Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 20 december 2000
gepubliceerd op 24 januari 2001

Besluit van de Waalse Regering houdende uitvoering van het samenwerkingsakkoord van 4 juli 2000 tussen de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest, betreffende de terbeschikkingstelling van pedagogische voorzieningen aan de leerlingen van het secundair technisch en beroepsonderwijs

bron
ministerie van het waalse gewest
numac
2001027026
pub.
24/01/2001
prom.
20/12/2000
ELI
eli/besluit/2000/12/20/2001027026/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

20 DECEMBER 2000. - Besluit van de Waalse Regering houdende uitvoering van het samenwerkingsakkoord van 4 juli 2000 tussen de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest, betreffende de terbeschikkingstelling van pedagogische voorzieningen aan de leerlingen van het secundair technisch en beroepsonderwijs


De Waalse Regering, Gelet op het samenwerkingsakkoord van 22 juni 2000 tussen de Franse Gemeenschap en het Waals Gewest betreffende de financiering van de samenwerking in het raam van het gekruist beleid, de Europese structuurfondsen en de uitbouw van de cultuurbedrijven, goedgekeurd bij de decreten van 18 en 20 juli 2000;

Gelet op het samenwerkingsakkoord van 4 juli 2000 tussen de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest, betreffende de terbeschikkingstelling van pedagogische voorzieningen voor de leerlingen van het Secundair Technisch en Beroepsonderwijs, goedgekeurd bij decreet van 14 december 2000, inzonderheid op artikel 7, vijfde lid;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, uitgebracht op 16 mei 2000;

Gelet op het akkoord van de minister van Begroting, gegeven op 29 mei 2000;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 4 juli 1989 en 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat het samenwerkingsakkoord van 22 juni 2000 tussen de Franse Gemeenschap en het Waals Gewest betreffende de financiering van de samenwerking in het raam van het gekruist beleid, de Europese structuurfondsen en de uitbouw van de cultuurbedrijven, goedgekeurd bij de decreten van 18 en 20 juli 2000, in 2000 in werking moet treden;

Overwegende dat het decreet van 14 december 2000 houdende goedkeuring van het samenwerkingsakkoord van 4 juli 2000 tussen de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest, betreffende de terbeschikkingstelling van pedagogische voorzieningen voor de leerlingen van het Secundair Technisch en Beroepsonderwijs op de dag van diens bekendmaking in het Belgisch Staatsblad in werking moet treden;

Overwegende dat het Beheerscomité ingesteld bij artikel 6 van bovenvermeld samenwerkingsakkoord van 4 juli 2000 noodzakelijkerwijs samengesteld moet zijn vóór 19 december 2000 en vóór die datum moet vergaderen, in werking moet zijn en zijn begroting moet vastleggen;

Overwegende dat de werkingsregels van het Beheerscomité dringend moeten worden vastgesteld en dat diens huishoudelijk reglement goedgkeurd dient te worden;

Op voordracht van de Minister van Tewerkstelling en Vorming;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Het mandaat van de leden van het Beheerscomité loopt over één jaar en is hernieuwbaar met inachtneming van artikel 10 van het samenwerkingsakkoord van 4 juli 2000 tussen de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest, betreffende de terbeschikkingstelling van pedagogische voorzieningen aan de leerlingen van het Secundair Technisch en Beroepsonderwijs, hierna « het samenwerkingsakkoord » genoemd.

Ontslagnemende leden blijven zitting houden tot er een plaatsvervanger wordt aangewezen.

Leden die als plaatsvervanger van een ontslagnemend lid worden aangewezen, beëindigen diens lopende ambt.

Art. 2.Wil het Beheerscomité geldig beraadslagen, moeten ten minste twee vertegenwoordigers van de Regeringen bedoeld in artikel 6, eerste lid, 1° en 2°, van het samenwerkingsakkoord aanwezig zijn.

Indien die voorwaarde niet vervuld is, wordt dit vastgesteld door de voorzitter, die de vergadering opheft.

Binnen vijf kalenderdagen wordt door de voorzitter een nieuwe vergadering bijeengeroepen waarbij dezelfde agenda behouden blijft.

De beraadslagingen die het Beheerscomité tijdens die nieuwe vergadering houdt, zijn wel geldig ongeacht het aantal aanwezige leden.

Art. 3.Overeenkomstig het samenwerkingsakkoord keurt het Beheerscomité zijn beslissingen bij consensus goed, zoniet bij een meerderheid van twee derden van de aanwezige leden en op voorwaarde dat er een gewone meerderheid bestaat in de fracties samengesteld uit de vertegenwoordigers van de Regeringen bedoeld in artikel 6, eerste lid, 1° en 2°, van het samenwerkingsakkoord.

Enkel de leden die de categorieën bedoeld in artikel 6, eerste lid, 1° tot en met 6°, van het samenwerkingsakkoord vertegenwoordigen, hebben stemrecht.

Art. 4.Op initiatief van de Directeur-generaal van het Verplichte Onderwijs van de Franse Gemeenschap wordt er vanaf januari een oproep tot het indienen van pedagogische projecten gedaan.

De projecten moeten ingediend worden bij de technische cel van het Beheerscomité.

De technische cel gaat na of de projecten onder andere beantwoorden aan de opdrachten van het Fonds zoals omschreven in artikel 1 van het samenwerkingsakkoord.

De technische cel houdt gebeurlijk rekening met het advies van het sectoraal fonds bevoegd voor pedagogische projecten.

De technische cel van het Fonds maakt alle dossiers, of ze in aanmerking komen of niet, samen met de eventuele adviezen van de betrokken sectorale fondsen over aan het secretariaat van het Beheerscomité.

Het Beheerscomité selecteert de pedagogische projecten volgens de criteria omschreven in artikel 1, eerste lid, 1°, litterae a tot en met c, van het samenwerkingsakkoord.

Bij de in aanmerking komende projecten wordt voorrang gegeven aan : 1° de projecten die in aanmerking komen voor de zo efficiënt mogelijke aanwending van de middelen van alle schoolinrichtingen in een welbepaalde onderwijsrichting, ongeacht het net en het soort onderwijs;2° de projecten die van een gunstig advies werden voorzien door het betrokken sectoraal fonds of, bij gebreke daarvan, door een daartoe geraadpleegde deskundige wanneer de beslissing getroffen wordt door het Beheerscomité;3° de projecten die tegemoetkomen aan de noden van de plaatselijke arbeidsmarkt. Het Beheerscomité beslist over de goedkeuring van de projecten volgens de modaliteiten die in dit besluit werden vastgelegd en volgens zijn huishoudelijk reglement.

Uiterlijk einde juni wordt de schoolinrichtingen kennis gegeven van de projecten.

Art. 5.De Regering keurt het huishoudelijk reglement van het Beheerscomité in bijlage bij dit besluit goed.

Art. 6.Bij wijze van overgangsmaatregel voor de jaargang 2000 zal het Beheerscomité enkel rekening houden met de pedagogische projecten waarvan het bedrag schommelt tussen 500 000 BEF en 5 000 000 BEF BTW niet inbegrepen en op voorwaarde dat het aandel van de inrichtingen ten minste 20 % bedraagt.

Art. 7.Dit besluit heeft uitwerking vanaf 1 januari 2000.

Namen, 20 december 2000.

De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Tewerkstelling en Vorming, Mevr. M. ARENA

Huishoudelijk reglement van het Beheerscomité van het Fonds voor pedagogisch materiaal voor het technisch en het beroepsonderwijs

Artikel 1.De zetel van het Beheerscomité van het Fonds voor pedagogisch materiaal voor het technisch en het beroepsonderwijs dat ingesteld werd krachtens artikel 6 van het samenwerkingsakkoord van 4 juli 2000 tussen de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest betreffende de terbeschikkingstelling van pedagogische voorzieningen aan de leerlingen van het Secundair Technisch en Beroepsonderwijs, hierna « het samenwerkingsakkoord » genoemd, bevindt zich in het Ministerie van de Franse Gemeenschap, waar alle briefwisseling naartoe moet worden gestuurd.

Adres van het Beheerscomité : Fonds d'équipement pédagogique pour l'enseignement technique et professionnel Ministerie van de Franse Gemeenschap Pachecolaan 19, bus 0 1010 Brussel.

Art. 2.Overeenkomstig artikel 6, tweede lid, van het samenwerkingsakkoord wordt het voorzitterschap van het Beheerscomité alternerend waargenomen door een vertegenwoordiger (vertegenwoordigster) van het lid van de Waalse Regering dat bevoegd is voor werkgelegenheid en vorming en door een vertegenwoordiger (vertegenwoordigster) van het lid van de Regering van de Franse Gemeenschap dat bevoegd is voor het secundair onderwijs, waarbij het eerste mandaat uitgeoefend wordt door eerstgenoemde, het tweede door laatstgenoemde.

Art. 3.Overeenkomstig artikel 6, eerste lid, 7°, van het samenwerkingsakkoord wordt het secretariaat van het Beheerscomité alternerend waargenomen door een vertegenwoordiger (vertegenwoordigster) van de Afdeling Tewerkstelling en Beroepsopleiding van het Directoraat-generaal Economie en Tewerkstelling van het Ministerie van het Waalse Gewest en door een vertegenwoordiger (vertegenwoordigster) van het Algemeen Bestuur Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek, waarbij het eerste mandaat uitgeoefend wordt door eerstgenoemde, het tweede door laatstgenoemde.

