Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 07 september 2023
gepubliceerd op 05 december 2023

Besluit van de Waalse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen die in de statuten van de "Société publique de gestion de l'eau" zijn aangebracht

bron
waalse overheidsdienst
numac
2023047328
pub.
05/12/2023
prom.
07/09/2023
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

7 SEPTEMBER 2023. - Besluit van de Waalse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen die in de statuten van de "Société publique de gestion de l'eau" (de openbare waterbeheersmaatschappij) zijn aangebracht


De Waalse Regering, Gelet op Boek II van het Milieuwetboek houdende het Waterwetboek;

Gelet op artikelen D331 en volgende van het Waterwetboek;

Gelet op de laatste wijzigingen aangebracht in de statuten van de "Société publique de gestion de l'eau" aangenomen op 17 juni 2019 en goedgekeurd door de Waalse Regering op 23 mei 2019;

Gelet op de beslissing om de statuten aan te passen volgens het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, het Waterwetboek en het Wetboek van economisch recht, aangenomen op 19 juni 2023 door de buitengewone algemene vergadering van de Société publique de gestion de l'eau;

Op voordracht van de Minister van Leefmilieu;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.De Regering stemt in met de statutaire wijzigingen goedgekeurd door de buitengewone algemene vergadering van de "Société publique de gestion de l'eau" (S.P.G.E) van 19 juni 2023, met name: HOOFDSTUK 1. - Vorm - Benaming - Maatschappelijk doel - Maatschappelijke zetel - Duur

Artikel 1.- Benaming - Vorm De maatschappij "Société publique de gestion de l'eau" (afgekort "S.P.G.E." of "SPGE") is een publiekrechtelijke naamloze vennootschap die is opgericht bij artikel D. 331 van Boek II van het Milieuwetboek houdende het Waterwetboek ( Decreet van 27 mei 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/05/2004 pub. 23/09/2004 numac 2004202818 bron ministerie van het waalse gewest Decreet betreffende Boek II van het Milieuwetboek, dat het Waterwetboek inhoudt sluiten betreffende Boek II van het Milieuwetboek vormende het Waterwetboek - M.B. 23.09.2004 - en latere wijzigingen), hierna "het Waterwetboek" genoemd.

Artikel 2.- Maatschappelijk doel § 1. De maatschappij heeft tot doel: - de winning van tot drinkwater verwerkbaar water te beschermen en voor de openbare sanering van het afvalwater te zorgen; - tot de verrichtingen betreffende de kringloop van het water bij te dragen alsmede de coördinatie van deze verrichtingen te bevorderen, in het bijzonder door de bevoegdheid om sectorale samenwerkingsplatforms en gedeelde dienstencentra te implementeren, waarbij gestreefd wordt naar optimalisatie en harmonisatie van de activiteiten in de watersector in het Waalse Gewest; - tot de doorzichtigheid van de verschillende kosten die optreden in de kringloop van het water bij te dragen; - onderzoeken uit te voeren om de haar opgelegde doelstellingen te bereiken; - opdrachten te vervullen die haar zijn toevertrouwd door de Waalse Regering in de watersector en met name zoals bepaald in de statuten. - de maatschappij voert ook technische en economische onderzoeken uit op gebieden die verband houden met de kringloop van het water. Deze onderzoeken kunnen van algemene aard zijn of specifieke onderwerpen behandelen. Er wordt prioriteit gegeven aan onderwerpen die verband houden met de implementatie van Europese richtlijnen op het gebied van water. § 2. De maatschappij mag alle commerciële, industriële, financiële en effectentransacties van om het even welke aard uitvoeren die rechtstreeks of onrechtstreeks verband houden met haar maatschappelijk doel of die, rechtstreeks of onrechtstreeks, de verwezenlijking van haar maatschappelijk doel geheel of gedeeltelijk kunnen vergemakkelijken. Zij mag door middel van vereniging, inbreng, fusie, financiële tussenkomst of anderszins een belang nemen in alle vennootschappen, verenigingen of ondernemingen waarvan het doel identiek, gelijkaardig of verwant is aan het hare, of die de voormelde behoeften en activiteiten kunnen bevorderen. Zij mag optreden als bestuurder of vereffenaar in andere vennootschappen. De maatschappij mag zich borg of garant stellen voor bedrijven of particulieren, in de ruimste zin van het woord.

Artikel 3.- Maatschappelijke zetel De maatschappelijke zetel van de SPGE is gevestigd in het Waalse Gewest. Deze wordt bepaald overeenkomstig het Waterwetboek.

De maatschappij kan exploitatiezetels vestigen naargelang de operationele vereisten.

Artikel 4.- Duur De SPGE wordt opgericht voor onbepaalde duur. HOOFDSTUK II. - Maatschappelijk kapitaal - Aandelen - Obligaties

Artikel 5.- Maatschappelijk kapitaal § 1. Het maatschappelijk kapitaal is vastgesteld op vierentwintig miljoen zevenhonderd negenentachtig duizend driehonderd tweeënvijftig euro achtenveertig cent (€ 24.789.352,48). Het wordt vertegenwoordigd door honderdduizend (100.000) aandelen zonder nominale waarde. § 2. De raad van bestuur is gemachtigd om het geplaatste maatschappelijk kapitaal te verhogen met een maximumbedrag van vierentwintig miljoen zevenhonderd negenentachtigduizend driehonderd tweeënvijftig euro en achtenveertig cent (€ 24.789.352,48), door het creëren van honderdduizend (100.000) aandelen zonder nominale waarde, in overeenstemming met de voorwaarden die worden vastgelegd door de raad van bestuur. Deze verhoging kan in één of in meerdere keren worden uitgevoerd. Voorkeurrechten kunnen beperkt of opgeheven worden.

