Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 11 september 2008
gepubliceerd op 29 september 2008

Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 9 oktober 1997 betreffende de voorwaarden van erkenning en subsidiëring van de voor gehandicapte personen bestemde residentiële diensten, dagonthaaldiensten en diensten voor plaatsing in gezinnen

bron
waalse overheidsdienst
numac
2008203430
pub.
29/09/2008
prom.
11/09/2008
ELI
eli/besluit/2008/09/11/2008203430/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

11 SEPTEMBER 2008. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 9 oktober 1997 betreffende de voorwaarden van erkenning en subsidiëring van de voor gehandicapte personen bestemde residentiële diensten, dagonthaaldiensten en diensten voor plaatsing in gezinnen


De Waalse Regering, Gelet op het decreet van 6 april 1995 betreffende de integratie van gehandicapte personen, inzonderheid op artikel 24;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 9 oktober 1997 betreffende de voorwaarden van erkenning en subsidiëring van de voor gehandicapte personen bestemde residentiële diensten, dagonthaaldiensten en diensten voor plaatsing in gezinnen, gewijzigd bij de besluiten van de Waalse Regering van 23 juli 1998, 20 mei 1999, 3 juni 1999, 29 juni 2000, 11 januari 2001 en 13 december 2001, 26 juni 2002, 5 september 2002, 3 juli 2003, 12 februari 2004, 22 april 2004, 29 september 2005, 28 september 2006, 21 juni 2007 en 20 september 2007;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 13 juni 2008;

Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 19 juni 2008;

Gelet op het advies van het beheerscomité van het "Agence wallonne pour l'Intégration des Personnes handicapées " (Waals agentschap voor de integratie van gehandicapte personen), gegeven op 15 juli 2008;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 4 juli 1989 en 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door het feit dat aanpassingen nodig zijn voor de bepaling van het bedrag van de subsidies die voor het jaar 2008 toegekend worden aan de voor gehandicapte personen bestemde residentiële diensten, dagonthaaldiensten en diensten voor plaatsing in gezinnen en dat deze subsidies zo spoedig mogelijk toegekend moeten worden om de vlotte werking van bedoelde diensten te kunnen waarborgen;

Op de voordracht van de Minister van Gezondheid, Sociale Actie en Gelijke Kansen;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Dit besluit regelt overeenkomstig artikel 138 van de Grondwet een aangelegenheid bedoeld in artikel 128, § 1, van de Grondwet.

Art. 2.Paragraaf 1 van artikel 4 van het besluit van de Waalse Regering van 9 oktober 1997 betreffende de voorwaarden van erkenning en subsidiëring van de voor gehandicapte personen bestemde residentiële diensten, dagonthaaldiensten en diensten voor plaatsing in gezinnen wordt geschrapt.

Art. 3.Het vierde lid van artikel 12bis van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : "Daarin worden de criteria, de wijze en de periodiciteit van de evaluatie van bedoelde drie aspecten bepaald, alsook de voorzieningen die tot stand gebracht worden voor de permanente vorming van het opvoedend personeel van categorie II. Het voorziet bovendien in de permanente vormingsactiviteiten waaraan de opvoeders-groepsleiders, de onderdirecteurs en de directeurs minstens twee dagen per jaar moeten deelnemen."

Art. 4.In artikel 21 van hetzelfde besluit wordt punt 1° van paragraaf 3 vervangen als volgt : "1° A : tenlastenemingen die niet onderverdeeld zijn in de categorieën B, C, D en die moeten voorzien in de behoeften van begunstigden met autisme, aangeboren of opgelopen hersenletsel, met lichte, gematigde of ernstige geestelijke deficiënties of met zintuiglijke of lichamelijke deficiënties waarvoor ze opgenomen en/of gehuisvest moeten worden;".

Art. 5.In artikel 21 van hetzelfde besluit, punt 2, 2°, wordt het zinsdeel "2° een ernstige geestelijke, een zintuiglijke of lichamelijke deficiëntie, die drie van de volgende kenmerken vertonen :" vervangen door volgend zinsdeel : "2° met autisme, aangeboren of opgelopen hersenletsel, met ernstige geestelijke deficiënties of met zintuiglijke of lichamelijke deficiënties en die drie van de volgende kenmerken vertonen :".

