijzen dat de aanleg van een weg voor zacht verkeer tussen Merbes-le-Château en Merbes-Sainte-Marie dat in het gemeentelijke landelijk ontwikkelingsprogramma overwogen is, in twijfel zou kunnen worden getrokken door de toekomstige verkeersader;

Overwegende dat de gemeenteraad van Merbes-le-Château acht dat het niet bewezen is dat een inneming gebonden aan de breedte gelijk aan twee keer één verkeersstrook een gelijksoortige conclusie over de keuze van het tracé als gevolg zou hebben;

Advies van de geraadpleegde instanties Overwegende dat de CRAT erop aandringt dat de breedte van het tracé-ontwerp gelijk is aan twee keer één verkeersstrook; dat in tegenstelling tot een breedte gelijk aan twee keer twee verkeersstroken, de gekozen configuratie een goed compromis is tussen de mobiliteitsbelangen en de leefomgeving;

Overwegende dat de CRAT acht dat de gekozen configuratie : - de landelijke en landschappelijke rijkdom behoudt; - landbouwpriolan landbouwproductie in familiebedrijven duurzaam maakt; - geen te significante breuk vormt voor de doorkruiste gemeenten; - aan het bestaande net aangepast is; - minder duur en minder schadelijk is; - de grondinnenming van de infrastructuur vermindert; - het aantal oversteekplaatsen en compensatiezijwegen beperkt;

Antwoord van de Waalse Regering Overwegende dat de Waalse Regering de optie heeft gerechtvaardigd om te voorzien in de aanleg van een weg met twee keer twee verkeersstroken in haar besluit van 16 december 2002 wegens de breedte van de reeds aangelegde baanvakken van de N54 en heeft bepaald dat toegangswegen onderzocht zullen worden om een goede plaatselijke bediening te waarborgen;

Overwegende dat die optie door de auteur van het onderzoek bekrachtigd is wanneer hij zijn beoordeling van het gemiddelde dagelijkse verkeer dat door de toekomstigde verkeersader zou kunnen worden weggenomen met de cijfers van de omzendbrief van de Waalse Overheidsdienst die de wegen- en autowegeneigenschappen bepaalt;

Overwegende dat die beoordeling alle mobiliteitsbehoeften samenvoegt, waarop de Waalse Regering wilde inspelen wanneer ze beslist heeft de gewestplannen La Louvière-Zinnik en Thuin-Chimay te herzien en waarvan de auteur van het onderzoek de relevantie heeft bekrachtigd;

Overwegende dat de Waalse Regering heeft onderstreept dat ze zich niet meer wilde concentreren op het inspelen op de mobiliteitsbehoeften die de breedte van de reeds aangelegde baanvakken van de N54 hebben gerechtvaardigd; dat de herbepaling van die doelstellingen inzake het inspelen op de mobiliteitsbehoeften van de Waalse bevolking in een gericht en duurzaam beleid ligt, dat de aanvraag om verkeersmobiliteit wil beheren zonder evenwel elke tussenkomst op het net uit te sluiten wanneer dat nodig is en er geen redelijk alternatief aanbod is;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek de nadruk heeft gelegd op een mobiliteitsbehoefte die eigen is aan de omliggende Sambergemeenten wanneer de buiten de onderzoeksomtrek gelegen voornaamste werkgelegenheidscentra enerzijds slechts toegankelijk zijn via een net van wegen die niet aangepast zijn aan het huidige verkeer en dat de dorpen doorkruist, en de toegangen tot de twee voornaamste werkgelegenheidscentra gelegen in de onderzoeksomtrek, namelijk de werkhuizen Jean Regniers en de autokeuring, anderzijds niet aangepast zijn aan het verkeer dat ze genereren;

Overwegende dat de plaatselijke mobiliteitsbehoeften van het bedoelde grondgebied alsmede de verdeling van het verkeer in de onderzoeksomtrek ook geobjectiveerd zijn door de auteur van het onderzoek om gevolg te geven aan het verzoek van de CRAT om de verzadiging van het bestaande wegennet te analyseren;

Overwegende dat die behoeften in dit geval verenigbaar zijn met de aanleg van een lichte as met een breedte gelijk aan twee keer één verkeersstrook; dat die optie voldoet aan een goed gerichte vraag om verkeersmobiliteit en dat ze in het bijzonder de toekomstige verkeersader weinig aantrekkelijk maakt voor het internationale verkeer en meer bepaald voor het vrachtwagenverkeer; dat het risico dat ze verzadigd wordt in dit laatste geval nu van elke grond van waarheid ontdaan is;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek ook heeft onderstreept dat een dergelijke tussenkomst de spoorlijn niet beconcurreert en als een aanvulling op laatstgenoemde beschouwd kan worden;

Overwegende dat naast de motiveringen die in haar besluit van 16 december 2010 aan bod komen, de Waalse Regering onderstreept dat de door haar gekozen breedte de toegang voor de landbouwwerktuigen mogelijk maakt en verenigbaar blijft met sommige plaatselijke inrichtingen overwogen in het gemeentelijke landelijk ontwikkelingsprogramma van Merbes-le-Château;

