gepubliceerd op 01 december 2006
Besluit van de Waalse Regering betreffende de financiering van het "Institut scientifique de Service public"
14 NOVEMBER 2006. - Besluit van de Waalse Regering betreffende de financiering van het "Institut scientifique de Service public" (Openbaar Wetenschappelijk Instituut)
De Waalse Regering, Gelet op het decreet van 7 juni 1990 houdende oprichting van een "Institut scientifique de Service public" in het Waalse Gewest, inzonderheid op artikel 3, gewijzigd bij het decreet van 9 april 1998, en op artikel 6, § 2;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 10 december 1998 betreffende de financiering van het "Institut scientifique de Service public";
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 19 april en 14 juni 2006;
Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 7 september 2006;
Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 23 oktober 2006, overeenkomstig artikel 84, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van de Minister van Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Leefmilieu en Toerisme, Besluit :
Artikel 1.In de zin van dit besluit wordt verstaan onder : 1. "decreet" : het decreet van 7 juni 1990 houdende oprichting van een "Institut scientifique de Service public" in het Waalse Gewest;2° "Institut" : het " Institut scientifique de Service public ";3° "opdrachten van openbare dienst" : elke opdracht van openbare dienst, uitgevoerd overeenkomstig artikel 3, tweede lid, 1°, van het decreet;4° "toelagen" : toelagen, voor opdrachten of werken of investeringen, toegekend door het Waalse Gewest en ingeschreven in het verantwoordingsprogramma van de ontvangsten van de begroting van het "Institut", zoals aangenomen door het Waals Parlement;5° "specifieke middelen" : alle financiële middelen, ander dan die van het Waalse Gewest, wat de oorsprong ook moge zijn, die ter beschikking van het "Institut" worden gesteld in het kader van opdrachten of werken die voor andere personen dan het Gewest worden uitgevoerd;6° "algemene toelage" : de toelage(n) opgenomen in de algemene uitgavenbegroting van het Waalse Gewest voor uitgaven die niet door de toelagen en specifieke middelen gedekt zijn.
Art. 2.Het "Institut" maakt een voorstel voor een financieel meerjarenplan op, over een minimumperiode van 3 jaar. Dit voorstel wordt aan de Waalse Regering overgemaakt, vergezeld van het advies van het begeleidingscomité opgericht bij artikel 4 van het decreet.
Vóór het einde van het eerste semester van elk boekjaar bezorgt het "Institut" de noodzakelijke inlichtingen voor de uitvoering van zijn opdracht aan het begeleidingscomité.
Art. 3.Elke opdracht van openbare dienst wordt door de betrokken Minister geregeld in een besluit tot toekenning van een financiering en wordt uitvoerig vermeld in een programma en een begroting van de daarin opgenomen prestaties.
Een door de betrokken minister aangewezen comité zorgt voor de opvolging van elk programma. Bedoeld comité valt voor zijn werking onder het model van het huishoudelijk reglement goedgekeurd door het begeleidingscomité opgericht bij artikel 4 van het decreet.
Art. 4.De volgende kosten zijn ten laste van de begroting van elke opdracht van openbare dienst : 1° de loonkosten van de personeelsleden, naar rata van hun aanstelling voor de opdracht van openbare dienst;2° de werkingskosten, met inbegrip van de verzekeringskosten, de afschrijvingen op uitrusting en de kosten betreffende het onderhoud van die uitrusting naar rata van haar werkelijke gebruik;3° de bedrijfskosten naar rata van het deel dat de opdracht van openbare dienst vertegenwoordigt in het geheel van de opdrachten en werken van het "Institut";4° buitengewone en specifieke investeringen.
Art. 5.De prestaties voor de privé- of publieke sector, die overeenkomstig artikel 3, tweede lid, 2°, van het decreet uitgevoerd zijn, zijn ten laste van de verzoekers op grond van een tarief, aanbod of bestek opgemaakt door het "Institut".
Op termijn moeten de specifieke middelen en de door deze prestaties veroorzaakte uitgaven elkaar in evenwicht houden. Zij kunnen evenwel in hun startfase uitgaven rechtvaardigen die de specifieke middelen overschrijden. Het overschot wordt in het financieel plan bedoeld in artikel 3 opgenomen. Het plan verspreidt de daling van het overschot over maximum drie jaar na de uitvoering.
De daling van het overschot betreffende de lopende prestaties tijdens de inwerkingtreding van dit besluit kunnen maximaal over vijf jaar worden verspreid na deze inwerkingtreding.
Art. 6.De reglementaire certificatie- of erkenningsprestaties worden gefactureerd overeenkomstig de tarieven vastgesteld door de Minister tot wiens bevoegdheden het "Institut" behoort en op voordracht van het begeleidingscomité opgericht bij artikel 4 van het decreet.
Art. 7.Het besluit van de Waalse Regering van 10 december 1998 betreffende de financiering van het "Institut scientifique de Service public" wordt opgeheven.
Art. 8.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt, en heeft betrekking op de opdrachten en werken uitgevoerd door het "Institut" vanaf 1 januari 2006.
Art. 9.De Minister van Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Leefmilieu en Toerisme is belast met de uitvoering van dit besluit.
Namen, 14 november 2006.
De Minister-President, E. DI RUPO De Minister van Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Leefmilieu en Toerisme, B. LUTGEN