Deze verhoging kan geschieden door inbreng in geld of in natura door de in § 3 bedoelde aandeelhouders.

Er wordt een verslag opgesteld door de commissarissen van de maatschappij.

De kapitaalverhoging waartoe overeenkomstig deze paragraaf wordt besloten, kan ook plaatsvinden door de kapitalisatie van reserves, met inbegrip van herwaarderingsreserves, met of zonder uitgifte van nieuwe aandelen.

In het kader van het toegestane kapitaal kan de Raad besluiten tot de uitgifte van converteerbare obligaties en inschrijvingsrechten. § 3. Alleen de door het Waterwetboek gedefinieerde personen kunnen aandeelhouder van de SPGE zijn.

Artikel 6.- Het volstorten van de aandelen Betalingen op aandelen die op het moment van inschrijving niet volledig volgestort zijn, worden bij besluit van de raad van bestuur afgeroepen.

De raad van bestuur bepaalt de tijdstippen en bedragen voor deze betalingen en stelt de aandeelhouders twee maanden voor de vastgestelde datum per aangetekend schrijven op de hoogte.

Dit schrijven geldt als ingebrekestelling, en als de betaling niet is verricht op de vervaldatum, is van rechtswege rente verschuldigd tegen de wettelijke rentevoet voor elke dag van invorderbaarheid.

De raad van bestuur kan, na een ingebrekestelling per aangetekend schrijven die één maand zonder resultaat is gebleven, verklaren dat de rechten van de aandeelhouder vervallen zijn en de aandelen waarvoor de betalingen niet zijn verricht, onverminderd de bepalingen van de wet en de Statuten, verkopen.

Artikel 7.- Winstdelende aandelen In ruil voor bijdragen in natura en in geld zal het Waalse Gewest tot duizend winstdelende aandelen toegewezen krijgen, de zogenaamde B-aandelen.

In ruil voor bijdragen die bestemd zijn voor de financiering van rioolwaterzuiveringsinstallaties, zullen tot honderd winstdelende aandelen, C-aandelen genaamd, worden toegekend aan elk van de erkende waterzuiveringsorganisaties. Deze aandelen krijgen de nummers C1 tot C7.

In ruil voor bijdragen die bestemd zijn voor de financiering van afvalwaterzuivering, zullen tot honderd winstdelende aandelen, D-aandelen genaamd, worden toegekend aan elk van de erkende waterzuiveringsorganisaties. Deze aandelen krijgen de nummers D1 tot D7.

Winstdelende aandelen zijn niet overdraagbaar.

Elk winstdelend aandeel (B, C en D) geeft recht op: - een preferentiële terugbetaling uit het liquidatieoverschot zoals berekend in overeenstemming met artikel 35 van de statuten; - één stem per aandeel in de gevallen voorzien door het Wetboek van vennootschappen en verenigingen.

Artikel 8.- Aard van de aandelen § 1. Alle aandelen zijn en blijven aandelen op naam.

Op de maatschappelijke zetel van de maatschappij wordt een aandelenregister bijgehouden in overeenstemming met de geldende wettelijke bepalingen. § 2. De aandelen zijn ondeelbaar ten opzichte van de maatschappij.

Indien er meerdere rechthebbenden op een aandeel in de maatschappij zijn, moeten zij door één persoon worden vertegenwoordigd ten opzichte van de maatschappij; zolang aan deze vereiste niet is voldaan, worden de aan deze aandelen verbonden rechten opgeschort. § 3. Bij besluit van de algemene vergadering kunnen aandelen zonder stemrecht of andere soorten aandelen worden uitgegeven.

Artikel 9.- Kennisgevingen bij afstand van aandelen § 1. Elk voornemen van een aandeelhouder om afstand te doen van zijn aandelen moet van tevoren per e-mail en bevestigd per aangetekend schrijven worden meegedeeld aan de voorzitter van de raad van bestuur, die de andere bestuurders en aandeelhouders op dezelfde manier zal inlichten.

De kennisgeving vermeldt de identiteit van de kandidaat-koper, de voorgestelde prijs en de voorwaarden van de verwerving. Het aanbod moet onherroepelijk zijn, onder voorbehoud van de uitoefening van het voorkooprecht.

Elke begunstigde van het voorkooprecht heeft een termijn van één maand vanaf de datum van het aangetekend schrijven van de voorzitter van de raad van bestuur met informatie over de opening van het recht om zijn voorkooprecht uit te oefenen en om de voorzitter op de hoogte te brengen.

Het Gewest beschikt over dezelfde termijn om zijn voorkooprecht op de resterende aandelen uit te oefenen en om de voorzitter te informeren nadat de voorzitter de informatie heeft meegedeeld over het aantal aandelen dat nog onderworpen is aan voorkooprecht. § 2. Onverminderd artikel D.333, § 5, moeten de aandelen waarvoor het voorkookrecht niet werd uitgeoefend, aan de kandidaat-koper worden verkocht tegen de prijs en de voorwaarden die in de kennisgeving zijn vermeld, binnen een maand na het verstrijken van de termijn die vereist is om het voorkooprecht uit te oefenen. Bij gebreke waarvan de verkoop opnieuw aan het voorkooprecht moet worden onderworpen. HOOFDSTUK III. - Algemene vergadering

Artikel 10.- Algemene vergadering § 1. De samenstelling, bevoegdheden en werking van de algemene vergadering van aandeelhouders van de SPGE worden geregeld door het Waterwetboek en alle andere toepasselijke wettelijke of regelgevende bepalingen, met name het Wetboek van vennootschappen en verenigingen voor zover daarvan niet wordt afgeweken doot het Waterwetboek.

