gepubliceerd op 21 augustus 2006
Besluit van de Waalse Regering tot vaststelling van de personen die ertoe gemachtigd zijn om dieren van de categorie "grof wild" te vernietigen en te vervoeren om sanitaire redenen alsook de door die personen te vervullen voorwaarden
13 JULI 2006. - Besluit van de Waalse Regering tot vaststelling van de personen die ertoe gemachtigd zijn om dieren van de categorie "grof wild" te vernietigen en te vervoeren om sanitaire redenen alsook de door die personen te vervullen voorwaarden
De Waalse Regering, Gelet op de jachtwet van 28 februari 1882, inzonderheid op artikelen 7 en 30bis, ingevoegd bij het decreet van 14 juli 1994;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 3 juli 2003 waarbij de personeelsleden van de Afdeling Natuur en Bossen ertoe gemachtigd worden om dieren van de categorie grof wild dood te schieten om sanitaire redenen;
Gelet op het advies van de "Conseil supérieur wallon de la Chasse" (Waalse Hoge Jachtraad) van 27 juni 2006;
Gelet op de kaderovereenkomst van 16 december 2004 gesloten tussen de "Université de Liège" en het Waalse Gewest inzake sanitair toezicht en wilde fauna;
Op de voordracht van de Minister van Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Leefmilieu en Toerisme;
Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Het doodschieten van grof wild om sanitaire redenen en hun vervoer
Artikel 1.In het kader van de kaderovereenkomst gesloten door het Waalse Gewest en de "Faculté de médecine vétérinaire de l'Université de Liège", worden de personeelsleden van de Afdeling Natuur en Bossen, alsook de betrokken houders van het jachtrecht die beschikken over een geldig jachtverlof waarop ze zich kunnen beroepen, ertoe gemachtigd om sanitaire redenen dieren van de categorie grof wild dood te schieten indien ze duidelijk en sterk verzwakt, gewond of ziek zijn, onder de volgende voorwaarden : 1° elk sanitair schieten door een personeelslid van de Afdeling Natuur en Bossen op een gegeven grondgebied vereist de schriftelijke overeenstemming van de houder van het jachtrecht op dat grondgebied;2° elk sanitair schieten door een houder van het jachtrecht op zijn grondgebied vereist de voorafgaande overeenstemming of het verzoek van de houtvester van de territoriaal bevoegde Afdeling Natuur en Bossen, in aanwezigheid van de plaatselijke bosambtenaar; 3° elk sanitair schieten wordt verplicht uitgevoerd d.m.v. kogels.
Art. 2.Vóór elk vervoer van de huid van het doodgeschoten dier, wordt een traceerbaarheidsband geplaatst door de plaatselijke bosambtenaar, die ook een proces-verbaal opmaakt waarbij wordt bevestigd dat het dier afgeschoten werd of dood is, en dat overeenstemt met hetgeen dat gebruikt wordt in het kader van het besluit van de Waalse Gewestexecutieve van 22 april 1993 betreffende het Afschotplan voor de jacht op edelhert.
Art. 3.De houtvester neemt alle noodzakelijke maatregelen met het oog op het vervoer voor analyse door de "Faculté de médecine vétérinaire de l'Université de Liège" van de gehele huid van het doodgeschoten dier, waarvan de ingewanden niet verwijderd zijn, met inbegrip van de eventuele trofee; in geen geval mogen de wildbraad en de trofee worden overhandigd aan de schieter of aan de houder van het jachtrecht op het grondgebied waar het dier werd doodgeschoten.
Elk sanitair schieten wordt opgenomen in een informatieverslag van de houtvester aan de directeur van de territoriaal bevoegde Afdeling Natuur en Bossen, waarin de symptomen worden beschreven die het doodschieten van het dier hebben vereist, en waarin de datum staat vermeld waarop de gehele huid ontvangen werd door de "Faculté de médecine vétérinaire de l'Université de Liège". Bij dat verslag moet een afschrift van voornoemd proces-verbaal, behoorlijk aangevuld door de plaatselijke bosambtenaar, worden gevoegd.
Art. 4.Na analyse van het dier door de "Faculté de médecine vétérinaire de l'Université de Liège", verzendt deze de wildbraad naar het vilbeluik en overhandigt de eventuele trofee aan het "Laboratoire de la Faune sauvage et de Cynégétique du Centre de Recherche de la Nature, des Forêts et du Bois" (Laboratorium voor Wilde Fauna en Jacht van het Centrum voor Natuur-, Bos- en Houtonderzoek).
Art. 5.De leden van de Dienst Bacteriologie van de Faculteit Diergeneeskunde van de "Université de Liège", alsook de medewerkers op wie deze dienst een beroep doet, worden ertoe gemachtigd, in het kader van de werken betreffende de in artikel 1 bedoelde kaderovereenkomst, te allen tijde dood wild te vervoeren op het hele grondgebied van het Waalse Gewest. HOOFDSTUK II. - Bijzondere bepaling
Art. 6.Indien een sanitair schieten wordt uitgevoerd tijdens de opening van het jachtseizoen, overeenkomstig de bepalingen van dit besluit, wordt het doodgeschoten dier niet opgenomen in het eventuele jachtplan van het jachtgrondgebied waar het werd afgeschoten. HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen
Art. 7.De in artikelen 1 en 5 van dit besluit bedoelde machtigingen zijn geldig te allen tijde en op het hele grondgebied van het Waalse Gewest vanaf 1 juli 2006 tot 30 juni 2011 inbegrepen.
Art. 8.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2006.
Art. 9.De Minister van Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Leefmilieu en Toerisme is belast met de uitvoering van dit besluit.
Namen, 13 juli 2006.
De Minister-President, E. DI RUPO De Minister van Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Leefmilieu en Toerisme, B. LUTGEN