Art. 6.In punt 3° van paragraaf 3 van artikel 21 van hetzelfde besluit wordt het zinsdeel "C : tenlasteneming die voorziet in de behoeften van begunstigden die aan zware of ernstige zintuiglijke, lichamelijke of geestelijke deficiëntie lijden en minstens vier van de onderstaande criteria vertonen, waarvan minstens één in de lijst onder 1° voorkomt en de drie andere in de lijst onder 2° :" vervangen door volgend zinsdeel : "C : tenlasteneming die voldoet aan de begunstigden met autisme, aangeboren of opgelopen hersenletsel, die aan een zware of ernstige zintuiglijke, lichamelijke of geestelijke deficiëntie lijden en minstens vier van de onderstaande criteria vertonen, waarvan minstens één in de lijst onder 1° voorkomt en de drie andere in de lijst onder 2° :".

Art. 7.Hoofdstuk II van titel III van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een afdeling 6, luidend als volgt : "Afdeling 6. - Specifieke subsidie als compensatie voor de maatregelen van de driedelige raamovereenkomst voor de Waalse privé non profitsector

Art. 31quinquies.Er wordt een specifieke subsidie aan de diensten toegekend met het oog op de financiering van de compenserende banen ingevolge de toekenning van drie bijkomende jaarlijkse verlofdagen aan hun personeel. Deze subsidie wordt berekend volgens de modaliteiten die vastliggen in het besluit van de Waalse Regering van 11 september 2008 betreffende de subsidiëring van de maatregelen van de driedelige raamovereenkomst voor de Waalse privé non- profitsector."

Art. 8.Artikel 31quater van hoofdstuk III van Titel III van hetzelfde besluit wordt artikel 32.

Art. 9.In artikel 49 van hetzelfde besluit wordt het zinsdeel "waarvan sprake in artikel 31, § 1, tweede lid," geschrapt.

Art. 10.Het laatste lid van artikel 53 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : "Voor 2008 wordt de in artikel 24, § 1, 2, bedoelde aanpassingscoëfficiënt vastgelegd op 100 %".

Art. 11.In artikel 74, derde lid, van hetzelfde besluit wordt het zinsdeel "en de educatieve ploegen" geschrapt.

Art. 12.De artikelen 81 en 81quater van hetzelfde besluit worden opgeheven.

Art. 13.Artikel 88 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een vierde lid, luidend als volgt : "Vanaf 1 januari 2008 wordt het bedrag van de subsidie bedoeld in het eerste lid naar rato van de betrokken maanden aan de schommelingen van het indexcijfer (gezondheidsindex) gekoppeld overeenkomstig de regels voorgeschreven bij de wet van 1 maart 2008 houdende inrichting van een stelsel waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk worden gekoppeld."

Art. 14.De artikelen 89, 89bis, 89ter, 89quater et 89octies van hetzelfde besluit worden opgeheven.

Art. 15.In artikel 89nonies van hetzelfde besluit worden de woorden "bijlage II" vervangen door de woorden "bijlage VI".

Art. 16.Artikel 89undecies wordt opgeheven.

Art. 17.Artikel 91 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : "Art. 91 : Wat betreft de residentiële nachtdiensten voor volwassenen die in 2007 een bedrag ontvangen hebben dat hoger was dan het theoretische bedrag berekend voor 2007 overeenkomstig de bepalingen van artikel 24, wordt het verschil tussen beide bedragen aan de theoretische subsidie 2008 toegevoegd."

Art. 18.Artikel 92 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : "Art. 92 : De personeelsleden die op 1 januari 2007 als kinderverzorg(st)er, gezins- en sanitaire help(st)er, ziekenoppasser(es) of in andere gelijkgestelde functies, als opvoerder, hoofdopvoeder, opvoeder-groepsleider, onderdirecteur, directeur in dienst zijn genomen en die vóór die datum beschikten over de voor de uitoefening van die betrekking vereiste kwalificaties en de desbetreffende opleidingen hebben gevolgd om in aanmerking te komen voor de lasten bedoeld in bijlage VI bij hetzelfde besluit."