Ze zijn ook onderworpen aan de aanvullende bepalingen van deze statuten en, indien van toepassing, aan huishoudelijke reglementen. § 2. Alle aandeelhouders en rechthebbenden op winstdelende aandelen mogen de algemene vergadering bijwonen. Waarnemers van de raad van bestuur en leden van het directiecomité worden uitgenodigd om zonder stemrecht aan de vergadering deel te nemen.

Artikel 11.- Oproeping - Agenda § 1. Een algemene vergadering moet worden bijeengeroepen binnen drie weken na het verzoek van aandeelhouders die ten minste 1/10e van het maatschappelijk kapitaal vertegenwoordigen. § 2. Iedere aandeelhouder die verhinderd is een vergadering bij te wonen, kan per brief, fax of elektronisch bericht een volmacht geven aan een andere persoon, die al dan niet aandeelhouder is, om hem op een vergadering te vertegenwoordigen. Volmachten worden overlegd aan het bureau van de vergadering. § 3. De raad van bestuur kan echter in de oproeping tot de vergadering bepalen welke vorm volmachten moeten hebben en binnen welke termijn ze moeten worden overlegd.

Artikel 12.- Samenstelling van het bureau - Notulen § 1. Het bureau van de algemene vergadering bestaat uit de voorzitter en de ondervoorzitter van de raad van bestuur, alsmede uit de voorzitten van het directiecomité. § 2. De algemene vergaderingen worden voorgezeten door de voorzitter van de raad van bestuur of, in geval van verhindering van deze laatste, door de ondervoorzitter. Indien deze laatsten verhinderd zijn, wordt het voorzitterschap waargenomen door de oudste bestuurder.

De voorzitter van de vergadering kiest de secretaris, deze laatste mag geen aandeelhouder zijn. § 3. Tenzij de voorzitter anders beslist, worden de notulen van de algemene vergadering ter plaatse opgesteld en in voorkomend geval elektronisch ondertekend. § 4. De notulen van algemene vergaderingen worden ondertekend door de leden van het bureau van de vergadering en door aandeelhouders die hierom verzoeken. Deze notulen worden opgenomen in een speciaal register dat op de maatschappelijke zetel van de maatschappij wordt bijgehouden.

Artikel 13.- Schriftelijk of elektronisch stemmen § 1. Indien de oproeping dit bepaalt, kunnen aandeelhouders vóór de algemene vergadering schriftelijk stemmen via het door de maatschappij ter beschikking gestelde formulier. De oproeping vermeldt de procedures en uiterste termijnen voor het indienen van schriftelijke stemmen. Voor de berekening van het aanwezigheidsquorum worden aandeelhouders die vóór de algemene vergadering geldig schriftelijk hebben gestemd, beschouwd als aanwezig op de vergadering. § 2. Indien de oproeping dit bepaalt, kunnen aandeelhouders vóór de algemene vergadering elektronisch stemmen op afstand. De maatschappij verschaft de aandeelhouders een elektronisch communicatiemiddel waarmee de stemgerechtigde aandeelhouder kan worden geïdentificeerd.

De raad van bestuur of het huishoudelijk reglement kunnen aanvullende voorwaarden opleggen om de veiligheid van dit elektronisch middel te garanderen. Voor de berekening van het aanwezigheidsquorum worden aandeelhouders die vóór de algemene vergadering geldig op afstand hebben gestemd, beschouwd als aanwezig op de vergadering.

Artikel 14.- Gewone algemene vergadering § 1. De jaarlijkse algemene vergadering van aandeelhouders vereist door het Wetboek van vennootschappen en verenigingen wordt elk jaar gehouden op de derde maandag van juni om elf uur.

De algemene vergadering wordt gehouden op de maatschappelijke zetel of op elke andere plaats in het Waalse Gewest die in de oproeping is vermeld. § 2. Op gewone algemene vergaderingen worden beslissingen genomen bij volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen. Bij een gelijk aantal stemmen wordt het voorstel verworpen.

Artikel 15.- Buitengewone algemene vergadering § 1. Op buitengewone algemene vergaderingen wordt rechtsgeldig beraadslaagd volgens de quorum- en aanwezigheidsvoorwaarden waarin de wet voorziet. § 2. Op buitengewone algemene vergaderingen worden besluiten genomen bij de door de wet of het decreet voorgeschreven meerderheden.

Artikel 16.- Deelname Aandeelhouders mogen deelnemen aan de algemene vergadering als ze ten minste vijf volle dagen vóór de voor de vergadering vastgestelde datum de maatschappij op de hoogte hebben gesteld van hun voornemen om de vergadering bij te wonen, door een brief of fax te sturen of door een register te ondertekenen dat voor dit doel op de maatschappelijke zetel wordt bijgehouden.

Artikel 17.- Stemrecht Elk aandeel geeft recht op één stem. HOOFDSTUK IV. - Bestuur

Artikel 18.- Algemene bepalingen § 1. De SPGE wordt bestuurd door een raad van bestuur en een directiecomité in overeenstemming met het Waterwetboek.

De samenstelling, bevoegdheden en werking van deze organen worden geregeld door het Waterwetboek en alle andere toepasselijke wettelijke of regelgevende bepalingen, met name het Wetboek van vennootschappen en verenigingen voor zover daarvan niet wordt afgeweken door het Waterwetboek, en het decreet van 12 februari 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 12/02/2004 pub. 22/03/2004 numac 2004200763 bron ministerie van het waalse gewest Decreet betreffende de overheidsbestuurder type decreet prom. 12/02/2004 pub. 23/03/2004 numac 2004200762 bron ministerie van het waalse gewest Decreet betreffende de overheidsbestuurder voor de aangelegenheden geregeld krachtens artikel 138 van de Grondwet sluiten betreffende de overheidsbestuurder.

Ze zijn ook onderworpen aan de aanvullende bepalingen van deze statuten en, indien van toepassing, aan huishoudelijke reglementen. § 2. Naast de bevoegdheden die het Waterwetboek aan de raad van bestuur toekent, is de Raad verantwoordelijk voor: 1° het bepalen van het algemene beleid en de strategie van de SPGE, met inbegrip van: a) het identificeren en opvolgen van de strategische uitdagingen en de daaraan verbonden risico's voor de SPGE;b) het goedkeuren, opvolgen en bijwerken van het financieel plan van de SPGE; c) het aannemen en opvolgen van het financiële beleid, d.w.z. de bevoegdheid om leningen aan te gaan en obligaties uit te geven; d) het aannemen en opvolgen, na overleg met het Waalse Gewest, van beschermings- en investeringsprogramma's, evenals de bijbehorende financiële middelen;e) het vaststellen van de tarievent voor de diensten die worden geleverd in het kader van de openbaredienstopdrachten van de SPGE, met uitzondering van bijzondere contracten;f) het vaststellen van de reële kostprijs van de sanering (RKS), onder voorbehoud van goedkeuring door de Waalse Regering;g) het opvolgen van de coördinatie van de sectorale uitdagingen;2° het afsluiten van het beheerscontract met de Waalse Regering;3° het toezicht en de controle op de uitvoering van de in het beheerscontract vastgelegde verbintenissen ten aanzien van het Waalse Gewest, binnen de grenzen van de financiële middelen van de SPGE;4° het toezicht en de controle op het beheer door het directiecomité;5° de participaties als bedoeld in artikel 2 van de statuten, alsook het benoemen van vertegenwoordigers van de SPGE in vennootschappen, verenigingen en instellingen waarin zij een participatie heeft en het controleren van deze vertegenwoordigers;6° het bijeenroepen van de algemene vergadering en het bepalen van de agenda;7° het controleren en afsluiten van de jaarrekeningen die ter goedkeuring moeten worden voorgelegd aan de algemene vergadering;8° het opstellen van zijn beheersverslag en het overleggen ervan overeenkomstig het decreet van 12 februari 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 12/02/2004 pub. 22/03/2004 numac 2004200763 bron ministerie van het waalse gewest Decreet betreffende de overheidsbestuurder type decreet prom. 12/02/2004 pub. 23/03/2004 numac 2004200762 bron ministerie van het waalse gewest Decreet betreffende de overheidsbestuurder voor de aangelegenheden geregeld krachtens artikel 138 van de Grondwet sluiten betreffende de beheerscontracten en de informatieverplichtingen;9° het aannemen en wijzigen van zijn huishoudelijk reglement;10° het voorstellen aan de algemene vergadering om de statuten of het huishoudelijk reglement goed te keuren of te wijzigen;11° het goedkeuren van het huishoudelijk reglement van het directiecomité;12° het aangaan van overeenkomsten met de leden van het directiecomité;13° het aangaan, gunnen, opgeven of beëindigen van overheidsopdrachten van strategische aard, volgens de vastgestelde criteria en binnen de vastgestelde grenzen;14° elke beslissing van strategische aard die het directiecomité beslist aan de Raad voor te leggen of die aan het directiecomité wordt voorgelegd, met inbegrip van elke beslissing die een belangrijke impact kan hebben op de stabiliteit of de ontwikkeling van de SPGE;15° de handelingen die de wet of het decreet uitdrukkelijk voorbehouden aan de raad van bestuur, onverminderd dit artikel. § 3. Naast de bevoegdheden die het Waterwetboek aan het directiecomité toekent, is het Comité verantwoordelijk voor: - de uitvoering van het beheerscontract; - het verwerven of vervreemden van alle roerende en onroerende goederen en de verklaring dat dit van algemeen nut is; - het afsluiten van alle verdragen, aankopen en contracten voor de exploitatie van diensten volgens de door de raad van bestuur gedelegeerde bevoegdheden; - het aangaan van leningen en de uitgifte van obligaties; het bieden van garanties voor de zekerheid van de verbintenissen aangegaan door de SPGE, en het aanvaarden van de aangeboden waarborgen voor de zekerheid van de verbintenissen die ten overstaan van de maatschappij zijn aangegaan; - het beleggen van beschikbare gelden en beschikken over gelden die de maatschappij in deposito of op een lopende rekening bezit; - de interne organisatie, met inbegrip van de aanwerving, de evaluatie van de prestaties en het ontslag van personeel; - de oprichting van de technische comités en andere comités die als nodig worden beschouwd; - het instellen van gerechtelijke procedures volgens de door de raad van bestuur gedelegeerde bevoegdheden; - de bevoegdheid om schikkingen te treffen en compromissen te sluiten; - de boeking van alle sommen en waarden die aan de SPGE toekomen; - de overdracht van alle zakelijke rechten, voorrechten en rechtsvorderingen tot ontbinding, en de verlening van de opheffing van alle bevoorrechte of hypothecaire inschrijvingen, overdrachten, inbeslagnemingen, verzetten en andere belemmeringen zonder enige betaling te moeten rechtvaardigen; - het sluiten in overeenstemming met de beslissingen van de raad van bestuur van alle overeenkomsten en akten zonder enige volmacht te moeten voorleggen.

Het directiecomité brengt regelmatig verslag uit aan de raad van bestuur over zijn beheer. De raad van bestuur of zijn voorzitter kan te allen tijde aan het directiecomité een verslag vragen over de activiteiten van de SPGE of over een deel ervan. § 4. Bovendien kan het directiecomité, onder zijn verantwoordelijkheid en na een collegiale beslissing van het Comité, sommige van zijn taken toevertrouwen aan een of meer leden van het Comité of het personeel door middel van een bijzonder mandaat. In het kader van deze delegaties brengen de betrokken leden van het Comité of de personeelsleden regelmatig verslag uit aan het directiecomité. § 5. De laatste versie van het huishoudelijk reglement van de raad van bestuur werd aangenomen op de vergadering van 18 juni 2018 en gewijzigd op de vergadering van 19 juni 2023.

Sectie 1. - De raad van bestuur

Artikel 19.- Samenstelling De raad van bestuur bestaat uit veertien leden die door de Regering worden benoemd voor een mandaat van vijf jaar.

Onder de bestuurders wordt één vertegenwoordiger voorgedragen door: 1° de Société wallonne des eaux;2° de Société de financement des eaux; 3° de financiële instellingen bedoeld in artikel D.333, § 2.

Onder de bestuurders worden vijf vertegenwoordigers voorgedragen door de handelsvennootschap bedoeld in artikel D.333, § 2, 4°.

De laatste zes bestuurders worden benoemd op initiatief van de Regering.

Artikel 20.-Voorzitter en ondervoorzitter § 1. De raad van bestuur wijst uit haar midden een voorzitter en een ondervoorzitter aan. § 2. De voorzitter van de raad van bestuur bepaalt de agenda van de Raad en zit de besprekingen voor. § 3. Bij afwezigheid of verhindering wordt de voorzitter in al zijn bevoegdheden vervangen door de ondervoorzitter.

Bij afwezigheid of verhindering van de ondervoorzitter, wordt de Raad voorgezeten door het oudste raadslid. Bij gelijke anciënniteit wordt de Raad voorgezeten door het oudste raadslid.

Artikel 21.-Werking van de raad van bestuur § 1. De Raad vergadert op uitnodiging van de voorzitter of, indien deze verhinderd is, op uitnodiging van de ondervoorzitter of de oudste bestuurder, telkens wanneer de belangen van de maatschappij dit vereisen of wanneer ten minste zes (6) bestuurders hierom verzoeken. § 2. De raad van bestuur beraadslaagt en beslist op geldige wijze enkel en alleen als minstens de helft van diens leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn. Volmachten zijn toegestaan. Beslissingen van de raad van bestuur worden genomen bij volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen. Bij verdeeldheid overweegt de stem van de persoon die de vergadering voorzit. § 3. Indien bijzondere omstandigheden dit vereisen, kan de voorzitter sommige of alle bestuurders en andere personen die de vergadering van de raad van bestuur bijwonen, toestemming geven om aan de vergadering deel te nemen door middel van een telefoonconferentie, videoconferentie of enig ander communicatiemiddel dat alle deelnemers in staat stelt om met elkaar te communiceren. Zij worden dan beschouwd als aanwezig op de vergadering. § 4. Behoudens dwingende redenen mag de raad van bestuur niet beslissen over een punt dat niet op de agenda staat. § 5. De beraadslagingen van de raad van bestuur worden genotuleerd in een speciaal register dat op de zetel van de SPGE wordt bijgehouden.

De notulen worden ondertekend door de voorzitter en de bestuurders die dit wensen. Een lid van het directiecomité staat in voor het secretariaat. § 6. Tenzij de voorzitter anders beslist, worden de notulen van de raad van bestuur ter plaatse opgesteld en in voorkomend geval elektronisch ondertekend. § 7. De raad van bestuur bepaalt zijn huishoudelijk reglement, waarin met name de oproeptermijnen en de oproepmodaliteiten voor de vergaderingen en volmachten vastliggen. § 8. Beslissingen van de raad van bestuur kunnen worden genomen met unanieme, schriftelijke instemming van de bestuurders. Deze instemming kan per brief, fax of elektronisch bericht worden medegedeeld.

Artikel 22.- Gespecialiseerde comités § 1 De raad van bestuur richt uit zijn leden een strategisch comité, een auditcomité en een bezoldigingscomité op om specifieke kwesties te onderzoeken en daarover advies uit te brengen. § 2. Voor deze verschillende comités wordt in het huishoudelijk reglement hun werking vastgelegd, evenals welke zaken door de raad van bestuur gedelegeerd kunnen worden.

Sectie 2. - Het directiecomité

Artikel 23.- Benoeming en evaluatie § 1. De Regering benoemt de leden van het directiecomité volgens de in paragrafen 1 tot en met 3 bedoelde procedure.

