gepubliceerd op 21 september 2004
Besluit van de Waalse Regering tot vaststelling van de procedure in geval van toevallige archeologische ontdekkingen
17 JUNI 2004. - Besluit van de Waalse Regering tot vaststelling van de procedure in geval van toevallige archeologische ontdekkingen
De Waalse Regering, Gelet op het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium, inzonderheid op de artikelen 232, 7°, 245 en 249;
Gelet op het advies van de Koninklijke Commissie voor Monumenten, Landschappen en Opgravingen, gegeven op 1 april 2004;
Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 3 juni 2004;
Op de voordracht van de Minister-President;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.In titel III van Boek IV van het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium wordt een hoofdstuk IV met de artikelen 522 tot 524 ingevoegd, luidend als volgt : "HOOFDSTUK V. - Procedure in geval van toevallige archeologische ontdekkingen
Art. 522.De in artikel 249, eerste lid, bedoelde verklaring vermeldt : de auteur van de ontdekking, de datum van de ontdekking, de lokalisatie ervan, de naam van de eigenaar van het terrein, de omstandigheden van de ontdekking, de aard van het ontdekte archeologische goed.
De aangifte kan mondeling of schriftelijk worden ingediend bij het Directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Patrimonium dat er ontvangst van bericht en dat de betrokken gemeente informeert.
Als de aangifte bij de gemeente waar het goed gelegen is, ingediend wordt, wordt het Directoraat-generaal onverwijld verwittigd.
Art. 523.Zodra het archeologische goed wordt ontdekt, wordt het beschermd tegen elke fysieke schade zoals een instorting, een verplettering, de schade veroorzaakt door trillingen van de bodem.
Daartoe moet een veiligheidsperimeter bepaald worden, waarin geen werktuig mag rijden, noch gebruikt worden. Het archeologische goed moet tegen weer en wind door een dak of een gepaste dekzeil beschermd worden. Het toezicht moet gewaarborgd worden om de diefstal of het vandalisme te voorkomen.
Art. 524.Binnen vijftien werkdagen na de in artikel 249, eerste lid, bedoelde verklaring stuurt de in artikel 515 van het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium bedoelde regeringsafgevaardigde een vertegenwoordiger om de ontdekking te onderzoeken en betekent hij de eigenaar van het terrein en de auteur van de ontdekking de bijzondere beschermingsvoorwaarden die aan de aard van de ontdekte archeologische goederen aangepast zijn."
Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 3.De Minister-President is belast met de uitvoering van dit besluit.
Namen, 17 juni 2004.
De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE