gepubliceerd op 19 februari 2014
Besluit van de Waalse Regering tot regeling van de uitvoer, doorvoer en overdracht van producten en technologie voor tweeërlei gebruik
6 FEBRUARI 2014. - Besluit van de Waalse Regering tot regeling van de uitvoer, doorvoer en overdracht van producten en technologie voor tweeërlei gebruik
De Waalse Regering, Gelet op de
wet van 11 september 1962Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
11/09/1962
pub.
21/10/2011
numac
2011000647
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Wet betreffende de in-, uit- en doorvoer van goederen. - Officieuze coördinatie in het Duits
sluiten betreffende de invoer, uitvoer en doorvoer van producten en de daaraan verbonden technologie zoals gewijzigd bij de wet van 3 augustus 1993;
Gelet op het ministeriële besluit van 28 september 2000 tot regeling van de uitvoer van producten en technologie voor tweeërlei gebruik, zoals gewijzigd bij het ministeriële besluit van 12 april 2002;
Gelet op het ministeriële besluit van 28 september 2000 tot regeling van de doorvoer van producten en technologie voor tweeërlei gebruik, zoals gewijzigd bij het ministeriële besluit van 12 april 2002;
Gelet op het advies van de Belgisch-Luxemburgse Administratieve Commissie, uitgebracht op 19 juni 2013;
Gelet op advies nr. 54.732/4 van de Raad van State, gegeven op 27 januari 2014, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 1° van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Overwegende dat dit besluit sommige bepalingen van de Verordening (EG) Nr 428/2009 van de Raad van 5 mei 2009 uitvoert tot invoering van een gemeenschappelijke controleregeling op de uitvoer, overdracht, makelarij en doorvoer van producten voor tweeërlei gebruik, zoals gewijzigd bij de Verordening (EU) nr 1232/2011 van het Europese Parlement van de Raad van 16 november 2011;
Overwegende dat dit besluit sommige bepalingen van de gezamenlijke actie 2000/401/PESC van de Raad van 22 juni 2000 betreffende de controle op technische bijstand in verband met bepaalde vormen van militair eindgebruik uitvoert;
Overwegende dat het Verdrag tot herziening van het op 3 februari gesloten Verdrag tot instelling van de Benelux Economische Unie en de Verklaring, ondertekend te Den Haag op 17 juni 2008 waarmee ingestemd werd bij de wet van 15 december 2010Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2010 pub. 22/12/2011 numac 2011015004 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende instemming met volgende Internationale akten : 1° Verdrag tot herziening van het op 3 februari 1958 gesloten Verdrag tot instelling van de Benelux Economische Unie, en Verklaring, gedaan te 's-Gravenhage op 17 juni 2008, 2° Protocol inzake de voorrechten en immuniteiten van de Benelux Unie, gedaan te 's-Gravenhage op 17 juni 2008 (2) sluiten de voltooiing van de Benelux interne markt en de totstandbrenging van de Benelux Economische Unie vastleggen;
Op de voordracht van de Minister-President;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° de Verordening (EG) Nr 428/2009 : de Verordening (EG) Nr 428/2009 van de Raad van 5 mei 2009 tot uitvoering van een gemeenschappelijke controleregeling op de uitvoer, overdracht, makelarij en doorvoer van producten voor tweeërlei gebruik, zoals gewijzigd bij de Verordening (EU) Nr 1232/2011 van het Europese Parlement en van de Raad van 16 november 2011;2° de producten voor tweeërlei gebruik : de producten voor tweeëlei gebruik bedoeld in artikel 2, punt 1) van de Verordening (EG) Nr 428/2009;3° de vergunning : één van de vergunningen bedoeld in artikelen 2, punten 8), 9), 10), 11), 6, punt 2), en 22, punten 1), 2), van de Verordening (EG) Nr 428/2009 alsook een vergunning voor het verlenen van de technische bijstand;4° de uitvoer : de uitvoer bedoeld in artikel 2, punt 2) van de Verordening (EG) Nr 428/2009;5° de doorvoer : de doorvoer bedoeld in artikel 2, punt 7) van de Verordening (EG) Nr 428/2009;6° de technische bijstand : elke technische bijstand, met inbegrip van mondelinge vormen, in verband met de herstelling, de ontwikkeling, de productie, de opstelling, de proeven, het onderhoud of elke andere technische dienst en die de volgende vormen kan aannemen : instructie, opleiding, overdracht van kennis of pratische vaardigheden of adviesdiensten;7° het militaire eindgebruik : het gebruik bedoeld in artikel 4, § 2, a), b) en c), van de Verordening (EG) Nr 428/2009;8° de aanvrager : de rechtspersoon of de natuurlijke persoon die een vergunningsaanvraag heeft ingediend;9° de Minister : de Minister bevoegd voor de invoer, uitvoer, en doorvoer van producten en technologieën voor tweeërlei gebruik, overeenkomstig het besluit van de Waalse Regering tot vaststelling van de verdeling van de ministeriële bevoegdheden en tot regeling van de ondertekening van haar akten;10° de Administratie : de Directie Wapenvergunningen van het Operationele directoraat-generaal Economie, Tewerkstelling en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst.
Art. 2.Als de aanvrager zijn woonplaats of zijn maatschappelijke zetel op het grondgebied van het Waalse Gewest heeft, moet de vergunningsaanvraag voor de uitvoer, doorvoer of overdracht, zoals bedoeld in artikelen 3, 6, 9 en 22 van de Verordening (EG) Nr 428/2009 bij de Administratie ingediend worden volgens de door de Minister bepaalde modaliteiten.
Art. 3.Overeenkomstig artikel 2, punten 8), 9), 10) en 11), van de Verordening (EG) Nr 428/2009 zijn er drie types vergunning voor de uitvoer van producten voor tweeërlei gebruik : 1° individuele uitvoervergunning waarvan de geldigheidsduur achttien maanden bedraagt;2° globale uitvoervergunning waarvan de geldigheidsduur drie jaar bedraagt;3° algemene uitvoervergunning waarvan de geldigheidsduur onbepaald is;
Art. 4.Overeenkomstig artikel 4, punt 5), van de Verordening (EG) Nr 428/2009 is de uitvoer van producten voor tweeërlei gebruik opgenomen op de lijst van bijlage I bij de Verordening (EG) Nr 428/2009 onderworpen aan vergunning als de uitvoerder redenen heeft om te vermoeden dat de betrokken producten geheel of gedeeltelijk bestemd zijn of kunnen zijn voor één van de in artikel 4, punt 1) van de Verordening (EG) Nr 428/2009 genoemde doeleinden.
Art. 5.Overeenkomstig artikel 6, punten 2) en 3), van de Verordening (EG) Nr 428/2009 is de doorvoer van producten voor tweeërlei gebruik, al dan niet opgenomen op de lijst van bijlage I bij de Verordening (EG) Nr 428/2009, onderworpen aan vergunning als de Minister acht dat deze producten geheel of gedeeltelijk bestemd zijn of kunnen zijn : 1° ten minste voor één van de in artikel 4, punt 1), van de Verordening (EG) Nr 428/2009 genoemde doeleinden;of 2° voor een militair eindgebruik en voor een doeleinde zoals bedoeld in artikel 4, punt 2), van de Verordening (EG) Nr 428/2009.
Art. 6.De doorvoer van producten voor tweeërlei gebruik, al dan niet opgenomen op de lijst van bijlage I bij de Verordening (EG) Nr 428/2009, is aan vergunning onderworpen als de tussenpersoon kennis of redenen heeft om te vermoeden dat de betrokken producten geheel of gedeeltelijk bestemd zijn of kunnen zijn : 1° ten minste voor één van de in artikel 4, punt 1), van de Verordening (EG) Nr 428/2009 genoemde doeleinden;of 2° voor een militair eindgebruik en voor een doeleinde zoals bedoeld in artikel 4, punt 2), van de Verordening (EG) Nr 428/2009.