De raad van bestuur legt aan de Regering ter goedkeuring voor: 1° een ambstomschrijving;2° een memorandum met een omschrijving van de algemene opdrachten en de te bereiken collectieve en individuele doelstellingen, zowel op vlak van beheer als van strategie.3° de benoeming van de leden van de jury, die voor ten hoogste twee derde uit leden van hetzelfde geslacht bestaat en als volgt is samengesteld: a) de voorzitter en de ondervoorzitter van de raad van bestuur en de voorzitter van het bezoldigingscomité;b) twee externe deskundigen gekozen buiten de ministeriële kabinetten, de diensten van de Waalse Regering en de instellingen van openbaar nut bedoeld in het decreet van 22 januari 1998Relevante gevonden documenten type decreet prom. 22/01/1998 pub. 04/02/1998 numac 1998027050 bron ministerie van het waalse gewest Decreet betreffende het statuut van het personeel van sommige instellingen van openbaar nut die onder het Waalse Gewest ressorteren sluiten betreffende het statuut van het personeel van sommige instellingen onder het gezag van het Waalse Gewest, met minstens tien jaar ervaring in verband met het vastgestelde ambtsprofiel en benoemd door de Regering.Ten minste één van deze twee deskundigen moet tien jaar ervaring hebben op het gebied van management of human resources; c) een lid van een Franstalige Belgische universiteit wiens vakgebied verband houdt met de vacante functie of met management of human resources;d) in voorkomend geval, de directeur(en)-generaal van de Waalse Overheidsdienst (SPW) waarvan de functionele competenties verband houden met de opdrachten van de instelling, of zijn/haar vertegenwoordiger. Het voorstel voor de jury van de raad van bestuur bepaalt wie van de juryleden bedoeld in b) of c) de jury zal voorzitten. § 2. De raad van bestuur doet een oproep voor externe en interne kandidaten, met minstens: 1° de ambtsomschrijving;2° de methode en de uiterste datum voor kandidaturen;3° de voor de functie vereiste diploma's en ervaring;4° de modaliteiten voor de organisatie van de proeven en de gebruikte selectiecriteria;5° de documenten die de kandidatuurakte op straffe van onontvankelijkheid moet omvatten;6° de dienst waar het memorandum bedoeld in paragraaf 1, lid 2, 2°, en alle andere nuttige inlichtingen of documenten kunnen worden verkregen;7° de bezoldiging die voor het mandaat wordt voorgesteld en de modaliteiten voor beëindiging van het mandaat. § 3. De jury organiseert selectieproeven die haar in staat stellen om aan de hand van de selectiecriteria bedoeld in paragraaf 2, 4°, de management- en organisatorische vaardigheden en de persoonlijkheid van de kandidaten vast te stellen.

Op basis van de resultaten van de selectieproeven stelt de jury een schriftelijk verslag op waarin de bekwaamheden van elk van de kandidaten worden uiteengezet en in twee categorieën worden ingedeeld: "geschikt" en "ongeschikt". De selectiejury bezorgt dit verslag aan de Regering.

Op basis van het juryverslag benoemt de Regering de leden van het directiecomité onder de door de jury geschikt bevonden kandidaten. De benoeming wordt doorgestuurd naar de SPGE. § 4. De raad van bestuur draagt zijn bezoldigingscomité op om het directiecomité en zijn leden te onderwerpen aan: 1° een jaarlijkse evaluatie van de verwezenlijking van de doelstellingen van het voorgaande jaar; Deze evaluatie is met name gebaseerd op het jaarlijkse evaluatieverslag van het beheerscontract, het financiële verslag en de verwezenlijking van de doelstellingen die door de raad van bestuur werden vastgelegd.

Het directiecomité stelt een zelfevaluatieverslag op en legt dit voor aan het bezoldigingscomité uiterlijk aan het einde van het eerste kwartaal na de jaarlijkse evaluatieperiode.

Het bezoldigingscomité stelt een verslag op en legt dit voor aan de raad van bestuur samen met het beheersverslag en de jaarrekening voor het jaar van de betreffende evaluatie. De raad van bestuur keurt de evaluatie van het directiecomité en zijn leden goed en stelt desgevallend de daaraan gekoppelde variabele bezoldiging vast.

De jaarlijkse doelstellingen van het directiecomité en zijn leden worden vastgesteld op de laatste vergadering van de raad van bestuur van het jaar dat voorafgaat aan de periode waarop de doelstellingen betrekking hebben. 2° een tussentijdse evaluatie, in principe dertig maanden na de benoeming, en een eindevaluatie, in principe zestig maanden na de benoeming, die beide betrekking hebben op de uitoefening van de in de ambtsomschrijving vermelde competenties, de verwezenlijking van de in het beheerscontract opgenomen doelstellingen en de als lid van het directiecomité te verwezenlijken algemene beheersopdrachten en doelstellingen, zowel op het vlak van beheer als strategie, opgenomen in het memorandum bedoeld in paragraaf 1, lid 2, 2°. Het bezoldigingscomité kan een beroep doen op externe personen voor de tussentijdse evaluatie, en doet een beroep op externe personen voor de eindevaluatie. De externe personen beschikken over de ervaring bedoeld in paragraaf 1, lid 2, 3°, b).

Wanneer de Regering oordeelt dat de situatie of de reputatie van de SPGE dit vereist, kan zij op eigen initiatief een evaluatie van de leden van het directiecomité vragen. Deze evaluatie wordt uitgevoerd overeenkomstig paragrafen 4 tot en met 6. Bij deze gelegenheid wordt de raad van bestuur bijgestaan door externe personen die voldoen aan de voorwaarden bedoeld in paragraaf 1, lid 2, 3°, b). In geval van een negatieve evaluatie kan de Regering, op advies van de raad van bestuur, de benoeming van de leden van het directiecomité beëindigen.

Over de jaarlijkse, tussentijdse en eindevaluaties wordt een gemotiveerd verslag opgesteld dat per aangetekende post met bericht van ontvangst naar de directiecomité wordt gestuurd. De evaluatie kan positief of negatief zijn. § 5. Het directiecomité of een van zijn leden kan bij aangetekend schrijven binnen tien dagen na ontvangst beroep aantekenen bij de raad van bestuur tegen een negatieve tussentijdse of eindevaluatie. Bij gebrek daaraan is de evaluatie definitief.

Indien het directiecomité of een van zijn leden tijdig beroep aantekent, kan deze binnen tien dagen na kennisgeving van het beroep aan de raad van bestuur de redenen uiteenzetten waarom hij de evaluatie betwist. Hij kan een hoorzitting aanvragen, die de raad van bestuur op verzoek zal toestaan.

Na onderzoek van de gronden van het beroep, kan de raad van bestuur de evaluatie wijzigen. Als de evaluatie ondanks het beroep negatief blijft, worden het beroep en de redenen daarvoor in het evaluatieverslag opgenomen.

