gepubliceerd op 23 september 2003
Besluit van de Waalse Regering waarbij artikel 3, tweede lid, van het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium in werking treedt en waarbij de gemachtigde ambtenaren bedoeld in artikel 3, tweede lid, van hetzelfde Wetboek aangewezen worden
17 JULI 2003. - Besluit van de Waalse Regering waarbij artikel 3, tweede lid, van het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium in werking treedt en waarbij de gemachtigde ambtenaren bedoeld in artikel 3, tweede lid, van hetzelfde Wetboek aangewezen worden
De Waalse Regering, Gelet op het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium, inzonderheid op artikel 3, tweede lid, ingevoegd bij het decreet van 18 juli 2002;
Gelet op het advies van de "Commission régionale de l'Aménagement du Territoire" (Gewestelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening), gegeven op 27 februari 2003;
Gelet op het advies van de Hoge Raad van Steden, Gemeenten en Provincies van het Waalse Gewest, gegeven op 19 februari 2003;
Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 14 mei 2003;
Op de voordracht van de Minister van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Leefmilieu;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.In boek IV, titel I, van het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium wordt hoofdstuk XVI, dat de artikelen 390 tot 392 bevat, vervangen als volgt : "Hoofdstuk XVI. - Ambtenaren gemachtigd voor de toepassing van artikel 3, tweede lid Art. 390 - De gemachtigde ambtenaren die het in artikel 3, tweede lid, bedoelde activiteitenverslag overleggen, zijn de directeurs van de buitendirecties van het Directoraat-generaal Grondgebied, Huisvesting en Patrimonium. Ieder van hen is bevoegd voor de gezamenlijke oppervlakte van het grondgebied waarop hij zijn functies uitoefent.
De gemachtigde ambtenaar die het activiteitenverslag indient i.v.m. de opvolging van noemenswaardige milieu-effecten te wijten aan de uitvoering van de gewestplannen en van het gewestelijk ruimtelijk ontwikkelingsplan en i.v.m. de eventueel te treffen herstelmaatregelen is de directeur-generaal van het Directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium, na advies van de directeur van de betrokken buitendirectie. »
Art. 2.De artikelen 391 en 392 van het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium worden opgeheven.
Art. 3.Artikel 3, tweede lid, van hetzelfde Wetboek, zoals gewijzigd bij artikel 1 van het decreet van 18 juli 2002 tot wijziging van het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium treedt in werking op 1 januari 2004.
Art. 4.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2004.
Art. 5.De Minister van Ruimtelijke Ordening en Stedenbouw is belast met de uitvoering van dit besluit.
Namen, 17 juli 2003.
De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Leefmilieu, M. FORET