Art. 7.§ 1. De directe of indirecte verlening van de technische bijstand buiten het douanegebied van de Europese Unie door een rechtspersoon of natuurlijke persoon die zijn woonplaats of zijn werkelijke maatschappelijke zetel op het grondgebied van het Waalse Gewest heeft, is verboden indien : 1° ze ervoor bestemd is of kan zijn om tot de ontwikkeling, de productie, de behandeling, de werking, het onderhoud, de opslag, de opsporing, de herkenning of de verspreiding van chemische, biologische of nucleaire wapens of andere nucleaire explosiemiddelen, of tot de ontwikkeling, de productie, het onderhoud of de opslag van raketten bij te dragen die dergelijke wapens naar hun doel kunnen voeren;of 2° het land van bestemming aan een wapenembargo onderworpen is bij gemeenschappelijk standpunt of gemeenschappelijk optreden van de Raad van de Europese Unie of bij een besluit van de Organisatie voor de Veiligheid en Samenwerking in Europa of krachtens een bindende resolutie van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties, of indien deze technische bijstand gebonden is of kan zijn aan een militair eindgebruik. Onder "directe verlening van de technische bijstand" wordt verstaan : de verlening van technische bijstand of de belofte het doen.
Onder "indirecte verlening van de technische bijstand" wordt verstaan : het innemen van bepalingen op grond waarvan een andere persoon de technische bijstand verleent of verbindt zich het te doen. § 2. De bepalingen van de eerste paragraaf zijn niet van toepassing op de technische bijstand : 1° als het verboden is, krachtens de Verordening (EG) Nr 428/2009, de technische bijstand zonder vergunning te verlenen, overeenkomstig de eerste paragraaf;2° als hij slechts betrekking heeft op de inlichtingen die in het openbare domein zijn of die een fundamenteel wetenschappelijk onderzoek vormen, zoals bepaald in bijlage I bij de Verordening (EG) Nr 428/2009. § 3. In het kader van een internationaal onderzoeksprogramma dat ervoor bestemd is om de gevolgen van de chemische, biologische of nucleaire wapens of andere middelen bedoeld in de eerste paragraaf, 1° te beperken en/of hen ondoeltreffend te maken, kan de Regering, van geval tot geval, afwijkingen toestaan op het in de eerste paragraaf, 1° bedoelde verbod. § 4. De Regering kan, van geval tot geval, afwijkingen toestaan op het in de eerste paragraaf, 2°, bedoelde verbod, mits naleving van de in de eerste paragraaf, 2°, bedoelde embargo's.
Art. 8.Overeenkomstig het Verdrag tot herziening van het op 3 februari gesloten Verdrag tot instelling van de Benelux Economische Unie en de Verklaring, ondertekend te Den Haag op 17 juni 2008 waarmee ingestemd werd bij de wet van 15 december 2010Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2010 pub. 22/12/2011 numac 2011015004 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende instemming met volgende Internationale akten : 1° Verdrag tot herziening van het op 3 februari 1958 gesloten Verdrag tot instelling van de Benelux Economische Unie, en Verklaring, gedaan te 's-Gravenhage op 17 juni 2008, 2° Protocol inzake de voorrechten en immuniteiten van de Benelux Unie, gedaan te 's-Gravenhage op 17 juni 2008 (2) sluiten is de overdracht naar het Groothertogdom Luxemburg en naar Nederland van producten voor tweeërlei gebruik opgenomen op de lijst van bijlage IV bij de Verordening (EG) Nr 428/2009, waarnaar het artikel 22, punt 1) van de Verordening (EG) Nr 428/2009 verwijst niet onderworpen aan een vergunning.
Art. 9.Het gebruik van een algemene uitvoervergunning van de Unie zoals bedoeld in artikel 2, punt 9), van de Verordening (EG) Nr 428/2009 is aan een voorafgaande registratie onderworpen. De leverancier laat zich registreren bij de Administratie uiterlijk tien werkdagen voordat de eerste uitvoer die door de algemene uitvoervergunning van de Unie gedekt wordt, uitgevoerd wordt.