De raad van bestuur stuurt zijn beslissing, het evaluatieverslag - desgevallend met inbegrip van het beroep en de redenen ervoor - naar de Regering en kan voorstellen om het mandaat van één of meer leden van het directiecomité te beëindigen. § 6. De definitieve tussentijdse of eindevaluatieverslagen worden door de raad van bestuur aan de Regering overlegd.

In geval van een negatieve tussentijdse evaluatie kan de Regering de benoeming van het directiecomité of één van zijn leden vervroegd beëindigen. Desgevallend wordt een nieuwe benoemingsprocedure gestart.

In geval van een negatieve eindevaluatie vervalt de benoeming van het directiecomité of een van zijn leden aan het einde van de vaste termijn. Er wordt een nieuwe benoemingsprocedure gestart. Het aftredende directiecomité of een van zijn leden die het onderwerp was van de negatieve eindevaluatie, mag niet deelnemen aan deze nieuwe procedure.

Het directiecomité of zijn leden die een positieve eindevaluatie krijgen, kunnen door de Regering herbenoemd worden voor een periode van vijf jaar zonder dat een nieuwe benoemingsprocedure nodig is.

Het directiecomité of zijn leden die een positieve eindevaluatie krijgen, kunnen aan het einde van de eerste benoeming van rechtswege herbenoemd worden voor een nieuwe termijn van vijf jaar, zonder dat een nieuwe benoemingsprocedure nodig is.

Artikel 24.- Werking van het directiecomité § 1. Het directiecomité bestaat uit maximaal drie leden, waaronder een voorzitter.

De Regering benoemt de leden van de raad van het directiecomité voor een hernieuwbaar mandaat van vijf jaar. § 2. Het Comité wordt bijeengeroepen door zijn voorzitter. Elk lid heeft het recht om punten op de agenda te plaatsen. § 3. De beraadslagingen van het directiecomité zijn collegiaal. Voor beslissingen van het directiecomité is ten minste een gewone meerderheid van de uitgebrachte stemmen vereist.

Indien de voorzitter afwezig of verhinderd is, worden zijn taken door een ander lid van het directiecomité waargenomen. § 4. Indien bijzondere omstandigheden dit vereisen, kan de voorzitter de leden van het directiecomité of sommigen onder hen toestemming geven om aan de vergadering deel te nemen door middel van een telefoonconferentie, videoconferentie of enig ander communicatiemiddel dat alle deelnemers in staat stelt om met elkaar te communiceren. Zij worden dan beschouwd als aanwezig op de vergadering. § 5. Het directiecomité kan een huishoudelijk reglement aannemen ter aanvulling of specificatie van zijn werkingsregels. Dit reglement wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de raad van bestuur. § 6. Bij overdracht van bevoegdheden van het directiecomité aan een personeelslid worden het doel, het bedrag en de duur ervan vastgelegd.

Deze delegaties gebeuren op basis van een collegiale beslissing van het directiecomité.

Sectie 3. - Onverenigbaarheden, vertegenwoordiging en bezoldiging

Artikel 25.- Onverenigbaarheden Als een bestuurder of een lid van het directiecomité zich in een situatie van onverenigbaarheid bevindt die door de wet of het Waterwetboek is vastgesteld, moet hij binnen een periode van drie maanden ontslag nemen voor de betreffende mandaten of functies.

Gebeurt dit niet, dan wordt hij na het verstrijken van deze termijn geacht van rechtswege zijn mandaat van bestuurder of lid van het directiecomité van de maatschappij te hebben neergelegd, zonder dat dit afbreuk doet aan de rechtsgeldigheid van de handelingen die hij heeft verricht of de beraadslagingen waaraan hij tijdens de periode van drie maanden heeft deelgenomen.

De hoedanigheid van lid van de raad van bestuur van de maatschappij is onverenigbaar met een mandaat als parlementslid.

Artikel 26.- Vertegenwoordiging van de maatschappij Onverminderd de algemene vertegenwoordigingsbevoegdheid van de raad van bestuur als college, wordt de maatschappij in gerechtelijke procedures en bij akten, met inbegrip van die waarvoor de bijstand van een ministerieel ambtenaar of notaris vereist is, geldig vertegenwoordigd door de voorzitter van de raad van bestuur of, bij diens afwezigheid, een bestuurder, en een bestuurder of een lid van het directiecomité.

Het directiecomité is belast met de vertegenwoordiging van de maatschappij, die geldig vertegenwoordigd wordt door twee leden van het directiecomité of één lid van het directiecomité voor bedragen met betrekking tot zogenaamde overheidsopdrachten van geringe waarde, in overeenstemming met de procedures die zijn vastgelegd door de raad van bestuur.

Artikel 27.- Bezoldiging De bezoldiging van bestuurders wordt vastgesteld door de algemene vergadering.

Sectie 4. - Financiële controle

Artikel 28.- Controle op de financiële situatie § 1. De controle van de financiële situatie, de jaarrekeningen en de regelmatigheid met betrekking tot de voorschriften en de statuten, en van de verrichtingen die in de jaarrekeningen moeten worden opgenomen, wordt toevertrouwd aan een college van commissarissen dat uit drie leden bestaat.

Hun beraadslagingen zijn collegiaal.

Hun verslagen en opmerkingen worden aan de Regering en de algemene vergadering overlegd.

Twee leden van het college van commissarissen worden benoemd door de algemene vergadering uit de leden van het Instituut van Bedrijfsrevisoren, in overeenstemming met de bepalingen van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen. Zij hebben de hoedanigheid van commissaris.

Het derde lid wordt benoemd door de Regering op voordracht van het Rekenhof.