Overwegende dat de effecten van de aanleg van een lichte verkeersas op het milieu ook en in alle gevallen geringer zijn dan een weg met een breedte gelijk aan twee keer twee verkeersstroken; dat de vermindering van de breedte van de toekomstige verkeersader bij voorbeeld meer vrijheid van handelen zal geven aan zijn bedenkers om te voorkomen dat elementen van het culturele erfgoed aangetast worden, zoals de « Ferme du Moulin », of van het natuurlijke erfgoed, zoals de vijvers van Breck;

Overwegende dat indien de breedte van een verkeersader onder druk van het daar geplande potentieel verkeersvolume, het tracé voornamelijk onder de druk ontstaat van de configuratie van het bestaande net van de voornaamste verkeersaders, de ligging van de activiteiten die potentieel verkeer inhouden en van de woongebieden in het bedoelde grondgebied;

Overwegende dat het tracé-ontwerp bekrachtigd door de auteur van het onderzoek en gekozen door de Waalse Regering het ontwerp is dat de beste performanties inzake plaatselijke bediening vertoont; dat er dan ook geen reden is om dit ontwerp in twijfel te trekken wegens de optie die de Waalse Regering wil nemen wat betreft de breedte van de toekomstige uit te voeren verkeersader;

Overwegende dat de Waalse Regering, in antwoord op de bezwaarindieners die zouden kunnen twijfelen aan de duurzaamheid van de optie om een een weg met een breedte gelijk aan twee keer één verkeersstrook aan te leggen, beslist om ze via een aanlegmaatregel te verwezenlijken;

Breedte van de reserveringsomtrek Overwegende dat bezwaarindieners de breedte van de reserveringsomtrek betwisten en erom verzoeken dat ze verminderd wordt;

Overwegende dat bezwaarindieners zich verbazen dat het tracé dat uitgevoerd zal worden, nog naar gelang van de plaatselijke toestand aangepast kan worden;

Overwegende dat bezwaarindieners erop wijzen dat de effecten van de toekomstige verkeersader op het leefmilieu over de hele breedte van de reserveringsomtrek niet uniform zijn en in bepaalde gevallen belangrijker kunnen zijn indien het tracé niet in het midden van deze omtrek (vijvers van Breck, « Ferme du Moulin », enz.) bepaald wordt;

Overwegende dat de gemeenteraad van Lobbes acht dat de aanleg van een weg gelijk aan twee keer één verkeersstrook de opneming van een reserveringsomtrek niet rechtvaardigt;

Advies van de geraadpleegde instanties Overwegende dat de CRAT acht dat de « Ferme du Moulin » dankzij de breedte van de reserveringsomtrek niet onteigend moet worden;

Antwoord van de Waalse Regering Overwegende dat de reserveringsomtrek tot doel heeft de ruimten die nodig zijn voor de aanleg van de verkeersader voor te behouden; dat zijn bedenkers de ligging van die omtrek kunnen aanpassen in het aldus vastgestelde « lint » om rekening te houden met de op het terrein bestaande elementen die op schaal van het gewestplan niet kunnen worden opgenomen;

Overwegende dat de opneming van een reserveringsomtrek in het gewestplan niet gebonden is aan de breedte van de toekomstige verkeersader maar wel aan het behoren ervan bij het net van de voornaamste verkeersaders; dat de Waalse Regering heden op dit vlak de optie niet wil opgeven die hij vanaf de opmaking van de betrokken gewestplannen heeft genomen;

Overwegende dat geen enkele regeling een verhouding bepaalt tussen de breedte van de reserveringsomtrek en het type weg die aangelegd zal worden; dat daar het evenwel gaat om het net van de « voornaamste » verkeersaders, hij bij overeenkomst wordt bepaald op 75 m aan weerskanten van het geplande tracé;

Overwegende dat uit de ervaring blijkt dat die breedte niet bovenmatig is om de bedenkers van de toekomstige verkeersader in staat te stellen om de technische en milieueisen naar gelang van de bestaande toestand te verenigen;

Overwegende dat het enige effect van de opneming van de reserveringsomtrek in het gewestplan is de overheden in staat te stellen om ofwel de aan een vergunning onderworpen handelingen en werken te verbieden, ofwel ze ondergeschikt te maken aan bijzondere voorwaarden om de ruimten die nodig zijn voor de aanleg van de verkeersader voor te behouden;

Overwegende dat indien de effecten van de opneming van de toekomstige verkeersader in het gewestplan geselecteerd zijn voor de inneming van de toekomstige weg (30 m pal op ontwerp-tracé) en voor sommige criteria voor de breedte van de reserveringsomtrek (150 m pal op het ontwerp-tracé), er dient onderstreept te worden dat ze geïnterpreteerd moeten worden naar gelang van de nauwkeurigheidsgraad die de auteur van het onderzoek heeft besteed aan de omschrijving van de toekomstige verkeersader, van de nauwkeurigheid van de gegevens, van de gebruikte numerieke modellen en van de schaal van het gewestplan; dat in dit geval daarvan niet kan worden geconcludeerd dat een wijziging van het tracé van de toekomstige weg binnen de perken van de reserveringsomtrek effecten zou hebben die op significante wijze verschillend zijn van die vermeld in het effectenonderzoek;

Overwegende dat het programmadecreet van 3 februari 2005 een wijziging heeft aangebracht in het CWATUPE, die de Waalse Regering het mogelijk maakt om slechts de reserveringsomtrek van de toekomstige verkeersader in het gewestplan op te nemen;