Art. 19.Bijlage II bij hetzelfde besluit wordt vervangen door bijlage I bij dit besluit.

Art. 20.Bijlage IV bij hetzelfde besluit wordt vervangen door bijlage II bij dit besluit.

Art. 21.Punt III van bijlage VI bij hetzelfde besluit wordt aangevuld met een § 3, luidend als volgt : "§ 3. Het kaderpersoneel moet binnen vier jaar na de eerste september na zijn indienstneming of bevordering aan de volgende voorwaarden voldoen : Hoofdopvoeder - geslaagd zijn voor één van de opleidingsmodules "Beheer van diensten voor gehandicapte personen", die georganiseerd worden door een vormingsoperator of een door de Franse Gemeenschap erkende onderwijsinstelling en waarvan de inhoud is goedgekeurd door het beheerscomité van het Agentschap; - geslaagd zijn voor de opleidingseenheid "Organisatiestrategieën" van het postgraduaat "kaderlid van de non-profitsector" georganiseerd door het hoger onderwijs voor sociale promotie.

Opvoeder-groepsleider - de 150 uur van het eerste jaar van de tweejarige vormingscyclus "Beheer van diensten voor gehandicapte personen", die georganiseerd wordt door een opleidingsoperator of een door de Franse Gemeenschap erkende onderwijsinstelling en waarvan de inhoud goedgekeurd is door het beheerscomité van het Agentschap, met succes hebben gevolgd.

Onderdirecteur : - de 150 uur van het eerste jaar van de tweejarige vormingscyclus "Beheer van diensten voor gehandicapte personen", die georganiseerd wordt door een opleidingsoperator of een door de Franse Gemeenschap erkende onderwijsinstelling en waarvan de inhoud goedgekeurd is door het beheerscomité van het Agentschap, met succes hebben gevolgd.

Directeur : - de tweejarige opleidingen van 150 uur "Beheer van diensten voor gehandicapte personen", die georganiseerd wordt door een opleidingsoperator of een door de Franse Gemeenschap erkende onderwijsinstelling en waarvan de inhoud goedgekeurd is door het beheerscomité van het Agentschap, met succes hebben gevolgd;".

Art. 22.Bijlage X bij hetzelfde besluit wordt vervangen door bijlage III bij dit besluit.

Art. 23.Dit besluit heeft uitwerking op 1 januari 2008.

Namen, 11 september 2008.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Gezondheid, Sociale Actie en Gelijke Kansen, D. DONFUT

Bijlage 1 KWALIFICATIE- EN VORMINGSVEREISTEN VOOR HET PERSONEEL VAN DE DIENSTEN MET HET OOG OP DE BEPALING VAN DE SUBSIDIES Opvoeder klasse III De houders van één van de volgende titels : ? einddiploma of -getuigschrift van het lager of hoger secundair onderwijs (algemeen of technisch onderwijs); ? eindattest of getuigschrift (met vrucht beëindigd) van het hoger secundair beroepsonderwijs; ? diploma van het al dan niet universitair onderwijs dat niet tot de kwalificatie van opvoeder klasse 1 leidt;

Opvoeder klasse II A 1) De houders van een diploma of getuigschrift : ? kinderopvoeding (D3TQ); ? toegepast sociaal wetenschappelijk onderzoek (D3TQ); ? sociale technieken (D3TQ); ? lichamelijke opvoeding en socioculturele animatie (D3TQ); ? van aspirant-nursing (D3TQ); ? van assistent in geriatrie (D3TQ); ? van opvoedingsagent (D3TQ); ? van vormingswerker (D3TQ); ? van maatschappelijke agent (D3TQ); ? maatschappelijke en educatieve wetenschappen (D3TTR); ? als bewijs dat ze geslaagd zijn voor het 7e beroepsjaar (D37P) kinderverzorgster, gezins- en sanitaire helpster of -hulp, assistente in geriatrie; ? - einddiploma of -getuigschrift van het hoger secundair technisch onderwijs met pedagogische, sociale of paramedische oriëntering; 2) De houders van één van de volgende getuigschriften : ? getuigschrift van kinderverzorgster (D3P) voor zover ze uitsluitend voor kinderen van 0 tot 6 jaar zorgen; ? getuigschrift van verpleegster.

Opvoeder klasse II Uitsluitend de opvoeders van klasse II die reeds in een erkende inrichting in dienst waren op 1 januari 1976 en die beschikken over één van de volgende titels : ? diploma of getuigschrift van een school of van een technische hogere secundaire cursus met pedagogische, psychologische of sociale oriëntering; ? attest van verpleger(ster) of van kinderverzorgster voor zover ze voor kinderen van 0 tot 6 zorgen; ? diploma, getuigschrift of gelijkwaardige titel van minstens het gewoon basisonderwijs voor zover de titularissen van deze titel voor kinderen van 3 tot 6 jaar zorgen; ? diploma van het gewoon kleuteronderwijs.

Opvoeder klasse I De houders van een einddiploma of -getuigschrift van het hoger universitair of niet-universitair onderwijs met pedagogische, psychologische, sociale of paramedische oriëntering, met uitzondering van het diploma van bibliothecaris-documentalist, van het getuigschrift en van het diploma van pedagogische bekwaamheid.

Hoofdopvoeder De opvoeders klasse I die het bewijs kunnen leveren van minstens één jaar dienst als opvoeder klasse I. Opvoeder groepsleider De opvoeders klasse I die het bewijs kunnen leveren van minstens drie jaar dienst als opvoeder klasse I. Onderdirecteur klasse I a. Onderdirecteur klasse I met een pedagogische functie De houders van een einddiploma of -getuigschrift van het al dan niet universitair hoger onderwijs (volledig leerplan of sociale promotie) met pedagogische, psychologische, sociale of paramedische oriëntering en die het bewijs kunnen leveren van minstens drie jaar dienstervaring in een educatieve, sociale, pedagogische, psychologische of paramedische functie uitgeoefend in de sector van de hulpverlening aan personen b.Onderdirecteur klasse I met een administratieve functie De houders van een einddiploma of -getuigschrift van het al dan niet universitair hoger onderwijs met juridische, economische, administratieve of boekhoudoriëntering en die het bewijs kunnen leveren van minstens drie jaar dienstervaring in een administratieve of boekhoudkundige functie Directeurs klasse I De houders van een einddiploma of -getuigschrift van het al dan niet universitair hoger onderwijs met pedagogische, psychologische, sociale of paramedische oriëntering en die het bewijs kunnen leveren van minstens drie jaar dienstervaring in een educatieve, sociale, pedagogische, psychologische of paramedische functie uitgeoefend in de sector van de hulpverlening aan personen Het beheerscomité van het Agentschap kan evenwel beslissen de hoedanigheid van directeur te verlenen aan de persoon die door de beheerder als dusdanig wordt aangewezen en die houder is van een einddiploma of -getuigschrift van het al dan niet universitair hoger onderwijs met een andere oriëntatie dan die bedoeld hierboven.

Klerk De houders van één van de volgende titels : ? einddiploma of -getuigschrift van het hoger secundair onderwijs (algemeen of technisch onderwijs); ? eindgetuigschrift of -attest van het lager secundair beroepsonderwijs uitgereikt na een vierde finaliteitsjaar of erkend na een vijfde bijscholings- of specialisatiejaar in een afdeling « Travaux de bureau », uitgereikt door een door de Staat opgerichte, gesubsidieerde of erkende inrichting.

Klerk-stenotypist De houders van één voor de functie van klerk vereiste titel en van een getuigschrift of diploma dat van stenotypiekennis getuigt.

Opsteller : De houders van een einddiploma of -getuigschrift van het hoger secundair onderwijs (algemeen of technisch onderwijs) voor zover de vorming beantwoordt aan de normale vereisten van de functie.

Econoom De houders van een diploma, getuigschrift of attest dat toegang geeft tot de opleiding van opsteller.

Boekhouder-klasse I De houders van een einddiploma of -getuigschrift van het hoger secundair onderwijs (algemeen of technisch onderwijs) met een handelsrichting.

Boekhouder-klasse I De houders van een einddiploma of -getuigschrift van het hoger onderwijs met een economische richting waarvan de kwalificatie beantwoordt aan de normale vereisten van de functie.

De houders van het diploma van de Belgische Kamer van Boekhouders.

Arbeiderspersoneel categorie I Ongeschoolde arbeiders, schoonmakers, dienstboden, nachtwakers, conciërges, niet-gekwalificeerde landarbeiders.

Arbeiderspersoneel categorie II Wasvrouwen, laboratoriumknechten, strijksters, linnennaaisters, portiers, helpers van gekwalificeerde arbeider voor zover de dienst een gekwalificeerde arbeider telt.

Arbeiderspersoneel categorie III Gekwalificeerde arbeiders die niet in het bezit zijn van een einddiploma of -getuigschrift dat van hun kwalificatie getuigt.

Arbeiderspersoneel categorie IV Gekwalificeerde arbeiders met een door een school of een onderwijsinrichting uitgereikt diploma of getuigschrift dat van een kwalificatie getuigt, zoals schoenmaker, tuinier, mecanicien, loodgieter sanitair, meubelmaker, schrijnwerker, elektricien, kok.

Arbeiderspersoneel categorie V Arbeiders die beschikken over de voor de arbeiders categorie IV vereiste kwalificatie en die verantwoordelijk zijn voor een homogene ploeg van minstens vijf arbeiders.

Verpleger/verpleegster met brevet De houders van het diploma verpleegkunde.

Gegradueerde verpleger/verpleegster De houders van het diploma dat deze titel verleent.

Diëtist(e) De houders van het diploma dat deze titel verleent.

Gegradueerde of regent met een economische, juridische, administratieve of informaticaoriëntering De houders van het diploma dat deze titel verleent.

Kopiist (braille) 2e klasse De houders van een diploma, getuigschrift of attest dat toegang geeft tot de functie van klerk.

Kopiist (braille) 1e klasse De houders van een diploma, getuigschrift of attest dat toegang geeft tot de functie van opsteller.

Huisarts De houders van een diploma van doctor in de genees-, heel- en verloskunde.

Geneesheer-specialist De houders van een titel vereist voor de uitoefening van het beroep van huisarts, alsook een specificatietitel vereist na advies van de Commissie tot erkenning van de geneesheren-specialisten.

Licentiaat psychologie, psychopedagogie, pedagogie, kinesitherapie of logopedie De houders van het diploma dat één van de voor de uitoefening van deze functies vereiste titels verleent.

Licenciaat economische, juridische, administratieve of informaticaoriëntering De houders van het diploma dat één van deze titels verleent.

Assistent in de psychologie De houders van het diploma dat deze titel verleent.

Ergotherapeut, kinesitherapeut, logopedist.

De houders van het diploma dat één van deze titels verleent.

Orthopedagoog De houders van het diploma voor deze specialisatie.

Assistent, hulp of sociaal adviseur De houders van het diploma dat één van deze titels verleent.

Gegradueerd maatschappelijk verpleger/verpleegster.

De houders van het diploma dat deze titel verleent.

Knutselaar in apparatuur A3 De houders van het diploma of getuigschrift vierde jaar technisch secundair onderwijs.

Elektronicatechnicus A1 of A2 De houders van het diploma dat één van deze titels verleent.

Kinderverzorgster, gezins- en sanitaire helpster, ziekenoppasser(es) of andere daarmee gelijkgestelde functies De houders van een diploma of een getuigschrift van : ? kinderverzorgster (D3P); ? gezins- en sanitaire helper/helpster (D3P); ? jeugdwerker/jeugdwerkster (D3P); ? bejaardenhelper/helpster; ? polyvalente hulpwerker/werkster van de thuiszorg- en gemeenschapsdiensten dat overeenstemt met het kwalificatiegetuigschrift van gezins- en sanitaire helper/helpster van het secundair onderwijs met volledig leerplan.