De Voorzitter van het College wordt benoemd door de algemene vergadering onder de drie leden van het College.

De commissarissen worden benoemd voor een termijn van drie jaar. § 2. De algemene vergadering bepaalt de bezoldiging van de commissarissen. HOOFDSTUK V. - Coördinatiecomité

Artikel 29.- De raad van bestuur bepaalt in het huishoudelijk reglement de opdrachten en werking van het coördinatiecomité voor de watersector. HOOFDSTUK VI. - Boekjaar - Jaarrekening - Dividenden - Winstuitkering

Artikel 30.- Boekjaar - Maatschappelijke geschriften Het boekjaar begint op één januari en eindigt op eenendertig december van elk jaar.

Op het einde van elk boekjaar maakt de raad van bestuur een inventaris op en stelt de Raad de jaarrekening van de maatschappij op, bestaande uit een balans, een resultatenrekening en toelichtingen.

Deze documenten worden opgesteld in overeenstemming met de Belgische boekhoudwetgeving en neergelegd bij de Nationale Bank van België.

Artikel 31.- Winstuitkering Ten minste vijf procent van de nettowinst van de maatschappij wordt jaarlijks ingehouden en toegewezen aan de wettelijke reserve. Deze inhouding is niet langer verplicht wanneer het reservefonds één tiende van het maatschappelijk kapitaal bereikt.

Er wordt dan een preferent dividend uitgekeerd op de aandelen die het aandelenkapitaal vertegenwoordigen, zoals bedoeld in artikel 5, dat niet hoger mag zijn dan het jaarlijkse dagelijkse gemiddelde van de OLO-rente op 10 jaar plus 2 procent.

Artikel 32.- Onbeschikbare reserve Na aftrek van de wettelijke reserve (indien deze nog verplicht is) en de toewijzing van dividenden zoals bepaald in artikel 31 van de statuten, kan het saldo van de nettowinst van de maatschappij geheel of gedeeltelijk toegewezen worden aan een onbeschikbare reserve.

Deze toewijzing wordt voorgesteld door de raad van bestuur en beslist door de algemene vergadering, met een meerderheid van zesenzestig procent (66%) van de stemmen verbonden aan de aanwezige of vertegenwoordigde aandelen. De algemene vergadering kan hierover alleen geldig beraadslagen als de meerderheid van de aandelen aanwezig of vertegenwoordigd is. Als deze voorwaarde niet vervuld is, zal een nieuwe oproeping vereist zijn en zal de tweede vergadering geldig beraadslagen ongeacht het aantal aanwezige of vertegenwoordigde aandelen.

Deze reserve kan alleen beschikbaar worden gesteld door een beslissing van de algemene vergadering, met een meerderheid van zesenzestig procent (66%) van de stemmen verbonden aan de aanwezige of vertegenwoordigde aandelen. De algemene vergadering kan hierover alleen geldig beraadslagen als de meerderheid van de aandelen aanwezig of vertegenwoordigd is. Als deze voorwaarde niet vervuld is, zal een nieuwe oproeping vereist zijn en zal de tweede vergadering geldig beraadslagen ongeacht het aantal aanwezige of vertegenwoordigde aandelen.

Artikel 33.- Uitkering Dividenden die door de algemene vergadering van aandeelhouders zijn vastgesteld, worden betaald op de tijdstippen en plaatsen die door de algemene vergadering of door de raad van bestuur zijn vastgesteld.

Dividenden die niet zijn opgeëist, vervallen na vijf jaar. HOOFDSTUK VII. - Personeel van de maatschappij

Artikel 34.- Statuut § 1. De personeelsleden van de SPGE worden aangeworven met een arbeidscontract door het directiecomité. § 2. De personeelsleden mogen geen functie bekleden in een andere onderneming of in een financiële, industriële of commerciële vennootschap, met uitzondering van een functie die zij eventueel bekleden in een dochteronderneming van de SPGE in de hoedanigheid van bestuurder of beheerder. § 3. Alles wat een lid van de raad van bestuur of van het directiecomité, of een personeelslid rechtstreeks of onrechtstreeks als bezoldiging of vertegenwoordigingsvergoeding ontvangt uit hoofde van een mandaat, functie of dienst in een andere onderneming, komt van rechtswege toe aan de SPGE wanneer dergelijke mandaten, functies of diensten worden uitgeoefend in het kader van de hoedanigheid van bestuurder, lid van het directiecomité of personeelslid. HOOFDSTUK VIII. - Ontbinding

Artikel 35.- Ontbnding De ontbinding kan alleen worden besloten door een decreet in overeenstemming met het Waterwetboek. Het regelt de methode en voorwaarden van vereffening.

Elk winstdelend aandeel wordt prioritair uitbetaald uit het vereffeningssaldo ten bedrage van:

waarde van de inbreng ________________________ waarde van de inbreng

x

vereffeningssaldo _________________________ specifiek aantal aandelen


HOOFDSTUK IX. - Algemene bepalingen

Artikel 36.- Keuze van woonplaats Houders van aandelen op naam, met uitzondering van openbare aandeelhouders, zijn verplicht om de maatschappij op de hoogte te stellen van elke verandering van woonplaats. Als zij dit niet doen, worden zij geacht hun woonplaats te hebben gekozen op hun vorige adres. ".

Art. 2.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2024, met uitzondering van artikelen 18 en 24, die in werking treden op de dag van publicatie in het Belgisch Staatsblad.

Art. 3.De Minister van Leefmilieu is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 7 september 2023.

Voor de Regering: De Minister-president, E. DI RUPO De Minister van Leefmilieu, Natuur, Bos, Rurale Renovatie en Dierenwelzijn, C. TELLIER

^