Overwegende dat de Waalse Regering in antwoord op de bezwaarindieners beslist om dit alternatief goed te keuren en het geplande tracé van de toekomstige verkeersader niet meer in het gewestplan op te nemen;

Overwegende dat de reserveringsomtrek ook niet vergeleken moet worden met het onteigeningsplan dat wordt opgemaakt wanneer een precies bouwproject bepaald wordt; dat dit plan een oppervlakte zal dekken die veel kleiner is dan de oppervlakte gedekt door de reserveringsomtrek en het voorwerp zal uitmaken van een specifieke informatie bij de betrokken eigenaars;

Overwegende dat het decreet van 30 april 2009 een wijziging heeft aangebracht in het CWATUPE, die het de Waalse Regering mogelijk maakt om de reserveringsomtrek op te heffen indien ze beslist af te zien van de bouw van de infrastructuur;

Overwegende dat de Waalse Regering acht dat de vervaldatum van de aanleg van de verkeersader vanaf nu bepaald moet worden om de investeringsprojecten van de betrokken eigenaars niet voor een te lange periode te beperken;dat een termijn van zeventien jaar nodig is om het project uit te werken, de administratieve vergunningen te krijgen, de nodige terreinen aan te kopen en de werken uit te voeren;

Gevolgen op de mobiliteit Overwegende dat bezwaarindieners achten dat de bouw van de toekomstige verkeersader het noord-zuidverkeer zal treffen;

Overwegende dat bezwaarindieners achten dat het onderzoek geen rekening houdt met het aanzuigeffect van de toekomstige verkeersader op het verkeer uit het zuiden van het Sambergebied die wegens de bouw van de bruggen verschillende woongebieden zal treffen (Sars-la-Buissière, Lobbes, enz.);

Overwegende dat bezwaarindieners achten dat de overdracht van het verkeer van de weg Binche-Anderlues-Charleroi naar de toekomstige verkeersader het dorp van Mont-Sainte-Geneviève zal treffen;

Overwegende dat bezwaarindieners onderstrepen dat de toekomstige verkeersader de N59 meer bepaald bij de Bonniers niet zal ontlasten;

Overwegende dat bezwaarindieners achten dat de toekomstige verkeersader het centrum van Bienne-les-Happart niet zal ontlasten wat betreft het verkeer van de vrachtwagens dat gebonden is aan de werkhuizen Jean Regniers;

Overwegende dat sommige bezwaarindieners erop wijzen dat een reeks gevolgen op het plaatstelijke wegennet door de auteur van het onderzoek niet onderzocht is, met name wat betreft de aanpassingen om het verkeer naar de toekomstige verkeersader aan te trekken;

Overwegende dat de gemeenteraad van Merbes-le-Château acht dat het effectenonderzoek de alternatieve vervoersmodi vergeet;

Advies van de geraadpleegde instanties Overwegende dat de CWEDD wijst op het te licht bevonden onderzoek over de verbindingen en aansluitingen op het bestaande plaatselijke net;

Overwegende dat de CWEDD erop wijst dat het project negatieve effecten zal hebben in termen van veranderende en verhoogde verkeersdruk in verschillende plaatselijke gemeenten zal hebben;

Overwegende dat de CRAT acht dat een bijzondere aandacht moet worden besteed aan de inrichtingen van de weg om laatstgenoemde niet uitsluitend van het soort « transit » te maken;

Overwegende dat de CRAT acht dat het belangrijk is dat alle nodige maatregelen getroffen worden om de mobiliteit van het langzame en het landbouwverkeer op de nieuwe verbinding te waarborgen;

Antwoord van de Waalse Regering Overwegende dat eraan dient te worden herinnerd dat de nauwkeurigheidsgraad van het effectenonderzoek afhangt van de schaal van het voorontwerp van plan waarvan ze de vermoedelijke niet te verwaarlozen gevolgen onderzocht;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek de effecten van de toekomstige verkeersader op de nieuwe organisatie van het verkeer in de onderzoeksomtrek heeft onderzocht en uit te voeren maatregelen, waarvan hij de doeltreffenheid heeft onderzocht, heeft voorgesteld;

Overwegende dat de analyse van de verkeersoverdracht op de voornaamste dertig wegen gelegen in het onderzoeksomtrek is uitgevoerd (17 op relatieve wijzen en 13 of absolute wijze) en en rekening heeft gehouden met het volledige verkeer, dat tijd zou winnen indien het de nieuwe verkeersader zou nemen; dat ze rekening houdt met 50 herkomsten-bestemmingen, waarvan sommige betrekking hebben op gemeenten bezuiden de Samber (bv. : Fontaine-Valmont, Bersillies-l'Abbaye, Montignies-Saint-Christophe, Hantes-Wihéries, Solre-sur-Sambre, Beaumont, Sivry-Rance, enz.);

Overwegende dat de aanleg van de toekomstige verkeersader slechts een hogere verkeersdruk op de N40 en de zuidelijke sectie van de N562 (« rue de Binche ») naar Lobbes als gevolg zal hebben; dat die aanleg dan ook niet het noord-zuidverkeer treft; dat het precies wegens die conclusies is dat het tracé-ontwerp genoemd « Central 6 » gekozen is door de Waalse Regering;