Art. 4.De vergaderingen worden genotuleerd door het secretariaat van het Beheerscomité, dat de notulen samen met de oproep voor de volgende vergadering naar alle leden opstuurt.

Art. 5.Het Beheerscomité wordt minstens drie keer per jaar bijeengeroepen door de voorzitter, en even vaak als nodig is voor het uitvoeren van de opdrachten.

Art. 6.De agenda wordt door het secretariaat opgesteld in overleg met de voorzitter.

Het Beheerscomité kan in de loop van de vergadering beslissen om één of verschillende punten aan de agenda toe te voegen dan wel om stemmingen en beraadslagingen betreffende een agendapunt uit te stellen tot een volgende vergadering.

Art. 7.Elk lid van het Beheerscomité heeft het recht om via een schrijven gericht aan het secretariaat van het Beheerscomité een bepaald punt te laten agenderen.

Dat punt wordt op de agenda geplaatst van de vergadering die onmiddellijk op de datum van de aanvraag volgt, op voorwaarde dat de aanvraag ingediend werd uiterlijk twintig kalenderdagen vóór de datum waarop bedoelde vergadering doorgang vindt.

Art. 8.De oproepingsbrieven worden door het secretariaat opgesteld.

In de oproepingsbrieven worden, datum, uur en plaats van vergadering vermeld, evenals de agendapunten.

Als bijlage gaan de stukken en documenten die betrekking hebben op de agenda.

De oproepingsbrief en de desbetreffende documenten worden naar de leden opgestuurd minstens acht werkdagen vóór de datum van de vergadering.

In dringende gevallen, welke door de voorzitter beoordeeld worden, kunnen de oproepingsbrieven in een korter tijdsbestek worden opgestuurd en kunnen de bijlagen bij wijze van uitzondering vóór aanvang van de vergadering worden rondgedeeld.

Art. 9.De voorzitter leidt de debatten en waakt erover dat de bepalingen van dit reglement en van het samenwerkingsakkoord, evenals van het uitvoeringsbesluit, worden nageleefd.

Art. 10.Leden die zich in de onmogelijkheid bevinden om vergaderingen bij te wonen, stellen het secretariaat daar twee dagen vóór de datum van de vergadering van op de hoogte door middel van een schrijven zodat zij verontschuldigd worden. Een plaatsvervanger (plaatsvervangster), die in hetzelfde schrijven aangeduid wordt door de bevoegde overheid, kan de plaats van het afwezige lid innemen.

Art. 11.De vergaderingen worden geopend, opgeschort en gesloten door de voorzitter.

Bij aanvang van de vergadering noteert het secretariaat de namen van de aan- en afwezige leden en deelt de naam der verontschuldigde leden mee.

De voorzitter legt de notulen van de voorafgaande vergadering ter goedkeuring aan het Beheerscomité voor.

Art. 12.Voor de behandeling van de aanvragen die het Beheerscomité overgemaakt worden, wordt gebruik gemaakt van de procedure zoals bepaald bij het uitvoeringsbesluit van het samenwerkingsakkoord.

Art. 13.Op eigen initiatief of op voorstel van één der leden kan de voorzitter vragen dat deskundigen ofwel advies uitbrengen ofwel de vergaderingen bijwonen.

Deskundigen mogen de stemprocedure evenwel niet bijwonen.

Art. 14.Het Beheerscomité richt een technische cel op die hij zelf samenstelt en waarvan hij de opdrachten bepaalt.

Art. 15.De vergaderingen van het Beheerscomité zijn niet openbaar.

Personen die om het even welke reden de vergaderingen bijwonen, worden gehouden het geheim te bewaren over de documenten en gegevens met vertrouwelijk of persoonlijk karakter die hen worden medegedeeld, evenals over de beraadslagingen en stemmingen, binnen de perken van hun ambt.

Art. 16.Personen die de debatten van het Beheerscomité met betrekking tot een vormingszaak waarbij zij een persoonlijk belang hebben, bijwonen, moeten de vergadering verlaten tijdens de beraadslagingen.

Art. 17.Wijzigingen aan het huishoudelijk reglement worden ter goedkeuring voorgelegd aan de Regeringen nadat die wijzigingen bij stemmingen werden goedgekeurd.

Gestemd wordt er pas tijdens de vergadering die volgt op de vergadering waarop betreffende wijziging werd aangevraagd en na agendering van dat punt.

Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Waalse Regering van 20 december 2000 houdende uitvoering van het samenwerkingsakkoord van 4 juli 2000 tussen de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest, betreffende de terbeschikkingstelling van pedagogische voorzieningen aan de leerlingen van het Secundair Technisch en Beroepsonderwijs.

Namen, 20 december 2000.

De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Tewerkstelling en Vorming, Mevr. M. ARENA

^