Hulp klinisch laboratorium A3 De houders van het diploma dat deze titel verleent.

Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 11 september 2008 tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 9 oktober 1997 betreffende de voorwaarden van erkenning en subsidiëring van de voor gehandicapte personen bestemde residentiële diensten, dagonthaaldiensten en diensten voor plaatsing in gezinnen.

Namen, 11 september 2008.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Gezondheid, Sociale Actie en Gelijke Kansen, D. DONFUT

Bijlage 2 § 1. Lijst van de subsidies per tenlasteneming a. Door een private inrichtende macht beheerde diensten met een GB <= 60 Residentiële dienst voor jongeren Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld b.Door een private inrichtende macht beheerde diensten met een GB > 60 Residentiële dienst voor jongeren Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld d. Door een openbare inrichtende macht beheerde diensten met een GB > 60 Residentiële dienst voor jongeren Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld De in § 1 van deze bijlage bedoelde toelagen per tenlasteneming werden berekend door optelling van de volgende bedragen : a.Voor andere diensten dan de diensten voor plaatsing in gezinnen en de residentiële overgangsdiensten Bedrag nr. 1 (gemiddelde van de werkingslasten) : 2.767 in residentiële diensten <= 60 tenlastenemingen 2.752 in residentiële diensten <= 60 tenlastenemingen 1.361 in een dagonthaaldienst voor niet-schoolgaande jongeren en in een dagonthaaldienst voor volwassenen met een GB <= 60 tenlastenemingen 1.284 in een dagonthaaldienst voor niet-schoolgaande jongeren en in een dagonthaaldienst voor volwassenen met een GB > 60 tenlastenemingen 1.038 in een dagonthaaldienst voor jongeren met en GB <= 60 tenlastenemingen 1.027 in een dagonthaaldienst voor jongeren met en GB > 60 tenlastenemingen Bedrag nr. 2 (gemiddelde van de lasten van het niet-educatieve personeel) : Voor de diensten beheerd door een privé inrichtende macht 7.355 in residentiële diensten <= 60 tenlastenemingen 5.901 in residentiële diensten <= 60 tenlastenemingen 5.164 in een dagonthaaldienst voor niet-schoolgaande jongeren en in een dagonthaaldienst voor volwassenen met een GB <= 60 tenlastenemingen 3.853 in een dagonthaaldienst voor niet-schoolgaande jongeren en in een dagonthaaldienst voor volwassenen met een GB > 60 tenlastenemingen 4.855 in een dagonthaaldienst voor jongeren met en GB <= 60 tenlastenemingen 3.853 in een dagonthaaldienst voor jongeren met en GB > 60 tenlastenemingen Deze bedragen worden verkregen door de in bijlage XIII opgenomen subsidiëringscoëfficiënten te vermenigvuldigen met de volgende gemiddelde schalen, rekening houdend met een gemiddelde geledelijke anciënniteit van 10 jaar : 23.803 voor het administratieve personeel : 29.564 voor de boekhouders 22.326 voor de arbeiders 31.149 voor de maatschappelijke assistenten 36.553 voor de directeurs in de instellingen waarvan de GB <= 79 is 44.477 voor de directeurs in de diensten waarvan de GB > 60 is.

De som van de resultaten wordt vermeerderd met een forfaitair percentage van bijkomende en wettelijke werkgeverslasten, in residentiële diensten in dagonthaaldiensten Voor de diensten beheerd door een openbare inrichtende macht 7.200 in residentiële diensten <= 60 tenlastenemingen 5.780 in residentiële diensten <= 60 tenlastenemingen 5.054 in een dagonthaaldienst voor niet-schoolgaande jongeren en in een dagonthaaldienst voor volwassenen met een GB <= 60 tenlastenemingen 3.774 in een dagonthaaldienst voor niet-schoolgaande jongeren en in een dagonthaaldienst voor volwassenen met een GB > 60 tenlastenemingen 4.750 in een dagonthaaldienst voor jongeren met en GB <= 60 tenlastenemingen 3.774 in een dagonthaaldienst voor jongeren met en GB > 60 tenlastenemingen Deze bedragen worden verkregen door de in bijlage XIII opgenomen subsidiëringscoëfficiënten te vermenigvuldigen met de volgende gemiddelde schalen, rekening houdend met een gemiddelde geledelijke anciënniteit van 10 jaar : 22.398 voor het administratieve personeel : 28.807 voor de boekhouders 21.839 voor de arbeiders 30.812 voor de maatschappelijke assistenten 35.414 voor de directeurs in de instellingen waarvan de GB <= 37 is 43.380 voor de directeurs in de diensten waarvan de GB > 60 is.