Overwegende dat de toekomstige verkeersader ook een positief effect zou hebben op het noord-zuidverkeer bij « les Bonniers » (N59) daar hij een alternatief biedt om het zuiden van de fusiegemeente Lobbes te bereiken;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek een uit te voeren maatregel heeft onderzocht om een rechtstreekse verbinding van de N562 bij het « Centre Regniers » met de toekomstige verkeersader aan te leggen en tot de doeltreffendheid ervan heeft geconcludeerd; dat ze dan ook onderzocht zal kunnen worden bij het uittekenen van de toekomstige verkeersader;

Overwegende dat het type kruisingen met het bestaande wegennet zodanig door de auteur van het onderzoek bepaald is dat de beoordeling van de effecten van de opneming van de toekomstige verkeersader in het gewest kan worden verfijnd; dat de door hem overwogen technische oplossingen natuurlijk gebonden zijn aan de hypothese die hij heeft vastgesteld, namelijk de aanleg van een weg met een breedte gelijk aan twee keer twee verkeersstroken;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek op alle toegangen tot het bestaande wegennet heeft gewezen;

Overwegende dat de Waalse Regering van mening is dat het onderzoek van de effecten van de toekomstige verkeersader op de verbindingen en overgangen met het plaatselijke net volgens hem volledig is op schaal van de herziening van een gewestplan wegens het systematisch karakter ervan en de nauwkeurigheid van de geuite aanbevelingen;

Effecten op de geluidsomgeving Overwegende dat bezwaarindieners achten dat de door de auteur van het onderzoek vastgestelde effecten op de geluidsomgeving slechts geldig zijn als de toekomstige verkeersader overeenkomstig het in het gewestplan geplande tracé aangelegd wordt; dat ze volledig anders zouden zijn indien zijn tracé verschillend was bepaald, wat de reserveringsomtrek toelaat;

Overwegende dat bezwaarindieners achten dat de auteur van het onderzoek zijn beoordeling van de effecten van de toekomstige verkeersader op de geluidsomgeving verder had moeten uitbreiden dan de analyse van de geluidshinder op de woningen;

Overwegende dat bezwaarindieners die in het gehucht « Trou des Loups » wonen, vrezen voor de geluids-, licht- en geurhinder;

Antwoord van de Waalse Regering Overwegende dat hoewel de auteur van het onderzoek een goed model van de uitbreiding van de geluidsgolven voortgebracht door het verkeer heeft opgesteld vanaf de hypothese van een verkeersader aangelegd met een breedte gelijk aan twee keer twee verkeersstroken volgens het tracé-ontwerp, de schaal waarmee hij gewerkt heeft, het niet mogelijk maakt om even duidelijke conclusies te trekken zoals de bezwaarindieners doen wat betreft de effecten op de geluidsomgeving van een weg die niet strikt op de as van de reserveringsomtrek zou worden aangelegd;

Overwegende dat de door de auteur van het onderzoek vastgestelde isofone krommen het mogelijk maken om het geluid voortgebracht door de toekomstige verkeersader langs het tracé-ontwerp te beoordelen; dat ze zich dus niet tot de woningen beperken;

Overwegende dat het gehucht « Trou des Loups » volgens de auteur van het onderzoek bloodgesteld zou worden aan een niveau lager dan 55 dB(A) in Leq in een verbeterde toestand; dat dit niveau met de woonfunctie verenigbaar is;

Overwegende dat de analyse van de effecten van de toekomstige verkeersader op de geluidsomgeving verfijnd zal kunnen worden zodra het project ervan zal worden uitgewerkt en dat de inrichingsmaatregelen die in voorkomend geval in het kader van de beoordeling van het project voorgesteld worden, dan ook beoordeeld zullen kunnen worden;

Effecten op het natuurlijk milieu Overwegende dat bezwaarindieners erop wijzen dat de auteur van het onderzoek acht dat de onderzochte tracé-ontwerpen duidelijk schadelijk zijn voor de ecologisch zeer waardevolle natuurlijke milieus en strikt beschermde bevolkingen van dierensoorten in gevaar brengen;

Overwegende dat bezwaarindieners achten dat het effectenonderzoek met de vochtige gebieden geen rekening houdt;

Overwegende dat bezwaarindieners wijzen op allerlei verschillende gevoelige sites die beschermd zouden moeten worden : de vijvers van Breck, de « étangs bleus », het reservaat « La Buissière », het « bois du Baron », enz.;

Advies van de geraadpleegde instanties Overwegende dat de CWEDD acht dat het project, ongeacht het tracé, een niet te verwaarlozen effect zal hebben op de havik van de ringelduiven (Accipiter gentilis), vogel die bij de vogelrichtlijn beschermd wordt en waarvoor de auteur van het onderzoek geen beschermings- of compensatiemaatregel voorstelt;

Overwegende dat de CRAT suggereert om alle nodige maatregelen te treffen om de Vogelrichtlijn (79/409/EG) in het « bois du Baron » na te leven;

Overwegende dat het « DGARNE » bevestigt dat het « bois du Baron » en de door de auteur van het onderzoek vastgestelde habitats met een gemeenschapsbelang een hoge biologische waarde hebben;

Overwegende dat het « DGARNE » erop wijst dat de nieuwe weg een fragmentatie van het bosgebied en de storing van de habitat van de middelste bonte specht (Denrocopos medius), soort met een gemeenschapsbelang, dat in het « bois du Barois » aanwezig is, als gevolg zal hebben;