Voor de registratie wordt een type-formulier aan de Administratie gestuurd dat door haar is opgemaakt. In alle gevallen verbindt de leverancier zich tot naleving van de door de algemene uitvoervergunning van de Unie bepaalde gebruiksvoorwaarden als bedoeld in de bijlagen IIa en IIf van de Verordening (EG) Nr 428/2009.
Art. 10.De leverancier die voor het gebruik van de algemene uitvoervergunning geregistreerd is, verstrekt de administratie jaarlijks tegen 31 januari volgens de door de Minister bepaalde modaliteiten informatie over de uitvoeren die tijdens het vorige jaar op basis van die vergunning uitgevoerd werden.
Deze informatie, samengevat per land, moet voor elke afnemer de volgende gegevens inhouden : 1° de beschrijving van producten voor tweeërlei gebruik en de referenties ervan in de lijst van bijlage I bij de Verordening (EG) Nr 428/2009;2° de hoeveelheid en de waarde van de producten voor tweeërlei gebruik;3° de data van de uitvoeren;4° het eindgebruik en de eindgebruiker van de producten voor tweeërlei gebruik, als ze gekend zijn. De Minister kan de lijst van inlichtingen en documenten aanvullen die door de voor het gebruik van de algemene uitvoervergunning van de Unie geregistreerde uitvoerders moeten worden meegedeeld.
Bij de controle van de informatie bedoeld in het tweede lid, kan de Administratie elk ander relevant document of alle bijkomende gegevens betreffende die uitvoeren opeisen.
Art. 11.De uitvoerder die van een globale uitvoervergunning geniet zoals bedoeld in artikel 2, punt 10), van de Verordening (EG) Nr 428/2009 verstrekt de administratie jaarlijks tijdens de geldigheidsduur van deze vergunning informatie over de uitvoeren die tijdens het vorige jaar op basis van die vergunning uitgevoerd werden.
Deze informatie wordt uiterlijk binnen de vijftien werkdagen te rekenen vanaf de verjaardagsdatum van de afgifte van de vergunning afgeleverd.
Deze informatie, samengevat per land, moet voor elke afnemer de volgende gegevens inhouden : 1° de beschrijving van producten voor tweeërlei gebruik en de referenties ervan in de lijst van bijlage I bij de Verordening (EG) Nr 428/2009;2° de hoeveelheid en de waarde van de producten voor tweeërlei gebruik;3° de data van de uitvoeren;4° het eindgebruik en de eindgebruiker van de producten voor tweeërlei gebruik, als ze gekend zijn. De Minister kan de lijst van inlichtingen en documenten aanvullen die door de uitvoerders die van een globale uitvoervergunning genieten zoals bedoeld in artikel 2, punt 10), van de Verordening (EG) Nr 428/2008 moeten worden meegedeeld.
Bij de controle van de informatie bedoeld in het tweede lid, kan de Administratie elk ander relevant document of alle bijkomende gegevens betreffende die uitvoeren opeisen.
Art. 12.Overeenkomstig artikel 20, punt 1), van de Verordening (EG) Nr 428/2009 bewaart de uitvoerder de registers of de gedetailleerde overzichten van zijn uitvoeren alsook alle desbetreffende documenten tijdens een periode van tien jaar, te rekenen vanaf het einde van het kalenderjaar waarin de uitvoer plaatsvond. Ze moeten aan de Administrie, op verzoek, voorgesteld worden.
Art. 13.Bij dit besluit worden opgeheven : 1° het ministeriële besluit van 28 september 2000 tot regeling van de uitvoer van producten en technologie voor tweeërlei gebruik, zoals gewijzigd bij het ministeriële besluit van 12 april 2002;2° het ministeriële besluit van 28 september 2000 tot regeling van de doorvoer van producten en technologie voor tweeërlei gebruik, zoals gewijzigd bij het ministeriële besluit van 12 april 2002;
Art. 14.De Minister-President is belast met de uitvoering van dit besluit.
Namen, 6 februari 2014.
De Minister-President, R. DEMOTTE