De som van de resultaten wordt vermeerderd met een forfaitair percentage van bijkomende en wettelijke werkgeverslasten, in residentiële diensten in dagonthaaldiensten Bedrag nr. 3 (gemiddelde van de lasten van het educatieve personeel) : Voor de diensten beheerd door een privé-inrichtende macht Naargelang van het soort tenlasteneming worden de in punt a) van bijlage XIV bedoelde subsidiëringscoëfficiënten vermenigvuldigd met de volgende schalen, rekening houdend met een gemiddelde geledelijke anciënniteit van 10 jaar : 32.634 voor de psychologen, paramedici en bijzonder personeel : 30.846 voor de opvoeders Cl1, 2A en hoofdopvoeders 23.233 voor de opvoeders Cl EB, 3e kl., kinderverzorgsters en daarmee gelijkgestelden 34.845 voor de opvoeders-groepsleiders De bedragen worden aangepast aan de effectieve gemiddelde geldelijke anciënniteit in geval van toekenning van een toeslag voor anciënniteit, zoals bedoeld in artikel 26 van dit besluit.

De som van de resultaten wordt vermeerderd met een forfaitair percentage van bijkomende en wettelijke werkgeverslasten, in residentiële diensten in dagonthaaldiensten Voor de diensten beheerd door een openbare inrichtende macht Naar gelang van het soort tenlasteneming worden de in punt a) van bijlage XIV bedoelde subsidiëringscoëfficiënten vermenigvuldigd met de volgende schalen, rekening houdend met een gemiddelde geledelijke anciënniteit van 10 jaar : 32.297 voor de psychologen, paramedici en bijzonder personeel : 30.018 voor de opvoeders Cl1, 2A en hoofdopvoeders 22.852 voor de opvoeders Cl EB, 3e kl., kinderverzorgsters en daarmee gelijkgestelden 34.015 voor de opvoeders-groepsleiders De bedragen worden aangepast aan de effectieve gemiddelde geldelijke anciënniteit in geval van toekenning van een toeslag voor anciënniteit, zoals bedoeld in artikel 26 van dit besluit.

De som van de resultaten wordt vermeerderd met een forfaitair percentage van bijkomende en wettelijke werkgeverslasten, in residentiële diensten in dagonthaaldiensten Voor de gezamenlijke diensten Vervolgens wordt het volgende coëfficiënt toegepast binnen de perken van de begrotingsmiddelen : in residentiële diensten voor jongeren in residentiële nachtdiensten voor volwassenen in residentiële diensten voor volwassenen in dagonthaaldiensten voor jongeren in dagonthaaldiensten voor niet-schoolgaande jongeren in dagonthaaldiensten voor volwassenen Bovendien wordt de impliciete verdeling van de begeleiding onder de opvoeders van "categorie I" en "categorie II" waarin voorzien wordt door de coëfficiënten onder punt a) van bijlage XIV jaarlijks bijgestuurd door het Agentschap.