Overwegende dat het « DGARNE » erop wijst dat het doorkruisen van de beek van « Boustaine » een breuk van het bestaande ecologische net tussen de verschillende sites van de Natura 2000-site BE32026 « Haute-Sambre en aval de Thuin » veroorzaakt; dat de ontsluiting van de nieuwe weg onderworpen moet worden aan verzachtende maatregelen om de impact ervan op de verplaatsingen van de avifauna tussen de vijver Marlière en het natuurreseraat van La Buissière te beperken;

Antwoord van de Waalse Regering Overwegende dat de Waalse Regering eraan herinnert dat ze de inhoud van het effectenonderzoek na raadpleging van de CRAT, de CWEDD en het DGARNE heeft vastgesteld; dat de auteur van het onderzoek de lijst van de door het DGARNE als gevoelig beschouwde sites goed heeft onderzocht;

Overwegende dat de effecten van de toekomstige verkeersader op de door de bezwaarindieners vastgestelde gevoelige sites door de auteur van het onderzoek wel onderzocht zijn en dat hij heeft geconcludeerd dat ze voorkomen, verminderd of gecompenseerd kunnen worden door de uitvoering van de aanbevelingen die hij in het algemeen voorstelt goed te keuren op het moment van het uittekenen van de weg en daarna van de werf;

Overwegende dat alleen de ondersoort Accipiter gentilis arrigonii opgenomen is in de bijlage I bij de vogelrichtlijn; dat dit ondersoort niet in België maar wel in Corsica en in Sardinië aanwezig is;

Overwegende dat de soort daarentegen in aanmerking komt voor de bescherming bepaald in artikel 2 van de wet van 12 juli 1973 op het Natuurbehoud, zoals ingevoegd bij het decreet van 6 december 2011; dat die soort heden niet bedreigd wordt;

Overwegende dat die elementen het mogelijk maken om de conclusies van de auteur van het onderzoek en het advies van de CWEDD over de effecten van de toekomstige verkeersader op de havik van de ringelduiven bij het dwarsen van het « bois du Baron » te nuanceren;

Overwegende dat er ook onderstreept dient te worden dat het zgn. « Central 6 »- tracé-ontwerp gekozen door de Waalse Regering het beste resultaat heeft voor het criterium « verslechtering van de natuurlijke habitats » in het effectenonderzoek; dat het zgn. « Nord »-tracé-ontwerp in dat opzicht het meest ongunstig is;

Overwegende dat het zgn. « Central 6 »-tracé-ontwerp gekozen door de Waalse Regering het bos « la Houssière » minder fragmenteert en een lus kan maken om de « Etangs bleus » heen; dat het daarentegen een negatief effect zou kunnen hebben op de bestaande ecologische vermazing ter hoogte van de vijvers van Breck;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek de versterking van de ecologische vermazing voorstelt, waarbij een verbinding tussen de vallei van de beek « Grignard » en de vallei van de beek « Seigneur » wordt gewaarborgd;

Overwegende dat de ontwikkeling van de natuurlijke habitats die het meest bedreigd worden door de opneming van de toekomstige verkeersader in het gewestplan reeds het voorwerp heeft uitgemaakt van een regelmatige opvolging van de Waalse Overheidsdienst; dat laatstgenoemde dan ook de bedenkers van de toekomstige verkeersader moet oriënteren naar een project dat de wettelijke verplichtingen waarmee het Waalse Gewest voor de betrokken milieus heeft ingestemd, moet naleven;

Overwegende dat de Waalse Regering instemt met de zorg van het « DGARNE » wat betreft de uitvoering van aangepaste verzachtende maatregelen bij de opvatting van het project van de toekomstige verkeersader om het effect ervan op de verplaatsingen van de avifauna te beperken;

Effecten op het oppervlaktewater Overwegende dat bezwaarindieners erop wijzen dat de ontsluiting van de toekomstige verkeersader een effect zou kunnen hebben op de bronnen die de vijvers « Breck » bevoorraden;

Overwegende dat de gemeenteraad van Merbes-le-Château acht dat de overstromingsrisico's in het dorp Merbes-le-Château ondergewaardeerd zijn;

Antwoord van de Waalse Regering Overwegende dat de auteur van het onderzoek erop wijst dat de zgn. « Centrale »-tracé-ontwerpen de waterregeling die bestaat binnen elk hydrografisch bekken aanzienlijk wijzigen en dat hun effect op de vijvers van Breck naar gelang van de juiste ligging van het tracé ten opzichte van de waterlopen, de inneming van de weg, de uitvoering van ophogingen en uitgravingen, van de bouw van kunstwerken, enz. zal veranderen; dat het nochtans niet mogelijk is om de effecten van de toekomstige verkeersader op het oppervlaktewater op schaal van een voorontwerp van plan preciezer in te schatten;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek aanbeveelt dat dit effect grondig wordt beoordeeld op het moment van de behandeling van de aanvraag om stedenbouwkundige vergunning voor de toekomstige verkeersader;

Effecten op het culturele erfgoed Overwegende dat bezwaarindieners achten dat de toekomstige verkeersader onrechtstreeks nadelig zal zijn voor gebouwen of beschermde sites;

Overwegende dat een bezwaarindiener onderstreept dat het huis gelegen op de « route de Bienne » dat de auteur van het onderzoek als onbewoond aanduidt, niet onbewoond is;

Antwoord van de Waalse Regering Overwegende dat de « onrechtstreekse » aantasting van gebouwen of beschermde sites wel onder het criterium « visuele verslechtering » beoordeeld is;

Overwegende dat het feit dat een woning al dan niet onbewoond is, de beoordeling van de effecten van de opneming van de toekomstige verkeersader in het gewestplan op de bebouwde omgeving niet wijzigt;

Effecten op het landschap Overwegende dat bezwaarindieners erop wijzen dat het effectenonderzoek rekening houdt met de landschapseenheden die traditioneel op het gewestplan erkend worden, en met de bosgebieden maar niet met de landschappelijk waardevolle omtrek en de uitzonderlijke gezichtspunten vermeld in de inventaris opgemaakt door ADESA;

Overwegende dat bezwaarindieners achten dat de door de auteur van het onderzoek vastgestelde effecten op het landschap ter hoogte van de vijvers van Breck slechts geldig zijn als de toekomstige verkeersader in de vallei aangelegd wordt, dat ze anders zullen zijn indien het tracé een weinig hoger aangelegd zou zijn, wat de reserveringsomtrek mogelijk maakt;

Overwegende dat bezwaarindieners zich over de door de Waalse Regering nagestreefde doelstelling verbazen terwijl het Waalse Gewest overigens de Europese landschapsovereenkomst heeft goedgekeurd en terwijl artikel 35 van het Wetboek erkent dat het landbouwgebied van aard is om bij te dragen tot de handhaving of de vorming van het landschap;

Overwegende dat bezwaarindieners achten dat de toekomstige verkeersader onrechtstreeks nadelig zal zijn voor de landbouwactiviteit en het landschap, twee troeven van de regio;

Overwegende dat bezwaarindieners de ligging van een wegeninfrastructuur in een regio die een hoge ecologische en landschappelijke waarde heeft, weigeren;

Overwegende dat bezwaarindieners achten dat de toekomstige verkeersader onrechtstreeks een geheel van dorpen en landbouwstreek in twee zal snijden;

Overwegende dat bezwaarindieners achten dat de aantasting van het landschap van het landbouwgebied op dezelfde manier als de aantasting van het landschappelijk karakter van een bosgebied gevaloriseerd moet worden;

Overwegende dat bezwaarindieners achten dat de bouw van de toekomstige verkeersader het project van natuurpark van de Haute Sambre zal treffen;

Overwegende dat bezwaarindieners wensen dat de toekomstige verkeersader zo noordelijk mogelijk van Merbes-le-Château wordt aangelegd, waarbij het ideaal benoorden de « Ferme de Boustaine », de « Fermes de Merbwelle » en de sloper wordt verborgen;

Advies van de geraadpleegde instanties Overwegende dat de CWEDD erop wijst dat het project aanleiding zal aanzetten tot de oproepen tot de bebouwing en de fragmentatie van het grondgebied in een gebied dat voornamelijk landelijk en landbouwkundig is;

Overwegende dat de CWEDD de afwezigheid van landschappelijke simulatie van de kunstwerken betreurt;

Antwoord van de Waalse Regering Overwegende dat de auteur van het onderzoek niet gebonden is door een bijzondere beoordelingsmethode van de effecten van de opneming van een nieuwe verkeersader in het gewestplan op het landschap;

Overwegende dat indien de auteur van het onderzoek heeft geoordeeld dat het niet opportuun is om over te gaan tot een landschappelijke simulatie van de kunstwerken in het kader van een onderzoek betreffende de opneming van een tracé-ontwerp en van zijn reserveringsomtrek in het gewesplan, hij evenwel een bepaald aantal hypothesen heeft overwogen wat betreft het langsprofiel en de technische eigenschappen van de toekomstige verkeersader, waarbij hij rekening heeft kunnen houden met de wijze waarop die simulatie in de ruimte zou kunnen liggen;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek de effecten van de opneming van de tracé-ontwerpen in het gewestplan op het landschap heeft beoordeeld op grond van de verwijdering van landschapselementen, van het effect van het tracé in het reliëf en van de omvang van de zichtbaarheid; dat die methode verschillend is van welke die door ADESA is goedgekeurd;

Overwegende dat de Waalse REgering nochtans onderstreept dat de auteur van het onderzoek en ADESA gelijksoortige vaststellingen hebben wat betreft het landschappelijk karakter van het grondgebied doorkruist door de toekomstige verkeersader en gelegen in het noodwesten van Lobbes en in het noorden van Merbes-le-Château;

Overwegende dat het tracé dat de bezwaarindieners in het noorden van de « ferme de Boustaine », van de « fermes de Merbwelle » en van de sloper wensen, één van de alternatieven is voor het tracé-ontwerp genoemd « Central » (Alternatief C.2.) dat de auteur van het onderzoek na afloop van de fase I heeft opgegeven;

Overwegende dat uit de omschrijving van de criteria blijkt dat de effecten op het landschap van de aantasting van het landschap van het landbouwgebied door een weg onder het criterium « omvang van de zichtbaarheid » zijn beoordeeld en dat de effecten op het landschappelijk karakter van een bosgebied onder het criterium « verwijdering van landschapselementen » zijn beoordeeld;

Overwegende dat die opties niet in twijfel zijn getrokken door de CWEDD, noch door de CRAT;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek concludeert dat hoewel het tracé-ontwerp genoemd « Central 6 » zichtbaar is vanuit de eerste huizen van Lobbes en over een lange afstand in open omgeving doorloopt, het bijna onzichtbaar zal zijn vanuit de woningen langs de N559; dat het kruisen van de beek van Rabion moeilijk zal zijn maar onder bescherming van bosgebied zal staan;

Overwegende dat de Waalse Regering erop wijst dat de landschappelijk waardevolle omtrekken die als overdruk opgenomen zijn van bepaalde gebieden gelegen in de onderzoeksomtrek volledige bestanddelen zijn van het gewestplan, waarvan de waarde op juridisch vlak rechtvaardigt dat ermee rekening moet worden gehouden; dat het gedeelte gelegen in de open omgeving van het tracé-ontwerp dat ze heeft gekozen, geen enkel ervan onderschept;

Overwegende dat de Europese landschapsovereenkomst als doel heeft de bescherming, het beheer en de inrichting van de landschappen te bevorderen en de Europese samenwerking in dat gebied te organiseren;

Overwegende dat het Waalse Gewest is begonnen met de identificatie- en kwalificatiewerken voor zijn landschappen, waartoe ze had zich verbonden,; dat de atlas van het landschappelijke geheel genoemd « Haine et Sambre » waarin het noordelijke gdeelte van de toekomstige verkeersader ligt, in december 2012 is bekendgemaakt en dat de atlas van het landschappelijke geheel genoemd « plaine en bas-plateau limoneux hennuyers » waarin het zuidelijke gdeelte van de toekomstige verkeersader ligt, nog niet bepaald is;

Overwegende dat de toekomstige verkeersader door het uiterst oostelijke gedeelte van het gebied genoemd « plateau agricole de Buvrinnes » en het uiterst westelijke gedeelte van het gebied genoemd « versants boisés de la Sambre » heen loopt, waarvoor bovenvermelde atlas de handhaving van het landschappelijke evenwicht tussen de beboste gebieden en de vrijgemaakte ruimten en de uitbreiding van de dynamica tot opwaardering van de gezichtspunten, van de landschappen van het erfgoed van het geheel van het gebied als landschappelijke doelstellingen bepaalt;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek acht dat de effecten van de opneming van het tracé-ontwerp genoemd « Central 6 » in het gewestplan op het landschap het feit niet rechtvaardigt dat ze als belangrijke nadelen worden beschouwd,;

Overwegende dat de Waalse Regering acht dat de optie om de toekomstige verkeersader aan te leggen met een breedte gelijk aan twee keer één verkeersstrook en, meer algemeen, om de voorkeur te geven aan de toegankelijkheidsfunctie van deze verkeersader, het mogelijk maakt om de inrichtingen in het bestaande landschap te beperken en om beter rekening te houden met zijn menselijke elementen;

Overwegende dat het project van natuurpark van de « Haute-Sambre » sinds meer dan tien jaar in de uitwerkingsfase zit; dat het opgestart is door gemeenten die niet betrokken zijn bij de toekomstige verkeersader, met uitzondering van Lobbes; dat het heden niet meer actueel is; dat er dan ook niet kan worden beweerd dat laatstgenoemde de oprichting ervan zal treffen;

Effecten op de landbouwactiviteit Overwegende dat bezwaarindieners achten dat de auteur van het onderzoek te weinig aandacht besteedt aan de landbouwactiviteit en de grondwaarde van de landbouwgronden onderschat;

Overwegende dat bezwaarindieners achten dat de prijs van de landbouwgronden en van de bossen vermeld in het effectenonderzoek weinig geloofwaardig is;

Overwegende dat bezwaarindieners achten dat de auteur van het onderzoek alternatieven had moeten onderzoeken om de landbouwpercelen minder te verdelen;

Overwegende dat de gemeenteraad van Erquelinnes erom verzoekt dat de ontsluiting van het baanvak vergezeld gaat van de uitvoering van een ruilverkaveling in een uitgebreide omtrek;

Overwegende dat de gemeenteraad van Lobbes vaststelt dat het onderzoek geen analyse van de landbouwwaarde van de gronden omvat;

Overwegende dat de gemeenteraad van Merbes-le-Château acht dat de auteur van het onderzoek de effecten van het tracé-ontwerp op de leefbaarheid van de landbouwbedrijven zeer oppervlakkig heeft onderzocht en de oppervlakte van de eventuele vergaarkommen die nuttig zijn om de overstromingen te voorkomen, niet in mindering heeft gebracht;

Advies van de geraadpleegde instanties Overwegende dat het DGARNE acht dat het tracé-ontwerp genoemd « Central 6 » een impact zal hebben op het landbouwgebied wegens het belangrijke verlies van teeltgronden en kwaliteitsvolle weiden, de belangrijke verdeling van gronden rond de omtrek, de insluiting van gronden door het doen verdwijnen van toegangen en de moeilijkheden ondervonden door talrijke landbouwbedrijven; dat zijn ontsluiting de opmaking van een ruilverkavelingsontwerp zal vereisen;

Overwegende dat de CRAT erop aandringt dat de aanleg van de verkeersader vergezeld gaat van een ruilverkaveling;