Deze verdeling geeft een overzicht van het gedurende het referentiejaar vastgelegde gemiddelde per instellingscategorie : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld b. voor de diensten voor plaatsing in gezinnen : Bedrag nr.1 (gemiddelde van de werkingslasten) : 1.396,24 euro Bedrag nr. 2 (gemiddelde van de lasten van het educatieve en niet-educatieve personeel) : De in punt b) van bijlage XIV bedoelde subsidiëringscoëfficiënten worden vermenigvuldigd met de volgende schalen, rekening houdend met een gemiddelde geledelijke anciënniteit van 10 jaar : voor privé-instellingen 31.149 voor de functie van directeur 31.149 voor de functie van maatschappelijk assistent en/of opvoeder (minimum kl. 2A ) 32.634 voor de psychologen en/of paramedici 22.628 voor de functie van klerk voor openbare instellingen 30.812 voor de functie van directeur 30.812 voor de functie van maatschappelijk assistent en/of opvoeder (minimum kl. 2A ) 32.297 voor de psychologen en/of paramedici 22.217 voor de functie van klerk De bedragen worden aangepast aan de effectieve gemiddelde geldelijke anciënniteit in geval van toekenning van een toeslag voor anciënniteit, zoals bedoeld in artikel 26 van dit besluit.

De som van de resultaten wordt vermeerderd met een forfaitair percentage van bijkomende en wettelijke werkgeverslasten dat vastgelegd is als volgt : 51,89 voor privé-instellingen 43,62 voor openbare instellingen c) Voor de residentiële overgangsdiensten Bedrag nr.1 (gemiddelde van de werkingslasten) : 361,19 euro Bedrag nr. 2 (gemiddelde van de lasten van het educatieve en niet-educatieve personeel) : De in punt b) van bijlage XIV bedoelde subsidiëringscoëfficiënten worden vermenigvuldigd met de volgende schalen, rekening houdend met een gemiddelde geledelijke anciënniteit van 10 jaar : 31.14905 voor privé-instellingen 30.81219 voor openbare instellingen.

De bedragen worden aangepast aan de effectieve gemiddelde geldelijke anciënniteit in geval van toekenning van een toeslag voor anciënniteit, zoals bedoeld in artikel 26 van dit besluit.

De som van de resultaten wordt vermeerderd met een forfaitair percentage van bijkomende en wettelijke werkgeverslasten dat vastgelegd is als volgt : 55,89 voor privé-instellingen 47,62 voor openbare instellingen Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 11 september 2008 tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 9 oktober 1997 betreffende de voorwaarden van erkenning en subsidiëring van de voor gehandicapte personen bestemde residentiële diensten, dagonthaaldiensten en diensten voor plaatsing in gezinnen.

Namen, 11 september 2008.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Gezondheid, Sociale Actie en Gelijke Kansen, D. DONFUT

Bijlage 3 Op grond van de GRB in acht te nemen minimumquota's educatief personeel. a) Op grond van de GRB per begunstigde in acht te nemen minimumquota's educatief personeel. Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Onder "educatief personeel" wordt verstaan het geheel van de psychologen, paramedici, bijzonder personeel, opvoeders van de categorieën I en II en opvoeders groepsleiders zoals opgenomen in bijlage VII, waarvan de kwalificaties overeenstemmen met de in bijlage II bedoelde vereisten, ongeacht het statuut, zelfs wanneer de diensten via een dienstenmaatschappij worden verleend De personeelsleden waarvan de kwalificaties overeenstemmen met de functies van het "niet-educatief personeel" zoals bepaald in bijlage IX, maar waarvan de prestaties betrekking hebben op de begeleiding van gehandicapte personen met specifieke doeleinden in rechtsreeks verband met de educatieve activiteiten omschreven in het dienstproject bedoeld in bijlage I, kunnen met het "educatief personeel" gelijksgesteld worden na overlegging van een dossier en na gunstig advies van het Agentschap op basis van een inspectie. b) Op grond van de GRB in acht te nemen personeelsquota's binnen de diensten voor plaatsing in gezinnen 0,1205 c) Op grond van de GRB in acht te nemen personeelsquota's binnen de residentiële overgangsdiensten 0,2375 Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 11 september 2008 tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 9 oktober 1997 betreffende de voorwaarden van erkenning en subsidiëring van de voor gehandicapte personen bestemde residentiële diensten, dagonthaaldiensten en diensten voor plaatsing in gezinnen. Namen, 11 september 2008.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Gezondheid, Sociale Actie en Gelijke Kansen, D. DONFUT

^