Antwoord van de Waalse Regering Overwegende dat de schatting van de grondwaarden vermeld in het effectenonderzoek gegrond wordt op de statistieken van het NIS waarover de auteur van het onderzoek heeft kunnen beschikken bij de uitvoering ervan;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek het effect van de tracé-ontwerpen op de landbouwactiviteit heeft onderzocht op grond van het totale verlies van goede landbouwgronden, van de nabijheid van de boerderijen en van het verlies van gronden te wijten aan de inneming per bedrijf;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek heeft vermeld dat zijn beoordeling van de bodemkundige eigenschappen van de gronden en van de leefbaarheid van de bedrijven beperkt is door de beschikbare gegevens;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek erop wijst dat het landbouwperceelplan heden reeds complex is; dat er dan ook kan worden overwogen dat er a priori geen beter tracé-alternatief voor dat plan bestaat;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek de door het DGARNE vastgestelde effecten op de landbouwactiviteiten heeft geobjectiveerd; dat het DGARNE instemt met zijn conclusies over de nuttigheid om de ontsluiting van de toekomstige verkeersader samen te voegen met een ruilverkaveling van het landbouwperceelplan;

Overwegende dat de Waalse Regering in antwoord op het verzoek om een ruilverkaveling haar beslissing in die zin aanvult;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek de effecten van de opneming van de tracé-ontwerpen die hij in het gewestplan heeft onderzocht, op de continuïteit van de bestaande wegen, met inbegrip van de trage wegen en van de wegen ingenomen door het landbouwverkeer, grondig heeft onderzocht; dat hij ten slotte de aanleg van twee landbouwwegen, enerzijds tussen de « rue de la Chaussée » en het landbouwpad V88 en anderzijds tussen de « rue des Bois » (V130) en de « rue de Boustaine » (V131) heeft voorgesteld;

Overwegende dat de Waalse Regering acht dat de optie om de toekomstige verkeersader aan te leggen met een breedte gelijk aan twee keer één verkeersstrook en, meer algemeen, om de voorkeur te geven aan de toegankelijkheidsfunctie van deze verkeersader, het mogelijk maakt om meer rekening te houden met de bijzondere toestand van elk landbouwbedrijf daar een groter aantal oplossingen in termen van toegankelijkheid tot de naburige eigendommen kunnen worden overwogen ten opzichte van een weg met een breedte gelijk aan twee keer twee verkeersstroken;

Overwegende dat de auteur van het onderzoek rekening heeft gehouden met bijkomende inrichtingen naast het tracé-ontwerp voor de berekening van het criterium « verlies van gronden te wijten aan de inneming per bedrijf »; dat er kan bevestigd worden dat de oppervlakte van de vergaarkommen niet in mindering is gebracht;

Maatregelen die getroffen moeten worden om de vastgestelde negatieve effecten te voorkomen, te beperken of te vereffenen Advies van de geraadpleegde instanties Overwegende dat de CWEDD de afwezigheid van aanbeveling betreurt om bepaalde negatieve effecten van het tracé dat de auteur van het onderzoek als het minder schadelijk beschouwt, te beperken of te vereffenen;

Antwoord van de Waalse Regering Overwegende dat de Waalse Regering verbaasd is over dat advies daar de auteur van het onderzoek hoofdstuk 7 van fase II van zijn onderzoek besteedt om de maatregelen te onderzoeken die uitgevoerd moeten worden om de negatieve effecten van het voorontwerp van plan en van zijn alternatieve te voorkomen of te beperken, Besluit :

Artikel 1.De herziening van de gewestplannen van La Louvière-Zinnik en Thuin-chimay met het oog op de opneming van de reserveringsomtrek voor de N54 Charleroi-Erquelinnes, baanvak Lobbes-Erquelinnes, wordt definitief aangenomen overeenkomstig bijgevoegd plan.

Art. 2.De bovenvermelde reserveringsomtrek wordt opgeheven op de dag van de 17e verjaardag van de inwerkingtreding van dit besluit.

Art. 3.De in artikel 1 bedoelde herziening van de gewestplannen van La Louvière-Zinnik en Thuin-Chimay wordt voorzien van een inrichtingsmaatregel in de zin van artikel 23 van het Wetboek, volgens welke de rijweg van de nieuwe verkeersader niet meer dan met één verkeersstrook in elke richting gedeeld zal kunnen worden, met uitzondering van de nadering van de kruispunten met andere wegen en van de aanleg van schuilgebieden om de zekerheid van de gebruikers en de vlotheid van het verkeer te waarborgen.

Art. 4.Bij de onsluiting van de nieuwe verkeersader wordt de Minister van Landbouw ermee belast over te gaan tot het onderzoek over de nuttigheid van de ruilverkaveling van landeigendommen gelegen in de betrokken gemeenten, zoals bedoeld in artikel 4 van de wet van 22 juli 1970 op de ruilverkaveling van landeigendommen.

Art. 5.De milieuverklaring overgelegd door de Waalse Regering overeenkomstig artikel 44 van het Waals Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium wordt bij dit besluit gevoegd.

Art. 6.De Minister van Ruimtelijke Ontwikkeling is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 21 februari 2013.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ontwikkeling en Mobiliteit, Ph. HENRY

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

^